i sanatocen en. J/ echt//^ ter, en ode. I No. :$5 Donderdag I4i» November IIISI 36e Jaargang Jtjfy Ijy i/ Buitenland. f [schrijving rig Hakhout, :RKE- /it J 7 jaren >o«w:and, IPjespeen. v Iti mt i i- gevraagd, ster. Zeeuwsclie Stemmen. FEUILLETON. John Ward en zpe Vrouw. Bij Zenuwachtigheid neemt v Zenuwen en Lichaam gen en lal iansdochters, it geld fcschenboseli a. Igrmtwt g pc leveren vóór J's nam 1 uur, iNotaris VAN |lwaar evenals LAL te Kapelle, uen zijn. j (350 Raan Middelburg, hove, Zuidelijk Nots. Mr JAN I inschrijvingen vóór 15 No- In P; 11 Nov, 4e rekening 13 loud 18 maan- fHART, Oost- I-) ir tiir iitth em. ip ?aars, [er, bij C. W. pskcrke (Mun- cnecht 'POOLSE Pz. ie omstandig.- boterbereiding, 1BREGTSE, te en metselen G. VALK, iselaar, Lom- delburg. Ned. Herv vraagt tegen tbode. dal", Veere. burg in burger- verkeer. ÏUIJ. Uitgave van de Naaml. Venn. LUCTOR ET EMERGO, gevestigd te Goes. Hoofdbureau te Goes: LANGE VORSTSTRA AT 70, (Telefoon No. 11). Bureau te Middelburg: FIRMA F. P. DHUIJ L. BURG- Drukkers Oosterbaan Le Cointre, Goes. VERSCHIJNT ELKEN WERKDAG Abonnementsprijs: Prijs per 3 maanden fr. p. post f3. Losse nummersf0.06 Prijs der Advertentiëa: 14 regels f 1.20, elke regel meer 30 et. Bij abonnement belangrijke korting Bewijsnummers 5 cent. CCLI. Op het eind dezer week komt te Was hington de internationale conferentie tot beperking der bewapening bijeen. Is dit nu een onderwerp, zoo vraagt wellicht deze of gene lezer om in eieö „Zeeuwsche Slem" te worden behandeld? Heeft, deze conferentie, zoo ontzettend ver weg, wel zooveel tot ons, Zeeuwen te zeggen? Ik geloof van ..wel. Immers, in som mige. kerken is Zondag j.l. ook gebeden voor het welslagen dezer conferentie eaj beeft men den Allerhoogste gesmeekt, dat Hij Zijn zegen gebiede over de pogingen, aldaar aan te wonden, om het z.g. mili- tairisime onder de volken te beteugelen. Ons dunkt dat. elke christelijke kerk, en elk christen, aan dien oproep gaarne gehoor zal gegeven hebben, omdat hel christenplicht is tegen alle gevolgen onzer gemeenschappelijke zonde, het wapen des gebeds op te heffen naar omhoog. Al te veel wordt deze christenroeping in de tegenwoordige christenheid ver geten. Ook tegenover het verfoeielijke kwaad van het militairisme hebben zij, die Je zus Christus, de groote Vredevorst, erken nen als hun Heer, een taak. „Maar ho," zoo wordt misschien ge vraagd, „wilt ge van ons propagandisten maken der dienstweigering In geenen deele. Schriftuurlijk' is de plicht, om, als ons aardsche vaderland on der onrecht van buiten, bedreigd wordt, zijn vrijheid desnoods met het wapen in de vuist .te verdedigen, ten koste zelfs van het eigen leven. De Bijbel kent zelfs den -krijgsman een eereplaats toe, en stelt hem allerminst als met een afschrikwekkend beeld vooi oogen. Daar is de hoofdman van Kapernaum hoe militair klinkt zijn woordgij hoorl er duidelijk de commandostem in. en gij hoort er ook in het groote geloof, dat geloof dat Jezus verbaast. Dan is er nog in de Schrift sprake van een Cornelius van Caesarea, die ook na de prediking van Paulws den wapen rok blijft dragen. Maar een militaire weermacht nood zakelijk en plichtmatig te achten, is geheel iets anders dan het militairisme recht streeks of zijdelings te kweeken of ook maar te dulden. En tegen dat militairisme hebben wij, Christenen, veel te weinig geprotesteerd. Ja, op sommigen van ons oefende het nog een zekere aantrekkelijkheid uit. Ze von den het wel mooi, dat overdreven mili tair vertoon. I Wat militairisme eigenlijk is? Het is koestering van de zonde van de machtswellust.; de erkenning en ver eering van het recht van den sterkste. De Kain- en Lamechs,zonde in het groot. De wil tot de macht, door bruut geweld. En dat militarisme is vierkant in strijd met Gods Woord. Het verdraagt zich op geenerlei wijze met het Evangelie van genade door recht. God eisclit ook van de grooten der aarde' een ootmoedigen wandel en een nederig hart. f Helaas, dat ook de christenvolken van de zonde der machtsaanbidding niet vrij gebleven zijn. En de „wonderen der techniek" zijn door een overmachtige Oorlogsindustrie dienstbaar gemaakt aan dezen afgod van Naar het Engelsch van MARGARETHA DiELAND. het militairisme. Totdat deze laatste „groote Oorlog" deed zien, tot welk een gruwel der verwoesting zulk een mili tairisme én den verwonnene én den over winnaar brengen moet. En wie zal zich voorstellen kunnen, welke ijselijke gruwelen, als dat booze kwaad der overbewapening niet wordt be dwongen, de eerstvolgende oorlog aan do „christelijke" samenleving brengen zal? Het geweer zal 'in dien oorlog een on dergeschikte rol spelen. Artillerie van reusachtige afmeting en hoeveelheid; luchtbommen, en omderzeie- ers zullen er de wapenen zijn, waarmede men den „strijd" tot beslissing brengt -Vooral doodelijke gassen zullen er do hoofdrol spelen; nevens doodelijke bacte- rieënverspreiding. Dezen zomer meldde een Engelsch blad, dat „de chemische afdeeling van het De partement van Oorlog in de Ver. Staten, een vergift beeft uitgevonden, van zóó doodelijke kracht, dat drie droppels op de huid voldoende zijn om een menscb' te dooden. De mogelijkheid van vervaar diging is slechts begrensd door de be- noodigde electrische kracht. De officieele schatting is, dat 4000 tón, gesproeid uil 400 vliegtuigen, in staat .zo'ude zijn. een leger van P/a millioen man in 12 uur tijda te vernietigen. De militaire dienst is bezig een beschermende uniform te ontwer pen, dat zijn drager geheel bedekt." Mag, ja moet de christenheid tegen dit afschuwelijk bedrijf van het nog voort woekerend militairisme niet zijn zedelijk protest laten uitgaan? En elke eerlijke poging om zulk een kwaad te breidelen, steunen ook met haar voorbidding? Is het dulden en goed praten en kweeken van zulk monsterachtig militairisme, naai den geest van Christus of van Satan, van den Mammon? Daarom mogen wij als Christenen vooi teen conferentie als nu te Washington staat gehouden te worden, niet slechts „ma tige", maar biddende belangstelling toonen. Het is onze plicht, hoe weinig vertrouwen wij ook in de personen heb ben, die daar bijeenkomen, te bidden voor den vrede onder de Christenheid. Natuurlijk weten allen, die den Bijbel kennen, zeer goed, dat de ontwapenings conferentie te Washington niet den we reldvrede zal brengen. Maar de weten schap, dat er tot aan het eind^der dagen oorlogen zullen zijn, mag ons nooit tot een zondig nietsdoen verleiden. Dan kunnen iwij allen strijd tegen de zonde wel nalaten. Getuigen tegen het kwaad, ook tegen het kwaad .van het militairisme, blijft onze plicht. De zonde van het militairisme kan al leen onder de christenvolken worden ge stuit door de genade van Hem, die voor ons het recht Gods heeft verzoend, op dat ook de volken naar -dat recht, in dienende liefde onder elkander zouden leven. JAN VAN 'T LAND. 28) -o Hij zweeg; met haar arm om zijn hals geslagen, terwijl haar teedere oogen in de zijne zagen, kon hij niet redetwisten; hij was de minnaar, niet de predikant. Hjj kuste haar op het voorhoofd; het was zoo gemakkelijk zijn plicht te verge ten! Zijn geweten kwam echter in flauw verzet. „Als je me maar wildet laten zeg- grQjj „Nu niet", viel zij hem in de rede, en He'lena's-stem was een liefkoozing. „Weet je nog wel, hoe je de eerste maal, toen we elkaar ontmoetten, ook over geloof sprak?" Het was zoo natuurlijk zich in herinneringen te verdiepen, terwijl hij daar naast haar bij den haard geknield lag, dat John bijna vergat hoe hun gesprek begon nen was, en geen van beiden dacht er aan hoe laat het was, voordat zij het hek van den kleinen voortuin snel hoorden openen en dichtslaan en een vlugge tred op het pad aanduidde, dat er iemand aan kwam. Berlijnsche rooversbenden. In de laatste maanden As het aantal roofovervallen door groote benden op af gelegen boerderijen en zelfs op kleine plaatsjes in de omgeving van Berlijn schrikbarend toegenomen. Deze roovers benden, die soms uit tien tot vijftien man bestaan, Jrijn met enkele uitzonde ringen geheel uit Berlijnsche misdadigers samengesteld. „Dat zal Gifford Woodhouse wezen", zeide John, zich voorover buigende, om in het vuur te poken, waarmede de ver wachting van een bezoeker altijd gepaard schijnt te moeten gaan. „Neen, het kan Giff niet zijn", zeide Helena, „hij fluit gewoonlijk." Maar het was Gifford. De opflikkerende vlam bescheen zijn gelaat toen hij binnen kwam en Helena zag, dat het in plaats van zijn gewone opgeruimdheid, een ver drietige uitdrukking teekende. „Ik vrees dat ik ongelegen kom", zeide hij ,toen zij beiden opstonden om hem te begroeten en er eenige drukte was om de lamp aan te steken en een stoel bij te schuiven. „Heb ik u gestoord?" „Ja", antwoordde John eenvoudig, maar dat is heel goed, want ik had van avond iets te schrijven, en daar heb ik niet aan gedacht. Gij en Helena zult mij wel niet kwalijk nemen dat ik! u een poosje verlaat." Beiden protesteerden daartegen: Gif ford omdat hij Ward van zijn eigen haard weg joeg, en Helena, omdat het te laat was om nu nog te werken. „Neen, ge jaagt me niet weg. Mijn pa pieren zijn boven. Straks zie ik u weer," zeide hij tot Gifford en toen ging hij de kamer uit, deed de deur achter zich dicht en zij hoorden zijn voetstappen boven. Die stoornis had hem tot het werkelijk Zoo berichtte de „Voss. Ztg." onlangs van een nieuwen rooftocht in Guten Gerrfiensdorl" bij Loweaberg in de Mark. De bezitter van de geplunderde boerderij deelt mede, dat de bende met pistolen 'en handgranaten was gewapend en "daar mede een groot deel van het dorp in toom had gehouden. Vijf der roovers dron gen dé boerderij binnen terwijl tien an deren het dorp bezet hielden. De vrouw van den boer, het dienstmeisje, twee nichten en de zoon werden met de wa penen gedwongen in de eetkamer neer te knielen met. het gelaat naaj; den wand gekeerd; daarna moest de vrouw den sleutel van de brandkast overgeven. Alle voorbijgangers werden gedwongen te blij- vpn staan en zich niet te bewegen. Toen 'theele huis doorzocht was, werden alle aanwezigen in de eetkamer gebracht en daar opgesloten. Hun werd medegedeeld; dat onmiddellijk een handgranaat in de kamer zou" worden geworpen, zoo zij alarm durfden maken voor er een kwartier verloopen was. Spoedig daarop kwam de eigenaar van de boerderij van het sta tion terug. Hij vond alle kasten leeggeplun derd Den misdadigers waren, behalve een som van 50.000 mark, een groot aantal sieraden in handen gevallen. Een villa van den ex-keizer als museum. Naar uit Rome gehield wordt, is de prachtige villa van ex-keizer Wilhelm te Frasic&ti bij Rome formeel door deIta liaan sche regeering overgenomen, in over- eenstemming met 't decreet betreffende de Duitscbe góederen in Italië. Schikkin gen zijn reeds getroffen om de villa in een museum en het park er om heen in een openbare wandelplaats te veranderen. De.ze villa is gedurende eenigen tijd de residentie der Pausen geweest. In 1905 werd aij door een Duitsehen millionair gekocht en den ex-keizer 'aangeboden. De derde jaardag der revolutie. Het feest van den derden jaardag der revolutie is te Berlijn in elk opzicht rus tig verloopen. Gistermiddag om 2 uur ver lieten de arbeiders hun werkplaatsen en begaven ziich in gesloten groepen naar zes verschillende plaatsen, waar toespraken werden gehouden. Die deelneming aan ver gaderingen en optochten was zwak. Men schat het aantal betoogers op hoogstens 70.000. ,,K o kia do rus" Kamer-candidaat Volgens de „Vrije' Socialist" bestaan er plannen om den bekenden Amsterdam- leven teruggeroepen. De vreugde, die de stem van zijn geweten gesmoord had, week uit zijn hart en hij gevoelde weder de bekommering, die Heiena's woorden in hem gewekt hadden, en die wroeging over een verzuimden plicht; hij verlangde met zijn eigen gedachten alleen te zijn. Zijn schrijven hield hem niet lang op, en daar na liep hij de kamer op en neder, met zichzelven kampende om door zijns liefde 3 heen zijn plicht te zien. Maar in dat half l uur, dat hij boven was, kwam hij tot geen besluit. Heiena's afkeer van leerstellin gen was zoo scherp uitkomend; het was, zooals hij zeide, nutteloos met haar te redetwisten; en het zou erger dan nut teloos zijn er op aan te dringen dat zij de bidmeetings bijwoonde, als zij "het met tegenzin deed; het zou haar des te af- keeriger van de waarheid maken. Zij was niet bereid, voor het krachtig voedsel des Woords, dat z'n ouderlingen de honge rige zielen op die bid-meetings aanboden. John wist niet dat er in zijn eigen hart tegenzin was om hun harmonie en vrede door redetwisten te verstoren; hij erkende eenvoudig zijn eigen beweegredenen niet; de redenen, die hij zichzelven opgaf, waren alle van ondergeschikten aard. „Ik had niet zoo laat nog moeten ko men", zeide Gifford; „en 'tis schande! dat ik Ward gestoord heb; maar ik wildeI u zoo gaarne spreken, Helena." schen markt grap po mmiak er Kokadorus voor de eerstvolgende Kamerverkiezingen cian- didaat te stellen. Hij zelf is bereid, om ook voor zijn candidatuur propaganda te maken. Wel ja, waarom ook niet? Als Had-je- me-mOar gemeenteraadslid kan worden is de keuze van Kokadorus voor Kamerlid al izoo onzinnig niet meer. Waar gaan we toch op deze wijze heen? De vrije Zaterdagmiddag voor de miliciens. De Minister van Oorlog! heeft tol den commandant van het veldleger, comman danten en liniën en stellingen enz. een brief gtericht van ongeveer den volgenden inhoud Gelet op de noodzaak om van den ver korten eersten-oefentijd zooveel moig'plijk profijt te trekken acht ik het noodig; de bestaande regelingen, betrekking hebbende op de verloven aan dienstplichtigen en die op den vrijen Zaterdagmiddag te her zien. Aanvankelijk ben ik van meening dat: le. aan de voorgeoefenden, wier eerste oefentijd slechts anderhalve maand be draagt, alleen uitzonderingsverlof behoort te worden toegekend; 2e. aan hen wier eerste-oefentijd- vijf en een halve maand bedraagt, behalve uitzonderinigsveriof en verlof op kerke lijke feestdagen éénmaal één werkdag, het zij een Zaterdag!, hetzij, een Maandag: of een dag! volgende op een kcrkelijken feest dag kan worden verleend; 3q. aan hen, wier eerste-oefentijd meer dan vijf en een halve .maand bedraagt, twee achtereenvolgende dagen per 2 maan den of 4 ac,htereenvol:g;ende diagen verlof per 4 maanden kunnen verleend (bij voor keur met Pasehen, Pinksteren en Kerst mis) in deze verlofperiode moet minstens één Zondag' vallen. D e vrije Zaterdagmi ddajg zou in h.et algemeen dienen te ver vallen. Aan dienstplichtigen wier gezin niet op den,zelfden dag bereikt zou kunnen wor den hij vertrek na afloop der middagpefe- ning, zou hiertoe vervroegd vertrek kun nen worden toegestaan, indien zij zich overigens deze gonst waardig, betoonen. Ik verzoek u mij hieromtrent bij ge zamenlijk advies, van raadde dienen. Even eens verwacht ik Uw 'advies omtrent de geldende regeling voor het toekennen van vrij vervoer (geheel of gedeeltelijk) welke regeling thans hooge uitgaven veroorzaakt. De Christelijke Werkgevers en de staking, in de Metaal industrie. Het Bestuur der Christelijke Werkgevers Vereeniging, gehoord de besprekingen Van bij hare Vereeniging aangesloten werkge vers in de metaalindustrie vereenigt zich met de conclusie dier leden en is Van oordeel, dat een loonsverlaging onder de tegenwoordige omstandigheden in het al gemeen niet mag worden tegengehouden; dat te dien aanzien niet alle bedrijven in dezelfde omstandigheden verkeeren, doch dat voor een groot aantal een loons verlaging een economische noodzakelijk heid is; dat deze economische noodzake lijkheid met name ook g;eldt voor vele bedrijven in de metaalindustrie. Het Be stuur betreurt de houding; yan den Me- taalbond, welke, voor zoover bekend, in zake de aanigjekondigde loonsverlaging 'geen overleg gepleegd heeft met de or ganisaties der arbeiders of althans daar toe geen gelegenheid heeft opengesteld; betreurt evenzeer de houding! van de Chris- Heiena's gedachten volgden haar echt genoot, en het kostte haar moeite ze tot Gifford en zijn belangen terug te "brengen; maar met de haar eigen vriendelijkheid wendde ze haar kalm gelaat naai' hem toe. „Hij komt aanstonds terug", zeide zij'; „en hij zal blijde zijn als zijn schrijven hem van avond van het hart is. Ik was maar bang, dat hij in die kille kamer kou zou vatten: je weet, dat hij zoo 'n hardnekkig kuchje heeft. Waarom wilde je me spre ken, Giff?" Ze nam haar breiwerk van haar werk tafeltje, rolde het los en begon de houten naalden met een zacht tikkend geluid vlug in beweging te brengen. Gifford zat tegenover haar, met de handen in zijn zakken gestoken, de voeten recht uitge strekt en het hoofd op de borst gezon ken. Maar hij zag er niet uit alsof hij rustte; integendeel duidde zijn gehesle voorkomen een inwendige onrust aan, en en dit ontging Heiena's opmerkzaamheid niet. Zij zag naar hem, terwijl hij met gefronsd voorhoofd in het vuur zat te staren, maar daar sloeg hij geen acht op. „Je hebt verdriet, Gifford", sprak zij. Hij zag op. „Ja", zeide hij. Hij veran derde van houding, leunde met zijn elle bogen op zijn knieën en met zijn kin op zijn vuisten, nog altijd somber in het vuur turende. „Ja, en daarom kwam ik u spre ken." telijk georganiseerde arbeiders in de me taalindustrie welke, voor zoover bekend, tot staking ,zijn overgegaan, voordat vol doende bleek, dat alles, was in het werk gesteld om een conflict te voorkomen en besluit deze conclusie te p'ublioeeren. Jhr. De Jonge op reis. Reeds vroeger werd het vermakelijke geval medegedeeld, dat het sociaal-domo- cratische Kamerlid jhr. De Jonge te Gen nep, in tegenwoordigheid van arbeiders- partijgenooten, plaats nam in een derde klasse-rij tuig; van spoorwegen, om later in kruispunt Beugen over te stappen in een eerste-klasse-rijtüig. Thans is er weer een eigenaardig ge val met dien afgevaardigde, schrijft ,,De Volkskrant". Dezer dagen zat hij in een eerste-klasse-rijtuig en vroeg de conduc teur naai' ,zijn plaatsbewijs. Hij gaf (en antwoord: „Ben Kamerlid". De conduc teur nam hiermede echter geen genoegen en drong aan op vertooning van plaats bewijs. Hierop sloof jhr. De Jonge op en gaf den conducteur tot bescheid, dat hij wel nader van de zaak zou hooren! De socialistische afgevaardigde noteerde 't nummer van den conducteur. Welk een aanmatiging! De conducteur was volkomen in zijn recht om plaatsbewijs te eisohen en zou zelfs zijn plicht niet hebben gedaan, in dien hij, ziulks had nagelaten. Genoemd Kamerlid nota bene zich noemende „arbeidersufjgievaardigdc" schijnt dit niet te beseffen, er alvast een denkbeeld te willen geven met welke hu maniteit de arbeiders, in een socialistische maatschappij door volksvertegenwoordi gers .zuilen worden bejegend. Do nieuwe Militiewet en de le g e r-kam p e n. Naar het Dgbl. van N.-Brab. meldt» wordt druk gewerkt aan de ontwierping en samenstelling der legerkampen, ingevolge de gewijzigde Militiiewet-Van Dijk. Het ligt in de bedoeling vier legerkam pen oip te richten, waarvan één komt in de nabijheid van Breda. Elk legerkamp zal o.a. bevatten gebouwen voor gods- dienstoefeningen, kampgebouwen voor 4000 man, militaire tehuizen, enz. Deze gebouwen zijn berekend voor den tijd van dertig jaar en kosten voor de vier kampen te zamen nauwelijks meer dan de nieuw bouw van een flinke moderne kazerne zou bedragen. Het betreffende ontwerp kan binnenkort worden tegemoet gezien. Beperking van den va cc ine- d wa n g. Naar aanleiding van het dezer dagen aan het Volk ontleende bericht omtrent beperking va.n den vaccinedwang, is aan het departement van arbeid aan de Tel. meegedeeld, dat een herziening van de wet op de besmettelijke ziekten in voor ontwerp gereed is. Daarbij zal vanzelf ook het vaccine-vraagstuk onder de oogen gezien moeten worden. Er is echter nog geen enkele beslissing van welken aard dan ook genomen. 'De herziening ver keert nog in het stadium van voorberei ding Valu ta-kwaad. „Papier", bijblad van „Graficus", schrijft Een frappant staaltje van Duitsche con currentie kwam ons ter oore. Een firma te Amsterdam had 10.000 cir culaires noodig, en dacht er eigenlijk niet over ,dat drukwerk naar buiten te sturen. „Doe dat dan", hernam Helena, maar Gifford scheen moeilijk een begin te kun nen vinden. „Ik heb vandaag een brief van tante R,uth ontvangen", zei hij eindelijk, „en die maalt mij door het hoofd. Ik weet niet hoe ik 't ,u recht begrijpelijk zal maken; je zult zeggen dat het mij niet aangaat." „fs er op de pastorie iets gebeurd vroeg Helena, haar werk nederleggende en snel ademhalende. „O neen, dat niet", antwoordde Gifford. „Het geval is, Helena het geval is welnu, ronduit gezegd, tante Ruth meent dat Forsythe verliefd is op Louise." De toon, waarop Gifford sprak, beves tigde voor Helena wat zij vroeger slechts vermoed had, en onwillekeurig ontsnapte haar een uitdrukking van sympathie. „0", riep de jonkman met een driftig gebaar, terwijl een blos hem naar het ge laat steeg, „je begrijpt me verkeerd. Uc ben niet gekomen om over mijzelven te lamenteeren of zoo iets. Ik ben niet ja- loersch; denk toch niet dat ik zoo mal ben. Als die man Louise waardig was wel, dan zou ik de eerste zijn om mij er1 over te Verheugen dat zij gelukkig was. Ik wensch uit den grond van mijn hart dat Louise gelukkig zal zijn. Ik hoop, dat je me gelooft, Helena?" (Wordt vervólgd.) I

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1921 | | pagina 1