[eerenhuis hvv1,3' Rhatt \o 255 Maandag I Augustus 1921 35e Jaargang Koetshuis mei wenwoning, I U\ aam Keukenmeisje j fea^ W 'PERVRUCHTEN deed ik een goede keüs? Buitenland. Reclames. itis1 g Iqo f alles per 193 ct. per 100 stuks iop bij inschrijving: 'AD GOES. et flinken Tuin. Irstond te huur: fl s te N. en St. loostland, iming groote en ne Watervaten. FEUILLETON. tój'peer 6_lg> I 6—10, Codliu r„ lan 13, Z,oet;. stS |4, Duchess© d'O),© an' ,r 0 e lessen 9e Kruisbessen 4^ -IJ, Poters '4 c pboonen 20-50, vK" |27, Postelein 13_a7 ïeloenen 41-75, pl' lozen 2,5—4 <éi„ lio, Komkommers l H2> Pieteïselia 2—4 I per bos. LINGE, 29 Ju); 29121 fcr- oiaPij's f 34— [148, Preco.se de Tré mskinderen f20—9," J-f 18, Roode SuikeriJ |ren f9— fio, Witte d'Oldenbui'g f if. hf fif f2l'1 Tln -)ueeri- J f 6~f 11; Pooiinee- lagt f 8 f 15, Prince- Ghoene boonen f14 f 3f 4, alles per ion 0.37— f 0.47 per joq 1 ct. pe'r stuk. Witte- |r stuk. in de navolgende boon- ran den heer o, wisse] ie Kapelle. agaard Armbestuur, kbosch, 3. Maalstee, met] n, 4. Achterste boomgaard aard bij de hofstede ei| aard in Kitskinderen. jvingsbiljetten in te leve. of op Zaterdag 6 Aug® I des namiddags 4 uur,' pre van Notaris E. C, te Goes TE KOOP: iber e. k. op gebruik, ragen „Bank voor Zeeland", iade, Goes. stalhouderij, Nieuw,straat I eiden ook afzonderlijk te 1 trhuring van Koetshuiil den met goedkeuring van I pes toegestaan, vragen bij Mej. de Wed. r T E R S N's-Gravein t de hand te koop; door J. DE LOOFF. .NISSE, Gortstraat M'burjij TE KOOP: bruikte Driewielskar, ichikt voor wateri A. NIEUWENHUIJStf j Borssele. kleine Ziekeninrichg. i worden tegen cwaamheid). Zonder g, onnoodig zich aau t even onder No. 2, burea» blad te Goes. Terstond jj\ «dn DMftnH» 'ai' O 223, Middelburg I October QJ en Meid gevraag' d, AN WALLENBURG, 9 - weg, Middelburg de Wt&H* nadere aankondig"1? ikens. 7 25 9.50 11.27, "am' Kï? 10.40 12.0« 7.20 Uitgave van a «^jai Venn. LUCTOR ET EMERGO, gevestigd te Goes. Hoofdbureau te Goea: fjV»'öE VORSTSTRAAT 70, fTelefoon No. 11). Bureau te Middelburg: piRMA F. P. DHUIJ - L. BURG. Drukkers: [jjDsterbaan Le Cointre, Goes. VERSCHIJNT ELKEN WERKDAG. Abonnementsprp: Prijs per 3 maanden fr. p. post f3.— Losse nummersfO OÖ Prijs der ^dveïtentiën: 14 regels f 1.20, elke regel meer 30 ct Bij abonnement belangrijke korting. Bewijsnummers 5 cent. u STERKTE IN GOD. Habakuk 31719. Wanneer de vijg niet uit zal botten. Geen druif meer zWellen zal van wijn, De olijf haar kweekells zal bespotten £n alle vruchtboom kialal szlal zijn; ajg nergens graanveld meer zal rijpen, De herder tevergeefs zal grijpen Jfaar ooi °f rund, op veld of stal; Zoo weet ik nog, dat onder 't lijden Rijn ziel in God zich zal verblijden, 'jfjjn hart in Hem opspringen zab. God is mijn heil! ik zal niet vreezen, Hij is mijn rotsik wankel niet. God zal altoos dezelfde wezen, Die nooit Zijn volk, Zijn werk verliet 1 De Heere Ileere is Isrels sterkte, Hij, Die van ouds Zijin wond'ren werkte, Zal mij ban 's werelds dreigend lot Gelijk een hinde doen ontsnellen, En op des aardrijke hoogten stellen! Zangmeesterstem dit lied voor mijne Neginoth. D'A CO,STA. Als wereldtaal af. Eeuwen lang was Grieksch de inter nationale taal der beschaafde wereld. Toen kwaim het Latijn, dat nog langer het middel bleef, waardoor de volken elkander konden verstaan. Het werd opgevolgd door 'tFransch en dit heeft tot den dag van heden den voorrang gehad in de diplomatie. .Maar tlmns is er in Frankrijk groote ontsteltenis. Telegrammen uit Washington hebben gameid, dat Engelsch de eenige offi- decle taal aal zijn, welke ter aanstaande conferentie over de ontwapening zal ge bezigd worden. iWij lazen dit bericht in Het Cen trum met genoegen. Wij hebben nooit goed kunnen begrijpen waaraan de Franschen de pretentie ont kenen en dat h'un taal de conversatie- en correspondentie-wereldtaal zou moe ten zijn. Dit komt veeleer aan de Engel- sche taial toe. En dit 'geldt ook van de taal onzer diplomaten. Keucheni'us verstond dit beter. Die cor respondeerde en converseerde veel in het Engelsch. Toen hem in 1879 telegrafisch vanwege de Gorkumsche a.-r. kiesver- eeniging gevraagd werd of hij een even tueel© Kamercandidatuur voor dit district izou willen aanvaarden, seinde hij terug: „Elected I submit" (Word ik gekozen, dan onderwerp ik mij). Dat het Fransche taalonderwijs op de iMerlandische scholen is afgeschaft, is volkomen recht. Trouwens al sinds bijna een eeuw is het Engetoch bezig het Fransch als we reldtaal te verdringen. ,t Prof. dr. H. Bavinck. Pof. dr. Slotemaker schrijft in De Nederlander: Het ontroerend bericht, dat prof. Ba vinck van ons is weggenomen, dwingt ons tot de vraag], Wat ons in hem is ge- schonken geweest. Als men zich daarvan j rekenschap geeft, is het opvallend, boe gemakkelijk men het antwoord vindt. Bavinck was een eenheid. Waar tneii hem ook bestudeert: in zijn hoo'gl- leeraorswerk, in zijn arbeid op allerlei deelen van het gpoote openbare terrein, hij is overal dezelfde, en dezelfde grond trekken springen overal naar voren. 1». Hij was dit eerst —.een g e - 52.) _o- „Och, dat weet ik niet," zeide Alice benend, „ik hen niet erg onder den ïn- ®uk van. Gij riet, dat wij nu al geheel ge woon zijn geraakt aan de Oostersche ma meren en^ gewoonten wij' zag,en er zeer veel van in Cairo, en wat de oude puin hopen en gebouwen hier betreft, zij zijn op verre na niet zoo oud als de Pyrami- h- En er is hij slot van rekening zeer eimg te zien, behalve voor die mensc'hen,; ten i8 leW gel°oven, die men hun ver ten opzichte van het „heilige graf", 11 van (het graf van de „Heilige Maagd", iw, wr' (^e- FaiiLbe van Bethlehem. Well, nie 'n een s,traiat> ln een geHeei uwe muur, wees onze gids een steei* ste' waar^an men gelooft, dat het de flieeii i18', "zou geroepen hdxben", in den" w zich 9'H hadden gehou- j,.,een onzin! He heb er geen ge- voor!" zeide Alice, verachtelijk, van ze^e Evelijn, „ten opzicht© Li «.gerijmde verhallen ben ik Herd M ®et .'u eens. Ik ziou geen hon- die T,m j ..wiüei1 'loop®", om een van aderlijke heilige plaatsen t© bezoe- boren docent en redenaar1. Als ik die twee aanduidingen in één adem noem, voelt men, hoe ae bedoeld zijn: docent, maar zonder dorheid; redeniaaa*, doch zonder franje. Hoe rustig sprak hij; hoe systematisch bouwde hij; We kalm beheerschte hij' zijn stof; We doorzichtiigi was het geheel. Ik ben meer dan eens jaloeTsch geweest, als ik hem zoo. boorde spreken, en 'k zal de eenige wel niet zijn igeweest. 2o. Dan het tweede, doch het hangt ten deele saam met het vorige wat wist hij veel. Neem de boeken, die hij ions heeft nagelaten, en de daarin opgesomde literatuur, opgesomd, mlajar ook' verwerkt. Naast zijn klaar verstand en zijn helder geheugen heeft hem hier zijn levensloop verbazend geholpen. Toen hij acht en twintig jaar was, had hij' de ker kelijke studie en één-jaar-preditoant-zijn achter den rug; bovendien zijn eerste we tenschappelijke studie in de theologie. Toen, d.i. in al de frischheid van zijn kracht en al het idealisme van zijn jengd, werd hij docent te Kampen. In een afge sloten plekske, met een kleinen werk kring zonder afleiding, en waar hij dus studeeren toon, aldoor stüdeeren. Zijn la ter leven bewijst, We voortreffelijk hij; die kans gebruikt heeft. Toen hij later in het drukke en overstelpende leven kwam, beschikte hij over kolossalen voorraad, die m&)ar behoefde bijgehou den te worden, om - voortdurend op de hoogte te zijn. 3o.. Men weet al, dat hij zich niet opgesloten heeft in Kampen; niet met eigen kleinen gezichtskring is tevreden geweest. Integendeel dat is- het der de wilde hij midden in het cultuurleven staan, en dla,t naar alle -zijden doorzoeken, beggijpen in zijn schitterenden rijkdom en in zijn schreien de armoe het keuren en dan daarin de stralen werpen va|n Gods licht. Zijn theologische en zijn paedago- gische werken geven hier een .zelfde ge tuigenis. 'k Noem de politiek niet. Ook in al wat hij diaar zeide en deed, komt wel al het opgesomde voor als voordeel en als deugd. Maar hij was geen man voor de politiek, doch voor den katheder, de studeerkamer, de confex-entie, het con gres. Diaar stond hij met heel zlijn wezen lev en d in de problemen van onzen t ij d. 4o. Daar bleek ook dit is het vier de -zijn betrekkelijke ziwakte. Dit is niet en kan niet zijn bedoeld als een onwelwillend oordeel! Wie zou bij de lijkbaar van een ,zoo beminnelijk en zoo louter man als Bavinck onwelwil lend kunnen zijn Maar het onbevredigde, dat er blijft van zijn werk, ligt in de geweldige .zwaarte van het probleem, aan de oplossing waarvan hij zijn leven ge wijd heeft. Christendom èn cul tuur; de cultuur tegejnoiver het Christendom in .zijn Gerefor meerde gestalte: dat is het ge vaarte, waarvoor hij stond met allen; wie heeft de oplossing' gereed? Wie zich hier Bavinck herinnert, denkt eerst weer aan zijn ruimte van blik en h'art. H ij was beslist, maar o n b e - fcromnpen; GerefoxHrajeerd, mUOir Christen eerder. Hoe lang nog poogde hij saam "te houden, wat naar zijn overtuiging kon samengaan, al scheen het uiteen te wijken; 'kdenk aan zijn houding tegenover de N.C.S.V. Hoe dik wijls heeft hem de ontwikkeling] der te genwoordige moeiten geplaagd, als hij den uitslag van een pogen niet -zag', niet zien kon. Wat er werkt binnen de Gerefor meerde Kei-ken, is hem aan het hart ge gaan; de verzoening van de Gereformeer de visie met het cultuurleven, of wilt g:e: de beantwoording der hedendaagsche cultuurvragen van uit zijn geestelijke over tuiging r hij heeft ize niet gegeven en niet van anderen gezien. Maar hij wor stelde mee. In dit opzicht heeft h ij een zwaar leven gehad; maar hij -was er oms te liever om. Ook in Bavincks leven was de spanning. Nu rust hij. IWij staan nog midden in de taak. Maar niemand, die daar staat, ook als h'ij ten deele van een anderen kant tot sommige problemen, nadert, geen ant woord igeeft, waar hij reeds antwoordde, een ander antwoord geeft dan hij ons naliet niemand zal het. mog'elijk we zen anders, te doen dan met dank baarheid en eerbied zijn na gedachtenis zegenen. Ook het schrijven van een zoodanig artikel wekt eerbied voor den schrijver en getuigt van des schrijvers breeden blik en ruime hart. ken; maar, met dit al, dit is Jeruzalem, „en het was hier," voegde zij er op zach-, ter toon hij, „dat de Heere Jezus wan delde, en predikte, en stierf, en werd' begraven, en weder opstond." „O ja, natuurlijk, zeide Alice, onver schillig, alsof dat feit voor ihaar van weinig belang was. „En als wij Hem werkelijk liefheb ben," zeide Evelij'n, „als Hij ons dierbaar der is dan iemand anders, vindt gij dan niet, dat wij JeruzlaJem, en die plaatsen, vreeihd en wonderlijk gevoel moeten be- walarin Hij gewoond heeft, met een schouwen Alice zag Evelijn verbaasd aan; zij had haar vroeger nooit op die manier hoo- ren spreken, en had er geen denkbeeld van hoe Evelijn was veranderd, sedert zij haar het laatst had gezien. Zij gaf geen antwoord, en ik denk, dat rij' het gesprek op een ander onderwerp had willen 'bren gen, indien Evelijn niet het eerst had gesproken. „Gij kijkt verwonderd, Alice," zeide zij j „gij ihadt niet verwacht, dat ik dat zeggen zou, wel?" „Inderdaad niet," zeide Alice, lachend'; „ik dacht, dat gij en ik beiden geheel) vrij waren van allen sentimenteelen onzin. Ik vrees, dat juffrouw Lindsay u tot haar denkwijze heeft overgehaald." i De Toestand. ,Wat kan men in de poëtiek toch wei nig op de courantenberichten aan. Van daag istoan de verhoudingen ziuis, en mor gen staan z,ij zoq. Zaterdag vemieldden wij dat 't weer lang niet boterde t'usschen Engeland en Frankrijk, in de cfuaestie PolenOost-Siberië; en n'u zouden wij haiaist zeggen is 't lal botertje tot den boom. De verschillende misverstanden zijn Uit den weg geruimd, en nu zal de (Opperste Raad weer wel op 4 Augus tus la.», bijeenkomen. En met Duitschland, het slachtoffer wiaar 't om gaat, staat 't ook izooi gunstig als 't maar kan, wijl de Duitschei regeering bereids heeft ver klaard het besluit vjan dien Oppersten Raad onvoorwdarde^jk te zullen uitvoe ren. "En nu izijn er nStgi wel oneeniig'heden tasischen de troepen der geallieerden ter plaatse wlalar het slachtoffer woont, doch men 'hoopt dat dit ophouden zal, zoodia de Fransche versterkingen daar zuilen aangekomen zijn. Men schijnt bijl 't ver nemen van dezen wensch hij' komt Uit Parijs, dit kan men wel hooren! wel een weiniig] te moeten denken aan den appel, die door den gjooten jongen ver deeld werd, en lang;s dien weg heelemiaial uit handen der 'kleinere jongens in de maag] Van den grooten jongen te recht kwam. In ieder geval zal 't al veel gewonnen zijn, wanneer door dez,e op lossing de vijandelijkheden tüssohen Po len en Duitscihers gestaakt worden. Want er wordt, vooi'al van de zijde van eerst- genioemden, vreeselijk gemoord. Wij ont vingen een brochure Uit Hindenburg', in 'Opper-Sileeië, met een droeve beschrijving van de erg^r dan heidensohe martelingen, die de Polen hunne „vijanden" aldaar en te. Glciwitz. in Mei en Juni j.l. deden ondergaan, een en ander met ijselijfce photo's toegelicht. Weerlooze bewoners izijn met bijlen en door kogels, op korten 'afstand afgeschoten, afgemaakt. En d<> martelingen gaan alle beschrijving te boi- ven. Wanneer zal dat eens ophouden! Ook de meter in de war. Wijl nu eenmaal alles ter wereld in de war is geraiakt, meende ook de beroemde standaardmeter, wahrvan we op school „Is het onzin?" zeide Evelijn 'ernstig, geen acht slaande op Alice's laatste woor-' i den; indien -het geen onzin is, is het zeker een .groote werkelijkheid!" „Och, ik weet 'tniet," zeide Alice, op luchtigen toon, „Claude zegt, dat 'het 'groot ste deel van den godsdienst onzin is, en ik veronderstel, dat hij het behoort te weten; hij heeft de zaak bestudeerd, en ik niet." „Och, Alice," zeide Eve'lijin, met tranen/ in de oogen, indien gij slechts wist, hoe hoogst gelukkig ik in den laatsten tijd ben „geweest! Ik heb vroeger nooit ge weten, dat liet mogelijk was, zoo ge lukkig te zijn als ik nu toen!" „Dat kan wel zijn," zeide Alice, „en ik toen niet gelukkig. Somtijds toen ik ellendig, zeide zij, op smarttelijken toon, met die ernstige, droevige uitdrukking, die ik vroeger al eens op haar gezicht had| gezien; „maar toch kan ik niet nalaten, met Claude hierin overeen te stemmen, dat het toeter is, in 'tgeheel niet vertroost te worden, dan troost te verkrijgen uit een leugen." „O ja," zeide ik, „mijnheer Ellis heeft daarin volkomen gelijk, maar de geheele zaak komt 'hierop neer: Is de Bijtoel een leugen van salan of Gods waarheid? Hij moet zeker óf het een óf het ander zijn." leerden, niet bij den modernen tijd te moeten achter blijven. De standaardmeter wordt aangegeven door den afstand van twee strepen op den staaf van platina, die in het Bureau International des 'Poids et Mesures te Sèvres bewaard wordt, bij een temperar tu'ur van 0 graden. Om te kijken of deze meter zich goed gedraagt heeft men nog eenige dochters vervaardigd, die in andere landen rijn gedeponeerd en welke nu en dan met de echte moet worden vergeleken. En tot nog toe, had men telkens overeenstem ming gevonden binnen de grens van de waarnemingen, die men aan kan nemen ongeveer 0.2' duizendste m.m. te rijn. In de laatste zitting; van het Comité Intern, des Poidisi et 'Mesures, welke den voritgen herfst te Parijs plaats vond, moest het bUrealu echter mededeelen, hoe gebleken was, dat de beide oopieën van het bureau, een 0,5 duizendste langpr waren dan verschillende andere. Ja, wat nu? vraagt Het Centrum spottend. Joego-Slavië. Naar men uit Belgrado meldt, is bij het onderzoek inzake den moord op den vro'eg'eren minister van handel Drachko- vitsj vastgesteld, dat men hier met een samenzwering op groote schaal te doen heeft. Er zijn een soort lotingtslijisten gevon den, waarop' ook de namen voorkwamen van minister-president Pasitsj en den voorzitter der skoeptsjina. In de laatste dagen hebben ook andere politieke per soonlijkheden dreigtorieven ontvangen, waarin werd medegedeeld, dat izij door het coimntuni'stisch-terroristi'sch comité ter dood waren veroordeeld. 'Overigens is bij "het onderzioek tegen Herbigiorja vastgesteld, dat deze de gees telijke bewerker van den aanslag; op Drachtoovitsji is geweest. Herbigiorja wais ook de aiansboker op den aanslag op den ban'us van Croiatië in 1914. Hiji werd toen tot 16 jaar tuchthuisstraf veroor deeld, maar was bij de omwenteling vrij gekomen. Lloytl George en Lord Northcliffe. Al ©en paar jaar botert het niet tus- scben die twee. Dat toomt hier vandaan dat laatstgenoemde, de rijke eigen'aar van vele dagbladen, een feilen veldtocht onderhoudt teegen de Engelsch© regee ring onder de leus: er moet bezuinigd worden. Hij lieeft er succes mee, want er zijn al enkele ministers afg'etreden en ongeveer twintig leden van het Lager huis vervangen door bezUinigingsmannen. Dezer dagen heeft de lord een nieuwen aanval gericht op de beide „regeerders," Lloyd George en Curzon (deze laatste ia gewezen onderkoning van Britsch In- dië), welke hij openlijk brandmerkt als ongeschikt oui Engeland te vertegenwoor digen op de ontwapeningsconferentie te Washington, eerstgenoemde omdat hij niet te vertrouwen is, en zij samen niet om dat zij een ten doode wankelende re giering vertegenwoordigen en volstrekt niet het Engplsche volk in zijn geheel. Hij zelf bevindt zich op 'toogenhlik 'te Washington en wordt daar hoog vereerd. Hij is zelfs al een keer met den dagblad schrijver Steed (spreek uit Stiecty o-p het Witte Huis bij Harding geweest, en er allerbovenst ontvanig'en. D,at nu beeft Lloyd George kwaad gemaakt en hem verleid om in het Lagerhuis te vertellen dat Northcliffe den Koning leugenach tig© woorden in den mond gielegd heeft, welke de Koning in Ierland zou gesproken „Wel," zeide Alice, onverschillig, „het is te heet om een theologisch gesprek aan te knoopen. Ik zal den gids roepen en hem wat limonade voor ons laten 'halen; onze- kok maakt ze heerlijk." „Arme Alice," zeide Evelijn, toen wij in de tent alleen waren 'gelaten. „Ja," zeide ik, „zij is zeer t© beklagen, want zij is niet op haar gemak in haar ongeloof; ze twijfelt zelfs ten opzichte vSn haar eigen twijfelingen." Alice kwam terug, om ons te zeggen, dat de 'heeren van plan waren een ritje te doen naar den Olijfberg, en dat de\ igids was heengegaan, om paarden te hui ren voor het geheele gezelschap, zoodat wij tezamen v,an de Poort van Damascus zouden kunnen vertrekken, zoodra het een,1 weinig koeler werd. Ondertusschen geleidde mijnheer Stan ley ons naar ons hotel. Wij gingen langs een anderen weg terug, 'buiten de stad blijvende, totdat we de Jaffa Poort bereik ten. Mijnheer William en ik liepen voorop, en mijnheer Stanley en Evelijn volgden; maar daar mijnheer William in zijn reis gids las, die hij geopend in zijn hand hield, en die hij, al voortwandelende, raadJ pleegde, had ik veel tijd om te den ken, en ééns of twee keer kon ik_ niet! vermijden, het .gesprek dat achter mij ge voerd werd, te beluisteren. Urinezuur en de Nieren. Overtollig urinezuur is de werkelijke oorzaak van rheumatiek, ischlias en spit, en het kan zoowel de oorzaak als het gevolg zijln van nierzwakte. Zware, moei lijk verteerbare spijzen, alcohol, overwer king en nadeelige gewoonten leiden, tot de vorming van een dusdanige hoeveel heid van dit vergift, dat de nieren over weldigd worden door de overspanning om het uit het bloed te filtröeren. Voorzorgen en matigheid verminderen de hoeveelheid urinezuur, vergemakkelij ken de taak der nieren en voorkomen, dat niet-gefiltreerd urinezuur zich in de ade ren, spieren, zenuwen en gewrichten af zet en kristaHiseert. Deze voorbehoedende maatregelen kunnen worden aangevuld door tijdige versterking van de nieren door Foster's Rugpijn Nieren Pillen. Dit speciale niergeneesmiddel verschaft suc ces, zelfs in gevorderde gevallen van nier aandoening en verschijnselen als rheu matiek, steen, spit, ischias, niergruis, nier. waterzucht, nier- en blaasontsteking, en urinez'uur-vergiftiging. Foster's Rugpijn Nieren Pillen werken niet op de ingewanden, doch louter op. de nieren en blaas. Antiseptisch, voor behoedend en genezend, wordt dit nierge neesmiddel alom aanbevolen als gevolg van de uitmuntende resultaten, die men ermede behaalde. Te Goes verkrijgbaar bij de Paauw Co., en te Middelburg bij fa. C. Schulte Co. a fl.75 per doos. (36) hebben, in welke 'tizioo was voobglesteld dat de Koning 'aan Lloyd 'George het verder onderdrukken van Ierland hlad be let. Northcliffe izloü dit in een inter view (vraaggesprek) aan een dagblad schrijver hebben verteld. i Nu van achteren blijkt dat niet hij maar rijn reisgezel Steed (redacteur van de „Times") dat vraaggesprek had toe gestaan en de volle veranderlijkheid voor den inhoud van dat vraaggesprek afwijst, komt de boo,ze uitlating, van Engelands eersten wereldregeerenden minister in het licht te staan van z'uivere jaloU&ie, omdat Northcliffe, die in zijn optreden tegen hem wel gelijk kon hebben, anderhalf uur lang met President Harding .gespro ken heeft, iets wat nog nimmer op het Witte Huis aan eenïg buitenlander was overkomen. Korte Berichten. In Marokko blijft do toestand on zeker, maar de kansen voor Spianje wor den beter. Vele soldaten zijn uit de han den der Marokkanen ontkomen, en zijn met vele burgers gevlucht naar Algiers. Bij Nador wordt een nieüwe „slag" ver wacht. Intusschen worden nog 20 dui zend menschen vermist, deels Spanjaar den, deels inboorlingen. In het krijgsgevangenenkamp: te Avig non en op andere plaatsen in Frankrijk bevinden zich nog 111 krijgsgevangenen. Briand zal heden aan den Engel- 'schen gezant te PaTij's ©en nota overhan digen in antwoord op het Britsche memo randum inzake OppeT-Silezië. Ter bestrijding van den honger snood in Rusland worden nieuwe dras tische dwangmaatregelen aangekondigd. De bolsjewisten schijnen de propa- ganda-centrale van Moiskou naar Berlij'n te willen overbrengen, lannen voor inten- sieve propaganda Worden gepubliceerd. „Gij' kent dus Lord Moreton, juffrouw Trefford?" hoorde ik mijnheer Stanley zeggen. 1 1 „Ja; papa kent 'hem zeer goed, en hij' 'houdt zeer veel van hem," zeide Evelijn lachend. „En igij niet?" zeide mijnheer Stanley ernstig. 1 „Och, ik 'heb geen afkeer van hem," zeide Evelijn; „alleen vind ik hem zeer dom en erg saai." Ik dacht, dat mijnheer William déze opmerking moest gehoord hebben, maar indien hij ze al gehoord had, zoo gaf hij er toch geen acht op, maar was. blijk baar in zijn boek verdiept. „Lord Moreton dom! Lord Moreton saai!" herhaalde mijnheer Stanley, „dan neem mij niet kwalijk, dat ik het zeg, juffrouw Trefford, dat indien dat uw mee ning is, ben ik er zeker van, dat gijj Lord Moreton niet kent: niemand, die hem werkelijk kent, zou ooit tot zulk een gevolgtrekking komen." Mijnheer Stanley had nog al met warmte gesproken, en Evelijn zeide op verdedigen den toon: „het spijt mij zeer, mijnbeer Stanley, Ik zie, dat Lord Moreton een vriend van u isik wist volstrekt niet, dat u hem kendet." (Wordt vervolgd.) I

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1921 | | pagina 1