»46
Donderdag %i Juli 19%
35
t
Buitenland.
Binnenland.
Uitgave van
le Naai»l!- Tenn. LUCTOR ET EMBRGO,
gevestigd te Goes.
Hoofdbureau te Goes:
LANGE VORSTSTRAAT 70.
(Telefoon No. '11).
Doreau te Middelburg
FIRMA T P. DHUIJ L. BURG.
Drukkers
Oostcrbaan &LeCointrg, Goes.
VERSCHIJNT ELKEN WERKDAG.
Abonnementsprijs:
Prijs per 3 maanden fr. p. post £8.
Losse nummersf0.05
Prijs der A^vertentiën:
14 regels f 1.20, elke regel meer 30 ct.
Bij abonnement belangrijke korting.
Bewijsnummers 5 cent.
WIJZIGING DER ARBEIDSWET.
Geen Wet. grijpt zlooi diep en zoo
gevoelig iin liet bedrijfsleven in als
de Arbeidswet. Daarom juichen wij
,'ttoe, dat minister Aalberse een wij-
zSfiing dier wet in uitzicht, stelt en
deze bereids publiceert, gelijk' hij' haar
^aii den Ho ogen Raad van Arbeid
ojA advies verzonden heeft.
Wijziging is noodzakelijk m!et -'t oog
dp lien, die door dezie wet worden
gedupeerd, dat ziij liun bedrijf er do,oi'
zullen inloeten opgeven, of in zooda
nige mioeilijkheden er door geraakten
of rtillen geraken, dat zij ten slotte
niet pi'eer weten zlullen, waaraan zich
Ie utoeten houden.
Van de redenen dezer wijzigingen
noetaien wij er enkele.
In de eerste plaats dat artikel 39
der wet icn'et 24 October a.s. ophoudt
te wericen. Na dien datum1 toch zal,
wordt een nadere voorziening niet ge-
troffenj, de m'ogelijkbeid dus zijn uit
gesloten, om' aan hoofden of bestuur
ders van broodbakkerijen een vergun
ning. töt nachtarbeid te verleenen. De
minister nu is van meening, dat een
daartoe strekkende bevoegdheid ook
na 24 October e.k. niet kan worden
'gewist. Steeds toch -zullen, zich om
standigheden kunnen voordoen, die
bet tijdelijk verrichten van nachtar
beid in broodbakkerijen noodzakelijk
Waken. Te denken valt hier aanove'n-
defedten, waardoor imjet de overschie
tende ovenruiimte binnen bij: de wet
gestelde grenzen oip den dag niet vol
doende kan worden geproduceerd
aam ziekte van patroon of gezellen
en dergelijke omstandigheden. Daar
naast heeft de ondervinding aange
toond, dat liet m'odern ingerichte groot
bedrijf aan nachtarbeid behoefte heeft,
.wil een ecionoimiscbe exploitatie der
ovens m'ögelijk' zlijn.
Voorts zijn nog enkele andere be
langrijke wijzigingen noiodig in het
gedeelte der Wet, dat betrekking heeft
op den arbeid in broodbakkeriiten, wel
ke jhierojnder worden toegelicht.
In de tweede plaats heeft bij het
aanhangig maken van dit ontwerp de
överwoging gegolden, dat het stelsel,
volgens hetwelk thans vergunningen
tot verlenging of tot verschuiving va.n
den normalen arbeidstijd worden ver
leend, noodwendig en spoedig aan
vulling behoeft.
En dat wel in dien zlin, dat, mikken
voor een bepaalde groep .van onder
nemingen dezelfde omstandigheden af-
mjking van de noirthen der wet nood
zakelijk b.v. St. Niciolaasdrufcte iln
batalcetbakkerijen, voiorjaarsdrulkte in
lueedermiakeiiijeln, chemische wassqhe-
njdn, enz:. de imlogelijkheïd moet
Worden geopend, oml de gelegenheid
daartoe te bieden.
Beide, wijzigingen |ziin ons symfp:a,-
trnek, inzonderheid de laatstei. Het
stelsel, volgens hetwelk' thans vergun
ningen tolt verlenging rif verkorting
vain den arbeidsdag wojrden verleend,
werkt in vele gevallen met bevredi
gend. Het werkt otóslachtig, leidt tot
VldveTlies en onttrekt de arbeidsin
spectie aan haar taak, die op het ge
wed der arbeidsbeveiliging ligt.
Initusscben beperkt jhlet ontwerp zich
wet, uitsluitend tot punten, die rntet
ne techniek der wet verband houden.
Eou stelt de minister o.,a. voor een
verscherping der bepalingen tot het
tegengaan van kinderarbeid,
bi de groote steden worden nog
vele kinderen heneden veertien jaar,
of inog leerplichtig, geëxploiteerd tot
het verkoopen langs den publieken
weg vean kranten, vruchten, bloemen,
ansiich'ten, enz:. Worden ziij gepakt,
dan zeggen ziij, gelijk hun geleerd is,
dat ziiji kooplieden zijn, voor eigen
rekening handelende, en pakt fm'en blun
ouders of voogden of lastgevers, dan
beweren di:e nergens van te weten.
Zoo kruipen die kinderen door de
mazen.
Veel belangrijker no|g dan deze uit
breiding is evenwel die in de artike
len 28 en 52.
Kan thans verlenging of verschui
ving van den normialeri arbeidstijd
door mliddel van een daartoe strék
kende vergunning slechts plaats heb-1
ben, indien in een onderneming op
bepaalde 'tijden van het jaar een oip-
eeinhooping van werk pleegt voor te
kom'en of zich in die onderneming,
hijzlolnder© omstandigheden voordoen,
dit onderwerp wil de mogelijkheid
openen, dat de minister van arbeid,
ook zioinder dat die factoren aanwezig
zijn, toiestaat, dat van wettelijke voor
schriften, betreffende de regeling van
den 8-upigen arbeidsduur wordt af
geweken, indien werkgevers en werk-
ne;m)ers hieromtrent tot overeenstem
ming zijn gekotoen.
Een uitnemende concessie, ter toe
lichting waarvan de minister jhlet vol
gende aanteeklent
D'e minister meent, ziicjh, ontslagen
te mjolgen rekenen van den plicht, om
hier in 'den breede de ip'otieven uiteen
te zieibten, Welke tot laatstbedoeld voor
stel hebben geleid. Die gronden be
rusten op zijn herhaaldelijk' uitger-
sproken miee'ning, dat aari regelin
gen, uit het vrije bedrijfsleven zelf
opgekd'miein, bij, de toepassing van de
wet oinder Controle der overheid vrij
heid mloet worden gelaten.
Dit beginsel vooropstellende, dient
echter nog de vraag te worden beant
woord, welke grenzlen aan zijn toe
passing. in de praktijk belmoren te
worden gesteld. Is het gewenscht,
daarbij zloover te gaan, dat voor een
vergunning als bovenbedoeld ook' re
gelingen in aanm'erfc'ing kopten, (waar
bij cfe gemiddelde arbeidsduur voior
eéln bedrijfstak de wettelijke grenzen
Overschrijdt, of zullen déze regelin
gen zich mloeten beperken tot een
verschuiving van den arbeidstijd?
Na rijp beraad mteent de minister
deze vraag in den ieerst aangegeven
zin te mloeten beantwoorden, echter
onder dezie beperking, dat een jaar-
niaximjum van 2500 uren ongeveer
overeenkomende met de op de Inter
nationale Arbei:dsc!omferentie te Was
hington aangenomen '48-wige arbeids
week niet wordt overschreden.
Zoo komt m'en tot een vrijere toe
passing der overwerkhren, waarbij de
minister t erecht dezie toelichting geeft
De minister is van oordeel, dat
deze vrijheid m'oiet worden gelaten al
lereerst 'met het oog op de industrieën,
die olnder buiitenlandsche concurrentie
gebukt gaan. Kunnen werkgevers en
arbeiders in 'n zbiodanige industrie het
eens worden omtrent de invoering
van een gemiddelde 48-urige werk
week, dan kan het, naar het gevoelen
van den minister, geen bezwaar oint-
mloieten, dat de regeling, .die de be
drijf sgenoiOten blijkbaar zelven in hjet
beiang van het betrokken bedrijf ach
ten, onder de noodige, door de over
heid te stellen waarborgen in de plaats
treedt van de voorschriften der wet.
Maar ook' voor bedrijven, die niet
voor de wereldmarkt wérken, kan de
ze vrijheid gewensCh't ziijn en leiden
tot overeenkomsten, waarbij zoo
als thains reeds in verschillende col
lectieve arbeidscontracten, o.a. in dat
voor de typografische vakken, het ge
val is woirdit bepaald, in hoever
door overweric de voor die bedrijven
geldende normale arbeidsduur kan
worden overschreden.
Dergelijke regelingen bieden voor
het bedrijfsleven dit voordeel, dat de
werkgever, hiits blijvende binnen het
aantal overuren, dat voor een bedrijf
wordt toegestaan (ten hoogste 160 per
jaar), voor het aanvaarden eener op
dracht, die overwerk noodig maakt,
niet eerst de dikwijls tijdriopvende en
daardoor soms te 'laat komende be
williging van de overheid behoeft te
vrajgen.
V opirfoopig kunnen verschillende pa
troons en werklieden ntet dezie verbe
tering tevreden zlijn.
DEED IK EEN GOEBE KEUS?
O
benieuwd, w,at papa heeft be-
oen! j7vejjjn. W0U) cl.at hij
j kwam vertellen. Ik weet zeker,
twi °let naar Caïro wil gaan, nu me-
.Uw Eldridge d,aar heen gaat. Hebt ge
opgemerkt, dat hij mij niet wilde laten
ësO'i waar wij heengingen?"
éanT ®Ün^eer William met schrijven ge-
iiwr kwamen hij en mijnheer Stanley
kld °nS t0e' en mijn^eer William ver-
ifii V ^1|3) 01126 Sroote vreugde, dat
6w.. ,c"' uaar Jeruzalem zouden
dat a in i6er Stanley had hem verteld,
het mcÜ e?n. ztedelijk hotel was, en dat
klimaat
in December en Januari er j
arvmon i
II- ^5elïleen heerlijk was.
kri J:enk dus' wij ons in Jeruza
den" nm,aand of twee zullen ophou-
6 miïnheer William, „en dan
heenÜa.;!; we vervolgens zullen
On z.e^k daarvan, Evelijn?"
ik ,zeide Evelijn, „het is juist,
lens u enSctee. Ik verlang naar Jeruza-
4 19 gaanl"
,,On,zie voeten ,zijn staande in uwe poor
ten, o Jeruzalem!" zeide mijnheer Stanley
glimlachend. En toen waren wij er ze
ker van, dat hij ons den Psalm had hooren
lezen.
Toen de zon onderging werd de wind
zeer sterk; de boot schommelde geweldig,
en de passagiers waren blijde, dat zij
naar hun hutten konden gaan. Het was
een vreeselijke nacht. Ik zal hem nooit
vergeten. Met iedier uur werd de storm
verschrikkelijker. Ik had nooit gedacht,
dat een storm op zee zóó vreeselijk kon
zijn. De golven sloegen ons over het
hoofd, en telkens werd de hut verlicht
door een felle bliksemstraal, bijna onmid
dellijk gevolgd door een vreeselijken don
derslag. Om de twee of drie minuten
hoorden wij gerinkel van brekend aarde
werk, en, naarmate de boot slingerde,
werden de gebroken kopjes, en kannen,
en glazen heen en weer op den vloer
geworpen.
Het verwondert mij wel, dat zoovele
menschen zulke vredige denkbeelden van
de Middellandsche Zee hebben, na gele
zen te hebben, wat de Bijbel ervan ver
haalt. O, hoe dikwijls dachten we, ge
durende dien vreeselijken nacht, aan Pau-
lus in den storm, waarschijnlijk in dit
zelfde gedeelte der Middellandsche Zee,
Moet de Vries weg?
Een bericht in ons vorig nommer doet
't voor ons al meer zeker worden, dat
de premier geen plan heeft bij' de recon
structie van het kabinet den minister
van financiën Weer in te huren.
Wij moefin ons hierover verwonderen.
Ware, terstond na de verwerping van
artikel 7 der Grondbelasting deze mi-
hister heengegaan, w;ij hadden het kun
nen verdragen. Doch toen is de minis
ter blijven zitten, blijkbaar dus, omdat
minister Ruys hem niet wilde loslaten.
Nu schijnt minister de Vries weer
wel overboord gezet te moeten worden.
Wij zouden zeggen, waarom toch?
Wat heeft hij dan sedert dien tijd
gedaan, dat men hem nu op1 eenmaal
op jój wil zetten?
Is 't dan niet waar, dat hij' meer dan
één ontwerp, ook dal op de Grondbe
lasting, en ook zijn ontwerp Tabaksbe
lasting op uitstekende wijze verde
digd heeft, was hij niet zijn onderwerp
steeds meester?
Nog eens, wat is er dan toch gebeurd,
dat hij er nu uit moet?
Zal 't kabinet &ijn vervanging gan-
durven; en zal 't wanen, dat het hier
door ê\jn positie versterken, en de anti
revolutionaire partij te hechter aan zich
verbinden zal
Laat ons blijven afwachten of de ge
ruchten juist zijn.
Oud-minister Colijn.
Het Vaderland berichtte dezer da
gen, dat de heer Colijn was uitgenoodigd
om den heer Pop als minister van oor
log op te volgen.
Wij hebben dit bericht niet overgeno
men, omdat wij niet van allerlei geruch
ten melding kunnen maken.
Indien evenwel 't feit toch plaats gehad
heeft, dan begrijpen wij, dat de heer
Colijn voor deze hooge eer heeft bedankt.
De heer 'Colijn heeft toch als jijh
meening uitgesproken dat 't beste middel
om uit de impasse te geraken voor het
kabinet zou zijneen aansturen op Ka
merontbinding met voorafgaande Grond
wetsherziening.
Wij Voor ons zouden hieraan echter
nog de opmerking willen verbinden, dat
wij niet gaarne, althans in de eerste jaren,
onze kleine anti-revolutionaire partij van
haren leider in de Kamer beroofd zou
den zien.
en we konden ons zoo goed dat tafereel
in het leven van Jona voorstellen, toen de
zeelieden, voor ze hem overhoord wier
pen, een laatste, krachtige poging deden,
om het schip aan land te brengen, maar
de zee was zoo woest en onstuimig, en zij
waren niet in staat 'het schip te beheer-
schen.
En ook Davids beschrijving van den
storm, in Psalm 107, moet op deze zelfde
zee betrekking hebben. Hoe dikwijls zeiden
wij dien nacht die verzen voor elkander
op: „Hij doet den storm stilstaan, zoodat
hunne golven stilzwijgen. Dan zijn zij ver
blijd, omdat zij gestild zijn, en dat Hij
hen tot de haven hunner begeerte geleid
heeft"
„O, May," zeide Evelijn, terwijl ik dicht
bij haar kroop, toen de storm op het
hoogst was, „welk een troost is het, te
weten, dat wij veilig zijn, nietwaar?"
„Ja, zeide ik, „ik kan mij niet begrij
pen, hoe iemand durft te reizen, zonder
dat te weten."
Ik zou het niet hebben geweten, als
wij een jaar geleden gegaan waren," zei
de Evelijn. „Och, M,ay, ik zou dan vreese
lijk angstig geweest zijn."
Wij sliepen den geheelen nacht niet, en
de uren schenen ons zeer lang toe.
Ongeveer drie uur in den morgen hoor-
De heer Colijn is de leider, en in de
Kamer beboorl. hij daarom als .zoo
danig 'straks de politieke leiding op zich
te nemen.
Waar idan nog bij komt, dat wij on
gaarne dezen meest vooraanstaande on
der onze staatslieden in een departement
geplaatst zouden zien, waaraan vooraan
staande politieke beteekenis .ontbreekt.
Een echec der Engelschie regeering.
De Engelsche regeiering heeft Dins
dagavond een nederlaag geleden bij de
z.g.n. financieele wet, welke een deel van
de begrootingsvoorstéllen bevat. Het ging
over een amendement, om de zeer in
vloedrijke coöperatieve maatschappijen in
Engeland en Ierland te vrijwaren v,an de
belasting op de vennootschappen. Dit
amendement kreeg steun va.n liberale con
servatieve en lahour-zijde.
De stemming leverde 137 voor en 135
tegen op, zoodat slechts iets meer dan een
derde van het huis aan de stemming
deelnam. Van verschillende kanten in het
lagerhuis begon men 'te roepen: Aftreden!
Ondanks dit resultaat hetwelk in werke
lijkheid een echec van de regeering 'betele-
kent, heeft geen van de ministers nog
eenige verklaring gegeven. Er is echter
geen sprake van een kabinetscrisis.
S
Korte Berichten.
Bij 'het begin van den oorlog was
f er op de wereld 49 millioen ton scheeps-
ruimte. Daarvan gingen door vijandelijke
actie en schipbreuk in den oorlog 15
millioen ton verloren. Thans zijn er niet
j minder dan 62 millioen ton, waarvan Ne-
t derland heeft 2.207.000 ton, dat is 736.000
I ton meer dan in 1914.
j Sommige streken van Rusland wor
den als 'het ware door wolven over
stroomd. Geheele kudden dringien steden
en dorpen binnen en bedreigen het leven
zoowel van menschen als dieren. Overal
richten iz,ij igpoote verwoestingen onder het
vee aan en de bloeren staan machteloos,
daar alle wapenen hun ontnomen zijn.
Er is in Engeland nog geen voor
uitzicht op verandering van weer. De
droogte is verschrikkelijk. Het is 90 gra
den in de schaduw. Het water wordt
overal uiterst sehaarsch en in Londen
worden overal aankondigingen aangeplakt
spaarzaam te zijn.
Te Moskou zijn hongeroproeren uit
gebroken. Ook te Astrakan. Aldaar zijn
verscheidene inbellectueelen en volkscom
missarissen omgebracht. i
Maandag is het te Chicago de
warmste dag van de huidige hitteperiode
geweest. In de schaduw waas de ther
mometer meer dan 38 graden Celsius!
Verscheidene doodsgevallen ten gevolge
van de hitte zijn geconstateerd.
In geheel Scandinavië komen nog
steeds groote bosch-, heide- en veenbran
den voor. In het Zuiden en Noorden van
Zweden zijn bosschen, houtzagerijen, cel
lulose fabrieken, een groot dorp en vele
gehuchten ter waarde van vele millioenen
kronen verloren gegaan. In Noorwegen
staat bij Asoyswinger een groot bosch
in vlammen. De schade bedraagt tot nu
toe ongeveer 1 millioen kronen.
De Engelsche regeering wil den Op
persten Raad op 28 Juli bijeengeroepen
zien. Frankrijk wil nog steeds uitstel.
In Polen wordt op groote schaal
gemobiliseerd, naar verluidt in verband
met een dreigenden aanval der Russische
bolsjewisten.
den wij de stem van mevrouw Eldridge
die luid om hulp riep. Zij riep eerst om
Clemence en vervolgens om de hofmees
teres.,, maar haar hutten waren aan de
andere zijde der groote kajuit, en geen
v.an beiden hoorde haar.
„Wat zou zij willen?" vroeg Evelijn.
Ik trok mijn morgenjapon aan, en het
gelukte mij voort te gaan tot aan de deur
van mevrouw Eldridge's hut, zoodat ik
kon zien, w,at en gappde was.
„Kijk eens even hier, jiuffro'uw Lindsay,"
zeide zij, „de "geschutspoort is openge
barsten, en het water is over mijn bed
gekomen. Toe ga de hofmeesteres roepen,
en zeg haar, mij schoon linnen en schoone
dekens te brengen."
„Ik weet niet, of ik tot aan de hut der
hofmeesteres kan loopen, mevrouw El
dridge," zeide ik, „maar ik zal 't beproe
ven; het is vreeselijk rnw weer!"
„Och, onzin," zeide zij, „houd u aan
den kant vast, en ge zult er wel komen.
Ge wilt toch niet zeggen, dat ge zeeziek
zijt, juffrouw Lindsay; ge zult het wel
te hoven komen. Ik geloof niet aan zee
ziekte; als de menschen het slechts be
proefden, kunnen zij haar tegenhouden.
Ik gevoel mij even gezond ter zee als
te land."
Ik kon niet nalaten, te denken, dat,
De kabinetscrisis.
De Haagsche Redacteur van de Msb.
schrijft, nadat hij melding heeft gemaakt
van de ook door ons gisteren mede
gedeelde vermoedelijke ministerwisse
ling, het volgende
Maar, met het vinden van geschikte
en zich in beginsel bereid verklarende
personen is men er nietj voor een suc
cesvollen arbeid is noodig een program,
waarop de regeringspartijen bereid ge
vonden worden ministers te steunen.
Voor 'ons Katholieken .staat het be
houd van de coalitie en v'ati een rechtsch
kabinet voorop' en daarvoor willen wij
ons gaarne eenige offers getroosten en
de vervulling van sommige onzer wen-
schen tot gelegener tijd uitstellen.
Wel kunnen Wij niet aanvaarden het
door de Anti-Revolutionairen ingenomen
en dooi' den heer De Monté verLoren
in de TWeede Kamer verdedigde stand
punt in de militaire kwestie. Maar de
vraag is, in hoeverre de vervulling onzer
wenschen op dit oogenblik opportuun
geacht kan worden.
Wat het verblijf der militairen in de
kazernes betreft, moet een regeling in
het vooruitzicht zijn gesteld, Welke zelfs
onze stoutste verwachtingen overtreft,
n.l. een, waarbij niemand zal verplicht
worden tot 't verblijf in de kazerne.
Behalve op het gebied der ontwape
ning zullen wij ook op andere punten
onzen tijd hebben af te wachten om tot
bevrediging onzer verlangens te geraken.
Zoo is daar bijvoorbeeld de opheffing van
het processie-verbod.
Waar wij' met de Christelijke partijen
op politiek gebied wenschen samen te
gaan zullen wij gevoeligheden van het
protestantsche volk hebben te ontzien.
De oplossing der crisis aan Financiën
schijnt eenvoudiger te zullen gaan. Alle
rechtsche partijen zijn het er over eens,
dat het nieuwe program van samen
werking zal moeten staan in het tee-
ken der bezuiniging. De invoering van
wetten, welke 'de schatkist veel geld
kosten, zal de sociale maatregelen
uitgezonderd zooveel mogelijk tot be
tere tijden moeten worden verschoven.
Zoo' zullen de invoering van het zevende
leerjaar op de lagere scholen, de uit
breiding van het Ambachtsonderwijs en
tal van andere Wettelijke maatregelen
nog eenigen tijd moeten Wachten. Aldus
zal verhooging der grondbelasting het
struikelblok van Minister De Vries
achterwege kunnen blijven.
Ee'n verwijt tegen H. M.
de Ko'ningin.
Men seint uit Boedapest aan de
„Maasb.": De Servische pers richt de
heftigste verwijten tol H. M, Koningin
iWilhelmitia, daar Zij in een toespraak!
tot iin Nederland vertoevende Servi
sche kinderen z'ou gezegd hebben, dat
de ge'zlajmlenlijfcë cultuurvolken van Eü-
ropa zich verbinden m'oesten om de
(onbeschaafde zeden der Balkanvolke
ren terug te dringen.
Een der grootste Servj|che bla
den tooimlt er zelfs toe te betoogen,
dat de opvoeding en verzorging van
kinderen in Servië op hooger peil
staat dan in het Koninkrijk der Ne-
derlainden.
indien dit «het geval was, zij zelve wel
paar de-' hofmeesteres zou kunnen gaan,
inplaats van er op iaan te dringen, dat ik
voor haar gaan zou. Ik deed echter mijn
best, en 't gelukte mij, naar de groote
kajuit te waggelen, ofschoon ik verschei
dene keeren viel, en mijn hand erg be
zeerde aan een gebroken bord, dat heen
en weer over den vloer werd gewor
pen, daar de boot van den eenen kant
naar den anderen slingerde.
Ik vond de hofmeesteres in haar hut
schreiend te bed liggen. Zij vertelde mij,
dat ze een weduwe was met drie kleine
kinderen, die ze in Engeland had achter
gelaten. Men had haar overreed, te be
proeven, op deze manier in haar levens
onderhoud te voorzien, en dit was haar
eerste reis; maar ze geloofde niet, dat
ze ooit weer zou kunnen gaan; zij had er
geen denkbeeld van, dat het zóó ver
schrikkelijk zou zijn. Zij vertelde mij dit,
toen zij de lakens 'kreeg voor het bed
van mevrouw Eldridge, en ze zeide, dat
zij, juist toen ik binnen kwam, schreide
omdat zij dacht, dat zij haar kinderen
nooit zou wederzien.
(Wordt vervolgd)