J Dinsdag 131 Juli 19SS 35e Jaargang raak, louwvak. bi bekwarn^ rkoopentA Eoeden TARWE,| ïonlebouten Secretaire honiehouten OittrektafeU ett© Dagdienstbod» iddelburg, I fa Ü38 Verkooping. J. M. DE KOK te G 14 JULI |92| P 10 uur op het »kin M. Rijk, 's Heer 'ïstraat. te Goes, jroofe parüj laDde o.a. uit: Metselsteen, m lardsteenen Dorpels meii Pveuren' PlankeD' ftn, Ribben, partij Ijzer; hout, enz. enz. h *?rsche ""ding steeds ld Vleesch, Rollade, Stuk. bn gehakt f 1,40 por kilo. I Slager en Veecommlssij- estraat, Middelburg, TE KOOP: Juten Kabinetten, buik, een Kabinet met schuit, een mahonie» inenkast, een antieke s, enz. enz. ET, Penninghoek, L5I, TE KOOP: Hooigras met het Nagras, .'stede vau Dingemause, Grijpskerke, alsmede te veer 4 Gemeten Weiland,] jloordloodweg te Ritthem ter 390 Roeden Bouwland I en 260 Roeden Bouw-j [et Station te Aruemuide» i leden dito, aan den Dorpsj itthem. Adres IRS, Seissingel, Middelburg. traagd dagelijks 70 LITERS MELK. I. J. POLDERMAN, G«- I 186, Midddlburg. pop bij inschrijving! aan „Zandergrondswegej Iriefjes in te leveren vóór Juli, bij L. SIMONSE J^., Ike. koop aangeboden i A. VOS, Hofplein E29ia, urg. Ictober id of aankomende bij P. BESUfJEN, West-SouW] hoog loon tei stond lienstbode benoog 1ANDEE Az's Heer He»' ideren. spoedig mogelijk ;d, tegeo hoog 5 VAN KESSELEN, Op' gen. r direct gevraagd mmerliedef gebleken geschikt" werk. res Electrischeik, subelfaöriek Zuid'"1" ITEN «AV, je 20, Schie°a Uitgave van ,umL Venn. EUCTOR ET EMERGO, gevestigd te Goes. Hoofdbureau te Goes: iaN6E VORSTSTRAAT 70, (Telefoon No. 11). Bureau te Middelburg [JIRMA p- ÖHUIJ L. BURG. Drukkers i ,rbaan L e Cointre, Goes. i V*. '"V V'\' sleeuw VERSCHIJNT ELKEN WERK1AG. Abonnementsprjjai P^j's per 3 maanden fr. p. post 13.— Losse nummers fODB Prijs der Advertentiëm 1't regels fl.20, elke regel meer 30 oi. Bij abonnement belangrijke korting. Bewijsnummers 5 cent j, plazier t \\iü voegen onze betuiging van Uwez'en bij' die welke in de Chr. historische pers werd rondgedragen .over het beengaan van den man, mens naam bier boven staat. Onze hoofdredacteur, van een korte lijdelijke afwezigheid terug, olatving 't jjgricht van dit plotselinge overlijden te lei een woord van hulde en deelne- te schrijven. Van hulde aan de nagedachtenis van dezen eenvoudigen jroeder, met zijn warme, ruime ha,rt. (au deelneming met de kinderlooz© ffeduwe, die door dit sterven vereen zaamd en als verweesd achter blijft. Jloge de Heere haar troosten, haar Eén en Alles zijn! Ook wij betreuren het verlies van dezen bescheiden man, die zich niet naai' voren drong, doch waar hij1 een maal vooraan geplaatst was, zich zon der aanzien des persoons gelden deed. Plazier was een man, die groote^ liefde had tolt kinderen. Dit toonde tóf door zijn moeizamen arbeid op de Zondagsscholen, vele jaren lang, week aan week, bij goed weer en bij kwaad weer, in verscheidene ge meenten door hem verricht. Hij was een man die op 't terrein van het openbare leven het goede voor. den naaste zocht, en dit toonde in den door hem geboden steun aan de' actie voor de vrije school, voor de handhaving der belijdenis in de kerk, en voor den weeropbloei van het antirevolutionaire leven in zijn breedere openbaring. Wat zijn liefde voor de vrije school aangaat, die had hij van ztijn ouders geëerfd, en zij was door zijn leermees ter, wijlen Ds Budding, in den toen reeds principieel voelenden jongeling aangewakkerd. ;Ondanks zijn geeste lijke verwantschap: met Budding even wel, volgde hij ,op rijperen leertijd de zen niet in diens dwalingen, doch ging over tot de „Groote Kerk", waar hij- weldra als confessioneel man positie nam, en tegenover iedere afwijking standvastig de eigen eens gevestigde overtuiging handhaafde. Orgajniseerend talent hieeft Plazier niet gehad; dit heeft zijn kortstondig leiderschap van 't'Gaessohe Patrimo nium, later van den Chr. Nat. Werk mansbond, zijn actie van 1894 op politiek gebied, die later jn haar tegendeel omsloeg, duidelijk geleerd. Doch. in den kleinen Christelijk Dis tort schen kring, door hem in 1896 gesticht en steeds door hem geleid, genoot, hij veler vertrouwen. En in de dagen der coalitie heeft hij door njn sympathieken steun de harten van menigeen uit den door hem verlaten antirevoluüonnairen lering verkwikt. Wij hebben niet elke actie van dezen overledene op publiek terrein tonnen goedkeuren; doch hiertegen over staat, blijkens 't bovenstaande, nog meer dan genoeg, om met. recht en melen den naam van dit overleden ge meenteraadslid te boeken bij die van «12e beste geestverwanten. hen troost is er voor ons bij zijn Heengaan; dat zijn opvolger in dén gemeenteraad zal zijn, wanneer deze namelijk de vrijmoedigheid vindt om zich de aanwijzing te laten welge vallen, de heer A. L. van Melle, een mata, wiens rondborstigheid en eer- FEUILLETOW. DEED IK EEN GOEDE KEUS? 38.) -o_ 0, hoe benieuwd was ïk, of dit de gelegenheid zou zijn, waar ik zoo* liang m gebeden had, de gelegenheid van tot i|n lieve Evelijn over de eeuwige din- I n^Pieken, en haar tot den Zaligma- f1 te leiden Ik hoopte het, en ik drukte e hoop uit in een ernstig gebed, waarin smeekte, dat ik wijsheid mocht ver- \J'fen> °m te volgen, zooals God mij zou I <en' ,°m gebruik te maken van de ge- jf®, ejd, zoodr.a Hij mij die gaf. Eén- ,s °f tvvee keer dacht ik er over te preken, niaar dan weer gevoelde ik, dat c,j rnlsscliien heter w.are te zwijgen, totdat eerste uitbarsting barer smart voorbij u zbn. Maar een liefelijke gedachte 'avifj m? voor Hen igeest, toen ik dien Wel"v, werken, n.l. deze, dat, alles L "eschouwd, de naaste weg, om het j™* iemand, dien we liefhebben, te W VH°or den hemel leidt; en, o, diener trachtte ik Evelijns hart langs Wee te bereiken. HOOFDSTUK XI. e gelegen heid gegeven. Cen ®k den volgenden morgen een blik lijkheid, veelzijdige kennis en kloek verstand, een gewenschte plaatsver vanging waarborgen. Mr J. A. Loeff f De anti revoluli.onnaire partij in den lande heeft met groot leedwezen ver nomen het overlijden van den oud minister, wiens naam hierboven staat. Mr Loeff was onder de meest princi- piëele Roomsche staatslieden ons de meest sympathieke. In het kabinet- Kuyper was hij een der beste minis ters. In de tweede Kamer een der' meest vooraanstaande, leden, man van groot gezag; een rechtsgeleerde van groote bekwaamheid. Met zijn broeder, Mr P. Loeff. uit 1 andbouw'kringen voortgekomen, heeft hij met de hem geschonken gaven ijverig gewoekerd, en zich daardoor een eereplaats in het publieke leven veroverd. Het deelnemend woord, door hem gewijd aan het sterven van Dr Kuy- per, deed nog kort geleden zien, dat hier niet alleen de staatsman, maar, en meer nog, de Christen, niet alleen de geestverant in ruimen zin, maar ook de persoonlijk© vriend van den overledene aan het woord was. Wij hebben groote hoogachting ge koesterd voor nu wijlen Dr Schaep- man; daardoor is dit respect over gegaan |0|p! zijn jongeren, voorzoo.ver zij: zijne voetstappen drukken; en onder dezen, om ons nu slechts tot de over ledenen te bepalen, was Mr Loeff een der meest door ons geëerde. Wijl alle waarachtige vroomheid vrucht is van de werking des Heili gen Geestes, die zich niet beperkt tot bepaalde berk of kring, zeggen wij oiOiK van dezen overledene: moge ook hem die zaligheid zijn. ten deel ge vallen, welke onze God om Christus' wil al Zijnen kinderen, reeds terstond na hun scheiden uit dit lichaam der zonde, uit vrije genade schenkt, Ter verdediging van Colijn Aangezien van sociaal- en vrijzinnig- democratische zijde getracht is bij de Dj.ambi-debatten den leider onzer A.-R. partij, den heer Colijn, verdacht te ma ken en dit spelletje ongetwijfeld nog wei eens zal worden herhaald, iaten wij hier volgen het woord, ,door den heer De W.aal Malefijt in de Eerste Kamer ge sproken „Ten slotte nog een enkel woord naar aanleiding van hetgeen gezegd is door de heeren Mendels en Van Kol, maar ..speciaal door laatstgenoemde, daarbij ge dekt door de parlementaire onschend baarheid, aan het adres van mijn vriend den heer Colijn. Een deel van de gebe zigde projectielen ,zijn van dien aard, dat ik hoop, dat men begrijpen zal, dat ik ze onaangeroerd laat liggen. Er zijn van die z,aken, waarmede men niet anders han delen kan. Maar ook is ter sprake ge bracht de positie van den heer Colijn als leider van de antirevolutionnaire par tij, en daarover wil ik iets zeggen. Mijnheer de Voorzitter! Het heeft mij getroffen, dat hedenmorgen weer opnieuw breed zijn uitgemeten de groote gelde lijke inkomsten, die de commissarissen van die groote maatschappijen de laat ste jaren gehad hebben. Ik dacht zoo: waarvoor doel; men dat? Maair toen ging sloeg in de courant, die in de bibliotheek op de tafel lag, viel mijn oog op deze woorden: „Ellis-Fitzger.ald". Ik ontdekte, dat het een aankondiging was van het huwelijk van Claude en Alice. Het verwonderde mij, hoe rustig en kalm ik het kon lezen. Dit verdriet 'behoorde inderdaad, en in waarheid, tot het verleden. Ik kon mij verheugen in het heden, de smart was reeds lang over. Ik kon God van ganscher harte danken, dat Hij mij niet had doen bezwij ken voor de verzoeking, die in dien tijd zoo sterk voor mij was, en dat Hij mij gered h.ad van het lot, waarvan ik, een jaar geleden, gedacht had, dat het zoo schitterend zou zijn. Ik nam de courant mede, toen ik naar Evelijn's kamer ging, en wees haar de huwelijksadvertentie aan. Ik dacht, dat het helpen zou, om Ihaar gedachten een weinig v,an haar verdriet af te brengen. „Alice is dus getrouwd; arm meisje; ik was vergeten, dat het zóó spoedig zou gebeuren." „Waarom noemt gij haar arm, Evelijn?" vroeg ik; „de meeste menschen zouden zeggen: „gelukkig meisje"." „Och, dat weet ik niet," zeide Evelijn, „misschien moest ik het niet gezegd heb ben. Mijnheer Ellis is een goede kennis van u, dat weet ik wel; maar, hoe dan ook, ik geloof niet, dat ik gaarne met mij een licht op. Men vergist zich in de mentaliteit van de kleine luiden, waar over men zoo gaarne spreekt, de kleine luiden van de Antirevolutionnaire Partij, waaronder ik mijn beste vrienden heb. Men dacht, dat, als men nu voor die kleine luiden maar eens het goud liet schitteren, dat Colijn en anderen verdie nen, er jalouzie en nijd zou ontstaan en hij daardoor wel het vertrouwen van de partij zou verliezen. Men vergist zich echter in de mentaliteit van de Antix&voi- lutionnaire Partij. Qnze meuschen kun nen best zien, dat er in hun midden rijken zijn, zonder dat zij' daardoor ge prikkeld worden tot nijd en afgunst. Dit argument kan men dus gerust bewaren voor de eigen vrienden. Zooals ik zeide, men heeft ter sprake gebracht de positie van den heer Colijn als leider van de Antirevolutionnaire Par tij ;en men poogt die partij; in hem als haar leider te treffen. Bij hetgeen ik daaromtrent ga zeggen stel ik op den voorgrond, dat ik van meening ben, dat het deelnemen a,an de politiek van per sonen, die gelegenheid hadden een over zicht te krijgen van het economische en financiëele leven, in uitgobreiden zin geenszins door mij wordt afgekeurd, maar integendeel in 's lands belang acht. Het zou 'er ongelukkig uitzien, als wij alleen theoretici in do Regeering hadden. Laten p'i'actische menschen, die de handelswe reld en het zakenleven kennen, ook maar voor den da,g komen. Desondanks wil ik, na dit op den Voorgrond gesteld te hebben, uitspreken, dat het m. i. geWenscht is, dat de leider van een politieke partij, iemand van groor ten invloed, niet tevens ook leider is van een groote handelsorganisatie. Ik zeg dit in het algemeen. Maar dit op den voorgrond gesteld 'hebbende, wensch ik hot volgende te constateeTen lo. toen de onderhandelingen met de Bataafsche werden hervat, was de heer Colijn geen leider van de Antirevolution naire Partij en geen lid van ons Partij bestuur. 2o. ér is niet aangetoond, dat de heer Colijn eenige handeling heeft verricht, waarvoor hem eenige blaam zou kunnen treffen 1 3o. de lieer Colijn heeft op den dag zelf, dat hij gekozen werd tot eërste- voorzitter van het Centraal Comité der Antirevolutionnaire Partij, het besluit ge nomen, en dat besluit schriftelijk medege deeld aan wijlen dr. Kuyper en het mon deling bevestigd, om zoo spoedig mo gelijk de banden te verbreken, die hem aan handelszaken verbinden. Van stonde af aan heeft hij de maatregelen voorbe reid en genomen, die noodig zijn om zijn uittreden zonder schokken of schade mogelijk te maken. Die maatregelen zijn. reeds ten deele in werking en in den (loop.Van 1922 zal de heer Colijn geheel lols zijn van de Koninklijke on haan filiaal- maatschappijen. Hij' zal dan dus niet meer zijn directeur, noch commissaris van de Koninklijke, noch van andere maatschappijen, die met de Koninklijke in relatie fstaan. Hij brengt dit groote fi nanciëele offer, omdat hij van oordeel is, dat de bedoelde combinatie hem ten opzichte van sommige politieke zaken in (het oog van velen niet geheel vrij zou doen ischijnen en daardoor ten deele zijn politieke actie zou .kunnen beperken, maar ook omdat hij het besef heeft, dat hij alleen zoo zijn volle kracht zal kun nen ontwikkelen als hoofdleider van de Antirevolutionnaire Partij. Op het oogen- blik Is de heer Idenburg dat meer dan hij. Ik geloof, dat er niet velen in het land zijn, die bereid zouden bevonden worden voor hun partij zulk een materieel offer te brengen en dat de Anti-revolution- naire Partij zich in geen enkel opzicht voor zulk een leider behoeft te schamen." Buitenland. hem zou willen trouwen; en gij, May?" „Neen," zeide ik zeer beslist, „vol strekt niet". Gedurende eenigen tijd gingen we met ons werk voort, zonder een woord te spreken, en toen vroeg Evelijn: „May, herinnert ge u, wat Alice Fitz gerald zeide over 't weglachen van 't ver driet?" „J.a, zeer goed," zeide ik. „Ik stern volstrekt niet met haar over een," zeide Evelijn, „ik kan niet lachen, als ik verdriet heb, het zou niets baten f ihet te beproeven. Ik zou vandaag niet kun nen lachen indien ik poogde te lachen, zou ik dadelijk beginnen te schreien." „En zelfs indien ge kondet lachen, lieve Evelijn," zeide ik, „zou de smart het volgende oogenblik heviger dan ooit terugkomen. „Och, May," zeide Evelijn plotseling, ik wenschte, dat ik dat andere kon doen." „Welk andere?" „Wel bidden," zeide zij. „Herinnert gij u niet, dat ge zeidet, dat gij altijd badt, als u iets kwelde. Ik wenschte, dat ik dat doen kon." Ik antwoordde haar niet, voordat ik eetf ernstig gebed had opgezonden, om, nu de gelegenheid mij was gegeven, er ge bruik van te maken, en binnen te treden, nu de deur eindelijk voor mij scheen te zijn geopend. De Toestand. De internationale politiek der laatste dagen staat wel in het teelcen van con ferenties van vreedzamen aard. Denk aan Ierland, Waar Donderdag de hoogst belangrijke samenspreking tusschen Lloyd Geo'rge en de Valera zal worden gehou den, al doet het iet wat onaangenaajn aan, dat juist Zaterdag nog te Belfast ernstige ongeregeldheden plaats hadden, waarbij 40 dooden en 100 .gewonden zouden gevallen zijn. 'Overigens moet in de meeste plaatsen van Ierland het strai- tenbeeld moer vredelievend zijn dan tot voor enkele dagen. Do menschen kunnen zich nu rustig op straat bevinden. Dan denken we verder aan de giste ren aangevangen besprekingen te Parijs tusschen de Fransdhe en Duitscho des kundigen over de wijze van betaling voor de Duitsche leveringen. De Duitsch© ge delegeerden zullen vervanging vragen van de heffing, gelijk staande met 26 pro cent van den Duitschen uitvoer, door verschillende heffingen, gelijk op den ver koop van koffie, suiker, tabak en eenige grondstoffen, op de vervoermiddelen, de post en de opbrengst der inkomstenbe lasting. De Fransche deskundigen zouden daartegen, in beginsel geen bezwaar hebben. Daar is ten slotte de uitaoodiging van president Harding aan Engeland, Frank rijk, Italië en Japan om deel te nemen aan een conferentie te Washington, waar de vraagstukken van den Stillen Oceaan en het verre Oosten, die ten nauwste samenhangen met de kwestie der ontwa pening besproken zullen worden, tenein de tot een gemeenschappelijke overeen stemming te komen ten aanzien van de beginselen der politiek in het Verre Oosten. Lloyd George heeft zoo zei hij dit initiatief met de grootste vreugde be groet en de meest mogelijke medewer king werd reeds toegezegd. Alles heel mooi. M,oar men vergeve ons dit scepticisme of de resultaten aan deize hooggestemde verwachtingen evenredig zullen zijn, wagen wij voorals nog te betwijfelen. De feiten der laatste jaren hebben ons geleerd, voorzichtig te zijn. i 1 lersche Statistiek. De volgende officieele getallen zijn openbaar gemaakt over moorden en ver woesting van eigendommen in Ierland tot 2 dezer. De moorden op de politie be gonnen in 1920, maar de verwoesting van eigendommen dagteekent al van Ja nuari 1919 af. Er werden verwoest: 86 ge rechtsgebouwen, 547 kazernes van de Ko ninklijke Iersche politie; 367 kazernes wer den gehavend, 2400 aanvallen gedaan op op posttreinen en -koetsen, 3211 invallen in huizen enz., om wapens te bemach tigen. Gedood werden 395 politie-agenten (nadien is dit getal boven de 400 ge stegen), gewond 651; aan soldaten sneu- „Maar waarom kunt gij .niet bidden, lieve Evelijn?" vroeg ik. „Wel, May, ik wil u wel zeggen waar om," zeide zij; „ik h,ad er zeer gaarne (met u over willen spreken, maar ik wilde niet beginnen. Ziet ge, ik heb in den laatsten tijd veel gedacht, en gewenscht, dat ik even gelukkig was als gij; en op zekeren dag, toen gij niet in de kamer waart, liet ge op de tafel een stapeltje van die boekjes liggen, die gij medeneemt, als ge uw arme menschen gaat bezoe ken; w,at denkt ge nu, dat ik deed?. Ik dacht, ik zou gaarne eens willen zien, waarover zij handelenik kreeg er daarom een en las het; en toen Legde ik het daarna zóó zorgvuldig weer weg, precies; op dezelfde plaats, dat ge niet kondet ontdekken, w,at ik had gedaan. Ge hebt het niet ontdekt, wel?" „O, neen," zeide ik, „inderdaad niet; maar welk was het, dat ge hebt gelezen?" „Het handelde over „de Verloren Zoon"; herinnert ge u dat niet?" „Neen," zeide ik, „ik heb ze alle niet' gelezen; w,as het mooi?" „Ja, zeer mooi, en het gaf een duidelijke verklaring van het gebed. Ik heb er sedert dien tijd over nagedacht." „Wilt ge mij vertellen, w,at ge gelezen hebt?" vroeg ik. „Het stelde den verloren zoon voor/ zeide Evelijn, „naar huis gaande, nadat velden 140 man en werden 325 man ge wond. Hitte en droogte. De weerkundigen voorspellen nog steeds mooi, droog weêr en het winter koren is rijp om te oogsten. Het vee be gint hoe langer hoe meer dorst te lijden tengevolge van het opdrogen van vijvers en plassen. Ook in Engeland. Men leze maar onderstaande berichten In de leigroeven van Festiniog moesten rniin duizend werklieden Zaterdag, ophou den, bij gebrek aan water. Andere groe ven .zullen ook gesloten worden, als de droogte aanhoudt. In de wolden (wealds, wolds, open boschland) van Yorkshire is het drinkwater uitgeput., behalve in enkele huizen waar nog, regentonnen staan. Vrijdag is het St. Swithin en, volgens het oude Eng.elsche bijgeloof, kan men, als het op ctien dag, regent, daarna 39 dagen aan een stuk verwachten, zöo iets als bij ons de zes regenweken na een regenachtigen -St. Margriet. Met de droogte gaat te Londen een vermeerdering van het aantal gevallen van diptherie en rood vonk 'samen. In de gasthuizen van de Metropolitan' Asylums Board (in het bij zonder bestemd voor het opnemen van. lijders aan besmettelijke ziekten) leden Donderdag op 5859 patiënten die in be handeling waren, 1919 aan diphtherie en 3790 aan roodvonk. Eiken dag worden ongeveer 125 nieuwe patiënten opgeno men, tegen 80 als. normaal cijfer. En wat de hitte betreft, is 't in Londen ook niet mis. Het was Zondagl daar 90 graden in de schaduw. Het was de 78e warme dog. Er ,zijn verscheidene men schen aan de gevolgen van de hitte be zweken. En in Amerika is 't zoo mogelijk nog erger. Ook daar is de hitte ondragelijk, vooral in New-York. De armen' slapen aan het strand en in parken. Iünderen in zwembroekjes zwermen naar de brand- woerstations, waar zij bespoten worden. Verscheidene menschen zijn krankzinnig door de hitte, anderen zijn gedood door een val van de doken, waar zij tracht ten te slapen. De berichten uit Frankrijk zijn ook al niet anders. Gemeld wordt, dat Frankrijk sinds op zijn minst 50 jaar ten gevolge van droogte niet zóó onder wa.ter- schaarschte geleden heeft als thans. Kort* Berichten. 4 Uit Madrid wordt gemeld, dat de S poor wegman n en van de Fort'ugeesche lij nen een algemeene staking hebben gepro clameerd, welke gisteren zou 'ingaan. Een der gewonden bij het spoorweg ongeluk te Hennuyères, een Fransch post man, is gisteren overleden. Het aantal slachtoffers der ramp bedraagt thans 7. 'Weldra zal te Parijs een aanvang worden gemaakt met den boUw van een moskee. Het Mohammedanisme dus in 't hartje van Frankrijk! Te Antwerpen en Mechelen zijn de Guldensporenfeesten met hijzonderen luis ter gevierd. De Kawasaki droogdokmaatschappij te Kobe, de grootste scheepsbouwmaat schappij -van Japan, is gesloten ten ge volge van een staking van 20,000 arbei ders, die het recht van vereeniging op- eischen. De toestand voor de andere Ja- pansche industrieën is ernstig. Men heeft hier met de tot nu toe grootste arbeiders beweging van Japon te doen. ■frii. ii'Miii ij B iiKiiuiimiu—i—wmwpggiw—wiwn i. i. hij zijn armen ouden vader zoo slecht behandeld had, en begon „Vader, ik heb een nieuwe jas noodig," of „Vader geef mij w,at nieuwe schoenen," of „vader, ik heb erg gebrek jaan voedsel." Het stel de hem voor, zijn vader vragende in zijn behoeften te voorzien, voord,at hijhem ooit had gevraagd hem zijn slecht gedrag jegens hem te vergeven. D,at zou niet de rechte weg zijn geweest, zou het wel May?" „Neen," zeide ik, „het zou niet goed zijn, voordat men tot den Vader komt, en zegt: „V.ader, ik heb gezondigd tegen den hemel en voor u, en ik ben niet meer waardig uw zoon genaamd te worden." „Ja," zedde Evelijn, „en in uw boekje sfaat precies hetzelfde, en toch willen zóóvele menschen, wanneer zij in moeite geraken, tot God gaan, om Hem om aller lei dingen te vragen, en hebben zij er nooit aan gedacht, Hem te vragen, hun hunne zonden te vergeven." „Ik begrijp, wat gij bedoelt, zeide ik; we moeten tot God over onze zonden spreken, vóór wij tot Hem kunnen spre ken over ons verdriet." (Wm&t v«Bvo!gdL p&l - i - i

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1921 | | pagina 1