gith a. «iddejburs. I ty0 j^4 Donderdag 314 Februari 1D3&1 35e Jaargang F E UTlle TÓN. ■s in Effecten. twee bekwame Rijwiel- Sotorreparateurs. i Boerendienstme 11 908 is geen ridder' leeuwsshe Stemmen. ccxxviir. jEF. no. 35. en inbraakvrlje Lip'» tg-courant met rent*- iH- en buitenlandsoh» jtfecten. ld, en coupons. 'ERZEKERI^GBANK. vast werk, bi] C. WIJK* t. Laurens. bij J. VERHAGE, iskerke, Zoutelande, ■Direct gevraagd f g. g. v., bij Gebroeders MME, Wissenkerke N.-B. is ziekte van stondou a>n t lei een f idknecht gevraag IA.NDERSE, Oostkapelle. |igd met 1 Mei a. s. een aam Smidsknecht of halfwas, j HUN DERSMARK, $m« id. ;d,bïj K, D. LEENöERTSE. vervoegen 's mörgen de hofstede „Dorpzicht inskerke. lei w ?d, bij C. BAL, bofstede isse, Waarde. Uitgave van ,a vaanli. Venn. LUCTOR ET RMERGO, d® gevestigd te Goes. Hoofdbureau te Goes: LANGE VORSTSTRAAT 70, (Telefoon No. 11). Bureau te Middelburg: FIR M A F. P- D IT U IJ L. BURG. Drukkers: Oosterbaan Le Cointre, Goec. De Zeeuw VERSCHIJNT ELKEN W EREWLG. Abonnementsprijs: Prijs per 3 maanden £r. p. post 18,- Losse nummers f 0,06 Prijs der Advertentie*: 14 regels f 1.20, elke regel meer 3t cent. Bij abonnement belangrijke kortimg. Bewijsnummers 5 cent SOCIAAL DEMOCRATIE EN SUt KLASSENSTRIJD. Het «economisch stelsel der. demo cratie is het collectivisme. Het collectivisme leeft uit het his torisch materialisme. Dit laatste is de wortel, waarop; het collectivisme Stoelt- het i.s het wijsgeerig stelsel, waaruit het collectivisme is ppge- 't>Gdp! mi'- Treub, kenner van het Marxisme aLs weinigen, in zijn werk' Het Wijsgeerig Economisch stelseK van Karl Marx" heeft aangetoond'. Over Maxx' hoofdwerk „Das Kapi- tal" zegt de heer Treub daarin het volgende: „Schijnbaar gaat „Das Ra cial" langs induclieven weg (dat wil zeggen langs den weg van voorbeelden en feiten) te werk en leidt het de conclusiën waartoe het komt, af uit het feitenmateriaal dat heit verzamelt. „Das Kiapital" behelst zonder .twijfel tleel wat ^feitenmateriaal, dat bij' de' uiteenzetting van de ontwikkelingswet ten der maatschappij! dienst doetmaai die ontwikkelingswetten worden daar uit niet opgebouwd. Het verzamelde feitenmateriaal doet in „D;as Kiapital" alleen dienst ter veraanschouwelijking van de bewegingswetten van dit ééne tijdperk der maatschappelijke geschie denis, welke zijn afgeleid uit de door Marx „ontdekte" algemeene ontwik kelingswet der menschelijke geschie denis. Alles wat „Das Kap i tal" in houdt over de bewegingen der kapita listische miaatschappiji, is afgeleid uit het Iweeleldige uitgangspuntmateria listische geschtedbescnouwing en de leer betrelfendie de waarde der waren in het ruilverkeer. Het iis langs 'ctedue- tieven weg (dat wil zeggen lang's den weg van afleiding uit voorop gezétte stellingen) gevonden uit dte combinatie van een tweetal algemeene stellingen, 'welke niet als resultaat van feitelijk onderzoek werden verkregen, maar met behulp van wijisbegeexte en lo^ gica a priori (van te voren) werden opgesteld De feiten worden in „Das Kapital" gebruikt en gerangschikt ge lijk in hei pleidooi van den advocaat, die daaraan niet vraagt, welk stand punt hij' heeft in - te nemen,, maar welke argumenten hij' er uit halen kan ter verdediging van het standpunt dat bij'nu eenmaal ingenomen heeft."1) ReedS onze vroeg ontslapen ds. Ru dolph beeft naar aanleiding van deze kwalinoeerinig opgemerkt dat djt den spijker op den kop jgesla'gen .is, en dat wat van Marx' hoek ,„Das Kapital" ïteMt, evenzoo 'geldt van het Erfurter Trograim, hetwelk van dat boek de Mr. AI. "W. F. Treub, Het Wijsgeerig- wonomisch stelsel van Marl Marx, 1903, Deel R bladzz. 3 en 4. i Die Neue Zeit, 15 Jahrg. (1896— 1' ,215: „Die „Abkehr vom Irdi- „seuen, die ïodessehnsucht des Cbristen- 1st aus den materiellen Bedingun- der römischen Kaiserzeit zu erkla- 3° en van de sociaal-democrati- k-M-j „^^HSlnjd-theorie, 'die onaf- heidebjlc met het collectivisme ver- ,";f1 1S pn in bedoeld Program1 gehuldigd. s üie theorie van den klassen- Rl is alle werelds (rijd door alle k?wU H6?1 8eWl.e0st, en is hij' nog, wkv r, Drij'd. Zelfs de strijd hei idieëele belangen, die de igs be zaeleleven raken en door .i"***6 en het persoonlijk reli- ;s 1rro„„ sbiverL worden beheerscht cralen iïS f®28 der sociaal demo- niet klassenstrijd. Wanneer kelten?6 Apostel Paulus klaagt: ^ellendig mensoh! dan is dit slechts Dat i;s de leer van het historisch! materialisme. Vblgens die' leer is er niet anders dan stof, een beweg en ontwikkeling der stof. Derhal zoo leeraart het socialisme, kan dé strijd niet anders zijn dan een strijd van de stof, een strijd om .een goede plaats ,,aan den voederbak"; en alle lijden en strijden in deze wereld wordt geheel door' deizen. strijd beheersdht. Dit geldt wij' zeiden 't reeds ook,, voor den geloofsstrijd, zoowel van Paulus, als later van tie Martelaren, die om het geloof neen, zegt de sociaal democraat die om hun stof felijke belangen zelfs den vuur- en marteldood trotseerden. Rauteky, de dogmaticus der Du.it- sche sociaal democratie, schreef dan ook: (2) De afkeer van die dingen der aarde, het heimwee van het Christendom naai' den «toad, het moet alles uit de maatschappelijke toestanden van den Romeinschen Keizertijd worden verklaard'. Men spreekt wel eens van het bij geloof dier ongeloovigenmaar hier is een bijgeloof der sociaal democraten, hetwelk grenst .aan idiotisme. Maar wanneer nu de heele wereld- strijti slechts' klassenstrijd i's, een .strijd om de stof, waaruit verklaart de so ciaal 'democraat dan bet ontstaan van dien strijd, van dien „klassenstrijd?" .Wel, dait is eenvoudig genoeg,'zegt hij. Uit die instelling van tien privaten eigendom. Die private eigendom waar borgt aan die kapitalisten een veel te ruime plaats aan den „wereldvoeder bak';. Die „kapitalisten", ook al hebben zij slechts een eenvoudige woning met een heel klein lapje grond, waarop zijl harld; werken moeten om .rond te komen, worden door deze mensohen steeds geLeekjenti als dikke, ziware, op geblazen veelvraten en wijnzuipers'; zie 'tmaar op de prentjes van „Het Volk" en andere schendbladen. En die dikke, logge kapitalisten nu zijn het, die al deze magere proletariërs in hun Strijd om ook een bescheiden plaatsje wegknorren van den „voederbak!" Niet alleen wegknorren, maar ook wegbijten. Een bespottelijk beeldi vooral in on zen tijd!, nu ,men zoo vele va.n die proletariërs ziet loepen in jcfe pelsjas, en zoo menige kapitalist sinds lang iis juiter te yoet. Nu geeft de sociaal democraat dit wel toe; maar men is er nog lang niet, zegt hij. Het privilege van den kapi talist moet heelemaal wieg; daartoe is pOiOdig opheffing va,n het privaat bezit; en tie socialisatie is hier toch maar een klein begin van. Het uur van den eeuwigen vrede zal eerst dan slaan, wanneer alle mens chen gelijke lijk en gemeenschappelijk zullen ge nieten van gatisch het maatschappelijk kapitaal, evenals zij1 nu al gemeen schappelijke bezitters zijn van die zon, het licht der maan, tie lucht die zij inademen. Schoone illusie! Dat wil zeggen: Schoon, maar toch een illusie. De Christen kan en durft 'dit zeggen, omdat hij leeft bij' Gods Woord, het welk hem' leert tiiat hij zielf de grootste zondaar is, maar ook de overige men- schen, allegaar, geen uitgezonderd, zondaren zij'nen de zonde zal blijven heerschappij! voeren, zoolang de we reld staat. Eenmaal zal er vrede op aarde da len; doch niet op deze, maar op de nieuwe aarde, ómdat daar gerechtig heid wonen zal. Daar zal de private eigendom' geen oorzaak zijn van klas senstrijd, omdat er geen zonde uiteer zal zijln, en het volk dat daar woont vergeving van zonden zal hebben. Waren de mensohen engelen, er zou allicht een andere toestand heerschen, maar dan zou er toch verschil en onderscheid zijnwant er zou ver- schil van gaven en - krachten en in zichten blijven; de bekwaamsten zou den toch weer naar voren komen, en de minder bekwamen en zwakken zou den toch weer terugzinken naar de positie van den man die voor het ver richten Van .minder product)even ar beid is aangewezen. Alles gemeen schappelijk eigendom! woningen, fa brieken, machines, kortom alles. Wat Zou hieruit volgen? Dat ieder voor zich het beste zoekt ,te bemachtigen. Het ziou weer worden de groote pyra mid©, met 'tgroote grondvlak, en ein digend in den top1, en dan de massa in 't grondvlak' het laagst ontwikkeld, het meest bedeeld, en de besten ge klauterd naar boven. En 'tzou weer een eeuwen durende Strijd worden om 't bestaan, en een uiting van wrok en wangunst. Hierop loopt die .prediking van het historisch materialisme uit. En col lectivisme en klassenstrijd', door dit historisch materialisme gedragen, cliee- len in deszelfs hersenschïmmighieiid'., Toch zal deze leer van het histo risch materialisme, aangehangen door alle aanvaarders van het Erfurter Pro- gram nog veel kwaad doen. Rusland,' teert 'tal. De 8-urige werkdag. Het is nog de tijd niet de rekening op te mlaken van tie Arbeidswet op 't punt 8-uxiigen werkdag. De Maat schappij' van Nijverheid is bereids op onderzoek uitgegaan; den uitslag van dat onderzoek hebben wij1 "af te wach ten. De Afdeeling: Den Haag van ge noemde Maatschappij! hield m de resi dentie een enquête, en kreeg 41 ant woorden in, welke zij in zes punten, heeft saarnigevat. Wij! schrijven er een paar van over. De productie is bijlna, overal, evenre dig met den arbeidstijd verminderd!. In Vele gevallen, is die productievermin dering grooter ten gevolge van minder werkluist, verslapte energie, en in som mige gevallen ador technische möei- naar behoiefte. Er moet .een .midden weg wordlen gekozen en bij Tdat kie zen moeten ethische overwegingen een woordje meespreken. Dat wil zieggen: wij 'moeten daarbij niet uitsluitend be- toogen en theöretiseeren, 'maar ons ;evoel moét stem in het kapittel ebben. En doen jve dit1, dan vragen we ons allereerst af, of de arbeider, de werknemer, daar alléén staat, m.a,w. vrijgezel is; 'dan wel of hij daar staat als vertegenwoordigende een gezin. Nu is met die vraag reeds vroeger,i zijl he«t' op gebrekkige wijze, gerekend. Zoo b.-v. bij'dé vergoeding, voor huis huur, welke aan den gehuwden onder wijzer op! een bepaalden leeftijd werd gegeven. En eigenaardig ils 'wel, dat zelfs de heeren scci aal-democraten in hun adresisen om loonsverhoogingook schier altijd alleen met den man als geziushooBdi rekenden. Dan werd in tien regel een reeks verhoogde uit- taven opgesomd, waarmee die ong;e- uwde al heel weinig té maken had. We kwamen 'dan ook een vorig maal al pratende tot de Slotsom ..(en wa geraakten daardoor bij'na ongemerkt in het vaarwater van onze Christelijk- sociate Bonden en vakorganisaties), d'alt we over heel de linie moeten ko men tot den kindertoeslag. Er moet in de loonbepaJing met bet kin dertal gerekend worden, éen gedachte; die ook tot uiting kwam op bet tweede Christelijk-Sociaal Congres, te Amster dam gehouden, waar dit .congres' in het slot zijner tweedé resolutie zegt: rijkheden om het bedrijf aan den kor ten werktijd aan .te passen. Het benutten van den vrijén tijd blijkt in iden regel niet tot meer ont wikkeling van den werknemter bij te dragen. Concurrentie met den patroon komt in daarvoor geschikte bedrijven vrij veel voor. En eindelijk: 'de .totaal-indruk der antwoorden is wiel deze: de verkorte werkdag is te snel en té uniform inge voeld. Dé werknemer wieiet 'zijn vrijen tijd' nog niet te gebruiken op de wijzé alls gewensch't mag worden en zoolang dat niet het geval is, heeft de vrije tij!d een slechten invloed. De productie is sterk achteruitgegaan, de .positie der industrie is daardoor ernstig verzwakt. Let wel, zoo „oordeelt men in Den Haag, waar de wetgever woont. Maar nu moest hij de conclusiën van onze kleine baasjes en van het platteland nog eens hooren! 1) ia;trisui|B- TO»W VAN MM* ApG ...i i faö 83; aGNES GIBERNE. D (Slot.) le In^fuf31' aan ®tha's zijde had moei- en vrv, °ep v^n ongednld te bedwin- Aij5> slechts: „Welken titel heeft „Hij k a 6 letwiJfeld van adel is." de reiziV,(,raai'nVDfd° ma,n'" raomPel- «ersten »Pen naam van den Sir Remnai.i I?let- Dlc tweede was ®ciolaf Braybrooke; de derde Sir Uucastle /ide vierde Sir John ,»Zóó 4 hJ1" Heer Joha Harps en." hop m i zeide ^^a verbaasd. w<e«t u het?' Aar Ce vaa> £WuuÏJanrih n f,dijikliaj,riige boek o \er D. Bolle te Rotterdam. „Het werd mij verteld," antwoordde hij. „Weet u iets aangaande de damoisella Joan, schoone jonkvrouw?" „Zij is .niet lang geleden gehuwd met Sir Thomas Brooke van Somerset." Hij knikte. „Ja, hiji was page op Cou- lyng Castte, toen ik hem kende." „Waart gij in Coulyng) Castle?" vroeg Githa verbaasd. „Misschien heb ik u daar wel gezien, maar ik herinner mij u niet." ,,'t Kan zijn," was het antwoord. „Kunt u mij iets vertellen van vrouwe Alionore Cobham?" „Neen", zieide Githa, hem onderzoekend aanziende, want plotseling kreeg zij een vermoeden van de waarheid. Eer zij dit uitsprak, zeide zij: „Hoger, ik geloof, dat gij u vergist hebt. Zet spoedig het zoutvat wat lager." „Roger gehoorzaamde, en Githa vroeg bedaard, hoewel sterk kleurende: „Hoe is het, mijne heeren? Ik geloof, dat het zóó goed is." Den verigien keer bespraken we op beknopte en eenvoudige wijZie het loon- vraags'tuk en al redeneerendi© kwa;- nten we op grond yan de praotijk tot de conclusie1, dat het even onmo gelijk is alleen te ^preken van een loon naar prestatie als van een loon Beiden bogen toestemmend het hoofd. Githa boog zich een weinig tot haar buurman. „Hebt u ooit een lief meisje gekend dochter van de zooeven ge noemde vrouwe Alionore?" E,en diepe zucht antwoordde haar. Zij stond op van de tafel, en zijn hand in de hare nemende, riep zij verheugd uit „Moeder, het is onze Alfgar, die nog maals tot Ons is wedergekeerd!" De kap werd teruggeschoven, en Alfgar zelf stond voor hen, veel veranderd en verouderd in die lange jaren, waarin zij hem niet hadden gezien ouder van gelaat dan in leeftijd. Moeder en dochter heetten hem wel kom met tranen van vreugde, terwijl de bedienden zich verdrongen om hem de hand te drukken. Inmiddels bleef de andere reiziger on- bewegenlijk en onopgemerkt op zijn plaats. Plotseling dacht Githa aan hem1, en keek nieuwsgierig naar hem om: „Sir, ik weet niet, wie gij zijt", zeide „Ook rekene zij! (dli. de overheid) bij! >dé valsfcteilling der loon en mét de sa menstelling van het gezin." Maar tegen dezen kindertoeslag ko men vele bezwaren lo's en het dacht mijl goed, eeniS 'enkele van die tegen werpingen onder handen te' nemén, omdat het maar al te vaak voorkomt, idalt onze menfechen in fabriek en op k'ainlfoor, op! hef land! en i,n vergadering, deze contra-argumenten niet weten te weerleggen. En toch, dit moet. Het i,s ons aller plicht, met onverzwakte; kracht het idee van den kindertoeslag te blijken propageeren. Wé vragen toon met kindertoeslag geen daad van barmhartigheid of liefdebetoon, maar we eiischem sociale rechtvaardigheid', gelijk geheel het sociale vraagstuk een zaak van recht en rechtvaardigheid i's. Doch, laten we eens; even die be zwaren aanhooren. In de eerste plaats zegt men, dial, wanneer bij de vast stelling van het loon, met ïiet kindter- tal moet worden gerekend, ook bij' zfekte of anldere tegenslagen het loon m'oet worden verhoogd. Maar zulk een. beziwaar kan toch moeilijk worden, staande gehouden, daar men vergeet, dat ziekte en ongeval een abnormaal karakter dragen, terwijl gezinsvorming tot heiden nog altijd in de normale lijn van bet leven ligt. Een tweedia beiziwaar i's, dat door den kindertoeslag afgiunst en jaloezie ondter de „arbeiders' 'gewekt worden. Dat kan zijln, en d'ah, vooral onder de rooide arbeiders, die in het meest t'rove egoïsme zijd. opgevoed, ondanks et geschetter over solidariteit en ge- meenschaplsizin. Maar voor onze Chtjg- ten-we rklnemers, hetzij! ze werkman, onlderwijlzer of ambténaar zijn, kan zulk een beziwaar onmogelijk ernstig wegen. Wijf z'ouden hen beleedigen, als we zulk' een nijdl bij hen aanwezig achtten. Wijl beschouwen toch altijd nog den kinderzegen in bet licht van 'S Heeren Woord' en zulten zéker gaar ne ten opzichte van onze kameradfen de wet /Ier liefde betrachten. Een derde grief is deze, 'dat kinder en huurtoeislag en dergelijke belemL merend! werkien opl dé bepaling van zij. „Maar wees welkom1 ter wille vair Alfgar, indien gij zijn vriend zijt," De vreemdeling stond op en kwam voor haar staan. „Lief meisje," zeide hij op bewogen toon, „herinnert gij u hoe op zekeren dag, toen gij in doodelijk gevaar verkeer de!, een belofte werd afgelegd voor het redden van uw leven?" Githa werd bleek. „Ja, dat do© ik", antwoordde zij, hem aanziende. „Weet gij hoievele jaren er sinds dien dag zijn verloopen?" „Gisteren wajs het tien jaar geleden." „Gij hebt goed geteld", antwoordde hij. „Mijn belofte heb ik gehouden, maar in geen enkel opzicht ben ik veranderd. Kent gij mij?" Ook hij schoof thans zijln kap terug, en nogmaals, zooals hij lang geleden had gedaan, knielde hij voor haar en kustta haar hand. „Sir Walter de Malmayns", zeide zij met zachte, doch duidelijke stem. „Gij het minimumloon voor de ongehuw- dën. Deze minima zulten, kom mieent mén, g;etirukt worden en hét Salaris wordjt eerst „goed, wanneer iemand vader van eenige kinderen is. Maair zulk een bezwaar kan met evenveel recht worden ingebracht tegen dé meerdere bezoldiging! wegens dienstja ren en acifcen en diploma's van be kwaamheid! bij onderwijzers; ambtena ren, kantoorpersoneel enz;. En is het daartegen ooit ingebracht Wil mén dan. één uniform loon voor alten, van wat leeftijd! of bekwaamheid ook? Het laatste argument lijkt het krach tigste. Wanneer, zoo zegt men, bij' de vaststelling! vajn bet loon rekening moet worden gehouden met het kin dertal, zulten de patroon's bijl zulkieen. stelsel liefst kiriderloozle arbeiders in hun dienst nemen; op de kantoren wordt aan ongehuwden de voorkeur gegeven en. zloo k'omten tie groote ge zinnen in het gedrang en ziel. het Neo- Malthusianisme zich door zijln vijand in de hand gewerkt. Nu steunt deze redeneering helaas op feiten. Bij' on derscheidene benoemingen wordt er op gelet of de sollicitanten ook' (gelijk het zoo vernetijeremti en geheel onjuist heet) „kinderen te hunnen la'ste heb ben." Er zijln zelfs 't moet worden erken'ct Christelijke huisbazlen, die bijl het verhuren van een woning aan kintierloozie gezinnen de voorkeur ge ven, terwijl diezelfde brave lieden ach en wee roepen over het voortwoefceu rend kwaad der kinderbeperking, waarin zij;dé mensohen stijven. Ja, en d'iit zou ik bijna niet durven neerschrijven, als het niet een predi kant was; die het had gepubliceerd, er zijn herberaden, die liefst niet een dolmmé met! een groot gezin beroepen, en alziom in het beroepingswerk; dat, aid het goed! is;, onder biddend op'zien tot den Koning! dér kerk wordt ver richt, een zeer materialistische factor brengen. Maarmag men nu terwille van deze onchristelijke pracLijfcen den kin dertoeslag veroordeeten Mag een Christen hiervoor op' zij gaan? Ik meen van neen.. Trots' alle andere leu zen houden wij) er aan vast, dat de kinderen zijd een erfdeel des Heeren en wij willen er naar stre ven de moeilijkheden voor de groote gezinnen te verkleinen en indien mo gelijk weg te nemen. Nogmaals, dat is Christelijk-'sociale pélitiek. Wij gei veri dit ons1 beginsel niet terwille van onheilige practijfcen prijs. Als we dj(t hebben voorop- gesteld; is natuurlijk een tweede vraag: welke is tie meest rationeele methode om! dien kindertoeslag uit te keeren. En hierover js te praten. Dan stelten we het beginsel boven alles en gaan we alleen redeneeren over dé practische toepassing. En dat mlagi, ja dat moét zelfs1. Nu talsten we hieromtrent niet ge heel in het duister. Reeds een- en andermaal is 'deze kwestie in "del Tweede Kamer besproken, en hij' de laatete debatten hierover is zelfs; een Van R. K. zijde ingediende motte aan genomen, waarin die wenlschelij'kheiti! woédt uitgesproken van. het vormen van een fonds, waarin door alle werk gevers prccents-gewijs gelijkelijk worldt bijgedragen en uit welk fonds; aan de groote gezinnen een toeslag wordt uitgekeerd. Dit is een oplossing, die ons zeer moet aantrekken. Zeker, we zijln er zóó ook nog niet geheel en ide moeilijkheden zulten -er ook dan wel blijVen, maar we hebben dan' toch bereikt, 'dlajq jde hoofden van groote ■gezinnen niej van den goeden of kwa den wil van hun patroon afhankelijk zij'n. zijt het zelf wees welkom". Hun. kleine samenspraak was nog on opgemerkt, en hij nam de gelegenheid wiaar, om zonder uitstel een einde to maken aan de spanning, waarin hij ver keerde. „Gij hebt mij gevraagd, lievo Githa, of ik hier lang dacht t© blijven. De beslissing hangt van u af. Wilt gij met ihij haar Duitschland gaan of naar elders, waar het veilig is.?" Zij aarzelde een oogenblik. „Gij hebt gesproken alsof gij een Lol lard waart", zeide zij. „Ep als dat waar is „Twijfelt gij daaraan? Verbaast het u? Ik heb getrouw aan uw verzoek voldaan om de Schriften te onderzoeken. En ik heb er de waarheid in gevonden. Wilt gij u aan mij toevertrouwen, hoewel het leven voor ons beiden misschien vol ge varen zal zijn tot aan het einde foe?" „Ik heb geen vrees", zeide Githa, met haar lieven, vertrouwenden glimlach, en zij legde haal hand in dê zijne.

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1921 | | pagina 1