Allerlei.
Onderwijs
Boetor in de Heilige Godgeleerdheid f Hij
hei naar wij van een bezoeker vernamen,
rustte. Die bezoeker vroeg: „als het volk
no eens vraagt, hoe ge voor de poorten
van de eeuwigheid ligt, wat mag ik dan
zoggen?" 't Antwoord was: „ik zou nog
gaarne blijven leven, maar zooals de
Ileeffe het maakt, is het goed." Eln toen
de broeder hem vroeg, of hij niet opzag
tegen het sterven, was zijn kalme ant
woord: „Mijn dogmatiek geeft mij niet,
mën wetenschap niets f Maar 'k heb mijn
geloof. En daarmede heb ik alles f"
Dank u, doctor in de Heilige Godge
leerdheid! Wij danken den Heere voor dit
uw" getuigenis f En daardoor zal u voort.3
weggelegd zijn de krone der rechtvaardig-
;ia;jGaat ,i n in de vreugde uws Heeren!
Paar kennen wij niet meer ten deele,
!naaï zullen wij kennen van aangezicht
tot aangezicht fv
G»es. Donderdag 17 dezer behaalden
het diploma machineschrijven (Folmer's
tienvingersysteem), hetwelk werd uitge
pakt door de Fed. van Ned. S teno-Leeraren
1. pitman te Arnhem, de heeren H. G.
Feranin te Kloetinge, A. Hendrikx te Oude-
iandie, Th. de Cfcrcl^. te Kapelle, D.
Overbeeke en C. Dam te Goes, J. M.
Nietiwdorp te Middelburg en Mej. Y. de
'Vogelaere te Vlissingen.
Zaterdag 19 dezer slaagden voor di
ploma A, Stenografie I. Pitman, eveneens
uitgereikt door bovengenoemde Federatie,
de dames H. de Groen en Y. de Voge-
laere te Vlissingen en Mej. J. Tilroe te
Goes, allen leerlingen van de Koninklijk
erkende Pitnmnschool te Goes en te Mid
delburg, Directrice Mej. N. Crucq, Oost-
singel 20—22.
Middelburg. Benoemd tot onderwijzer
aap de Chr. school Gravens'tlriaait dhr.
A. Kasse te Vlissingen.
N. «i St. Joosland. Benoemd to|t onder
wijzer aan de O. L. school alhier, dhr.
P. llinet te Hillegersberg.
De examens ter verkrijging eener
akte van bekwaamheid in de gemeente
administratie en de controle gemeente-
financiën worden, voor zooveel het schrif
telft gedeelte betreft, dit jaar gehouden
op 8 en 9 April a.s. te Groningen, De
venter, Venlo, Zeist, Haarlem en Dor
drecht.
liet mondeling gedeelte wordt te Zeist
afgenomen en vangt23 Mei aan.
- -- Bellijn sc.he s c ho ol-i dy 11© n.
Onder dit opschrift verbelt een artikel
in de „Berliner Morgenpost", „wat een
uur gaans van Berlijn mogelijk is", daar
wonten 60 a 70 kinderen in een school
lokaal (niet in klassen verdeeld) opeen
gehoopt, onder toezicht van een slechtbe-
toaklen onderwijzer. Daar deze evenwel
■ook nog huiselijke bezigheden heeft, of an
de kerk den dorpsgeestelijke moet helpen,
„onderwijzen" de oudere kinderen de jon-
Er zijn zelfs gemeenten bij Berlijn, waar
de onderwijzer de lesrooster inricht in
verband met zijn huiselijke bezigheden.
De kinderen, die meester meehelpen bij
zijn akkerwerk, of die meester's vrouw
een handje helpen in de huishouding,
staan natuurlijk in Tde gunst.
Een der „oudércommissie's" bericht, dat
de eenige onderwijzer van een dorpje, een
60-jarig man, weigert pensioen aan te
-vlagen, ofschoon hij weet, dat de ouder-
•commissie in een adres aan den Minister
van Onderwijs verzocht, de noodige pres
sie op den onderwijzer uit te oefenen, om
hem tot heengaan te noodzaken. De onder
wijzer laat de kinderen op het land wer
ken en zelfs geeft hij enkelen vrij. van
school, om bij zijn familieleden in de
huishouding te helpen. De onderwijsresul
taten. zijn natuurlijk verbazingwekkend. De
kinderen ,die thuis niet een beetje door
'hun ouders bijgewerkt worden, leeren niet
e®9 behoorlijk lezen, rekenen en schrijven.
sommige kinderen behooren bij hun
„lolfelijk ontslag" ongeveer tot de anal
fabeten.
De heste leerlingen kunnen niet eens
tot 100 rekenen, en geen enkele leerling
kent de tafels van vermenigvuldiging. In
die school nu, waar den grootsben leer-
hngon de meest elementaire kennis ont
breekt, onderwijzen de oudere leerlingen
ne kleinere. Slaag wegens onvoldoende
onderwijsprangtaties is aan de orde van
den dag, vooral als de onderwijzer niet al
nuchter is. Die „ontnuchterdheid" komt
Het zelden, voor.
schrijver hoopt, dat de minister
spoedig een commissie naar het dorp zal
s uren, om een onderzoek in te stellen
aantal analphabeten.
gelooven niet, dat dergelijke toe-
s^nden een jaar of zes, zeven geleden
bestaanbaar zijn geweest. Het zullen, naar
hopen is, wel uitzonderingsgevallen zijn,
tmwÜ *0cb bliift het geenszins bij een
geval. De schrijver zegt:
iiHelaas is het aantal aan de grens
wrf00'^erl®n Eggende gemeenten,'waar
Jfohlit °°k voor zoov©r tet de school
welt „vorpommerische" toestanden heer
sten, niet gering."
NlUUWS.
V-fv ^^Sclukken. Ejen juffrouw te
bad avfel, a§(' lijdende aan zenuwziekte,
bwi m een onbewaakt oogenblik
de h^0 met Pekroleum gedrenkt en
iiofiicn °n ln hTand gestoken. De liuisge-
bhï«ir.v, w:is^en de vlammen spoedig te
£ÏÏei\ maar ni.et dan de pa-
eiy)(,, eeds gevaarlijke brandwonden had
aar toestand is zeer ernstig,
is <Wa10enmaker A. v. H. uit Made
hris/.p den trein Lage Zwaluwe—Den
verreden en gedood. Zijn lijk werd
geheel verminkt langs de spoorbaan ge
vonden.
Walgelijke drankellende.
Te Utrecht heeft zich op de Oude Gracht
nabij de Zakkendragerssteeg een walge
lijk tooneel afgespeeld, meldt het „U. D."
Een jonge vrouw, omstreeks 25 jaar,
smoordronken zwaaiende over de straat.
De scholen waren juist uit.
Er daagde een politieagent op, die pro-
beeren wilde het beklagenswaardige
schepsel mee te nemen, maar de vrouw-
liet zich vallen en weigerde op te staan.
Toen er een brigadier van politie bij
kwam om z'n collega te helpen, bleek
het rvel, dat men zelfs met z'n tweeën
voor overbrenging naar het hoofdbureau
geen kans zag; het eenige middel zou
zijn geweest haar te sleepen, maar dat
doet men een vrouw1 liever niet en aan
gezien dragen óók niet ging, wijl de ar
restante krachtig verzet pleegde, bleef er
niets anders over dan een handwagen te
requireeren en de buiten zich zelf van
woede verkeerende vrouw daarop te la
den. Zoo ging ze naar de Ganzenmarkt.
De beschonkene gilde de heele Oude
Gracht bij elkaar en was zóó totaal buiten
bezinning geraakt, dat zij in bet hoofd
bureau aangekomen, dadelijk moest wor-
d(^i opgesloten om zoo mogelijk in den
slaap haar kalmte te herkrijgen.
Een aardschok. Te Maastricht
is Zondagmiddag 10 minuten over half
vijf een aardschok gevoeld, die 4 of 5
seconden duurde.
Het koniklijk rij tuig in het
gedrang. Naar „Het Vaderland" schrijft,
reden Donderdagmiddag de Koningin en
de Prins in een brik. De Prins mende.
Ter hoogte van minister Van Karnebeek's
ambtswoning wilde de^brik de Heulstraat
in, naar het paleis. Een groote vracht
wagen, hoewel niet met dezelfde bestem
ming, wilde ook dezelfde straat in. En
dat ging natuurlijk niet, want het Ko
ninklijke rijtuig moest vóór gaan, maar
de vrachtwagen zat al in de bocht. De
schimmels stoven door, de vrachtwagen
sukkelde verder. Elk oogenblik kon de
smak gebeuren. Een man, die achter den
vrachtwagen zat, keek ten minste met
een verbouwereerd gezicht naar de aan
stormende witte paarden.
Maar toen greep een van de lakeien
in. Hij ging in hot bakje staan en 'ge
baarde met hevige bevelende armzwaaien
tegen den man op de vrachtkar. Hoe deze
zoo gauw de boodschap naar den ram
melenden bok overbracht is een raadsel,
maar een feit is, dat de vrachtkar een
geweldigen bocht naar den anderen kant
nam ien met paard en al recht op minis
ter van Karnc-boek's stoep koers zette.
Om hel moeilijker te maken kwam lijn
A op haar beurt op den vrachtwagen af.
Maar de bestuurder remde electrisch en
met zand, zoodat de rookwolken onder
de wielen opsloegen en het op die plek
sterk naar asphalt rook. De reizigers in
de tram, die dooi' den schok met de
koppen tegen elkaar sloegen, hebben geen
van allen gemerkt, dat het remmen voor
den vrachtwagen indirect het Koninklijk
rijtuig gold. Of de bestuurder den voor
geschreven strammen militairen groet mid
den tusschen al deze schokkende bedrij
ven heeft kunnen waarnemen, is min
of meer twijfelachtig.
Spoorwegongeluk. Donder
dagavond reed de uit de richting Almelo
komende goederentrein, bestaande uit lo
comotief en 44 wagens, te Haai'le op
het rangeerterrein tegen een stootblok. De
machinist, die te laat bemerkte, dat hij
het einde van het z.g. doode spoor zoo
dicht genaderd was, remde nog met alle
kracht. Hij kon echter niet meer ver
hinderen, dat de locomotief als 't ware
door 't stootblok heen reed, tengevolge
waarvan zij ontspoorde. Persoonlijke on
gelukken kwamen gelukkig niet voor.
Het onderzoek in het geheimzinnig drama
op het kasteel Klappelsdorf wordt nog steeds
voortgezet. Nu herinneren de bladen eraan, dat
de vader van het jongste slachtoffer, Schade
geheeten, wier stiefvader als verdacht van
den moord gearresteerd werd, 8 jaar geleden
eveneens op tragische wijze om het leven is
gekomen. Hij was op jacht en zou zich toen
per ongeluk zelf hebben doodgeschoten. Destijds
deden allerlei geruchten over zijn dood do
ronde. Zijn weduwe huwde enkele jaren later
dan 41-jarigen architect, die thans gearresteerd
is. Zij verdween echter in den herfst van
verleden jaar plotseling. Haar man vertelde
toen, dat zij hem in dén steek had gelaten,
om een minnaar naar Amerika te volgen.
Het gerechtelijk onderzoek zal moeten uit
maken, wat hier van waar is. N.R.C.
Een ko ffiedrimkers staking.
Het. Eirudh. Dgbl. vertelt:
's Morgens zoo tusschen tien en half
elf als de reizigers uit de richting Rot
terdam in Eindhoven een half uurtje moe
ten wachten op hunne aansluiting naar
het Zuiden, dan wordt er menig kopje
geslurpt, omdat bet uur- er zich zoo goed
voor leent en 't een zalig „opknappertje"
geeft >na de uren van lichte verkleuming
in den trein. Zoo'n honderd „bakjes" bijna
gaan er in dat morgenuur weg.
Maar de reizigers waren den laat sten
tijd niet meer tevreden. Ze moesten, als
in den duursten oorlogstijd nog steeds
20 cent per kopje inderdaad kopje
plus 5 cent fooi, is te zamen 25 cent-
betalen.
Bovendien wisten reizigers, die in de
boonen waren, d.w.z. die in koffieboonen
handelden met groote beslistheid te ver
tellen, dat de koffieprijzen mede met vele
andere artikelen beduidend in prijs gedaald'
waxen en in den winkel niet meer dan 80
cent per pond kosten.
Zaterdagmorgen steeg de ontevredenheid
ten .top, besloten alle reizigers om on
middellijk een staking af te kondigen en
j deze niet te beëindigen, vóór de „eischen"
waren ingewilligd. Getracht zal worden
deze staking uit te breiden en te doen
proclameeren over alle buffetten, welke
door van Goethem en Neuteboom ge
pacht zijn.
Gelukkig behoeven voor deze staking
geen „steunlijsten" te circuleeren.
De stad der moordenaars.
Dat is Chicago. Van 1914 tot 1918 zijn
in deze stad meer moorden gepleegd dan
in heel Engeland, nl. 455 tegen 420. In.
Londen zijn in dat tijdperk 88 moorden
gepleegd, dus in een stad die driemaal
zoo groot is als Chicago bedroeg de cri
minaliteit vijfmaal minder. Trouwens alle
Amerikaansche steden toornen een hoog
cijfer voor moorden en pogingen tot dood
slag. In 1917 bijv. had Clevelandmet
een bevolking van één-tiende van Londen)
driemaal zooveel moorden en aanslagen
als Londen. In 1920 zijn in de Ver. Sta
ten alleen 50 personen gelyncht.
Een ratals toegangsbewijs.
In verscheidene Amerikaansche steden
voert men een verwoeden verdelgingsoor
log tegen de ratten en er zijn gemeenten,
die het zoo ver hebben gebracht, dat mij
len in hun omtrek zich geen rat meer
durft te vertoonen. Op alle mogelijke ma
nieren heeft men de rattenjacht practisch
aangepakt en ook de liefhebberij er in
hij de bevolking aangewakkerd. Hoe ook
particulieren daarbij hun best doen blijkt
uit het feit, dat in Marion (Ohio) een
bioscoop aan iedereen, die een doode rat
aan "het loket afgeeft, een vrijkaart geeft.
Het is een probaat middel gebleken.
Wat Rusland onmogelijk kan
leveren. Een reiziger zoo juist uit Riga
teruggekeerd, vertelt het volgende:
Te Petrogrado treedt een humorist op, Doye-
rof, die zich niet ontziet, de sovjet-regeering
af en toe kras de waarheid te zeggen. Hij
'heeft zijn, stoutheid reeds herhaaldelijk met
gevangenisstraf moeten boeten.
Een van deze nieuwste glossen is de vol
gende. Tusschen een reeks voordrachten door
geeft hij het publiek het volgend raadsel op.
„Wie der aanwezigen kan mij zeggen, hoe
't komt, dat 't met Poten nog steeds niet in
orde is? Wat willen de Polen eigenlijk vaal
ons?"
Uit het publiek komen verschillende ant
woorden.
Een zegt: ze' willen graan'",
„Onmogelijk, antwoordt Doyerof, want dat
staat hier op vele punten te rotten. Dat mogen
ze gerust nemen."
„Spoorwegmaterieel", waagt een tweede.
„Ook geen gebrek aan, We hebben zooveel
materieel, dat toch niet gebruikt wordt, dat
we best wat kunnen misse,n."
„Geld dan!" roept nummer drie.
„Dat as heelemaal onmogelijk, dat hebben
we papier althans bij wagonladingen."
Maar laat ik 't u maar zeggen.
De Polen hebben drie eischen, n,l.
le. drie eerlijke volkscommissarissen;
2e. drie arme Joden;
3e. drie tevreden arbeiders; en die zijn in
geheel sovjet-Rusland niet te vinden."
Groote vreugde onder het publiek. Humo
rist voor de zooveelsle maal „eingesperrt".
Klein gerei.- Het tooneel stelt voor
een café in een onzer zuidelijke provincie
steden waarin een z.g. markenbeurs,
De handel is in vollen gajig. Schuchter komt
een buitenman binnen, aan de hand een city
bag. Bedeesd neemt hij plaats aan een ledig'
tafeltje en plaatst de city-bag voor zieh.
Een der beursmannen vraagt hom spottend
ofi hij ook marken moet koopeti, waarop als
antwoord een hoofdschudden.
„Koupe, neet, maar wal verkoupe", ant
woordt Piet.
Zoo, verkoopen vraagt de beursman en hoe
veel hebt ge er dan wel?
Ich hub dit gansche handkufferke vol, maar
ut is allemaol klein gerei, zegt Piet langzaam
en zeker.
Na lang loven-en bieden wordt de koop ge
sloten tegen den koers vain 508. Eenige der-
aanwezige beursmannen naderbij gekomen,
wenschen van dit koopje ook te profiteerein en
bieden Piet èen drupke aan, dat hij met smaak
verorbert.
Een ander offreert hem. een sigaar en zelfs
een broodje met schink, hetwelk Piet zeer
gracieus aanneemt, zeggend dat hij aan dien
koers er nog veul meer marken kan bezorgen,
hij heet ze thuus nog maar zat, nog wel een
heele kist vol.
Reurslui openen portefeuilles met Hollandsch
geld en Piet opent zijn handkufferke en strooit
het klein gerei over de tafel, zich lachend
verwijderend en de verblufte beursmannen la
tend zitten met een grooten hoop haksel van
haverstroo, uitroepend: ,,'t Is toch klein gerei,
dag saomen". (Msb.) Historisch.
Auto-diefstal in het groot.
Men meldt aan het „Centr.":
Ten nadeele van het Englebert House
zijn twaalf V-fï tons Ford-vracht-auto's
ontvreemd. De wagens waren van het
station in plaats van naar de opslagplaat
sen te Scheveningen onmiddellijk naar de
diverse koopers gereden. Enkele der da
ders zijn eenige dagen geleden gearres-t
teerd. Onder hen is personeel van de
zaak.
Nader wordt gemeld
Tiet aantal ontvreemde automobielen,
alle Ford-wagens, en motorrijwielen, loopt
in de dertig.
Talrijke personen zijn bij dezen diefstal
betrokken en verschillende arrestaties heb
ben plaats gehad te Utrecht, Rotterdam
en 's-Gravenhage.
Do pplitie zet haar onderzoek nog voort,
daar de bende, die den diefstal op touw
heeft gezet, wijd vertakt is en voor pen
groot deel bestaat uit personen bij het
autobedrijf betrokken.
Eenkoninklijk koopma n. Het
is in Engeland wel eens voorgekomen, dat
loden van den hoogon adel zich in den
handel begaven, maar nu is er iets ge
beurd, dat veel opzien heeft gebaard: een
neef van den koning is. in Amerika op
eon reederskantoor gaan werken.
Markies van Carisbrooke, zoon van prin
ses Beatrijs, de dochter van koningin Vic
toria, en dus een neef van koning George
V, heeft reeds in zijn jonge jaren blijk
gegeven geen begrip van „stand" te heb
ben. Hij weigerde de militaire of diploma
tieke loopbaan op te gaan en bet scheelde
weinig of hij was als gewoon soldaat in
den oorlog getrokken, want hij stond er
op geen voorrechten door zijn geboorte
te genieten. Met veel moeite is men er
in geslaagd hem als officier naar Frankrijk
te laten gaan, waar hij echter nooit in
het hoofdkwartier, noch bij den staf te
vindon was. Hij stond in de voorste loop
graaf; werd tweemaal gewond en liet zich
er niet van af houden telkens weer naar
het front terug te keeren.
Toen de oorlog uit was, verklaarde de
markies koopman te willen worden. Hij
bracht den koning een bezoek en na veel
over en weer gepraat kreeg hij verlof
om het koopmansvak te kiezen. Al maan
den voor dien was de markies, zonder dat
men er iets van wist, als directeur werk
zaam geweest in de reederij van Lamport
en Holt to New-York. Hij had zijn taak
er goed vervuld- Nu is hij er weer terug
en eiken ochtend om. negen uur zit de
neef van den koning van Engeland in
zijn kantoor, dicteert brieven, neemt be
schikkingen, ontvangt bezoeken, gaat te
keer in die telefoon en doet verder
wat des Amerikaanschen zakeninaus is.
Tot Slechts een paar jaar geleden
was het konijn een plaag in Nieuw-Zee-
land, zich vermenigvuldigende met de
bekende snelheid, de streek met verwoes
ting bedreigende en bijgevolg ook het
tokken van het schaap, dat een vain de
voornaamste bedrijven van deze eilanden
uitmaakt. Om nu aldus de N. R. C-
aan dat gevaar te ontkomen lj,ad de
Nieuw-Zéelandsche regeering .den fokkers
de verplichting opgelegd om ieder jaar
een zeker aantal konijnen in evenredigheid
met de grootte hunner terreinen te doo-
den op straffe van zeer zware hoeten.
iE,n wat bleek? De huid van dit -kleine
knaagdier, met zooveel kunst door de
moderne industrie bewerkt, steeg zoo in
waarde, dat de toestand plotseling geheel
en al veranderde, waardoor de ramp,
die N.-Zeeland bedreigde veranderd is in
een bron van zeer groote inkomsten voor
deze eilanden. Zoo leverde het afgeloopen
jaar 1919 het konijn aan de Nieuw-
Zeelanders Jiet aanmerkelijke bedrag op
van 22 millioe ngulden, vertegenwoordi
gende bij den verkoop in Europa en de
Vereenigde Staten 14 millioan huiden met
van 22 millioen gulden, vertegenwoordi-
1.400.000 stuks bevroren vleesch. Ook
het afgeloopen jaar waren de inkomsten
merkwaardig: lal van schapenfokkerij heb
ben hun teelt opgegeven, hun terreinen
opengesteld voor de konijnen om zich
groote verdiensten te verwerven van dit
vroeger zoo verwenschte knaagdier.
Opgravingen in Tiberials,
Professor B. Slousch van de „Jewish
Exploration Society" heeft in Jerusalem
in tegenwoordigheid van den hoogen com-
massaris en vertegenwoordigers van ver
scheidene- onderzoekings-instellingen een
rede gehouden over d-e opgravingen in
Tiberias. Twee muren, waarschijnlijk 'uit
den tijd van Herodes, werden blootgelegd.
Verder werden marmeren terrassen, zui
lengangen en moizaiek-vloeren blootgelegd,
benevens een ,zich in goeden staat bevin
dende drainagle-inrichting;, een1 kerkhof met
vele grafs te-enen met Grieksche opschrif
ten en openbare graven van leden van
het Sanhedrin. Verschillende voorwerpen
.zijn maar het museum in Jerusalem, over
gebracht.
mmma—iumwiri cwauwi mim t ■nnaaMWOTiMmi
Aanhsstsclmpië
Maairt.
4 Vlissingen, bouw 113 -eenmanswonin-
gen en 4 winkelhuizen, Dijkstra.
9 Middelburg, maken van keibestrating
op den Oostelijken dijk van het ka
naal naar Terneuzen (zie Staatsbl. 28
Jan. 1921); aanbrengen en inwalsen
deklaag van steenslag op Noordelij
ken dijk aan zijkanaal naar Hulst
en op Westelijken dijk kanaal van
Terneuzen enz. Prov. Bestuur.
16 Middelburg, gebouw Prov. bestuur,
uitnemen, schoonmaken, herstellen en
in hangen van deuren, schuiven en
kroos hakken van Ooetschutsluis te
Sas van Gent, met bijkomende wer
ken, enz. (Zie Staatsert. van 27 Jan.
1921); onderhoud havenwerken Bres-
kens 1 April 1921 tot en met 31
December 1922; gedeeltelijk vernieu
wen van dek van d-e draaibrug over
den Oostarm van kanaal van Ter
neuzen en leveren materialen voor
herstelling van dek van de draaibrug
over Westarm van kanaal Terneuzen;
en onderhoud van kanaal door Wal
cheren 1 April 1921 tot en met 28
Februari 1923. Zie Staatsert. van 11
Febr
23 Middelburg, gebouw Prov. bestuur,
voorziening van de boorden der Rijks,
waterleiding bewesten het kanaal van
Terneuzen; voortzetting van de ver
betering van de oeververdediging in
de Oostbuitenhaven te Terneuzen.
's middags 11 uur, gebouw Prov. be
stuur onderhouden van teer-carboli-
neerw-erk van kunstwerken, aanleg
plaatsen enz., be hoerende tot kanaal
van Terneuzen en Rijkswaterleidingen
enz.; vernieuwen en onderhouden van
verf-, behang- en glaswerk voor kunst
werken, gebouwen enz., behoorende
kanaal van Terneuzen enz.; voorzie
ning van de boorden der Rijkswater-
leiding? bewesten het kanaal van Ter
neuzen; voortzetting van de verbete-
ring van de oeververdediging in dp
Oostbuitenhaven te Terneuzen- Zie
Staatsert. van 3 en 11 Febr.
Onderstaande berichten zijn reeds in
een gedeelte onzer vorige oplaag opge
nomen. i1 r ti ijiffi
De teekenaar van het kadaster H.
Wolthuis is met ingang van 1 Maart a.s.
ontheven van zijne tijdelijke werkzaam-
stelling te Zierikzee.
Stamboek voor het Ned. Trekpaard(B. TA
afd. Zeeland.
(Slot.)
Tot plaatsvervangend afgevaardigde
werd herkozen dra". P. Scheele, en
tot jurylid! dhr. C. J. Vael te Hon-
tenisse.
De vergadering ging ermede ac-
coord, dat voor de Haagsche tentoon
stelling eenige speciale prijzen voor"
Nederlandsche paarden zullen worden
uitgetrokken. Èegrooting 1921 werd!
goedgekeurd.
Op voorstel van, den voorzitter
weid besloten om zoo mogelijk ÖJe
paarden der afideeling gezamenlijk:
naar Den Haag te zendem.
Nadat nog enkele punten ter sprakla
waren gebracht, werd] de vergadering
gesloten.
Zoo'n instrument moest
hij ook' hebben. Een man ging met
z'n zeer nerveuse vrouw naai" den
dokter om haar te laten onderzoeken.
De dojkter plaatste een thermome
ter in den mond van jde vrouw eln
liet haar zoo een poosje zitten.
De man, verbaasd! over het minu
tenlange zwijgen van z'n vrouw, dat
hij niet gewoon was, vroeg den dok
ter: _,,Wat kost zoo'n instrumentje?"
IKlornÜ overeen uit.
Uit d© Evening StandardGebeurd
in het Maylebon© politiegerecht.
Rechter: „Agent, is' de gevangene
een kleurling?"
Agent: „Neen mijnheer, alleen maar
smerig
De zuster. Piot van Roebelen-
borg ging wandelen met zijn lief. Hij'
ziag verre zijln sergeant aankomen, e!n
werd 'een beetjie verlegen, toen de man
met de gouden strepien hem aansprak'.
„Dadadat is m'ijh zuster,
sergeant! zei hij!.
„Dat weet ik wel, zei die sergeant.
Over een jaar o-f twiee was: d!e
hiijn, niet' ,waar Karlienlje
fnpzonden Stukken,
(Buiten verantwis«r4oLükheii der ReiacSeï
Tegen dón 8-Urigen.
Redactie
Het voorstuk in Uw blad getiteld „Scha
pen" .zal bij de meeste lezers ingeslagen
zijn. Lijdelijk verzet zal in ons hart zijn.
Die wet is van een Christelijke reqee-
ring. Wordt het geen tijd da-t het Nederl.
volk zich bewust wordt het machtige be
ginsel van onzen Knyper Van weleer, als
hij 't opnam voor de Soüvere-init*eit
in eigen kring?
Men klaagt allerwegen over verflAu-
win-c der grenzen; maar aan wie is de
schuld? Waar ziet men onze mannen' op
komen tegen de SLaalsalmacht, die zich
al meer aan ons opdringt, en alles onder
zijn klauwen tracht te brengen? Er is
geen geestdrift, geen bezieling meer; de
kaars staat onder de korenmaat.
Onze zich noemende Christelijke re
geering heeft een knieval gedaan voor
rood, in plaats van positie te neimen te
gen het roode gevaar en daardoor heeft ze
aangetast liet gezag dat God heeft gelegd
op de onderscheiden kringen van het
maatschappelijk leven, en aangetast ook
de burger vrijheden, waarbij de antirevo-
lutoinair steeds de wacht hield.
Souvereiniteit in eigen kring, dat groote
beginsel, hetwelk onze partij in de prak
tijk heeft laten varen, moet weer gaan le
ven in ons bewustzijn en het zal blijken
het beste wapen te zijn tegen de Staats-
almocht van onzen tijd. Het is de oude
strijd tusschen gezag en vrijheid.
Het geziag is een zegen Gods; doch
wij moeten ook waken tegen de Staats
macht. Onze partij1 laat de groote oomes
in Den Haag hun gang gaan tegen de
meerderheid des volks in. Laten wij daar
om zorgen bij" de eerstvolgende verkiezin
gen als Christelijke partijen dat wij ken
nis 'hebben van Wat de partij wil, en
hoedanig onze wetgeving zal zijn.
De Chr. democratische richting eischt
(vóór zich op dat de Staat zich terugtrekke,
niet alleen van de Kerk, maar ook zich
onthoude van in te grijpen in de zelf
standigheid van gezin, school, niet 't minst,
arbeid, landbouw, handel, industrie, enz.
Met dat beginsel staat of valt ook ons
bestaan, niet alleen voor den werkgever
gnaar ook voor den werknemer. En daarom,
heeft 'tvolk zich uit te spreken; de re-
gieering mist het recht een wet in 't le
ven te roepen, die ons bestaan en daarbij*
on.ze gezinnen dreigt met den ondergang.
Wij1 danken God voor on,z,e overheid,
maar wiji s'telleni ons enkel tevreden met
bescherming en steun. Tast zij onze bur-
gervrijheden aan,, dan is het onze heilige
roeping niette rusten voor de Staat zijn
Staatsalmacht inboet, ook al komt ze van
een regeering, die zich Christelijk noemt.
Zulk een regeering kan en mag onlzen
steun niet hebben,, omdat ze regeert bui
ten onzen Christelijlcen volkswil.
Maar hoe kan het ook anders, als men
ziet dat men bezig is op alle terrein des
levens in elkanders ingewand te wroeten.
Hoe twisten de voormannen, en redeka-