Donderdag 7 October I9%0
35e Jaargang
GITHA.
lAND
delburg
n vet
JvL
■Mf
fjf
m
Buitenland.
erd Seizoeitt
JES,
id,
uishoudster
benoodigd,
houtermam,
benoodigd,
EEN WIJZE UIT HET OOSTEN.
ierden prtjs
oote partij
- en Buiten-'
ïtvangen een,r^
IschoeneireAV
ortartikelern.
RAGE,
MIDDELBURG.
ÏRING
LBURG
or drie jarei%
raber ia.s. s
EN BEST
groententeelt
legen aan den
Middelburg, te
Aren (395 B.)
bij meer per-
rrijgbaar vóór
»or ISAAC DE
ischrijvinifii
m SANDEE:
.HIEN aan den
rant,
MEN aan den
mt,
LMEN aan den
ant, i N J
k tusschen <Jfex V
■aijert en den
r.
s perceelen ai
de massa in te
re van Netaris
119 October a.s.
OP:
als nieuw®
E WAGEN, Ma
Collings Patent- JJ
i bij
IT,Wemeldinge.
pl. 250 pond, bij
Meliskerke.
OP:
Leghorn.
lostsingel, Goes,
30P:
Bouwlatv
rerke, bij de hoi-
in gebruik 25
OOLSE Pz.,
erooskerke (W.).
Vatkn t&o
3 0 P:
attebuiskachetip
IR, Ritthemsche
Oost-Souburg.
andknecht, die 0 y
paarden om ie/60
id benoodigd, bi)
HE Jr., Grgpss-
nme).
h November of
v. Brieven onder
van dit blad te
rt *31
Abeele, Souburg.
gevraagd,
rijburg, West-Soxi-
PPE, Oostfeapelle.
Meid U
Brigdamme.
van stonden aan
Meid
S. MEIJERS Az.,
Imenveld"'.
of met Mei
Meid
j. CORRÉ, Klein
rmburg.
Meid
lUIJSMAN.Grëps-
No 6
Uitgave van
de gaand. Venn. LUCTOR ET EMERGO,
gevestigd te Goes.
Hoofdbureau te Goes:
LANGE* VORSTSTRAAT 219.
(Telefoon No. 11),
Bureau te Middelburg:
FIRMA F. P. DHUIJ L. BURG.
Drukkers
Oosterbaan Le Cointre. Goes.
sleeuw
VERSCHIJNT ERKEN WERKDAG.
Abonnementsprijs:
Prijs per 3 maanden fr. p. post f3,
Lossle nummersfO.OS
Prijs der Advertenttiën:
14 regels f 1.20, elk© regel meer 30 cent.
Bij abonnement belangrijke korting.
Bewijsnummers 5 cent.
De vorige week is een deel van het
Nedei'landsche volk, gelukkig maar eten
zeer 'klein deel, in lextasie gebracht ge
weest door de prediking van een wijs
man, Rabindranath Tagore, een buddhist
uit Voor-Indië.
Een wijze uit het oosten; maar niet,
gelijk de- wijzen uit het Evangelieverhaal,
om den Christus te zoeken en, Hem ge
vonden hebbende, Hem te aanbidden,
maai' om aan het stofvergodende Christen
dom onzer groote steden een ander Evan
gelie te verkondigen.
De menschen hebben dezen heidenscben
dweper met geestdrift ontvainglen; met die
pen eerbied zijn orakeltaal opgevangen;
en met opgetogenheid van zijn verschij
ning verslag gedaan.
Van zijn verschijning, zijn haar, zijn
snor, zijn gaan zitten, 't wekte alles be
wondering.
Zoo verhaalt „Het Handelsblad":
„De hooge figuur met zijn dolichocepha-
len(l) kop en zijn arendsprofiel; in de
grijze talaar, met de lange grijze lokken,
waarvan er een opkrult boven het ooi-
tegen den rand van de hooge zwartte
muts en met het rustig-jonge gelaat in
de omlijsting van grijzen baard en grijze
snor zette zich op den divan op 't po
dium. Toen ging de ganscbe zaal, die
was opgestaan bij zijn binnentreden, ook
weer- zitten."
Doch ook zijn woord,, zijn voordracht,
zijn wijze van lezen imponeerde; want
de schrijver gaat voort: „en nadat dr.
Tagore even met saamgevouwen handen
teen Oosterschen groet had gebracht, be
gon hij uit de Engelscbe vertaling van
zijn verzen voor te lezen". En dat lezen
was van „een gi'ootscbe suggestie"!
Zoo is deze „profeet" waargenomen in
de academiesteden, te Rotterdam en Den
Haag. Te Leiden sprak hij in de aula der
universiteit; te Den Haag in de zaal der
Theosofische Viei'eeniging; te Rotterdam
•in de kerk!
En wat ©en belangstelling. Móest
vrouwen. „Stampvolle zaal. Een queue van
hopeloos hopenden buiten". Helaas, zij
kunnen er niet in. Maar voor de gelukki
gen, die er wel in kunnen, leest de spre
ker ',(met kracht van voordracht) zijn
rede over The meeting of the East
and the West. De ontmoeting van
Oost en West".
En het betoog. Zinloos orakelen, zeg
gen wij. Geen nieuws, zegt Het Han
delsblad. Klanken! zegt Het Cen
trum. Twintig eeuwen geleden is het
Oosten tot het Westen gekomien en gaf
het zijn ziel. Nu moet het Westen tot
het Oosten komen om ons te gevten zijn
ziel. Niet alleen administratie |en machi
nes, maar ook zielen.
Dat is al zoo wat het mooiste uiit
de rede, dat wij in de bladen vonden.
En dat wooi'd werd te Rotterdam ge
sproken van den kansel. Hierover is
nu weel' de Remonstrantsche predikant
dr. Hooykaas, die in Het Handels
blad opstellen over „Godsdienstig Levten
in Nederland" schrijft, zoo in de wolken.
„Een christelijke kerk, die het zich een
eer© rekent dezen Indischen prediker haar
kansel te ruimen"!
Een heiden, op een Christelijken kan
sel, om aan Christenen een ander Evan
gelie te prediken dan hetgeen Paulus ge
predikt beeft! En ©en „gemeente", die
in stille devotie len adoratie neergezeten,
(1) Dolichocephaal (l^nghoofd).
imme.
FEUILLETON.
AGNES GIBERNE.
3)
„Zal ik in een Katholieke familie ko
men, mijn vader?'' vroeg Githa.
„Neen, stellig niet; dat was, zooals'
gij weet, de reden, waarom wij u niet
reeds vroeger van ons hebben laten gaan.
Maar uw moe'der beeft eindelijk besloten
tot de lange reis en den grooten afstand
voor u, en .alles is zoo goed als wij' maar
kunnen wensc-hen. Het zal u genoegen-
doen te vernemen, dat gij bij den pleeg
vader van uw broeder' uw intrek zult
nemen".
„Het doet mij geen genoegen, mij'n
eigen tehuis te verlaten, vader", zeide
Githa treurig. „Maar als het dan moet,
dan verheug ik er mij in bij m'ijn broe
der te zijn, hoewel ik 'hem weinig ken,
noch zijn gewoonten, daar het reeds zoo
vele jaren geleden is, sinds wij elkander
zagen".
„Het is nauwelijks twee jaren geleden,
dat Sir John Lady Cobhiam huwde, en
toen was het juist drie jaren geleden,
laf gij van uw broeder gescheiden werdt",
zeide Sir William. „Gij hebt hlem toch
niet vergeten?"
„Neen, maar Alfgar en ik waren nog
maai' kinderen, vijf jaar geleden, zeide
Githa 'bedaard. „Hij maakte mij toen 'altijd
bang met zijn dolk en zijn lans, totdat
Sir John h!em scherp onderhield over
zijn gebrek aan ridderlijkheid"'.
„Ik denk, da,t gij ternauwernood den
onridderlijken p'age in den meest vertrouw
den schildknaap van den baron zoudt
.herkennen", zeide Sir William glimla
chend. „Lord Cobham hoewel zijn
oude naam Sir John Oldcastle mij het
lieste bevalt is zeer 'ingenomen met
uwen broeder, Githa; hij zegt, dat hij
zelden iemand met zulk een uitstekenden
aanleg ontmoet heeft".
„Dan zal ik met vreugde trotsch op
hem zijn en mij aan zij!n "bescherming
toevertrouwen"-, zeide Githa kalm.
Gij zult beter beschermd worden door
den ridder zelf, dan door zijn schild
knaap", zeide Sir Willam. „Lord Cob
ham is tegelijk de pleegvader van uw
broeder en de getrouwe wapenbroeder van
uwen vader. Gij hebt hem toch nieit ver
geten, Githa, in die vijf jaren, waarin gij
hem niet hebt gezien?"
„Ik houd veel van hem", zeide Githa
ernstig.
„E,n dat moogt gij wel doen, want hij-
de woorden van den valschen profetet
opeet!
O, zoo jubelt deze moderne predikant
bij 'deze „Evang.eli-etaal", wat zoek ik nog
naar woorden en formules? Hier klinkt
het ons tegemoet„Wat toch baat, het
den mensch, zoo hij de geheiele wereld
wint, en hij lijdt schade aan zijne ziel?".
„Een nieuwe verkondiging van de aloude
tragiek". „Wijsheid Gods in menschen-
geest; predikend ons den vrede, gelijk
de wereld dien niet geven kan, en de
wijsheid, die alle -verstand te boven gaat".
Ook hier woorden, woorden, gelijk die
met welke moderne predikers vóór een
halv-e eeuw, ondanks zichzelf, het zij toe
gegeven, de menscben misleidden.
En de beer Elout in Het Handels
blad, niet minder onder den indruk,
schreit van weedom, dat zoo weinig man
nen zijn wezen luister-en, ten dat de Wes-
tersche beschaving haai' ziel aan den dui
vel verkocht heeft, en dat hij 't in 1917
ook al gezegd heeft, dat er motet komen
„een ommekeer in de leiding en richting
van ons leven", iets „dat, in de Chris
telijke terminologie, elen maatschappelijke
„Wedergeboorte" ware te noemen, maar
dat -nog scherper en plastischer is aan
te duiden met een term, ontleend aan Ide
Jo-odsche mystiek©en T ©schub a, een
„„omkeering des geestes"", waardoor niet
de stoffelijk, maar de geestelijk rijken de
genen worden tot wie de massa opziet".
En weer ©en ander vrijzinnig blad de
.N R. C. ziet in dezen Boeddha-predi
ker, wiens geloof nota ben© nie.t verder
reikt dan h-et\Nirvana, het eeuwige Niet,
©en nieuwen Johannes den Dooper, een
voorlooper van den nieuwen Christus. „Hij
is wel niet, zoo zegt het blad, de grootte
Avereldieeraar, dien men allerwegen met
groot verlangen verwacht, maar wel zijn
voorlooper, de stem des roependen in
de woestijn".En het liberale „Utriechtsch
Dagblad" schreef: „door ©en verwoeste
wereld, door een menschheid die nauwe
lijks heeft opgehouden zichzelvte te ver
nietigen, die hunkerend de handen uit
strekt naar nieuwen Opbouw, naar nieuw
idealisme, naar nieuw geloof, beweegt zich'
op het oogenblik ©en pelgrim uit het
Oosten".
Met nog al inteer „ontroering" en „dank
baar geluk" noemt het Brusselschs blad
„Ons Vaderland" Tagore den profeet van
een nieuwe menschheid, zijn boeken een
brevier, zijn „kop" die van een apostel
en zij-n woord evangelie, hem zelf den
„Uebermensch van onze droomen",, en
verklaart zich „tot den laatsten snik b-e-
rei-d om mee te werken aan bet opbou- 1
wen v,an een wereld, waar all© menscben
broeders zullen zijn".
Wat is onze Westerscbe wereld diep
weggezonken in den modder van bet mate
rialisme, wanneer zij dergelijke predikers
als de ware Evangelisten naloopt.
Neen, wij onderschatten het heimwee
naar geestelijk geluk niet, hetwelk in uit
spraken als van Elout en Hooykaas en
andere moderne heeren zich uit; maar
wij mogen toch ook de miskenning van
Gods Woord en Wet niet voorbijzien,
wplk-e in al dat gepluims-trijk aan het
adres van dezen Indischen wijze aan den
dag treedt. Alsof er na de sprake van den
Zone Gods (Hebr. 1) nog ©en ni-euwie
kondschapp-er van goede boodschap noodig
ware. Alsof de waarschuwing dat zij geen
dageraad zullen hebben, die niet spreken
zullen naar dit woord: Tot de Wet en de
Getuigenisook niet voor onze eeuw geldt.
Alsof de waarschuwing des Heilands niet
vooral in onze dagen behoorde na te
klinken, dat er valschte Profeten ten val-
sche Christussen zullen opstaan, welker
woord te g-elooven den menschen absoluut
ontraden wordt.
Arme blinden, die zich door dezen blin
den leidsman leiden laten. Daarom, o pre
dikers van 't Evangelie, verdubbelt uw
ijver in 't prediken van den Eenige, die
de Weg, de Waarheid en het Leven is.
Niet in Tagore, maar in Christus, en in
Christus alleen is heil!
Ja, alle belijders van den Christus heb
ben zich te geven voor 't groote werk,
de in ongeloof wegzinkende massa te red
den en te behouden, opdat alsnog deze
slag en deze schande ons blijve bespaard,
dat predikers der Zelfvernietiging, dwepers
met bet eeuwige Niet, vijanden van het
Kruis van Christus zich in volle zalen
door een dom, ongeloovig publiek laten
b-ewierooken, erger nogons volk niet
al meer terugzinkt in bet heidendom.
Onthouding.
In ons hoofdartikel van heden hebben
wij op 't gevaar gewezen van ©en buddhis-
tisehe prediking in ons Christenland. Dat
gevaar achten wij te grooter, naarmate
de prediker een stang zedelijk man is.
Dat deze buddhist komt protesteeren
tegen bet materialisme, de stofvergoding,
het opgaan in de zorg voor het lichaam
en bet verzaken van de roeping in zake
de ziel kan ©n zal niemand wraken. Het
is schande genoeg dat een buddhist uit
Azië mo-et komen om den (naamchriste
nen onthouding ©n zelfverloochening te
le eren.
Maar wij hebben hem hiervoor niet noo
dig. Gods Wooi'd is in dezen onze Leids-
en Raadsman. Wat deze man ons komt
v-ertellen, beeft de menschheid al bijna
veertig ©euw-en geweten; Gods Wet, door
Christus vervuld, s-preekt voldoende, tot
hart en consciëntie en Gods Woord is
het meest secure richtsnoer ook voor het
zieleleven.
Bovendien wanneer de buddhist tot zelf
verloochening aanmaant, doet hij dit uit
een gansch ander beginsel dan de Chris
ten, die wandelt rraar de Schrift.
Neem bijv. het stelsel van onthouding.
Dit bestond eeuwen lang voor Christus'
geboorte onder schier alle volken. Het
kwam voor bij alle afgoderij en drong
telkens van buiten af in de Chr. Kerk
door. De eigenlijke bakermat van dit stel
sel van onthouding ligt in Voor-Indië, en
is onder bet Buddhisme tot zijn volle ont
wikkeling gekomen. En dr. Kuyper heeft
uit eigen waarneming gewezlen op de God
en mensch onteer-ende uitspattingen, -ec-
cessen) waartoe in Indië dit stelsel leidt.
Zelfverloochening; zelfkastijding; zelf
moord, het ligt onder buddhistischen in
vloed op éénzelfde lijn. Zelfvernietiging is
't hoogste wat de buddhist zoekt en pre
dikt.
Van waar die prediking?
Zij is vrucht van het heidensche dua
lisme, idat is van de leer dat stof en
geest als twee eeuwige en oorspronkelijke
machten tegenover elkaar staan
als een goede en teen kwade god. (Brahma
(en Vishnoe, en Siwa). Al het stoffelijke!
is volgens hen schadelijk voor het geeste
lijke en moet veracht en gemeden wor
den. Wat Tagore prediken kwam, is juist
-dat geestelijkq als vijand tegenover het
stoffelijke. Dat eenzijdig ter zijde stellen
van de stof is derhalve in den grond
heidensch. En 't getuigt van groote opper
vlakkigheid van onze liberalen en moder
nen, die in hun pers de „preek" van
dezen heiden en diens .wegcijfering van
•is 'het waard", Sir William.
„Een getrouw volgeling van Wield if,
een oprecht dienaar van God en den
Koning, en een ridder zonder blaam, dat
is hij"-.
„Gij zult in een prachtig kasteel wonen,
Gitba", sprak thans Lady Cheyne. „Het
werd gebouwd gedurende de regeering van
wijlen Zijn Majesteit Koning Richard,
dooi' Lord John Cobham, grootvader van
de barones, die Sir John Oldcastle ge
huwd heeft. Sir John is haar vierde
echtgenoot, en ik twijfel er niet aan, de
beste van Ihen allen. Gij zult bare ge
trouwe kamer jonkvrouw zijn, miijn Githa,
evenals uw broeder de getrouwe en ge-
hoorzame schildknaap van haar gemaal
is; en gij zult uw best do-en de plichten-
aan uwe betrekking verbonden, zoo goed
mogelijk te vervullen".
De arme Githa liet haar hoofd hangen
en mompelde: „ilf zal mijn best doen.
Eli is Lady Cobham ook een volgelinge
van Wicklif?"
„Neen, zij 'heeft zich tot dusverre noch
voor het eene, noch voor het andere
geloot'verklaard; maar zij is zonder twij
fel niet vijandig tegen de volgelingen van
Wicklif gestemd. jEn het Evangelie zal
in het buis van Sir John Oldcastle altijd
vrijelijk gelezen mogen worden. 'Gij zult
nooit ophouden het te lezen, Githa?',
't recht op behartiging van stoffelijke be
langen als handel en koopmanschap en
dergelijke, en de aanwezigheid van zoovele
vrouwen ondér de „preek" hebben toege
juicht; en tegelijkertijd 't den man-niern als
heiligschennis aanrekenden dat zij htetele-
maal niets voelen voor „de ziel".
Een ongeoorloofde staking.
Een staking kan rechtvaardig zijn,
toch is zij! daarom niet gerechtvaar
digd. iVan' de-, zij! het ook demonstra
tieve, len dierhalve ieigielnhihC;hllig spoe
dig weer .opglehevienie, staking der post
en telelgraafaimlbteïiarein te Amsierdam'
gteldt echter heide. Die staking was
onrechtvaardig eh -ongerechtvaardigd'.
Dit geldt natuurlijk o-ok van de
nieuwe staking, diel gisteren doo-r het
ni-et-chrisitelijk-gdorganiseerd personeel'
(de neutrale!, miolderUe en onafhanke
lijke organisatie van post- en 'telegraaf
personeel, benevens de hond van la
ger personeel) op1 slag, zelfs voor de
nachtploegen die den afgeloopen nacht
in dienst m'oeSlien zijn, i's geprocla-
mJeerd geworden. (Zie'die rubriek „Bin
nenland" in 'dit no.)
Men keint del geschiedenis'. De re
geering is peieldis isedleirt lang1 bezig een
loonregeling uit hel denken voor halre
amjbtelnarem -bij! dien post- en' (telegraaf
dienst. Lang, 'misschien veel te- lang,
wijl laten idill .in het mjiiddieh, hebben
Idezie heeren op het hun toiekomlendie
gewacht. Doch in ieder geval een;
coimimisisie vajn overleg uit hun mild-
dein had aan de Regeering een rege
ling voorgelegd. Naar den gezonden
regel dat iaje gehuwde ambtenaar' meer
ingrijpende 'behoeften beef'L 'd'aln de
ongehuwde, was aan dezen een klei
nere vlerhoogihg en uitkeering aan
Serstjg!enoeni|den toegedacht, en in de
ontslteimlming hierover richtten de hee
ren te Rolljeltrdatm! onbeschofte bedrei
gingen aan het aldreis van de regeering,
terwijl die te Amsterdam voor een
groot deel terstond in staking gingien.
Deze staking geschiedde terwijl meh
wist dat ©en regeling op handen was,
en noig daarenboven geschiedde- zij!
tegen jden raad,, althans tegen dó voor
kennis in van jde .leiders hunner orga
nisatie.
Wijl he-bben altijd gemeend dat re-
gieerihgsalmbtenaren een positie- inne
men geheel verschillend aan d,ie van
ambtenaren in particulieren dienst.
Geldt voor deziej laatsten het arbeids
contract, voo-r leie-rstg'enoeimden geldt
ide anihlseed, welken'te schenden met
onvoorwaardelijke afzetting kan, al
thans behoord© to worden gestraft.
Die'ze ambtenaren hebben door dte'ze
daald geizonldigd tegieln den bekenden
regel van trouw aan dei belofte in
'dén openbaren dienst; het vertrou
wen van 't publiek geschokt, welks
belangen -zijl op roekelooz-e wijze in
Ide waagschaal stelden, en dsm hun
eigenlei ondergeschikt maakten en aan
de Regeering ide voor haar beleedi-
'gtenlde ervaring bezorgd. Idat haai' eigen
ambtenaren geen vertrouwen stellen
in |de eerlijkheid harer beloften en de
vastigheidSvïta haar goede zorg voor
ide belangen Idler ambtenaren van d'en
Staat. - j 1
Er is geen önkele reiden om het
geen hieir geschied is g'oed te pratein.
Die staking van de posit- |en telegra-
fiealmfMenaren js weer een bewijs te
Uiteer, hoe de vergiftigingi der mteeinin-
„Madame, ik zou liever sterven", zei
de Githa, met kalme beslistheid.
„Daar zal het wellicht toe komen, eer
vele jare-n zijn voorbijgegaan"-, zeide Sir
"William ernstig. „De geestelijkheid laat
niet af cj011 Koning op te zetten tegen:
alle getrouwe Lollards. Er zijn nog geen
tien jaar yerloopen sinds den dood van
den ppester Sir "William 'Sautre,, en hij',
onze eerste martelaar, zal waarschijnlijk
niet de laatste van ons zijn. Wicklif zelf
zou, zonder de machtige bescherming van
den Hertog van Lancaster, reeds vele
dooden gestorven zijn. Maar indien gij
ergens veilig zijl, dan is 'het in het gezin
van Sir John Oldcastle".
„Hij is een vriend van den Prins",
zeide Lady Cheyne.
„Ja, dat is hij1; het schijnt mij toe,
dat de Prins hem liefheeft als een oudere
broeder; Sir John zegt, da.t de Prins zeer
beminnelijke hoedanigheden bezit, en een
zeer ridderlijken aard, hoewel hij wel eens
den vrijen teugel viert aan jeugdige bui
tensporigheden. Hij zegt, dat de menscben,
die hem niet kennen, zijn dwaasheden
ontzettend vergrooten, maar dat zij, die
hem beter kennen, hem naar waarde
weten te schatten".
„En Coulyng Castle is hier ver van
daan", zeide Githa, die op het oogenblik
meer belang stelde in haar eigen toe-
geh ieU igoieldie zteden ook zelfs toit onze
infelledtueclen doordringt, hoezeer de
goielde trouw, ook zfelfs bij' schijnbare
achteruitzetting, ook in de' kringen dfeiri
beschaafden geleden heeften no© ge
makkelijk zelfs het vertrouwen in de
eigen vertegenwoordigers, zelfs biji
beschaafde ten bestudeerde menscben
als deze Amsterdamscbe en R otter-
damsch'O heeren op een giegeven oogen
blik op 'den loop; gaat.
jOok al ware deze staking recht
vaardig geweest, wat 'zij1 echter niet
is, (dan blijft z,iji ongerechtvaardigd^
dewijl de Commissie van Overleg: haar
pla.n aaU de Regeering ha'd voorgelegdl,-
ien althahs zeker gevoel van fatsoen
dte belanghebbenden had moeien drin
gen den uitslag daarvan af iüe wachten.
Wij' wensclien gelen onderscheid tei
maken, tusischen ambtenaren in publie-
kten 'en in particulieren dienst. Een
staking in publieken dienst kan even
zeer plichtmatig zijn als een staking
in particulieren dienst; 't recht tol
staking wobdll dan ook onzerzijds voor
fsen va|n beiden betwist. En de sta-
ing in openbaren dienst wjprdt eir
niet inlinder rechtvaardig om, dewijl
bet algelmlelein belang, het btelang van,
veel onteer menscben er door wordt
geschaald, Idan bijl eleln staking b.v. in
een fabriek of werkplaats.
Maar hier is geien 'enkele relden tolt
Verontschuldiging. Door deze staking
is leen ongeoorloofde Idaad gepleeigicL
En wij' hopen dan ook dat Ide Regee
ring óp maatregelen zal bedacht zijn -
om herhalingen te voorkomen. Ttegen
revolutie past gleen zoetsappig oVer
zijn kant laten gaan: maar forsch en
flink doortasten. Ook al brengt men
deze twlöe factoren in rekening: het
lange wachten op iloieg-eving aan 'mis
schien reohtaialligen drangen Idle ver
giftiging der geesten door een eenzij
dig©, logienachtigle:, alle gezag onidle-r-
mljlnenide sociaa!l-diemocratisone pers
waar ldan! nog bijl-in aanmerking komit
idle opruiende logentaal van rood© en
'driekwart-rooide voorlichters'.
De toestand.
VredeSnieUws is er uit het Oosten,
vah ons werelddeel komlen opdagen.
Ruslanld lein Polen schijhen het over
teen ivoorloopigen vrede- eens te zijn
geworden len Sovjet-Rusland vraagt
aan Wranglel eveneens om vrede, al
thans -om een wapenstilstand. Nu is
het de vraag, walt .generaal Wrange!
zal Idolen, of, juister gezegd, wat men
van Entenltezijjdei hem zal advise-eren.
Het is en blijft natuurlijk voor hem
gevaarlijk om over vrede, met de Bol-
sjewiki te gaan praten, zoolang deze
ook nog maar iets bete-ekenen. Maar.
de Pooisch-Russische vrede schijnt in
't zicht te komen. Zelfs acht men het
mogelijk, |dat de vredespreliminaireW
hog idéze we|ek zullen worden getee*-
kjehid,
Moet Imlen aan allte geruchten geloof
Schenken, dan zou mieh geneigd zijn
om te concludeerehde ro-oden móe
ten wel in den welde bewilligen, .zijl
moeten zich wiel deze vernedering
want dit blijift het toch' voor hen
getroosten.
De berichtten omtrent ongeregeldhe
flteh in Rusland blijven maar aanhou-
komstige vooruitzichten dan in hét ka
rakter van Prins Henry.
Het ,ligt dicht bij de stad Rochester,
in het graafschap- van Kent. Wist ge dat
niet?"- vroeg Sir William glimlachend.
Malvern en Rochester w aren in vele
opzichten in die dagen verder van el
kander verwijderd dan Londen en S-t.-
Petersburg' in dezen tijd.
„Ik weet het maar al te goed, vader",
zei-de Githa treurig. „Ik wilde, dat hei
dichterbij Was".
„Kom, kom, als gij er maar zijt, zult
gil u daar best thuis voelen", zeide Sir
William weder. „Hebt gij ons nog iets
te vragen ?"-
„Ik zou gaarne weten, hoe spoedig ik
vertrekken moet"-, stamelde Githa.
„Het moet haastig in zijn werk gaa^-*
maar -als gij nu niet medegaat, zouden
wij soms lang op' een andere gelegenheid
moeten wachten", zeide Lady Choyne.
„Sir JohnOldcastle vertoeft op 't -oogen
blik in Hereford, hij zal over drie dagen
hierheen komen, en op zijn weg naar
huis een nachlt onder .ons nederig dak
vertoeven. Gij zult de reis met hem1 ma
ken, Githa".
(Wordt Vervolgd.)
r.4 "hl