Mo 194
Donderdag 30 Mei 1930
«14e Jaargang
GI SELA
Ststtw-ISeneraal
Buitenland.
FEUILLETON.
Uitgave van
flg Naaml. Venn. LUCTOR ET EMERGO,
gevestigd te Goes.
Hoofdbureau te Goes:
CANGE VORSTSTRAAT 219.
(Telefoon No. 11).
Bureau te Middelburg:
FIRMA F. P. DHUIJ L- BURG-
Drukkers
Dostferbaan Le Cointre, Goes.
it
Het revolutie-ontwerp.
III.
Zooveel hebben wij na het voorafgaande
Ier- derhalve van begrepen, dat men onder
de vigeur der tegenwoordige artikelen van
■het Strafwetboek het een heel eind bren-
igen kan in het voorbereiden van een re
volutie.
De dader is van straffeloosheid verze
kerd zoolang hij de uitvoering niet heeft
aangevangen. Is hij vrijwillig teruggetre
den, bijvoorbeeld omdat hij vreesde voor
verraad of mislukking, of omdat hij niet
genoeg steun kon krijgen, of te grooten
tegenstand voorziet, zijn kans niet schoon
ziet, enz., dan is hij evenmin vervolgbaar.
Hij kan van alles verzinnen en voor el
kaar zetten: inlichtingen inwinnen, zwarte
lijsten samenstellen, arbeidsraden laten
kiezen, de meest revolutionaire bevelen
in stilte van zich doen uitgaan; dit
Strafwetbo>ek maakt hem niets. Mits hij
maar niet „samenspant". Hij mag gerust
alles afteen doen. En ook wel in samen-
stemming met anderen, mits hij maar niet
met hen „samenspant". Dat is de eenige
voorbereidingshandeling, die hem ver
boden is.
Waar nog bijkomt, dat om revolutie
te maken, men een bepaalde revolutie
moet beoogen; geen "handelingen zijn
strafbaar, éde in het algemeen revolutie
betreffen. i
Dat hebben de misdrijvers wel geweten,
die dezer dagen, naar de dagbladen meld
den, te Amsterdam aan huis bij een Ne-
deriandschen staatsman zijn bijeen ge
weest, niet, dat begrijpt ieder, om een
huiselijk praatje te voeren. Maar -ook
al hadden zij in 't openbaar gesproken
over reyolutionaire plannen 'en verlan
gens, de Nederlandsche strafrechter had
hen toch buiten vervolging moeten stellen.
De Strafwet (artikel 131 en 132) stelt
ook strafbaar opruiing, in 't openbaar,
mondeling, of bij geschrifte, tot e-enig
strafbaar feit alsmede de verspreiding
van opruiende geschriften. Doch ook hier
mee heeft de praktijk maar al te zeer
de hand gelicht.
Toen dr. Kuyper in De Standaard
van omstreeks 1874 het voor de Katten
burgers opnam, werd hem in alle libe
rale bladen opruiing verweten. Toen hij
in 1874 in zijn vermaarde rede bij de
behandeling der wet-v. Houten tot be
perking van den Kinderarbeid Jacobus V
aanhaalde, verweten conservatieve heeren
en bladen hem opruiing. Toen het petition
nement in 1878 werd aangeboden en dr.
Kuyper het klavier der volksoonsciëntiie
bespeelde, fluisterde de liberale partij vap
opruiing.
Ala ar nu? Er wordt bijna dagelijks in
socialistische en communistische bladen,
in strijdartikelen van groote staatslieden,
in Volk en Tribune en tutti quanti, een
taal gevoerd tegen de overheid, tegen de
hooge Regeering; zoo erg, dat men - zich
afvraagt of men dit alles zoo maar on
gestraft mag zeggen. De demagogen uil
id© S. D. A. P. durven in volksvergaderin
gen, onder gejuich der misleide scharen,
woorden zeggen, die vragen doen of dit
hu geen opruiing is.
Doch deze heeren weten wel tot hoe
ver zij mogen voort huppelen om uit dé
vingers van den strafrechter te blijven.
Zij" weten zoo oproerig te krabbelen in
een taal, die vaag schijnt, doch voor den
goeden verstaander duidelijk is, dat de
wiet geen- vat op ben heeft.
Men kent uitdrukkingen als: „ik zeg niét:
„de wapens neer, maar de wapens hier";
door M. v. W.
16) 10
Hét jonge echtpaar op de bank onder
de linde sprak nog veel en over ernstige
dingen, want heden was het een beslis
sende dag. De laatste testamentaire bei-
schikkingen waren met baars moeders
idood vervallen en het lieve oude
FüTstenhort was nu pas geheel haar
eigendom- Haar man had juist de laatste
zaken met Kurt afgedaan en nu zou deze'
dadelijk komien afscheid nemen, want hij
verliet nu .de post, waar hij zoo dapper
volhard had-
Of zij vermoedden hoe zwaar het af
scheid Kurt viel? Zeker wel niet; maar
zij zouden het gevoeld hebben als zij
hem nu hadden kunnen aanzien. Hij stond
voor de bruingeverniste lessenaar en pakte
zijn boeken en kaarten, die er opgestapeld
lagen, in zijn koffer; nu kwam ook het
roede boek aan de beurt; nu was de
lessenaar leeg. Er waren heel wat inkt
vlekken op en Kurts pennemes had erge
verwoestingen aangericht, want hij had
„ik zeg niet dat gij in plaats van op de
arbeiders op de officieren moet schieten";
„ik zeg u wel te overwegen wat uw
proletarische plicht eischt"; „wij signalee-
ren dien of dezen, arbeiders houdt hem
in de gaten"; en dergelijke. En zoo is
't ook, wanneer 't tegen een bepaalde re
geering gaat; men ruit op en toch, vol
gens de wet men ruit niet op.
Wetsherziening is derhalve noodzake
lijk, en toe te juichen.
De Rijksmiddelen.
Het accres der middelen houdt aan. Wel
herhaalt zich de reuzensprong van Ja
nuari niet, deze toch bedroeg 16 miljoen!
maar de betrekkelijk, geringe stap' vooruit
van Maart, die slechts 7 miljoen bedroeg,
is 'toch door April weer flink overtroffen.
Van 24V2 miljoen in April 1919 klom de
'opbrengst in de afgeloopen maand toit
36Vr imiljoen, dat is1 nagenoeg 12 miljoen!
Bezien we de cijfers over April 1920
van nabij, dan valt het weer dadelijk
op, dat de Inkomsten- en Vermogensbe
lasting, benevens de Gedistilleerd-, Ge
slacht-, Suiker-, Zout-, Wijn- en- Bier
accijns, en de Zegel-, Registratie- en In
voerrechten, benevens de Dividend- en
Tantièmebelasting en de kleinere opbreng
sten, met name Goud-' en Zilver (met
Essaailoon), Mijnen, Domeinen, Jacht en
Visscherij, en Loodsgelden; tot dit accrès
hebben medegewerkt.
Alleen de Grondbelasting, Successie
rechten en Statistiekreeht 'gingen resp. met
SVa, öi/g en 34 ton' achteruit.
Buitengewoon Was 'het accrès der In
komsten belasting, die 5 miljoen
"en circa 8 ton meer opleverde; gevolg van
het sterk verhoogde tarief. Ook de Ver-
m'0|g en s b e 1 asting liep in de afge
loopen toi a and weer ruim een miljoen
gulden omhoog, eeni bewijs, dat de ver-
mogensaanwas, vergeleken met 1918
'19 zeer aanzienlijk is geweest. Uit den
aard der zaak blijft de Grondbelasting,
zoolang er geen wetswijziging komt,
dalen.
Dat de S u i k e r a c c ij n's, die den laat-
sten tijd steeds dalende was ,weer ruim
ear half miljoen meer opbracht, is een
moedgevend verschijnsel, al blijft de ruime
opbrengst van den accijns op sterke
dranken op bedenkelijke wijze aanhou
den; ditmaal klom deze weer met ander
half miljoen: van 2,8 tot circa 4,3 miljoen.
Hetgeen wijst op toenemend drankgebruik
in weerwil van de duurte.
De oorlogswi'nstbelasting ging van 18
miljoen op circa 11 miljoen terug. Lang
zaam verdwijnt deze bate, haar kan echter,
men ziet het, ide dienst nog niet opgezegd
worden.
In totaal generaal werd over April 1920
ontvangen 60 miljoen gulden, en over de
eerste vier maanden van dit jaar 191 mil
joen tegen 170 miljoen in het gelijknamige
tijdvak van 't vorige jaai'.
Tweede Kamer.
Die arme gemeenten. Kla
gers zonder zelfverwijt. Kun
nen de gemeenten het schoolgeld
wel missen? Standenscholen.
Onderwijs aan abnormale kin
deren.
Nadat het mieuwgekozien Md der Kamer,
de vrij-liberale heer Nierstrasz, zijn in-
zich aangewend terwijl hij las of rekende
met zijn penneïnes figuren of getallen in
den lessenaar te snijden-
Kurt was volstrekt niet gevoelig, maar
waarom werden nu zijne oogen in eens
vochtig? Alleen maar, omdat hij die oude
lessenaar waaraan hij nu twaalf jaar dag
in dag uit gewerkt had, in den steek
moest <lateh? Neen, er was iets anders-
Haar, rechts in den hoek, waar het rood©
boek altijd lag stond de naam, de naam,
waaraan zijne heele ziel zich vast had
gehecht, en wel niet meer, maar vroe
ger. Hij greep het pennemes éjn wilde
die zes ongelukkige letters er uit snijden,
maar het wilde niet lukken-
Vroeger had hij zich al eens over die
vergeefsche pogingen geërgerd. Heden
deed hij het niet, want hij kreeg plotse
ling een idee dat hem hielp om het laatste
beetje sentimentaliteit weg tie, blazen.
Hij stak het mes in den zak, deed
den koffer dicht, riep uit het venster:
„inspannen" en verliet de kleine, nauwe
kamer met de uitgeloopen vloer en de
lage .ramen en ging naar het park, naar
de linde.
Die drie wisselden niet veel woorden-
Gisela zeide slechts voortdurend:
„Ik dank je, Kurt!" Eberhardt schudde
zijn hand en daarna keerde Kurt zich
haastig om. Toen hij eenige schreden ge
daan had, keerde hij plotseling terug en
trede gedaan had, werd weer voortgegaan
met het amenidementenspel, dat bij de
behandeling der L. O.-wet gespeeld wordt.
Aan de orde was de stemming over
de motie-K. ter Laan om de behandeling
van de kosten van het onderwijs uit te
stellen tot na de behandeling van, het wiets-
ontwerp, regelend de financieel© verhou
ding tusschen Rijk en gemeenten.
Deze motie werd verworpen met 44
tegen 33 stemmen.
A'lbarda (S.D.A.P.) stelde hu voor de
beraadslaging over art. 64 te heropenen,
waartoe werd besloten.
Aan de orde was nu het amendement-K.
Ter Laan. (S.D.A.P.) bepalende, dat het Rijk
over elk dienstjaar aan de gemeente ver
goedt de bouwkosten der scholen, echter
tot geen hooger .bedrag dan noodig is
om het gebouw te doen beantwoorde?
aan de eischen gesteld in den algemee-
nen maatregel van bestuur. Insgelijks ver
goedt het Rijk aan de gemeente de kos
ten van 'de aanschaffing der schoolmeu-
belen.
Ketelaar (V.-D.) meent, dat bet amende
ment-Ter Laan veel te ver gaat. De ge
meenten zullen allerlei kosten kunnen ma
ken, terwijl het Rijk maar betaalt. Daar
door geeft men den gemeenten de be
schikking over de Rijkskas. Beter is 'tz.i.
de gemeenten eien vierde in de kosten te
laten bijdragen. Spr. diende daartoe een
amendement in.
Toen kreeg men weer ©én debat, dat
hoofdzakelijk betrekking had op de finan
ciëele verhouding tusschen Rijk en Ge
meenten. De socialisten klaagden steen
'en been over den noodstand, waarin de
gemeenten verkeeren. Inderdaad valt dit
feit niet te ontkennen, doch de Wilde
(a.-r.) riep hun terecht toe: Jullie zeiven
zijn de schuld van den financiëelen nood
toestand der gemeenten.
Kijk maar naar Zaandam!
De Minister had weL gelijk met er op
te wijzen,' dat de gemeenten in elk geval
alle kosten van de salarissen nu toch
van zich afgenomen zien, hetgeen bijv.
voor Den Haag naar hem verzekerd werd,
niet minder dan 2 millioen bedroeg. On
zekerheid bleef er dntnsschleo wel en daar
om hield de Kamer zich aan 's Ministers
ontwerp, omdat elk ander voorstel, bij
bet element van onzekerheid, nog dat. van
de omverwerping van het heele stelsel der
wet (hetgeen ook dat der Bevredigings-
commissie is), zou hebben meegebracht.
Het was wel aardig dezelfde heeren,
die zoo warm liepen voor de in nood
verkeerende gemeenten, een oogenhlik la
tei' te zien strijden voor een voorstel
van den heer Gerhard om alle onderwijs
kosteloos beschikbaar te stellen, dat dus
aan de gemeenten hielel wat geld minder
inbrengen zou. (Het ontwerp wil evenredig
schoolgeld). De consequentie daarvan zou
zijn, aldus de Minister, dat ook het hooge
en het middelbaar onderwijs kosteloos
moeten zijn voor iedereen.
Is het wonder, dat Gerharifs amende
ment kelderde?
Hetzelfde lot trof Visser van IJzen-
doom, die ©en poging deed om ook voor
de openbare school het behoud van wat
men „standenscholen" noemt, mogelijk te
maken. De Minister was van gevoelen,
dat men dit aan de practijk kan over
laten, maar dat de wet zich niet in den
een of anderen zin moest uitspreken.
Daarom wees hij ook het voorstel af van
Albarda, die een amendément improvi
seerde om te bepalen dat op geen enkele
school een leerling zou mogen geweigerd
zeide haastig, bijna onstuimig tot Gisela:
„Nicht, wilt gij mij toestaan dat ik de
oude bruine lessenaar uit de rentmeesters-
woning als een aandenken aan Fursten-
hort meeneem?"
Over het gelaat der jonge vrouw vloog
een glimlach en vroolijk zeide zij:
,„Dat doet mij genoegen, neef, dat gij
toch eindelijk iets kiest uit al de schat
ten, die ik tot je dispositie stelde |maar
je bent toch een wonderlijke ziel dat
oude. oude ding!"
E'n waarlijk! Het stond eigenaardig ge
noeg, toen Eberhardt eenige minuten later
het ouderwetsche meubel op het rijtuig
Met tillen. De omstanders, die allen hun
geliefden rentmeester gaarne nog ééns de
hand wilden drukken, keken het verwon
derd aan, maar Kurt stapte haastig in
en zeide, op de lessenaar wijzend: „Dat
was mij het liefste in Furstenhort!"
Terwijl het rijtuig wegreed, legde Eber
hardt zijn hand op den schouder zijner
vrouw en vroeg:
„Zleg eens vrouwtje, wat meende die
neefvoogd van jou eigenlijk; wat was hem
hier het liefste geweest: jij of die lesse
naar?"
„Ik denk die oude vermolmde lesse
naar!" zeide zij door hare tranen heien
glimlachend, en haar man leidde haar
het slot binnen, kuste haar en zeide:
„Goddank dat ook ik weet, niet wat,
l
worden om redenen ontleend aan de maat
schappelijke positie der ouders.
Bij art. 70 nam de Minister een amen-
dement-Albarda over om idien administratie
ven rompslomp voor de schoolgeld-invor
dering te vereenvoudigen.
Melden wij verder, dat de heer Deckers,
na een deskundig speech je over het on
derwijs aan abnormale kinderen, er in
slaagde ten bate van dat onderwijs in die
wet eenige bepalingen te doen opnemen,
waardoor verzekerd wordt dat geschikte
krachten, ook al zijn die niet in het be
zit van een gewone acte 1.0., voor dit
onderwijs kunnen behouden worden of
verkregen. Bij algemeenen maatregel van
bestuur moet dan de opleiding en de po
sitie dier onderwijzers nadier worden ge
regeld jen het aanstellen van éen bepaald
aantal gewone onderwijzers moet zijn
verzekerd. Dat alles vond groote instem
ming bij den Minister, zoo zelfs dat hij'
de amendementen overnam.
Gerhard (S.D.A.P.) lichtte een amende
ment toe tot uitbreiding der mogelijkheid
van de toepassing van bijzondere onder
wijsmethoden, hetgeen ook door den Mi
nister overgenomen werd.
Rutgers (A.-R.) lichtte eenige amende
menten toe waarvan de strekking is het
mogelijk te maken, dat de bijzondere
schoolbesturen de .garantie voor bet na
komen hunner verplichtingen niet in den
vorm van geld stellen, maar ook op andere
wijze, bijv. hypotheek, persoonlijke borg
stelling ,enz.
Tie 5 uur 50 werden de beraadslagingen
verdaagd.
Midden in het debat verklaarde Treub'
namens de commissie van rapporteurs,
dat van een behandeling van de wet ter
verruiming van het gemeentelijk belasting
gebied in de volgende week wel niets
zou kunnen komen, daar het overleg met
de Regeering nog niet is afgeloopen en
het er niet naar uitzag of het deze week
afloopen zou. Maar al dadelijk b'leek, dat
verscheidene heeren van uittstel niet ge
diend zouden zijn, en om een incidenteel
debat te voorkomen volgde men den raad
van Lohman 01 Nolens om daarover van
daag eens rustig te praten.
Maatregelen tegen Ierland.
O'm de steetls talrijker wordende
aanslagen, in Ierland tegen te g;aan,
heeft de Eingelsche regeering besloten,
ernstige repressie-maatregelen te tref
fen. Reeds zijn, zöioials we dezer da
gen meldden, 2000 manschappen in
Ierland aan land gtizet.
Maandag is te Lancashire een de
tachement fuseliers geland en onmid
dellijk tot huiszoekingen overgegaan,.
Die politiepost van Dalkey, 10 K.M.
ten Zuid-Oosten van Dublin, 'is door
aanzienlijke troepenafdeelingen bezet.
En het schijht, dat dit nog Slecjh|t|si
helt begin is va|n bet Engelsche neipnies-
sjeplan.
Éoinar Law heeft op een interpellatie
in het Lagerhuis, ingediend gezegd,
dat de regeering zal voortgaan naar
Ierland versterkingen te zenden, zoo
veel het uitvoerend comité tei Dublin
noodig acht.
Zijn eigen zoon gearresteerd.
De correspondent van de „Globe"
te New York! seint een sentatipneel ver-
maar wie mij het liefste is op
Fursteinhort!"
HOOFDSTUK XXX.
Nog. eens de lessenaar' en nog eens
hef roode boek!? vraagt gij1 zéker, als
gij nu, na twee1 jaren; hooit: „Kurt von
Lauffën stond aa,n zijn lessenaar, die' eem
eereplaats had, in zijn kamer te Sommer-
feJd en schreef".
Ikr geef toe; da,t het niets, nieuws is
en misschien erg vervelend klinkt ook1,
maar het is izioo heel, heel anders dan
vroeger.
Hij: staat er namelijk volstrekt niet al
léén voor en met bet schrijfwerk' ;is. ook
niet 'zlulk een baast als vroeger
'Hildegiard zijn jonge vrouw staat
'achter hem en wil juist een hord! iqéfc
een boterham e'n een fleisch bier naast
'dén lessenaar op'de; tafel zétten. Ziji
'hebben eigenlijk plechtig' besloten, dat
Ziij het 2e ontbijit precies om 10 uur
doodstil binnen brengen zal maar het
is. merkwaardig, dat diei twee reeds, 'z'oo
bezadigde manscheiïkindereiti, die in hun
jeugd1 allebei zooveel over „wilskracht
,en vastheid van karakter", phïlosopheer-
den, 'zoo zwak iz'ijh, dat zijl dagelijks dait
voornemen ontrouw worden.
Heden is het Hildegard, die begint:
„0, Kurt'! als ik je 'hier vopr die grapt-
pige ouderwetsche '1 cissen aar zie staan,
VERSCHIJNT ELKEN WERKDAG.
Abonnementsprijs:
Prijs per 3 maanden fr. p. post f2,25
Losse nummers f0,05
i
Prijs der Advertenti611:
14 regels f 1.12, elke regel meer 28 cent.
Eenzelfde adv. 3 maal geplaatst wordt
2 maal berekend.
Bij abonnement belangrijke korting.
Kleine advertenties 75 cent.
Bewijsnummers 5 cent.
haal van eein particulieren detective,
die zijn eigen zooin arresteerde. Een
bende indringers had maandenlang de
buitenwijken onveilig gefmaakt. Zeer
brutaal traden de heeren op zij bel
den ergens aan, hielden de dienstbode
met een revolver in bedwang, 'traden
dan gemaskerd binnen en wisten onder
bedreiging der bewoners vaak met een
aanzienlijken buit weg te komen. Zoo:
brutaal werd de bende, dat zij: vooruit
haar ktimjst schriftelijk aankondigde!
Een zakenman, die ook een dergelijke
aangename aankondiging ontvangen
had, najm den detective Bronson in
den arm. Déze stelde zich verdekt op
en nadat hij drie avonden vergeefs
géwacht had verschenen den vierden
avond drie gewapende gemaskerde
mannen, die binnengelaten werdenin
de gang kwam de bewoner hen tege
moet. De detective ging plotseling ach
ter ben staan: „hands up", riep hij',
drie paar handen, gingen de hoogte in,
drie revolvers yielen op den grond.
Daarop gelastte de detective hen, hun
maskers af te doen. Twee' van de. drie
deden dit, )d© derde weigerde. Onder
bedreiging met zijn revolver gelastte
Bronsion hem: het voorbeeld zijher ka
meraden te volgen. „Goed", was. het
antwoord, „maar bedenk, dat ik udit
hacl willen besparen." Bronstin het
van verbazing haast zijn revolver val
len; hij stond tegenover zijh eigen
zoon! Toen volgde eên vreemd too-
neel; de zoon trachtte zijn vader te
overreden hem' gn zijn. metgezellen te
laten gaan, belovend een ander leven
te zullen leiden. Bronson bleef zijn
revolver op, het drietal gericht houden
dacht diep na en gelastte de drie man
nen voor hem uit te loopenhij bracht
ze alle drie naar de gevangenis. Van
daar uit zond de (zioom! een gelukwensch
aan zijn vader, dat hij' zoo- sterk ge
weest was aan de verleiding: weer-
sta.nd te bieden o,m hen vrij te laten.
Hij betuigde daarin, dat hij' trotsch
was op zijn vader.
De Hölziade in Sangerhausen.
De „opstand" in Sangerhausen heeft
niets te maken gehad miet: een „Putsch"
met een poging van communisten in
dit provincienest een radenrepubliek"
te vestigen. De geschiedenis was niet
anders dan een moderne roof- en plun
dertocht van eenige communistische
boeven. Die dit hoort er nu- een
maal bij, na het klassieke voorbeeld,
door Hölz in het Vogtland gegeven
hun strooptocht een politiek manteltje
omhingen. „Een communistische revo
lutie" wais de dekhaam voor een heel
gewone schurkenstreek.
De regeering werd in Sanger
hausen! afgezet, de dictatuur van
het proletariaat geproclameerd en in
een oproep de bevolking, 13.000 ziel
aangemaand zich rustig en ordelijk te
gedragenDeze oproep was onder-
teekend „M. Hölz". Natuurlijk om' de
Sangerhausexs de stuipen op het lijf
te jagen. De bende veertig tot de
tanden gewapende mannen hebben
er niet aap gedacht de communistische
wereldrevolutie in Sangerhausen te
prediken. Zij stalen uit een paar ban
ken een half millioen mark en ver
lieten het nest. Lieten het raadhuid
en het postkantoor, dat zij' hadden
bezet. natuurlijk o'm de telefonische
en telegrafische verbinding met de bui
die 200 absoluut iniet bij onze verder©
smaakvolle meubels; .past, dan moet ïk
altijd lachen. Ik geloof minder om je
voorliefde voor het armé' wormstekige;
métubel want ik weet zoo ongeveer
Wat dat vp'Or j© is1 maar omdat 'ik
dan' altijd 'moet denken aan dat ©ogen
blik, toen je mij' een 'half uur na ©nzla
verloving met een ontzettend plechtig ge-
'zïcht bekendet, dat een Zekere naam) ini
je schrijftafel was gesneden en dat;
ik hoor je nog ik vooral niet schrik
ken moet als ik dlien naam eens: ontdek.
Diat. w.as toch 'té grappig, helste man!
als;of ik niet wist, dat ik nu niét juist
je eerste liefdé' was!".
Kurt keek zijn vrpuw heel verwon
derd aan en zéide ietwat beleedigd:
„Maar Hilla, jei bent toch heusch al
te pro'zjaïsph; je; spreekt maar zoo. heet
gewoion over dingen, die ik) dacht, dat
toch heel ernstig waren en mij! ten min
ste vroeger veel te denken gaven, want
mij scheen het niet lz'00 onverschillig of
een vrouw zlool, bijvoorbeeld bijl het stof
afnemen, eetts1 merkt, dat. haar man vroe
ger een .ander liefhad.Ik vond datzoo
vreesélijk voor je en het zlou toch niet
eerlijk .geweest 'zijn aJs ik het niet da
delijk gezegd had. Ik 'kon toch moei
lijk weten, dlat je allés al wist' van je
ouden man!"
(Wordt vervolgd.)