bo 186
Maandag 16 Mei 16310
'14e Jaargang
FEUILLETON.
GISELA
Een nieuwe Zondagswet.
Uitgave van
BK Naaml. Venn. LUCTOR ET EMERGO,
gevestigd te Goes.
Hoofdbureau te Goes:
BANGE VORSTSTRAAT 219.
(Telefoon No. 11).
Bureau te Middelburg:
EIRMA F. P. DHUIJ L- BURG.
Drukkers
Oost er baan Le Cointre, Goes.
VERSCHIJNT ELKEN WERKDAG.
Abonnementsprijs:
Prijs per 3 maanden fr. p. post f2,25
Losse nummers f0,05
Prjjs der Advertentiën:
14 regels f 1.12, elke regel meer 28 cent.
Eenzelfde adv. 3 maal geplaatst wondt
2 maal berekend.
Bij abonnement belangrijke korting.
Kleine advertenties 75 cent.
Bewijsnummers 5 cent.
Wij liebben. den hoofdzakelijken in
houd van bet. ontwerp Zondagswet
meegedeeld en willen gaarne onzen
indruk van dit ontwerp weergeven.
Eerst, echter een woord.]© naar aan
leiding van het feit der indiening. De
gedachten vermenigvuldigden zich in
ons. Dit ontwerp toch is van een
Roomschen. minister, van minister
Ruys de Beerenbrouek. Wat liberale
en antirevolutionaire ministers niet
deden, deed deze Roomse he minister;
hij narni 'top' voor de wettelijke rege
ling der Zondagsrust; en hi] voegde
bij dit woord de daadhij1 diende het
ontwerp in.
Wij leven in een tijd van verrassin
gen. Een kwarteeuw geleiden de
coalitie was toen bezig groote vorde
ringen te maken werd door de
Liberalen, op het bouwen van eigen
huis bedacht, geageerd tegen „het Mon
sterverbond", de „samenkoppeling Ro
meDordt" gehekeld, tegen „de Rotae-
overbeersching" gewaarschuwd. En de
ChT.-historischen, dr. de Visser met
idr. Bronsveld voorop1, hielpen dapper
melde.
„Het Nederlandsch Dagblad" van
26 Mei 1897 schreef:
„Indien de coalitie Ruyper-Sehaiep-
man zegeviert, dan zijn wij' feitelijk
overgeleverd aan de ultramontanen.
Zij zullen dan in de Kamer niet alleen
numeriek de meerderheid uitma
ken, maar ook z e d e 1 ij k e overmacht
bezitten over de antirevolutionaire Ka
merleden, wier politieke levensdraad
in hun hainden is. Wij zullen dan heb
ben een R o o m s c h e Kamer, een
Roomsch ministerie."
(Vergissen wij onis niet, dan was dr.
dej Visser mederedacteur van dat blad;
en moesten kreten als bovenstaande
dienen oml hem voor de Kamer aan 'te
bevelen; als hoedanig: hij ook geko
zen werd, bij herstemming zelfs met
medewerking van het „monsterver
bond." Doch nu is dit het wonderlijke.
Niet lang zat dr. de Visser in dë Ka
lmer, of hij bemerkte dat hij niet aan
de zijde der Chr. oud-libéralen, de
verzinners van dat „RomeDord-t"-
praatje hoorde, mlaar aan die van de
gesmade coalitie. Niet 't minst door
zijn krachtige medewerking werd die
coalitie sterk en traden, 1901 en 1909,
achtereenvolgens "tl© Rechtsche kabi-
netten-Kuypér en Heemskerk op. En
thans nam hij zelve plaats in een
coalitie-kabinet, dat de Roomsche sig
natuur draagt, met achter zich een
Kamer, waarin de Roomschen de in
vloedrijkste partijl vormen. En wat
ons de situatie nog: zooveel te wonder
baarder maakt in het Rechtsche
ministerie berust de leiding bij eeh
Roomschen premier, die een Zondags
wet ontwerpt, die wel niet geheel (maar
dit had een Antirevolutionaire minis
ter ook niet gekund) maar dan .toch
voor een belangrijk deel ons in het
gevlei kamt; en, ondersteld natuurlijk
dat het ontwerp onveranderd wét
wondt, en de uitvoering richtig zij,
zooldiaJt, met name in artikel 9, de
daarin vastgestelde uitzonderingen
geen regel vvor|den, het Christelijk
volksdeel, althans in overwegend
Christelijke landsgedeelten, tot dank
baarheid stemmen zal.
IDs. v. Broekhuijzen, een hoog ker
kelijk anti-afgescheiden man, zei bij'
döor M. v. W.
69) o-
HOOFDSTUK XXVIÏ.
Sedert dien zijn er weken verloopen.
De adventsklok luidt en over eenige uren
zal de bruilof'tsklok luiden. Gisela staat
geheel in witte zijde gehuld in haar meis
jeskamertje. Van den hemel vallen zlachlie
Witte sneeuwvlakken en het is haar als
breidden die een lijkkleed over haar eigen
thuis.
Zij gaat nu zitten om zich door Jutta
den sluier aan te laten doen. Bezie ziet
er bijzonder gelukkig uit en roept:
„Toe, Hilda, help mij eens, die oranje
bloesem moeten wij' nog vaststekten. Niet?
Zoo staat het goed, vindt gij niet?" j
iiaar zuster, die hen beide zwij'gend
had gadegeslagen, kwam naar het bruid- 1
je toe, en kuste haar op hot voorhoofd
en tegelijkertijd viel een traan in de
luchtige tulle. Goed dat Gisela het niet
merite; weinig minuten later werden ook
gelegenheid der jongst)© verkiezingen
m Zuiid-Afrika tot professor Los de
doppers (afgescheidenen) hebben het
land gered.
'Hoe menige oude schei,teraar van
een kwarteeuw geleden „tegetn Rome",
zal bij de gebeurtenissen van 1918
gedacht, en thans na de vermenigvul
diging der burgerwachten en laaid-
stormafdeelingen gezegd hebben: de
Roomschen spannen de kroon. Maar
foed dat wij een Roomsch ministerie
ebben. Op .gelijke wijze begroeten wijl
met zekere ingenomenheid dit ontwerp
van den Roomschen minister.
(Wij'hebben *t nimmer verheeld dat
de Koom,scbe levenstoon, de aan
Roomsche menscihen toegestane vrij
heden op 's Heeren dag, enz. ons Cal
vinisten mishagen. Niet alleen in Z.-
Vlaanderen, maar ook al in 't gerefor
meerde land van Goes, en in de stad
Goes, ziet men met leedwezen dat
Roomsche jonge mannen zeer slordig,
naar onze Schriftuurlijke opvatting
zondig omspringen met den Zondag.
Waar wij echter met leedwezen aan
toevoegen dat ook in onze kringen
de tucht verslapt. Te Terneuzen bege
ven zich (vo'lgjems medeldetelinjg in „Tb
miotheus") ofschoon niet op' Zon
dag, dit zij èr hier uitdrukkelijk bijl
gezegidzélfs gereformeerden maar
al te zeer met name in het dansge-
vaarl Doch tegenover dit verzaken van
den Zondag door de Roomschen, voor
al in onze grensplaatsen, staat de
ijver voor de eere van den rustdag,
gelijk die bij hoogstaande Roomschen
als dr. Ariéns, dr. Hoffmann, baron
van Wijnbergen en ook onze minister
van binnenlandsche zaken gevonden
wordt. Waarover wij ons natuurlijk
verblijden! Zou 'twaar zij'n, hetgeén
door 'den heer Elout in „Het Han
delsblad" wordt beweerd, dat !de anti-
xeyolutionairen in den laatsten tijd
wat zijn verroomscht, en de Room
schen wat zijn gec,alviniseerd
Laten wij dit zoo.
En nu, wat dit ontwerp Zondags
wet aangaat
Wij vonden het tot hiertoe in de
pers 'van Links bestreden. Het Vo lk
noemt den inhoud er van „rmgeloor-
derij" een „tergen, tarten, prikkelen
van de arbeidersbeweging"; een „po
ging om geheel een volk te laten dan
sen naar het pijpen van een puri-
teinsche groep." Én Het Handelsblad
spreekt alvast een „onaanneembaar"
uit, hetwelk (iets anders iis dan onaan
nemelijk. Dit laatste beteeken 1. dat hek
door hem idie 't beoordeelt niet kan
worden aangenomen, doch het eerste
wil zeggen dat het ontwerp in zich
zelf zoo slecht is dat de onmogelijk
heid van aangenomen te kunnen wor
den er uit voortvloeit; met andere
woorden dat het yoor aanneming.
althans door iemand met gezonde her
senen onvatbaar is.
[Toetsen wij echter het ontwerp; aan
onze .beginselen, dan hebben wij alle
relden om' .dankbaar le zijn, schoon
niet voldaan. Wij hadden veel liever
een volstrekte regeling gehad; doch!
de gemiengdheid der bevolking' en de
verscheidéinheid van godsdienstige' jen
zedelijke opvattingen, het groote getal
van hen die met eerbied voor God en
Zijn dienst gebroken hebben, maken
het scherper trekken der lijnen on
mogelijk. Trouwens niet de Zondags-
haar oogen vochtig want hoe eigenaardig,
juist nu, nu zij klaar stond en haar
bruidegom verwachtte, trad haar voogd
binnein. Hij groette de twee zusters en
toen die heengingen, k'wam hij vlak voor
zijn nicht staan en zeide:
„Gisela, dk kom je vaarwel zeggen.
God' z'egene je uitgang uit dit huis en
je ingang ïn het nieuwe tehuis. Mijn
beiscnerming hebt gij nu niet meer noo-
dig, maar op mijn trouw in goede en
kwade dagen kunt gij staat maken I"
„Goede, oude vriend! beste Kurt!" was
alles wat :zij kon zeggen; maar hij legde
liaar als een vader de hand op het hoofd
en ging 'zwijgend heen.
Haar stiefvader had hem den rent
meester niet tot de bruiloft genoodigd;
hij had hem slechts eenige bevelen gel-
-geven omtrent dte feestelijkheden; maar
zijn tegenwoordigheid achtte hij volko
men onnoodig. i
Goddank, dat het zoo was. Kurt had
al menig moeilijk ding volbracht, vroe
ger uil eigen machtsvolkomenheid, nu,
omdat hij geleerd had, zich door een
hoogere macht te laten beheerscKen
maar Gisela zien trouwen, dat zou bijl
nooit, neen nooit gekund' hebben! Hij is
diep het besneeuwde bosch ingegaan;
slechts de 'klokken hoorde hij luiden.
Op de bergen van den Harz stonden
'heiliging wordt geregiekl, die laat zich',
althans door de overheid, niet regelen;
maar de Zondagsrust, zij 'took van
haar godsdienstige zijde.
De Christelijke levensbeschouwing,
de minister merkt 't terecht op, welke
den Zondag als den van God veror
denden rustdag erkent, kan niet door
de wet worden opgedrongen. Maai' wel
behoort de Overheid, wat het inrich
ten van den publieken dienst aangaat,
het goede voorbeeld te geven, en daar
na te waken dat de Zondagsrust niet
zonder noodzaak worde gestoord; en
dat de Zondagsheiliging zoo immer
mogelijk kunne beoefend wórden.
'Wij hopen dat met. de nieuwe Zon
dagswet, als zij komt, niet zoo de
hand zal worden gelicht, als met hare
voorgangster; en dat in de toepassing
de wet geen wassen neus zal blijken.
Wil zij'n dan ook niet gerust er op
dat ait met artikel 9 niet het geval
zal zijn. Dit artikel toch begint mooi
en krachtig: Het. is verboden op Zon
dag eenige openbare vermakelijkheid
te houden, daaraan deel te nemen of
daarvoor gelegenheid te verschaffen.
Daartoe behooren dan alle tentoon
stellingen, vertooningen, opvoeringen,
wedstrijden en spelen, waartoe toe
schouwers worden toegelaten. Spieten
die geen wedstrijden zijp vallen er
buiten.
Tot zoo ver gaat alles goed. Maar
nu volgt er op„De gemeenteraad
kan bij verordening voor de namiddag
uren op 't verbod in dit artikel uit
zonderingen toestaan."
(Wij merkten reeds op: hier js een
uitzondering, die gevaar loopt regel
te worden. Het verzet in de Linksehe
en de zachte wenk in de Roomsdhe
pers geven ons aanleiding tot dié vrees.
Wij zijd benieuwd of de minister
voor dit .ontwerp een meerderheid zal
vinden. Met minder zouden' wij niet
tevreden zijn. Maar het ontwerp in
zijn geheel zooals 'tnu is ingediend,
bevat 'zoovele verbeteringen, dat wij
het met dankbaarheid aanvaarden. Eri
wij hopen dat alle Christen Protestan
ten, van Lohrnan tot Staalman, er zich
mee zullen kunnen vereenigen, de
uitersten van laatstgenoemd type hier
bij gedachtig aan bet bekende „heeft
men niet wat men gaarne heeft, men
neme dan voor lief wat men heeft.
Beknopt overzicht.
Men blijft in goed ingelichte kringen
te Brussel gelooven, dat de conferentie te
Spa verscheidene maanden uitgesteld zal
warden met het oog op de samenstelling
van het Duitsche kabinet en de benoe
ming van een president van de Duitsche
republiek.
Maar hoe het zij', veel hoop heeft men
in Duitschland niet ten opzichte van deze
conferentie.
Als men de agenda beziet zal men]
begrijpen waarom' niet.
De volgende punten komen er op' voor:
Vroegere vergrijlplen tegen het vredes
verdrag en hoe het verdrag uitgevoerd
kan worden. Den Duitschers zullen in
lichtingen worden gevraagd over de ont
wapening, het herstel, de kolenlevering,
de beleediging van de geallieerde mis
sies en de kosten van het bezettingsleger.'
Zooals men ziet laat deze agenda wei
nig ruimte voor de hoop', dat de Duit-
de oude dennen en bet dacht hen dat zij
betooverd waren- Eerst was de sneeuw
gekomen en daarna de vorst en nu was
het heele woud als in boeien geslagen.
Het is doodstil in de tooverachtige berg
streek, want beneden in het dal, waar
de Bode anders in het bosch hare liefdes
liederen zong, is dat stroomen en brui-
schen ineens verstard, overal liggen de
varens onder het ijs en de sneeuw fonkelt
als diamanten-
„Betooverde poëzie" heeft Gisela die
winterpracht genoemd, toen zij in een
lichte slede intocht deed in het Harzge-
bergte.
Heden, pas eenige weken later, schijnt
het haar bijna alsof zij altijd op Stem
hagen gewoond fieeft, zoo lief en bekend
is haar elke boom en elke struik, en in
bet oude slot is geen hoekje, dat haar
niet spreekt van groot geluk; want overal
ontmoet zij Gods zegen en de liefde van
haren man en met al dat geluk in het
hart gaat zij vroolijk het nieuwe jaar
tegemoet.
De laatste avond van het oude jaar!
Daarom is de kleine dorpskerk zoo fees-
lijk verlicht, want daarbinnen zit de slot
heer met zijne jonge vrouw, omgeven
van de gemeente, te luisteren naar de
Ouderjaarspreek.
GiseJa's oogen waren onafgebroken ge-
schers ter conferentie opi voet van ge
lijkheid met de andere aanwezigen be
handeld zullen worden), zooals hun is
toegezegd. Maar een belicht in de Daily
Chronicle, het blad, dat in nlauwe relatie
staat met Lloyd Georgé, is geschikt om
hun alle illusie dienaangaande te ont
nemen. Daarin heet het toch, dat de
Duitsche rijkskanselier niet aan de be
raadslagingen zal deelnemen, die het be
drag, en het betalingsplan der schade
loosstelling betreffen.
Is het wonder, dat mem in Duitsch
land in de conferentie te Spa een tweede
Versailles begint te zien? vraagt het Vad.
liet Berliner Tageblatt verklaart dam
ook, dat het eigenlijk geen döel heeft
Duitsche afgevaardigden naar Spa te zen
den, indien ze van de eigenlijke bespre
kingen toch uitgesloten worden.
De Fransche stakingsbeweging blijft af
nemen. Het goederenvervoer op' de spoor
wegen is gestegen tot 75 plet. van het
normale vervoer.
Het gevoel van matheid bij de stakers
doet voorzien, dat spoedig de normale
toestand zal zijn teruggekeerd. Men kan
zelfs op de spoorwegen hopen, dat het
werk binnen luttel tijd geheel zal zijn
hervat. De leden der regeering hebben
Vrijdag den toestand besp'roken1. Jn de
havens verbetert de toestand voortdurend.
In Havre, Bordeaux, Lorrent eni zelfs te
Marseille wordt het werk hervat. Wat
de metaalbewerkers in de streek van Pa
rijs betreft, die hebben slechts in zeer
kleinen getale aan het bevel tot staking
van hun vakvereeniiging gehoorzaamd. Do
'0. G. T. dreigt nieuwe stakingen te zul
len uitlokken, maar de Fransche bladen
zijn algemeen van meening, dat 'deze be
dreiging ijldel zal blijken en slechts een
bekentenis is, idat de stakingsbeweging
tot dusver '.totaal is mislukt.
Eein tunnel onder de Solent.
Er is sprake van het eiland Wight
met Engelamid te verbinden door mid
del van een tunnel onder de Solent.
Een speciaal ter bespreking van dit
vraagstuk belegde vergadering in de
Kamer van Koophandel van het eiland
Wight heeft zich Woensdag met deze
quaestie bezig gehouden. Op voorstel
van den heer Aman, den man, die
zich voor hét plan heeft gespannen,
zal een verzoekschrift worden gezon
den aan de'n minister van het Ver
voerwezen. waarin de noodzakelijk
heid zal worden betoogd van betera
verbindingen tusschen Engeland en
Wight, welke zullen kunnen tot stand
komen door het graven van een tunnel.
Een ex-keizer.
Sir John N. Jordan, de Engelsöhe
gezant in China,, onlangs uit Peking
te Londen aangekomen, heeft in het
interview, dat hij 'den vertegenwoor
diger der „Daily Mail" toestond, merk
waardige bijzonderheden medegedeeld
over den jeugdigen ex-keizer.
(Zijne Majesteit Pu-yi of Hsuan-tung,
de laatste „zoon des hemels", beklom
als kind van twee jaar in 1908 de
troon van China, toen de oude keize
rin-weduwe „op den draak naar hoo-
ger gewesten verhuisde."
Door de revolutie van 1911 werd hij
een gevangene in het paleis in de
verboden stad, welk paleis hij sinds
dien niet heeft verlaten. De eenige
Engelschman die hem ooit heeft ge
zien, is de heer R. F. Johnson pie
vestigd op den grijzen geestelijke, die
met kracht en opgewektheid getuigt van:
„Christus, die beden en gisteren dezelf
de is tot in alle eeuwigheid". Als een
dorstende, die ©en klare bon gevon
den heeft, schept zij diep uit de genade
bron van het geopenbaarde Woord.
Stil, maar innig gelukkig keeren zijl
daarna huiswaarts. Bij den schoorsteen
zit Ebeirhardt's moeder. Zij is nu een gast
in het huis, waarin zij vroeger meeste
res was, maar zij is het gaarne, want
zij heeft Gisela hartelijk welkom geheetan.
En nu deze naast haar nederióiielt, zegt
de oude vrouw glimlachend
„Ons Zondagskind is nu ons zegens-
kind geworden".
Aan den Rijn .in Coblenz! wordt dit
jaar de oudejaarsavond heel wat stillef
herdacht dan anders, want de twee jon
gere broers zijn al weg, hun verlof was
zoo lang niet, en Hilda is nog altijd in
Nieuw Fürstenhort waar zij; haar lang
zaam wegkwijnende vriendin Ilse Stein-
bruck zorgvuldig oppast.
Wolfgang is de eenige die thuis is. Hij
heeft zich pu volkomen in zijn betrek
king in Berlijn ingewerkt, en vindt daar
in bevrediging voor zoover men die in
uiterlijke diingen vinden kan.
Hij houdt vanavond Jutta gezelschap
hem' les geeft. Alhoewel bewaakt en
verzorgd door eunuchen en oude vrou
wen en dus van de buitenwereld afge
sloten, stelt de jongen veel belang in
Idie buitenwereld.
De republiek verzorgt zijn opvoeding
en de ex-keizer is verloofd met de
Idochter van den president der repu
bliek, Hsu Shih Chang, die in Ame
rika haar opvoeding geniet.
De kinderen hebben elkaar nooit ge
zien en het huwelijk is builen hen om,
volgens oude Chineesche methode, be
disseld.
De rijkspresident uitgestooten.
iVolgens de Freiheit, het Duitsche
blaldj van de onafhankelijke socialisten,
hebben de Berlijnsche zadelmakers en
behangers ip een algemeene vergade
ring met 1200 tegen 5 stemmen be
sloten den. rijkspresident Ebert uit de
organisatie te stooten (Ebert is vroe
ger zadelmaker geweest) omdat hij het
doodvonnis, gewezen tegen den com
munist Kopra, heeft bekrachtigd. „De
aanwezigen, kunnen den rijkspresident
niet meer als collega erkennen, omdat
hij gehandeld heeft tegen alle socia
listische programma's, idie de dood
straf .verwerpen."
'Deze mtstooting geeft de (liberale)
Kölnische Zeitung aanleiding in een
hoofdartikel onder het opschrift: „De
bij-regeering van de Berlijnsche zadel
makers'' het gehéele Berlijnsche sy
steem te brandmerken, speciaal met
het oog op den invloed daarvan op
de toestanden in het Roergebied. Het
blad schrijft: „Het Roergebied staat
onder den voortdurenden druk van
een politieke en niet-politieke terreur,
die geen zichtbare grens meer ver
toont na,ar de zuivere misdaad. De
veiligheid van 'lijf en leven, van ar
beidsrecht. en .arbeidsopbreogst, die
iederen Duitscher bij de grondwet ver
zekerd wordt, kan in hel Roergebied
geen s>ta,ajtsmacht 'met voldoende kracht
waarborgen. Het burgerlijke recht van
de arbeiders wordt tot vuistrecht van
het gepeupel en het recht van den
staalt om de misdaad te straffen tot
wraak van den misdadiger. De moord
op baron Westerholt is een nieuw
teeken van de moreel© verwildering,
De in 'haar veilighe id en rust bed i el gdie
bevolking van het Roergebied ziet. de
eenige redding uit dezen nood slechte
in voorbeeldige straffen, die niet meer,
zooals de gewoonte geworden is, on
middellijk door gratie gevolgd mogen
worden. Het is te vreézen, dat door
de minachting voor de wet en de
overige staatsautoriteit, die uit het op
treden tegen Ebert blijkt, die toch al
gebrekkig saruengelapte staatsorde ge
heel met voeten getreden wordt."
Korte berichten.
Den löen Mei wordt te Berlijn de
nieuwe hoogeschool voor lichaamsoefe
ningen feestelijk geopend.
De Nederlander Mitflucht is door
den buitenge wonen krijgsraad te Dort
mund wegens, ihet dragen van een wapen
tot 300 mark boete veroordeeld. De man
had alleen een ongeladen revolver en
geen mlunilie bij zich gehad.
Men meldt uit Leipzig, dat schippers
die in de haven van1 Halle zijn bïnnen-
geloopen berichten, dat op' de Elbe posr?
ten van stakers een gevaarlijk schrikbe
wind uitoefenen; die stakers hebben hun
schepen met machinegeweren beschoten
want zijn ouders zij'n vroeger dan anders
ter ruste gegaan. Zij zitten samen voor
den open haard. Jutta heeft de familie
kroniek, het oudduitsche boek uit den
koepel te voorschijn gehaald, omdat het
bij hen een oud gebruik is om er. op
Oudejaarsavond wat in te schrijven.
„Dat moeten wij tweeën nu doen!"
zeide zij en voegde er bij; „ik ben blij,
dat Gisela mij eindelijk de sleutel ge
stuurd heeft gijl weet wel, dat zij
spoorloos verdwenen was en dat wij' meen
den, dat zij verloren was, en nu heeft
zij hem: biji oom Eberbardt teruggevonden,
gek genoeg! Maak gij bet open Wolf,
au. ga ik pen en inkt halen!"
En zij deed het, maar hij' bladerde
intusschen in bet boek en vond wat Eber-
bardf dien morgen bij de bloeiende lin
den geschreven had ©n hij las:
„De Rijn heeft zijn. Moezel, Eberiiardit
zijn Gisela gevonden" i- schoof daarna
zwijgend het boek zijn zlustar toe en
zuchtte diep: Zij echter zag hem met
haar goede blauwe oogen aan en zjeide:
„Wolf, ik wil je Moez'el zijn, is het
goed Zusterliefde is toch pok iets waard,
niet waar?"
„Natuurlijk', Jutta, het is een groote
schat, ik dank je!"
i'W
(Wordt vervolgd).