I%© 31 Woensdag 5 I^ovember 1919 34e Jaargang lip öe last cier £©mdes v-ism00 RAAD VAM ARBEID TE GOES. Uitgave van Öe Naaml. Venn. LUCTOR ET EMERGO. gevestigd te Goes. Hoofdbureau te Goes: LANGE VORSTSTRAAT 219. (Telefoon No. 11). Bureau te Middelburg: FIRMA F. P. DHUIJ L. BURG. Drukkers: Oosterbaan Le Oointre, Goes. ém "-'-B-> ■v - 'Of •- V--' f> „-f VERSCHIJNT ELKEN WERKDAG. W JP Mps** i, M,.a Abonnements prijs: Per 3 maanden fr. p. post f2. Losse nummersf0.05 Prijs der Advertentien: 11 regels f 0.80, iedere regel meer 20 ct. Verhoogd met een tijdelijken oorlogstoeslag van 20 pet 3 maal wordt 2 maal berekend. Bij abonnement vourdeelige voorwaarden. Bewijsnummers 5 cent. ««auwww.iv .Mrw.iHr..TV<r".^»<u*:«i.wn3(faN«--n*K0»rEwrw»'^ "W.-t/ .i.tWWWHN' --'v. De parabel van Menenius. Een paar honderd jaar voor onze jaartelling had men in het oude Rome twee partijen: patriciërs (aanzienlij ken) on plebejers (minderen). Eerst- genoeni'den hadden alle rechten, laatst genoemden hadden er geene. Dit gaf aanleiding tot wrijving, verwijdering* vijandschap, welke laatste haar top punt bereikte in staking. De plebejers meenden dat zij alleen werkten ooi de patriciërs m stand te houden; en zij verkozen 'dit niet langer. Zij staakten en trokken naar den Heiligen Berg. Deze gespannen verhouding kom echter met lang duren; want tem laatste haddon, behalve de patriciërs, ook de plebejers zeiven er den last van. Maar buigen en terugbeerem, dat verkozen zij toch ook niet. Ten slotte kwam een der aanzien lijkste Romeinen tot 't kloeke besluit naar den Heiligen Berg te gaan, en te trachten de stakers te overreden. Hi] deed 'dit door hen de .volgende parabel te vertellen. De armiem, hee- nen en andere ledematen mokten er over dat zij maar altijd moesten wer ken in dienst van de maag, zonder er iets voor te krijgen. Zij wisten natuurlijk niet dat ook de maag gere- teld wérkte, om hen in 't leven te ouden. Maar goed zij verkozen niet meer te werkten; zij staakten, en zagen met genoegen dat de maag steeds zwakker werddo'ch op 't laatst gevoelden dat zij zeiven ook verzwak ten, en dat er iets anders moeist ge beuren, of zij zouden sterven. Het slot wa;s, 'dat zij het werk her vatten, eerst langzaam', doch steeds1 beter, tengevolge waarvan de maag weer op streek kwam, en zij zeil ven ook weer de noodige kracht kregen. De plebejers begrepen. Zij- erken den de juistheid van 't verhaal, keer den naai' Rome terug, en togen weer aan den arbeid. Ook in onzen tijd moetenallen, die invloed hebben in de kringen der werklieden, gedachtig aan deze pa rabel, hunne vrienden voor houden dat 'tniet waar is dat zij alleen wer ken voor 'tKapitaal. ITun voorhouden dat Kapitaal en Arbeid op malkaar zijn aangewezen; en dat beiden wer ken moeten, hard werken moeten tot instandhouding der maatschappij, tot verhooging van de productie, tot ver betering van de prijzen, tot herstel van het evenwicht in het ©economi sche levpn van ons volk. En hiertoe moet een ieder meewer ken. Opruiers beweren wel dat heit beter zat worden wanneer men niet meer of al thans zeer weinig produceert, en het kapitaal laat uitsterven. Zij spie gelen wel een schoon© toekomst voor, wanneer men socialisatie, nationalisa tie, confiscatie "zat hebben, en het erfrecht zal hebben afgeschaft; dat wil zeggen; wanneer alles aam den Staat o|t laan de Arbeiders zal ver vat len zijn. Maar dat zal niet het' jredmididel zijn, maar jde dood in den pot. Kapitaal en arbeid Het V ad er- 1 and .merkte het dezer dagen te recht op! zijn twee ©ven onmisbare factoren voor de productie, waarbij! de juiste wetenschappelijke leiding ze ker' van niet minder waarde is dam FEÏit UETÖft," de onmisbare lichamelijke werkkracht. Wie zoo iets durft zeggen, heet. in den roeden hoek ©en j,Stork". En toch de heer Stork, dat wil zeg gen bet gezond verstand, aldus rede- neerend©, heeft gelijk. Kapitaal en Arbeid, en comscienli- euse plichtsbetrachting, deze drie kun nen en zullen met Hods hulp onze kranke maatschappij redden. W*v.l-%UttSZ TYHWkMC~KW»V. door MARIE BURMEiSTER, 26) o Eensklaps vond Erik Wind'elöd de ver gelijking toch onjuist, want dat levendige m-enscbenkind met het warme hart, dat daar voor hem stond, kon toch méér geven dan bekoring der zinnen. Hij stak haar zijne hand toe, waar zij de hare inlegde en hem tegelijkertijd vra gend aankeek. Ernstig en met nadruk zei- de hij: „Niet waar, juffrouw Andersen, u behoort niet tot diegenen die godsdienstige vragen maken tot een onderwerp van lichtvaardig gesprek, welke men zoo maai' even denkt te kunnen vaststellen. Dat kan ik niet uitstaan. Ik ben altijd bereid om op een dergelijke vraag te antwoorden, ziet u, maar ik verwacht dat van degeen, die er mee tot mij komt ■dezelfde ernst, want zonder die ernst kan ik deze dingen niet beschouwen. Het moet niet ©ene vraag zijn, die zooals zooveel anderen iemand voor 't oogenblik even bezig houdt." Dinsdag hield ide Ram; zijn eerste vergadering onder voorzitterschap van den heer mr. J. W. Goedbloed. Opgeroepen waren 8 leden van den Raad met de 8 plaatsvervangende le den en de plaatsvervangende voorzit ter de heer v. Batlegoijen de Jong. Aamvezig waren de acht raden en C van de 8 plaatsvervangers, met den plaatsvervangenden voorzitter. Volgens artikel Sz der Arbeidswet legden allen de belofte ,af in handen van den voorz., waarna de voorzitter o.m. het volgende sprak: M. II. Het is mij ©en aangename taak de eerste velrgaidedng van deur Raad! van Arbeid te 'Goes als. voorzitter te mogen openen en leiden. Dat voorrecht clank ik naast God aan Hare Majesteit de Ko,- ningin, die mij tot voorzit ter wilde be noemen 'ein aan Z, E. den Minister van Arbeid, die mij als zoodanig aan Hatra Majesteit ter benoeming heeft willen voor dragen. Het voegt mij hier openlijk aan beiden 'daarvoor mijn dank to brengen 'Ik heet U welkom, laden, plaatsvervan gend© loden en plaatsvervangend voor zitter van 'den Raad van Arbeid, en ik wensch U van harte geluk met uwe be noeming. Ook de vertegenwoordigers der pens heet ik welkom bij deze plechtigheid, Welwillend» medewerking tet ondietrvinSeO van die groot© macht in onzlcn tijd, da Pers, is voor een jeugdig instituut, als do Raad van Arbeid is, van onschatbare waardij. Gaarne had ik tot Jhot bijwonen dezter plechtigheid naast u meerderen en an deren uitgenooidigd. Ik denkdaarbij aau vertegenwoordigers van werkgevers- en arbeiders organisaties, de burgerlijk© en ander© autoriteiten. Evenwel da biepotrktel ruimte waarin ik uw 'collegei voor de eerste- maal heb samengeroepen en voor het vervolg, 'zij titelt dan ook vooxloopig en naar wij hopen, voor ni t te langen termijn z'al samen roepen, dwong mij' ons hiervan af te zien. Ik zleg hun ook dank' voor de reteds ondervonden iöjedteiWeirking, en d'o© |e*etn! beroep \>ip hen om die medewerking te blijven ondervinden. Volgens art. 41 der Radcnwet verleent do Raad van Arbeid zijne medewerking pij de uitvoering van watten of algemecjnle maatregelen van bestuur, de arbeide|rsi- verziefce'ring betreffende, wie'lk© die msdé- werking vorderen. Zijn taak is derhalve tot h' den begiensd 'tot het. verleenen van medewielrkin'g in'zlaktei de wettelijke arbr-idersveirzekering. Doch al1 is die taak bevrensd, ook zoo' is> dez'e reeds ruim. 'Immers wettelijke arbeidersveirzlekeiring beoogt voorziening' van overheidswege in de geldelijk© gevolgen van leivierniseiv©ntu- aliteiten, als ongeval, ziekte, invaliditeit, ouderdom, overlijden ten behoeve yan „ïk vrees dat ik 'in al die dingen zeer onwetend ben en in 't donker rondtast." „Daar hebt^u misschien wel gelijk in," antwoordde hij, „dat voelde ik ook. Het overigens zoo uitstekende onderwijs^ dat u hebt genoten, heeft hier 'een leemte- Men heeft het gewichtigste verzuimd, zoo als men tegenwoordig zoo vaak doet." „Het gewichtigste?" vroeg zij twijfe lend, en ging daarop haastig' voort: „Zoo erg als u denkt, is 'tnu toch niet gesteld met miji. Ik vind, dat ik nog al veel van dén Bijbel weet, en de leer der god- ged'za.lighcid is mij ook volstrekt niet vreemd". Hij glimlachte even. „Zool Dus ik zóu u met goed gevolg kunnen ondervragen? Dat zal ik nu liever maar laten en u in plaats daarvan deiz'e vraag doen. Is dat alles voor u niets dan geschiedenis, dus iets dat zoo eu zooveel jaren ge ledén gebeurd is, en da|t u bekend is, evenals andere dingen, die ook gebeurd zïjln?" Zijl lceejlc hem verbaiasd' aan. „Als wat dan anders, dominé?" „Ziet u", riep hij verheugd, „geluk kig, dat u dat, 'zoo oprecht' zegt. Ik dacht dat wel. Maar laten wijl nu naar bin nen gaan en niet langer hietr in den tuin blijven. Eén ding wil ik u slechts nog zeggenZoolang dit alles voor u no's niets anders dan „geschiedenis." is, de arbeidersklasse, die niet in staat isi of wordt geacht om door middel' van gewone verzekering z'icb tegen die etvenf- tualiteiben te-' dekken. lOp het gebied der wettelijke arbeidiejrs- verztekerin'g in ons land is toit uitvoering gekomen de ongcvallewerzekering1, dank zij do ongevallenwet 1901 en thans op 3 December aus. zal tot uitvoering komen de wet tot verzekering van arbei ders tegen de gteOtdelijkei gevolgen van invaliditeit- en ouderdom, terwijl himujen afzienbaren tijd de invoering dor zü©kte|wleit to wachten is. Aan dözse drie wetten en de: uit dleizlel wetten voortvloeiende algemeen© maatre gelen van .Restaur benevens, w,aarsöhijh- lijk ook aan 'die op de vrijwillige ouideir- domsverzekering zal1 de Raad van Arlloid' ziijne medewerking, voor zloovler dj© ge vorderd wordt, hebben te Verlecnen, Mot vreuigde beigroet ik de invoering der Invaliditeitswet. Het territoir van den Raad is, hetzij gelzleig'd! zonder dat een blos van schaam te ons aangezicht bedekt, integendeel, we 'zijn er trotsch op) en als we blozen, is het van vreugde,^— bet territoir van dien Raad is een plattelands district, het agrarisch stigma staat er schérp, en dui delijk op afgedrukt. Voor d'en landarbeid, voor den .land arbeider, is de invoering van de Inva liditeitswet een feit van dei hoogste be- ieekenis en daarmede samenhangend voor den werkgever van den landarbeider, voor den landbouwer. Dooi" deze, wet wordt vopr het eerst dei landarbeid getrokken binnen don kring, dér sociale wetgeving;. Tot heden was de landarbeid op. dit terrein, misdeeld. Buiten de bemoeiingen van de wet viel d!c- landarbeid en het leven van den land arbeider in verschillende opzichten. D'e arbeidswet liet den landarbeid aan zijp lot over, de ongevallenwet sloot den land arbeid1 uit, de woningwet werd slechts spa-arzamcnlijk ten platte lande toegepast. Juist door de ontwikkeling van het arbeidsleven en in "de industrie en in d'ei steden is de air'beid ten platte lande in de schaduw komen te staan. EiA wanneer daar nu een, wet komt, die aan den landarbeider waarborgt, dat hij! in dagen van "invaliditeit, diie toch zeker ook in het leven van landarbei ders, z'ij het dan ook niet in die mate. als lin dait van dein industrie-arbeider, voorkomen, uiikeering ontvangt, die hem, als do dagen van ouderdom over hein komen en a,ls ook voor hem de grijs heid daar is, garandeert een wekelijlkschéi uiikeering, waardoor z,ijln afhankelijkheid van zijn kinderen, van de Diaconie, van lie't Burgerlijk Armbestuur zeker ten dcele, wellicht voor het geheel opgehe ven wordt, dan zal de landarbeid in zijn geheel rijzén, d,a,n komt dat niet alleen ten goede van den landarbeider, maar dan kan dat niet anders dan ten zegen zïjln o.ok van het 'bedrijf van den werk gever, den landbouwer ©n den tuinder, ook in materieel opzlicht. Dé vraag laat zich niet onderdrukken, of in de tijden van opgaande conjunctuur in don land- en tuinbouw, gelijk we die in de laatste 30 jaren gekend hebben, niet een te groot deel der winsten ge komen is aan den factor: grondeigendom en een te klein deel 'aan den factor: mensckelijken arbeid'. Dat is niet in het belang van den. landbouw, en, zeker niet in een streek, waarover verre overheer- schend is het pachtersbedrijf. Meer nog dan vaak wordt ingezien, be staat er' belangengemeenschap tusschen den landbouwer-werkgever en den land arbeider-werknemer. En daarom, wanneer nu de invalidi teitswet ook den landarbeid onder hare zorg betrekt, dan heft dat den landar beid op, bewaart ook de beste en ener giekste arbeiders voor den landarbeid en komt .zoodoende het landbouw- en tuin- dersbedrijf ten g;oede, ook in materieel opzicht. Alle agrarisch exclusivisme .zij verre van ons. Niet 'uit beperktheid van perspec tief, imaar j'uist om de veelheid van perspectief, heb ik U slechts een deel van d© belangrijkheid uwer taak ontwik keld. i Hebt gjj als Raad thans uw medewex"- king te verteenen bij de uitvoering van wetten en algemcene maatregelen van be stuur, de arbeidersverzekering betreffende1, oorspronkelijk was die medewerking, Le- doeld bijt ds uitvoering van wetten en algemeene maatregelen vian bestuur, den arbeid hetaufende. Het terrein van Uw arbeid .zou aldus van grooter omvang" geweest zijn. Of daarheen do ontwikkeling van Uw Raad zal gaan? Niemand weet het. Doch dit kan izonder al tei bo'ud te spre-. ken mijn. inlztens zonder aarzeling gezegd worden, dat naast de ontwikkeling; der maatschappelijke toestanden ©en der krachtigste oorzaken, om de Raden van Arbeid te brengen tot de taak, die hun oorspronkelijk was toegedacht, zal zijn een trouwe en eerlijke vervulling van de thans op hen rustende verplichtingen. Tot di© vervulling: toop ik U en mij op en ik hoop, dat het mij onder Gods .ze gen ©n met Zijne hulp gegeven zal zijn U in die vervulling, van de op ons rustende verplichtingen voor ta gaan. Daarna ging de voorzitter er toe over de werkzaamheid en de prak tijk van den Raad te beschrijven. Er was letterlijk niets.; van het gebouw tot het gerin,gist© van de kantoorbehoeften moest wouden aangeschaft. Door de zorg van den R. V.\ B. waren een tweetal ambtenaren bekend gemaakt met de groots lijnen van de administratie, doch daarvan bleek er slechts één bereid om de taak der uitvoering te aanvaarden. De voorzitter bracht ook hartelijken dank aan den heer Bedet, die als le amh- tenaar, verdienstelijk werkzaam was en aan ial heit personeel, dat hem zoo trouw ter zijde stond. De woningnood veroo|rz;a,akta alt daide- lijk moeilijkheden om. een voorJoopig ger- schild gebouw ter beschikking te IcTijlgjen. Il-et g'ebLd van den Raad is bijzonldjer al is 'tdan ook geschiedenis, die u onv voorwaardelijk gelooft, zioo lang zajit u nog niet gekomen tot het ware Christen dom". Zonder door te loopen, vroeg z,ijl drin gende „Wat pioet ik dan do-en, om daar toe te komen?" „Niets moet u doen", was ziijin ant woord, „u moet alleen maar alles met u laten doen. Wat u ontbreekt, is het levende geloof. U denkt aan den stich ter van het Christendom, zooals u denkt aan andere groote mannen. Pas dan, wan neer Hij in en met u leeft, en uw ge- heele leven doordringt met Zijn woord, en u met Hem omgaat, als met een vriend, zoodat u niets zoudt willen doen zonder Zijn raad en bijstand, en u het goede en het verkeerde, dat u de-edt in Zijn handen geeft, pas dan als u er vast van overtuigd z.ijit: „Ik kan niet z'onüer Hem", pas dan zijt u wat u heet en wat u tolt nu toe meendet te zttjn: een -Christin". Zij liep- nu met gebogen hoofd naast hem den tuin door. Wat hij zéide was voor ha,ar. iets moeilijks en onbegrijpe lijks. Haar moed begaf haar. Zou zij dat alles ooit volkomen inzien en be grijpen? „Alleen kom ik' er nooit"-, z&ide zij klagend'. „Neen", antwoordde hij goed, „dat be- grijp ik. Maar als u mij wilt vertrou wen, zal ik u gaarne- helpen, terwijl u nog hier zijt". Mevrouw Brodersen zjat in haar leuning stoel voor het raam. Van hliei' kon zij iedereen zien, die de pastori© inging en dat vond zlij' prettig. Vóór haar, o-p haar werktafeltje, stond een ledig, kopje. Zij hadden een half uur -op Erik,en Ingrid gewacht, maar toen hja/d de oude me vrouw 'Mina, de- koffie laten inschenken. Waar bleven zij toch'zoo lang? Eensklaps 'zag zdj met haar nog al tijd scherpe o-ogen, dat zïji hlee-1 aan het eindte van den tuin stonden en blijkbaar in een ernstig gesprek verdiept warein. „Gelukkig, dlat niemand dan ik hen zien kant Anders kwam er aan de praat jes geen einde.' Ik begrijp1 mij trouwens niet, waarom zlij! juist daar moeten staan praten, 'tls toch waarlijk geen zo-merl" Zij! leunde wat verder achterover, omi die twee, nu z:ij dichter hij kwamen, on gemerkt te kunnen bekijken. „Ik zou 'theerlijk vindfen''', fluisterde zij. „Zij is juist dei goede vrouw voor hem, de eeniga vrouw, welk© bij hem past. Zij passen uiterlijk! gped: bij elkaar. Ja,, jat" D© kinderlooize dapié had altijd veel voor jonge menschen gevoeld, en ver loochend© ook hierin haar Eva-natuur niet, dat izij; zich, izjpoi oud als zijj was uitgestrekt en niet bijzonder gemakiceiiiij) voor het verkeer, integendeel1, verschil- tend© gedeelten niet dan met voet tijdb verlies te bereiken. 15 Juli j.l. kon met de daartoe aan gezochte personen uit Zuid- en Noord- Bicv-eland, Thol-en en St. Pbjlipsland een' vergadering worden gehouden te Gooseö 26 Juli j.l. een dergelijke vergade|ring( te Zierïkzlee met de, verteigenwoordigersi van Schouwen-Duiveland. Om b t werk voor doz© 'hoeren zoo aantrekkelijk mo gelijk te maken, we Ld hun de keus gen laten volgens welke methode eir gewerkt zou worden. Er werden dm oolc verschil- Iten-die manieren gekozen; de e»n liet dó mc-nschcn bij zich komen, waarbjj! de^a door den Raad van Arbeid moesten wor den aangeschreven; de ander Zocht z© zlol'f op, n.idal da Raad van Arb id daar van ibeiicht bad gezonden; weer eenl derde staptei er zélf op af zonder admi nistratieve hulp vanwege den Raad vani Arbeid. En zoo' bleken -er veel versehil- ltendo wijzen van werken géwonschi. Ze ker niet tot gernak van het person-aeï bij den Raad. Maar er bestond vertrouwen in het systeem en clat moedigde aan en toenl bovendien blij de vaststelling van d© ver goeding voor ide z:.g.n. oommtissarissieini van aanmelding ©en premie werd ingei- voerd bij1 spoedige in'zfending dér aanmeD din'gsformulieren, lcwani; er flink© meden -werking van d© velrt-eigenwoordige-rs. D© eerste stappen waren gezet in die1 goed© richting, bot kwam er nu op aan oM uit do verkregen gegevens d© adminis'.ratio op te' houwen en daarbij zo-owel te wa k-en tegen te veel personeel voor het work als te veel welde voor het personeel! Voorwaar geen .geringe zorg, temeer waar de tij|d drong. Op 1 Augustus '19 waren van het door de R. V. B. geschatte aan tal' van pl.m-. 27000- ver'zekcringspllichtigen nog sléchts 232 aanmeldingen binnen ge komen. Officieel' was voo-r den zlooigenaaimh den reigistraticarbeid een half jaar be schikbaar gostel'd, maar in werkelijikhlaid bleek ier maar 3'/2 miaand beschikhaair voor te zijln, daaï hovendicn reeds hal® November 'met de verzten-ding; der rente- kaarten ©en aanvang moet worden ge maakt. Buitengewoon moest dus de pro ductie woiden op-geiztet en huitengeiwo-oni ve-el personeel moest daUrvoo-v tijidelijik worden in 'dienst genomen. De ruimte daarvoor evenwel' ontbrak en ook daarvoor' moest* weder een oplossing worden gen vonden. Die oplossing werd gevonden door plaatsing van een boutm gebouwi in -den tuin van' het hoofdgebouw. Daar verrees; binnen drie wekein eien houten gebouw, dat aan bescheiden SB.V.WS.MT» -«cvrt-wvr;©' '-*-Mawnrj»rr/r> nog, oprecht in een verloving kon ver heugen. Maar heden sloeg z,ijde plank' toch .geheel mis. Terwijl de- dominé zlijn huisjasje aan trok, dacht hij er slechts met een zieker© voldoening aan, dat het bbm heden ge lukt was om iaën jong schepseltje, dat gedachteloos* en onverschillig voortleefdé, wakker te schudden en tot nadenken ta brengen. Alisschien jhjaidl' God haar hier toe in zijn huis gezonden? Ingrid begaf zich onmiddellijk naar dé oud© mevrouw. „Ben ik lang weggebleven? Neemt u 'tmdjl als 'tu blieft niet kwalijikl De do miné heeft mij héden al het bézieris- waardiga in de kleirk getoond, wat hij mij vroeger al eens beloofd had. Het was zeer interessanti" En izij' begon er, op' haar gewone wijze* alles van te. vertellen. Af en toe voegd© dé oude dame er iets bij, of vroeg iets. „Ach", 'zeld© zij ten slotte, ,>dat wasi ook altijd dei wenscb van mijn man, dat er iets voor de kerk zlou worden gedaan. Misschien gelukt biet 'Erik, om. er dé menschen toe te krijten". I t (Wordit vervolgd.) jJ

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1919 | | pagina 1