Zaterdag 8 Maart t#f®
;yic. Jaargang
Seraphine,
Eerste Blad.
Bsö. IfISI
FEUILLETON.
Uit ds Provincie.
Uitgave van
Eb Naaml. Venn. LUCTOR ET EME8SGÖ,
gevestigd te Goes.
Hoofdbureau te Goes:
LANGE VORSTSTRAAT 218.
(Telefoon No. 11.)
Bureau te Middelburg: i
EIRMA F. P. DHUIJ L. BURG.
Drukkere:
Oosterbaan Le Colntré, Goes.
PstiHHitmer bestaat uit twee bladen
Het Clir. Sociaal Congres.
Voor bet Chiistelijk volksdeel staan
oik© dagen wel in- het teeken van. bet
Oblr. Sociaal Congres, van HE—
13 Maart te Amsterdam te houden.
Welke beteekenis zal het voor pns land,
voor ons volk hebben?
De grootste verwachtingen worden er
van gekoesterd en niet ten onrechte. Im
mers, wij leven in een overgangstijdperk,
nieuwe banen liggen voor' ons geopend
en -hierop valle de nadruk wjj
vragen owzen God om' bijstand. Hij wil
en zai ons den weg wijzen, weikeu wjj
te gaan hebben tot leniging dek sociale
nooden en tot vermeerdering Zijner eere.
Is hel noodig, dat wij nog iets over
de beteekenis der woorden „Spciaal" en
„Congres" schrijven?
Congres is de uitheeMsche kortere aan
duiding voor: Grooto vergadering, terwijl
heit woord Sociaal heerwijst naar de ver
smallende belangen op sociaal, d. w. si,
maatschappelijk gebied, die in deze
grooto vergadering zullen worden be
sproken.
Die maar eenigskins meeleeft in den
strijd om het bestaan, dien elke arbei
der dit woord in den ruimsten zin
genomen te voeren heeft, die zal waar
lijk niet tegenspreken, 'dat er op sociaal
gebied zeer veel' om verbetering, om
voorziening, om genezing roept.
Het aantal sociale nooden toch ver
meerdert met den dag; en bij p'rijlsgeving
van het beste geneesmiddel het geloof
en de vreezfe Gods krijgt dan ook de
schare van kwakzalvers, die van revo
lutie en klassenhaat, van ongodisme en
sociaal-democratie, communisme en bol
sjewisme genezing verwachten, te grooter
uitbreiding.
'Op bet Chiistelijk Sociaal Congres zul
len de krankheden genoemd worden, waar
aan huis, gezin en werkplaats lijden; er
zullen besprekingen gevoerd worden over
de nieuwe verschijnselen en slroomin-
gan en een leger van Christenmannen
èn -vrouwen Zal met Gods hulp sterkte
en moed ontvangen om den strijd op
sociaal terrein aan te binden of voort
te zetten, opdat de wanverhoudingen zoo
veel Mogelijk wolrden weggenomen.
Men kan zeggen, dat dit tweede Con
gres door den nood der tijden is ge
boren. De woelingen en gistingen op maatr
scliappelijk gebied hebben nog meer dan
anders het geval Zou zijn geweest de
oogen geopend voor sociaal leed en de
overtuiging gevestigd, dat ons geheele
volk do hand aan den ploeg te slaan
heeft, om de maatschappelijke verhoudin
gen te verbeteren.
Reeds schreef men in 1891, dat het
(eerste) Sociaal Congres veel te lang op
zich heeft laten wachten. De ontzaglijke
teleurstellingen en verhezen op het ge
bied van. de industrie geleden; de achter-
Uitgang van den landbouw en de kwij-
ning -van den handel bij; de stijgende be
hoeften en de klimmende belastingen we|r-
Z. .VON MANTEUFFEL.
103)-
Zoodra, de baron thuis kwam, beval hij
Ah zijn koffers te pakken. Daarop bedacht
hij zich dat hij sedert eernige dagen niet
naar Sybilla had gevraagd, en ging hij
naar bare kamer. „Ik ga hedenavond
weg, Sybilla," zeide hij, „maar ik wilde
toch eierst nog eren komen kijken of
het je beter gaat."
Zij stond verlegen, met gebogten hoofd
voor hem. Zij was in hare ziekte sterk
gegroeid en haai1 gestalte was daardoor
tengerder dan ooit.
„Komt de dokter pf en toie?" vroeg
de baron.
„Dikwijls" zéide zij.
„Hebt ge geen lust uit te gaan Dat
zou je misschien goed doen."
„Ik kan niet," zeide zij zlaieht pint
een stommen watüiopïgen blik. „Ik ben
zoo moe zoo moe!"
„Open dan tenminste het raam"
Gravin Sybilla keek naar buiten; baar
oogen stonden vol tranen.
„Dan hoor ik de vogels zingen!" mom-
pelde zij.
De baron ging somber in de kamer
op en neer en zuchtte.
„Arm kind, bet droefgeestig® van deze
omgeving lieeft ook jou aangestoken",
zeide hij, „helpen kan ik je met. Ik
den voot jaren reeds gevoeld, vermeld en
aangehoord.
Roeds in 1888, too schreef „De Zeeuw"
toen, had dit Sociaal Congres er moeten
komen. De bouwstoffen ervoor lagen
lang gereed.
Bijkans 28 jaren zija verstreken, nu
men andermaal ter groote vergadering
wordt opgeroepen.
Ongetwijfeld is er in die jaren enorm
veel goed sociaal werk verricht. Maar
ieder voelt toch, dat een algemeene sa-
mens preking ter inluiding van een nieuw
tijdperk dringende eiscli is.
Moge 0e maand Maart van dit jaar in
de tollen van de' sociale geschiedenis
straks met gulden letteren opgeteekend
worden.
Blijve het niet bij praten, maar leide
het tot daden, die onze leiders eeren,
en bovenal bevorderlijk zijn tot groot-
Uipking van 's Hoeren naam.
Kamer of Troep.
Eenvoudige ïnenscben, die af en toe in
da vergaderzaal der Tweede Kamer, op
de tribune natuurlijk, naar cle wijze ad
viezen der volksvertegenwoordigers komen
luisteren, verbazen zich over de wan
orde, die er somwijlen heerschen Iran. Het
heeft wel eens niets van een Kamer,
en meer van een kwajongenstroep. Van
eon dier- zittingen, die van 18 Februari,
gaf „Het Volk" als volgt verslag:
„Dh. Wijk (deto. weetm.) huldigt de
Kamerleden, die steeds voor de belan
gen dor militairen opkwamen. Spr. be
doelt Dim. Marcbant en Duymaer van
Twist
K. ter Laan: Staan wij d'r buiten?
Dh. Wijk antwoordt niet.
SchaperEn die kwam .altijd bij Ter
Laan voordat ie Kamerlid was.
Spotgelach en rumoer. Dh. Wijk gaat
op interrupties niet in en leest zijn
spieech, een betoogje ten gunste van
demokratiseering der weermacht, ver
der- voor. Duys roept: Mag je dat nu
wel allemaal 'zeggen. "Vindt Treub het
wei goed.
Dh. Marcbant komt binnen.
Dh. Duymaer roept 'mtoe: Je bent
juist gehuldigd.
Dh. MaTchamt antwoordt met een
handbeweging naar Dh. Wijk: 01...
die praatjes van hem!
Dh. Wijk verklaart niet gerust te
Zijn dat de Minister verbetering en de
mokratiseering zal' invoeren, gezien
diens antwoord op S.pr.'s vragen inzake
den militairen groet
Een nieuwe rumoer-uitbaésting volgt,
als Spr. verklaart, dat een groot deel
van de vrijwilligers bij de genie wordt
gerekruteerd uit het rapalje van Neder
land.
Velen Zijn veroordeeld wegens dief
stal i
Duys: Dan kunnen Ze goed oorlog
voeren. .(Gelach). i
Ilet slot van de speech van Dh. Wijk
is eén rumoer van vroolijkheid en spot.
De Voorzitter waarschuwt den spre
ker, dat bij.uog 2 minuten mag spre
ken. Tegen deze waarschuwing verheft
zich een ironisch protest van luisteïen-
kan je slechts aanraden bet te ontvluch
ten, zooals ik."
Zij keek hem Verwonderd aan. Hij
knikte haar toe en verliet d© kamer.
Zij hoorde zijn rijtuig over de brug rol
len en barstte in tranen uit. „Och
als het waar is, wat Jacob zegt, idat
alle deuren nu toegemetseld zjijn, en Zelfs
die kleine trap is afgeslotenik had
zoo heel, heel gaarne die schilderij nog
één» gelzien!"
HOOFDSTUK XXIV. i
jw.erelid, is een tranendal! daar blijf
8 philosofeerde "Jacob onder het
messenslijpen„ik moet zeggen, dat ik
thuis op mijn dorp g©en enkel boeren
kind weet, dat er ^oo ongelukkig aan
toe was, als mijn gravin. Vroeger, toen
zij bij dat alles .vrotolijk bleef' en van
's morgens vroeg tot te avonds in het
bosch liep, toen merkte men het niet
zoo; maar nu, nu zij1 maar niet beter
wordt, niet loopen, niet springen kan
nu is mijn hart er wel bez'waard over!
Zij zit daar moederziel .alleen in hare
kamer en kijkt maar voor zich uit. Zij
treurt over haar eekhoorntje en haar
vogels, al spreekt pij er niet van. Maar
dat moest zij dan ook 'het allereerste
booren; daar komt z'ij niet overheen!"
Hij ging hoofdschuddend de kamer uit
om naar den portier te gaan; maar juist
ging juffrouw Theresa over de' plaats en
riep 'hem toe: „kom mee naar de bin
nenkamer, Jacob, dan zal ik je het 'ta
felgoed geven!" Hj volgde baar- naar
de leden die wat Dh. Wjk zégt, veel
te grappig vinden om hem te laten
uitscheiden. Men vuurt ironisch Dihl
Wjk aan, zijn speech voort te zet
ten. Inderdaad leest deze zijn rede ver
der voort.
De Voorzitter begint, daar de spre-
kerstijd van Dh. Wijk oan is, woest
te .hameien.
De volgende spreker, Dh. Deckers,
begint ook te spreken. Duympie wordt
woest op Dh. Wijk, die hem bekriti
seert en .Duys gaat ironisch Duym-
pie aanvuren. Het is een vroolijkheids-
explosie en liet dura't eenigen tijd voor
dat Dh. Deckers kan zeggen, wat bij
te zeggen heeft".
Aan de officiëele Handelingen ontlee-
nen wj het vólgende uit de zitting van
19 Februari
De- heer Oud: Ik kan mij hiei' be-
roepen op Bebel (die) als een der
beginselen voor de sociaal-democraten
heeft gesteld, dat zij niet in de eerste
plaats iets moeten doen om iets te
bel eiken; rnaar dat zj altijd verder
moeten gaan dan de andere partijen.
De heer Duys: Dat is een onjuist
citaat.
Die beer Wijnkoop: Dat is zeer juist.
De voorzitter: Ik verzoek stilte.
Ilugenholtz: U weet, dat het een
vaisch citaat is.
Oud: Ik kan bj dit leven niet ver
der spreken.
Ilugenholtz: Dan moet u dat hier
beweren in de Kamer.
De voorzitter: Ik verzoek stilte; het
is hier geen sociëteit.
Duys: Hij heeft niet nooclig, dat te
zeggen.
Oud: Ik kan zoo niet verder. Zelfs
de lieer Ketelaar, die een yeel zwaar
dere stem Leeft dan ik, kan er niet
tegen op.
Ilugenholtz': Eerst het citaat bewijzen.
OudMijnheer de Voorzitter
HugeinhoitzEerst 'liet citaat bewij
zen; dat is uit de kleine Debater.
Oud: Mijnheer de voorzitter.
ilugenholtzEerst het citaat be
wijzen.
Oud: Het citaat is juist en ik zal
den beeren wel nader mededeelen, waar
zij liet kunnen vinden
IlugenholtzEerst het citaat bewijzen.
Duys: Welk loon vraagt mijnheer v.
Ravesteijn nu? Leg dat nu eens uit.
Oud: Hij vraagt een loon van f30.
Duys: Dan hebt u de motie niet
gelezen.
Oud: In de motie staat „keurt het
af" (enz.). Hij bedoelt dus, dat het
loon f30 moet zijn.
DuysLaat bij dat zeggen, dan stem
ik er jioor.
OudDat izbgt hij toch
Duys: Neen, als hij dat zoo zegt,
dan stem Ik er voor.
(En dan temidden van voortgezet
allerhevigst rumoer)
De voorzitter: Ik verzoek den hee-
ïen niet te 4nterrumpgerenmaar op
'bun plaatsen te gaan zitten. "Het is
onmogelijk voor den heer Oud om on
der onophoudelijke onderbrekingen het
woord te voeren.
Het staat er officiéél; bijna deftig en
een kamer die vol kasten stond. Zij nam
eerst tafelgoed uit een der kasten, sloot
daarna de deur en zeide zachtjes: „Ik
hooide daar juist, dat de baron mis
schien binnen eenigö weken terugkeert,
misschien Zelfs1 voor goed. Denk nu maar
eens 'zelf na, als gij1 je gravin voor hem
wilt redden; want hij kan denken, wat
hij wil, trouwen doet hij haar toch."
Jacob krabde zich achter het qoff en
keek zeer bezorgd. „Wat is er aan te
doen?" vToeg hij; „ik ben een veel te
eenvoudige oude mah pim er iets op te
verzinnen, juffrouw!"
Zij keek souibBr maar vastberaden Voor
zich ttit.
„Weet gjj dan misschien waai die jonge
man is, wien gij beweert dat zij lief
heeft?"
„Neen dat weet ik niet," ziedde Jacob,
„waar zou die anders zijn dan in Alt-
stadt."
„Stil wat, spreek niet zon bard, Jacob,
je moet zorgen; dat gij daar achter komt!"
„Goed, ik z'al er voor zorgen," antwoord
de Jacob, en juffrouw Therese deed de
deur weer pipen. Hij ging zeer ongerust
weg, en 'had reeds bitter berouw dat
hij met de „heks" een verbond bad ge
sloten; want zjj kon niets goed, si in den
zin hebben, dat stond vast. Hij dacht
er n'K-t over, om ca- naar te informeeren
Ten eerste zou dit tamelijk lastig zijn
geweest, want tusscben het slot Tanu-
hausen en het wel 4 mijlen verwijderde
Altstadt bestond geenerlei verbinding. Er
zéu een bode alleen daai'voor moeten
worden uitgezonden, en om dien te zen
den, was gewaagd. Maar als hg geloofde
geluidloos, maai' een goed verstaander
beseft, hoe bont het er daar naar toe
Moet zijn gegaan.
Kamer of troep?
Siemmsrt.
CLXII.
Maart roert zjjn staart.
Een oud woord, welks beteekenis wij elk
jaar aan den lijve voelen. Want die roe
rende staart brengt ons koude windvla
gen, regen- en hagelbuien en sneeuw
jacht.
Neen, de Maartse be buien zijn nu juist
geen verkwikkingen voor den mensch.
Op een stillen pchtend, als een Zui
denwindje waait, liet zonnetje met haar
vriendelijke stralen da kille aarde koes
tert en de vogels hun heerlijk, wellui
dend koorgezang aanheffen, meent ge
soms, dat de lente er ia, maar geen
halven dag later- ervaart ge dan, dat
Koning Winter nog geen afscheid geno
men heeft en als 'twaro een strijd op
leven en dood voert met de voorboden
van de Lente.
En toch draagt Maait den naam' van
Lentemaand.
Ik zal u de verklaring geven, doch
da,n moet ge met mij terug tot de oude
geschiedenis.
Deze verhaalt, dat toen Romulus voor
zijn nieuw gestichte stad den kalender
vervaardigde, hij het jaar in tien maan
den verdeelde, en de eters te maand, ter
eere van zijn vader Mars, Martius noemde.
Numa Pompilius, de opvolger van Ro
mulus, voegde de maanden Januari en
Februari bij het Romeinsche jaar, en
maakte alzo» Maart de derde maand in
zijn kalender, in welken rang ziij bleef
totdat de Christelijke kerk het tijdstip
Paschen als het begin des! jaars aannam.
In Frankrijk werd deze schikking we
derom veranderd door een edict van
Karei IX in 1564 waarbij bepaald werd,
dat voortaan het jaar met 1 Januari
zou beginnen. Dit voorbeeld werd ter
stond door bijna, alle landen gevolgd;
in Engeland bleef men evenwel dein. 25en
Maart tot in bet jaar 1527 a's den nieuw
jaarsdag beschouwen. 'tZal nu wel dui
delijk 'zijn hoe de maanden September,
October, November, December aan hun
namen komen, die boteekenieh, 7e, 8e,
9e, 10e. Als Maart de eerste maand is!
komt het uit.
Hoewel de Romeinen dezfe maand naar
den god des oioriogs noemden, kwam zij
onder de bijzondere bescherming van Mi
nerva, de godin der wijsheid te staan.
Zij Leeft altijd bestaan uit eenendertig
dagen, omdat niemand na Romulus daarin
©enig© verandering heeft gebracht. Maart
werd bij de Romeinen als een ongelukkige
maand voor het voltrekken van huwe
lijken beschouwd.
Ds oude Saksers noemden, deze maand
„Rhede" of „Rethe Monath", dm haar
ongestadige weersgesteldheid aan te dui
den, want rhede beteekent ruw of on
effen; Volgens anderen was dezle naam
afkomstig van do godin Rheda, aan welke
vóór bun bokeering tot het Christendom,
deze maand geheiligd was. Naderhand
juffrouw Therese nn Met een kluitje in
'triet te kunnen sturen, vergiste hij zich.
Eiken dag vroeg zij ongeduldig naar het
resultaat van zjjh nasporingen.
„Ik merk wel, Jacob, dat gij mij be
driegt," zleide zij woedend; ,ik was zoo
goed je te laten blijven, om "je je plan
nen te laten uitvoeren. Maar ik 'merk
dat liet je geheel onverschillig is, wat
er met je gravin gebeurt. Denk er aan
dat ik je, zoodra jk daar zeker van ben,
zal wegsturen."
Jacob ging zeer bekommerd naai' zijn
Aamertje terug feu bekeek de göle blaad
jes yan zijn geranium. „Wat moet je
toch doen Jacob?" zei hij tegen zich-
zieif„je zit als een muis in de val.
Er blijft je niets anjders over dan te
zien boe je aan berichten komen kunt!"
Hij liet "het nog een paar dagen loo
pen en toen hij z|ag dat het' juffrouw
Therese ernst was, ging hij .op een och
tend naar de houtvesters waning van
Braun. Daar zou hij nog liet allerge
makkelijkste iets over "de huzaren en
over Altstadt hooien, en daar vernam
hij dan ook iets wat de houtvester zioo
juist van zijn zoon gehoord'had, name-
lijk dat de luitenant von der EdlenTanh©
den vorigen dag ten begeleide van ver
scheiden dames naar een badplaats aan
de zieekust Braun wist zelfs'! welke
was vertrokken. Met dit bericht kwajn
Jacob thuis en juffrouw Therese velrviel
in diep nadenken.
„Zend nu dadelijk den geitenhoeder
Kasper naar Hohenstein om te vragen
of de dokter hier komt maar bij
mjj. Verstaat 'gij? Zet niet zo,of»
VERSCHOT® BUTEN
Abonnementsprgsi
Per 3 maanden fr. p. post f LTf
Losse nummers -0-06
Prjjs der Advertimtïëni
14 regels f 0.80, iedere regel meer 90 cl.
Verhoogd met 'een tjjdeljjken oorlogstoeslaf
van 20 pCt
3-maal wordt 2-maal berekend.
Bij abonnement voordeelige voorwaarden,
Bewijsnummers 5 cent
noemde zij haai' „Lenet Monath", hetwelk
waarschijnlijk hetzelfde is als Lente
maand.
De maand Maart is in vele opdichten
merkwaardig. Hoewel zij nog wel door
hevige winden jen veelvuldige stormen
geteisterd wordt, schijnen wij echter reeds!
in het begin der maand afscheid van!
den winter te nemen. De gehöelo natuur
schijnt zich voor te bereiden om de lente
te verwelkomen, die den Sisten flezer
maand begint, wanneer de zlon het ge-
stai'nte van Aries of den Ram intreedt.
Van dat oogenblik wordt liet weder ge
woonlijk zhchfer.
Men heeft Maart gewoonlijk afgebeeld
als een grooten sterken man, met een
helm op het hoofd, en veel gelijkende
naar den god Mars, doch men merkt
behalve den helm, aan hem geen teeken
van krijgskunde. In de ©ene hand houdt
hij een bos amandelbloesems en andere
spruiten; zijn hand rust op een spade,
terwijl een korfje met z'aad aan denzelf
den arm hangt. De ander© hand rust
gewoonlijk op een tam.
KEES VAN DER MEER.
BigmuSaRd.
Tweede Kamer.
Nadat de oorlógshegrooting aangeno
men was, werd 'de wijziging van het
reglement van orde behandeld.
Vele leden toonden te beseffen, hoe
bet staat met de reputatie van ons La
gerhuis, dat niet meer vruchtbaar werkt
en baar plicht rii.et moer vervult, of
schoon hij zeer veel vergadert. Zooals
Marcbant zeide, tooi is het: Het Parle
ment dreigt ten onder te gaan, het ver
vult niet meer zijn taak van gezétte
controle. ,Daar voegde Schaper het zijne
aan toe. Als de Kamer niet beter voort
maakt, dan heeft zij' de Regeering 'niets
meer te verwijten. Als de ontwerpen
zicli opstapelen en de Kamer werkt er
zich Met doorheen, dan verliest de Ka
mer recht fan spreken. Hij wees op
©enige ontwerpen, die reeds afgedaan
konden worden, b.v. de zeer belangrijke
ontwerpen op directe belastingen, welke
in staat van wijzen zijn.
Tegen de trage behandeling en nutte-
JooiZe tijdsverspilling moesten maatrege
len getroffen worden. Spreektijden moes
ten zuiniger toegemeten wordenden
voorzitter moest meer macht worden toe
gekend om tegen ordeverstoring' op te
treden. Daartoe hebben zeven voorzit
ters van partijen, niet in hun qualiteit
maar als Kamerlid, een ontwerp inge
diend tot herziening van het Reglement
van Orde, dat nu behandeld werd.
Tot aanneming kwam het niet, wijl
het vereischte aantal leden niet Sneer
tegenwoordig was. Ook dAt teekent.
I U WUllll—BWWTOI
(Joes. Vrijdagavond had hier een ver-
gadiering plaats van belanghebbenden in
dn oprichting van een bond van kleine
kooplui. Aan de voorlcopigé bestuurstafel
dwaas g'ezicbt, hoe kan ik ja helpen!
als ge je zoo dom aanstelt!"
Jacob zuchtte en ging heen. Die dokter
kwam 'e middags. De goede man had
reeds lang begrepen dat 'het beter was
vóór de steenen brug uit te stappen.
Juffrouw .Therese kwam. hem tegemoet,
en bracht hem naar het torenkamertje.
Toen juffrouw Therese binnenkwam tilde
Sybilla, maar de komst van den dokter
verheugde baar. „U ziet het nu dokter 1"
zeide juffrouw Therese, „de gravin komt
niet op kracht. Zij blijft zfich moei voelen
en heeft geen eetlust. Ik wildé u (vra
gen hoe u denkt over verandering van
lucht."
„O, dat zou in elk geval heel goieö
zijn", antwoordde, de dokter zeer ver
rast over dit eerste blijk van deelneming
dat de zieke te beurt viel.
„Dat was mijn meening ook. Hoe denkt
u over een kort verblijf aan de zee?"
„Prachtig", riep de dokter verheugd,
terwijl gravin Sybilla met gróote ver
schrikte oogen van den een naar de
ander keek.
„Ik dacht dan ook hoe eer hoe beter,"
z'ei juffrouw ...Therese weer, om Zooveel
mogelijk te profiteeren.
„Natuurlijk, want heit is wel wat laat
in 't seizoen, maar het weder is nog
prachtig. Ik hoonde gisteren dat de be
woners van Eulenhurg ook naar zee zijn."
„O ja", antwoordde juffrouw Tiicrese;
„gaat u d^n nu even met mij! mede om
aan de barones te zéggen i10® 11 er evM
denkt i" -
(Wo.rtit vmtelgd.)