No. 300
Woensdag 39 Mei 1918
33e Jaargang
Hl
Dienstbode,
ij inschrijving
vtorsfeegje, bfeefc,
orde werd be-
htSB.
oes, 28 Mei 1918.
rs der gemeente.
5.40 a t o.—. Mid-
Middenprqs per
en f 1.60.
r stuk.
stuks.
',uid-Bev. V. P. N.
is f 13.26 a f 14—
,E. M. M."
25 Mei 1918.
30 kilo.
week. Voorloo,-
blijveni.
iftBERlCHT.
d«n morgen
ïeld door het
uut te De Bilt.
d 771.5 te Vlis-
te Post Duitsch-
nd van 29 Mei:
vind uit Weste-
itingen, half tot
geen regen. W|öi-
peratuur.
Uitgave ras
ie RaamL Venn. LUCTOR ET EMERGO,
gevestigd te Soes.
K00P /I
eerkar,
1500 K.G bij J.'
rolpliaartsdijk.
mverdigpiogshuis,
en tijd een melkhan-\l
gd Br. Np 35 bureau
Courant* Vfissitfgen.
KOOP
kening 31 MeLvap
kalf en prachtige
bij P. E KROP,
Vrouwepolder.
iefhoitt.ean partij
en Schater
Tuinbaas
kerke (Z.
KOOP r/4,
oogaarts, J
bij KR. VAN'DE
bendijke.
een partij Metsel*
ïo flinke TreKbonf
ragen bij J. M.
avenstraat/l 276./ r*
l KOOP
iihootsoShiffinnièrs,
SE'A AR te Vrouwe-
•ragen bij boekhandel
lburg.
vsaagcl
Sdsrsknécht,/
RHOEVE, Ovezand.
JEKKERVerteegt,
Goes, vraagt tegen
Juli eene A
alleen.
boo tdieiist
-ROTTERDAM,
xi 1918.
morgens 8. 0
a
a
n
7)
getal
f vaart
stal is
Hoofdbureau te Poes i
LANGE VORSTSTRAAT 219.
Bureau te Middelburg!
FIRMA F. P. DHUIJ L. BURG.
Drukkers:
Oasterbaan. Le Cointre, Goes.
'De Zeeuw
VERSCHIJNT ELKEN WERKDAG.
AboQuementsprij»;
Rei 3 maanden fe. p. pos» 11.50
Losse summer» «0.05
Prijs der Adv«ïteatiëss
14 regels 10.80, iedere regel moer 3D et,
3-maal wordt 2 maal berekend.
Rg abonnement voordeelig® voorwaaaitói,
Bewijanummer» 5 cent.
1837—1918.
De Goesche afgevaardigde, jhfr. mr. A.
F. de Savornin Lohman viert heden z'vjn
81sten verjaardag.
Wij' danken den Heere, Die dezen hoog*
geachten staatsman tot zoo hoogen leef
tijd voor het Nederlandsche volk spaar
de, en hem zulk een rijken levensavond
schonk, waarin hij met blijmoedigheid op
een welbesteed rijk leven in Zijn dienst
mag' terugzien.
Als minister en volksvertegenwoordiger
en volksvriend, als strijder voor recht
en waarheid, als pleitbezorger der vrije
school en in zoo menige andere functie,
waarin hem de hulde zelfs van groote
buitenlanders te beurt viel, heeft deze
ridder zonder vrees of blaam zijn sporen
verdiend.
Wanneer ide vrij1© school verzorgd moest
worden of gevaar liep, was altijd een
gevoel van gerustheid over ons, wanneer
wij wisten: de heer Lohman is in de
Kamer; en wanneer andere belangen in
het gedrang kwamen, was het, wel niet
altijd, maar dan toch vaak, een verras
sing te hooren, dat en hoedanig hij op
trad.
Dit zij nog eens in herinnering gebracht,
nu velen van zijn oude Goesche en Thool-
sche vrienden, die hiem sinds 1878 steeds
hun stem gaven voor de Kamer, voor
het eerst van hun leven zijn naam zul
len voorbijgaan om hun stem. te geven
aan een ander.
Vrucht van veranderde partijverhoudin
gen en van een nieuw kiesstelsel, dat
de stem vraagt, niet voor den persoon,
maar voor de partij1, waartoe deze behoort.
Eén troost: een andere partij', waarvan
de heer Lohman de ziel en de ©ere
voorzitter is, zal hem met zeer gïoote
meerderheid weer in de 'Kamer terug}-
brengen; en zoo z'al hij daar ook straks
weer met eer© tijdelijk den voorzitters-
stoel innemen als de Nestor en de
Mentor der Kamer.
De voedselvoorziening.
Een dorpspredikant 'maakt in Het
Nieuws de volgende juiste opmer
kingen: i
„Wat ontbreekt er al' te veel bij' de
productie? Met lust, met lust en ambitie
mioet het bedrijf worden uitgeoefend. Dat
is een groote factor. En dit wordt mijns
inziens in deze dagen te veel' over het
hoofd gezien.
Wat anders 'dan dwang wordt er op
deze bevolking uitgeoefend, hoe worden
de boeren steeds strenger gecontroleerd!
Mij' zijn voorbeelden bekend, en dit zullen
slechts enkele van 'de vele zijn, waar
door het stelsel, da,t de regeering ik
zeg niet vrijwillig, maar veelal' gedwóngen
door pressie uit de sleden op de plat te-
landbevolking toepast, verzet kweekt en
verlammend op de productie werkt.
Een voorbeeld van een veehouder. Deize
mian is een goed man, iemand, die wat
over heeft voor de gemeenschap. Hij had
een noodslachting van een koe. De com
troleur en de slager komen er aan te pas
de koe wordt weggehaald en ges'acht.
De man krijgt een gering bedrag uitge
keerd. Had hij' zelf iets van zijn vleesch
mogen houden, ai waren het maar eenige
ponden geweest, dan zou hij er allicht
nog genoegen mee genomen hebben, maar
neen, niets wordt hem gelaten. Nu zegt
deze man: „dit gebeurt mij niet weer,
zoo wordt men ondeugend gemaakt".
Een ander ook niet de eerste dë beste,
"wie hem kent, noemt hem een nobel
man vertelde mij', dat wanneer de
regeering toestond zelf een varken te mo
gen slachten, hij gaarne een ander varken
voor de gemeenschap zou mesten, doch
nu, zeide hij, wórdt een mensch alle
lust ontnomen en zet men liever dit be
rgt stop. Deze man was ook van pl'an
geweest een varken voor zijne arbeiders,
ie Waagden over vetnood, beschikbaar
te stellen, doch dit mocht natuurlijk niet.
anneer dit geoorloofd was geweest, zou
,Jlle10r de productie worden ver
2 arbeiders zouden met groo'etre
j en lust arbeiden. Want van meer
Bat Hoi j werd mij' reeds meegedeeld,
landarbeiders door de karige rant
soenering reeds minder verrichten.
'1' paanvoorziening nog een enkel
d(r graan is hoofdzaak voor de
wfa1'ViO0r1moest alle3 gedaan wor-
JpVn 5er^»d- De menschen in de
ai Ifr,?3 >ffelii'ke ui zondenn
en' aw T "1 n,let> hun on! breekt voor
u psychologisch inzicht
het voor de landbouwers
zeggen wil' wanneer hun geen korrel
Cf1 ITt gekt®' .Dat graan, dat door
h j Ziveet 1S gewonnen, wordt
hun geheel ontnomen. Ziedaar heel iels
anders dan wanneer handelswaren of ge
hamsterde voorraden in beslag warden
genomen'. In het eerste zitten eerlijke ar
beid en Inoeste vlijt verborgen; in de
laatste niet. Werd den boeren maar een
weinig gelaten voor eigen gebruik en zoo
mogelijk voor hunne arbeiders, hoe zou
dat de productie aanmoedigen. E,n dan
bovendien, hoeveel' grooter moesten in
die tijden de toeslagen voor den graan
bouw zijn! Zooals de Minister nu voor
de bruine boonen doet, had het allang
voor de graanvoorziening moeten zijn.
Waarom zooveel bruine boonen? De
menschen hebben er spoedig genoeg van".
De regeering en haar drijvers.
Nu dfe kleedingdistributie in handen
komt van de confectiemagazijnen, wordt
door de groote pers gewaarschuwd, dat
de regeering door dezen maatregel tal
van kleine kleermakers heeft gedu
peerd, en ook de groote. En niet alleen
zij, maar ook zeer vele koopers, die niet
tot de arbeiders behooren, en het toch
al even hard noodig hebben als dezen-
Immers menschen die in de confectie
magazijnen koopen, zijn in den regel niet
de rijkste burgers. Deze laatsten toch koo
pen hunne kleeding elders.
Het (liberale) Handelsblad merkt
hierbij op:
„De geest van de lagere bevolking is
zeker voor elke Regeering een factor van
belang. Maar die van den belastingschul
dige is van zeker niet minder gewicht."
Zoo is het. Ook wij hebben daarop
al eens gewezen. En de vrees is ook
door ons uitgesproken dat de regeering
veel meer en veel eer naar eerstgerioem-
den luistert dan naar laatstgenoemden-
Bij laatstgenoemden moge behoudzucht
den toon aangeven, de eerstgenoemden
schijnen van afgunst niet vrij.
Wat ook bij de inbeslagnemingen in,
onze omgeving wel eens openbaar werd-
De strengere voorschriften, bij de distri
butie, in een gewijzigd ontwerp distribu-
tiewet belichaamd, wijzen eveneens op
een neiging om meer naar de groep te
luisteren, waarvóór men. het meest vreest.
Dit komt uit in de voorgestelde schrap
ping der minimumstraffen, waardoor het
recht van den rechter om met omstandig
heden rekening te houden, bedreigd wordt.
Het Weekblad van het Recht,
'een blad dat niet aan politiek doet, maar
de zaken vooral van den rechtskundigei)
kant bekijkt, verzet zich vooral er tegen
dat de minister het koopen bóven maxi
mumprijs wil strafbaar stellen.
Zoo wordt het aantal strafbepalingen
weer met een paar vermeerderd; en de
straffen zelf zullen steeds meer worden
blootgesteld aan toeval en willekeur. De
een zal vrij uitgaan, de ander zal worden
gestraft.
Het zal steeds meer worden een zoe
ken naar mazen; de maatschappij zal
steeds meer gekant raken tegen het juk
hetwelk men haar oplegt, tegen de wet
en hare toepassers.
„Van de nieuwe bepalingen zal een in
vloed ten kwade uitgaan, veel erger dan
het euvel hetwelk men wil keeren; een
invloed die nog lang zal nawerken, als
eenmaal de Distributiewet tot het ver
leden zal behooren.
Terecht toomt de heer v. Houten, oud-
minister, ook tegen de maatregelen, welke
in de maak zijn tegen het hamsteren,
een poging die den grondslag van alle
beschaving ondermijnt, doordat zij in de
hand werkt de gelijkheid der zor
genden en der zorgeloozen.
Wij hebben ook al eenige malen voor
de zuinige 'huismoeder, die in voorzorg
was, het pleit gevoerd. Wat de regeering
wil is bovendien onuitvoerbaar. Zijn de
menschen zoo braaf, dat zij aan de oproe
ping in de Staatscourant, om te komen
aangeven wat zij bezitten zullen voldoen?
Terecht schrijft mr. v. Houten:
„Tienduizenden zouden de opgaven ver
zuimen tienduizenden zouden er maling
aan hebben of onjuiste opgaven doen om
te ontkomen aan hetgeen zij onrecht noe
men. Om de wet te handhaven, zouden
die allen door den strafrechter moeten
worden gevangen gezet, of geldboeten zou
den tot subsidiaire hechtenis aanleiding
geven, vooral uit den kring der minge-
goeden".
„Het voorname sociale onderscheid is
nu eenmaal niet dat tusschen arbei
ders en kapitalisten maar tusschen ge
slachten, waarvan de opvolgende gezin
nen voor zichzelve en hun nazaten heb
ben .gezorgd en zorgen, en die ook de
belastingen dragen, en de zorgeloo
zen, die voor eigen levensonderhoud en
dat van hun kroost voor een deel op de
bedeeling rekenden en rekenen, en die
zich thans in toenemende mate, als waren
zij rechthebbenden, op de schatkist wer
pen. Dit onderscheid vooral in opvoeding
en familietraditie leeft ook voort in de
lagere klassen des volks. Het openbaart
zich ook in de tegenwoordige moeilijke
levensomstandigheden der arbeidende
klasse en bij de beoordeeling van het ham
steren".
Van de tweeërlei opvatting in den boe
zem 'des volks getuigt het volgende hem
meegedeelde gesprek tusschen twee buur
vrouwen.
De eene: „Ik heb al wat ik over had
er voor besteed bij de slechte vooruit
zichten".
De ander: „Wat, besteedt ge daar uw
geld aan? Als ik tekort kom, moet de
Regeering er voor zorgen."
Laat 't te - scherp gezegd zijn hier en
daar, maar dergelijke toestanden door
leeft men, en dergelijke verhoudingen ver
meerdert de hedendaagsche wetgeving on
der zekeren druk.
Niet In den haak.
Het was een mooi moment toen eenige
weken geleden de Nederlandsche machi
nisten en matrozen Amerika verlieten, na
geweigerd te hebben op Amerikaan sche,
van ons geroofde, schepen te dienen.
Doch nu blijkt, dat men deze zelfde men
schen, op welke men zoo trotsch was
als op de echte vaderlandslievende vader
landers, zonder werk en zonder brood laat
rondloopen. Er zijn er ook onder die een
gezin hebben te onderhouden.
En wat ziet men nu gebeuren? Nu
keeren deze stoere mannen naar Amerika
terug om hun diensten aan te bieden
aan een volk, dat wel hun schepen rooft,
doch benzelven en hun arbeid weet te
waardeeren.
Met roem en eer gekroond bij hun
komst hier te lande, gaan zij met leege
beurs en in droeve stemming er weer uit.
Het is een schande voor onze natie.
Nog een belasting?
De ingelanden van het Waterschap1 Da
Breede Watering bew. Ierseke hebben
zich andermaal uit gesproken vóór het be
lasten van gebouwde eigendommen.
Op 9 April 1915 met 101 tegen 21
stemmen ('1 blanco), op 27 Mei 1918
met 64 tegen 7 stemmen (1 blanco).
Bij' Gedeputeerde Staten, die 'eens onwil
lig! bleken aan het verzoek te voldoen,
zal dus andermaal drang uitgeoefend wor
den, om te bepalen, dat ook polderlas-
ten kunnen worden geheven van gebouw
de eigendommen.
Wij gelooven niet, dat Gedeputeerden
thans aan 'dien herhaalden aandrang
zullen gevolg geven, doch achten het niet
ondienstig; om nog eens onze bezwaren
tegien het instellen van 'deze nieuwe soort
belasting op gebouwde eigendommen uit
een te zetten.
Het Waterschap zal - dus aan Gedepu
teerde Staten verzoeken een voorstel bij
de Prov. Staten aanhangig te maken, om
in het vervolg ook polderlasten te heften
van ongebouwde eigendommen, d.w.z. van
de huizen, welker ligging zoodanig is, dat
ze onder het bereik van den arm van
het Waterschap vallen.
Wij' herhalen wat wij in 1915 over deze
zaak geschreven, hebben.
Om tweeërlei reden is dit voor
stel verwerpelijk. Het is in de eerste plaats,
op z'n zachtsit uitgedrukt, zeer onbillijk,
en in de tweede plaats is de regeling,
die het voorstelt, practisch nagenoeg onuit
voerbaar. In bovengenoemde vergadering
ie dan ook op beide bezwaren de na
druk gelegd.
'Onbillijk ie het, wijl de belangen van
het meerendeel der huiseigenaren lang
niet opwegen tegen die van de land
eigenaren, immers dezen hebben bijna uit
sluitend belang bij de waterkeeringswer-
ken en afvoerwegen van het Waterschap'.
Had men het belang1 als maatstaf genomen,
dan ware men nimmer met een voorstel
als het bedoelde gekomen; dan zou aan
stonds het onbillijke, om niet te spre
ken van het onrechtvaardige, in het oog
gevallen zijn.
Dèrn wordt elke gedachte aan een ver
goeding voor verleende prestaties onmo
gelijk en voelt men, dat 'thier wed de
gelijk een nieuwe belasting geldt.
Om verschillende inderdaad zwaarwich
tige redenen nu is 'tgewenscht, dat een
dergelijke nienwe belasting, die niet het
algemeen belang, doch enkele landeige
naren ten 'goede komt, nooit ingevoerd
worde.
Het bouwen kost veel geld; de belas
tingen en kosten van onderhoud zijn
hoog, mitsdien zijn de huizen duur en
de huurprijzen hoog1.
Natuurlijk, de hooge uitgaven wreken
zich op den huurder.
Kunnen de lasten nu nog! hooger ge
bracht worden? Meen niet, dat het slechts
een centenkwestie is, waarin het be
stuur van het Waterschap zich ver
diept. De voorstellers zelven hebben niet
geschroomd te verklaren, dat 't volstrekt
geen centenkwesti© is, maar dat er nog
belangrijke aanslagen gedaan zullen kun
nen worden.
De huurprijzen kunnen dus onmogelijk
verhoogd worden. In normale tijdsomstan
digheden niet, laat. staan nu. in deze
benarde tijden.
Maar ook de huiseigenaren zullen de
nieuwe lasten in den regel niet kunnen
dragen. Velen hebben een gebouw met
een zilveren dak,- Ze zij'n in zekeren zin
slechts voor een klein gedeelte eigenaar
van „hun" gebouwen. Meerderen zelfs
heelemaal niet. Hun gebeele huis is be
zwaard.
Daarom beteekent deze nieuwe, geld-
makende maatregel juist voor hen een
belangrijke vermeerdering van den be
lastingdruk.
En wie moeten in de eerste plaats deze
meerdere uitgaven betalen? De midden
stand, kleine neringdoenden, en ook de
arbeiders. En dat alleen ten gerieve van
de gegoede landeigenaren.
We hebben hier dus te doen met een
even onpractiech als onbillijk voorstel,
hetwelk bovendien geheel in strijd is met
den geest van de bepalingen van het Al
gemeen Reglement voor de Polders of
Waterschappen in Zeeland, hetwelk b.v.
wel verhoogd geschot op vroonen en vriji-
landen toestaat, en van elke wet.
Bovendien, waartoe moet consequente
toepassing van het beginsel der nieuwe
belasting' voeren? Het is de moeite waard
zich dit eens in te denken.
Gaat men de. huizen belasten, dan eischit
de billijkheid, dat ook allerlei andere stof
felijke zaken in de belasting vallen, als
meubilair, landbouwproducten en -gereed
schappen en beestiaal en zou men voor
elke categorie afzonderlijke deskundigen
moeten aanstellen tot schatting der
waarde.
Immers, naar de waarde der goede
ren diende da.n bijgedragen te worden
in de polderuitgaven.
Heeft men wel eens goed nagedacht
over de uitvoering van een bepa
ling als men in het leven wil roepen?
lie Qroote Oorlog
Beknopt overzicht van den toestand.
Eindelijk is de spanning gebroken, het
ongeduld bevredigd.
"De derde groote aanval der Duitschers
is losgekomen en op verschillende punten
van het Westelijk front laait de felle
strijd weer met ongekende kracht.
Het front-gedeelte, waar de hoofd-aan1-
val ondernomen is, heeft al dadelijk een
zekere verrassing" gebracht.
De meeste militaire schrijvers waren
van oordeel, dat de nieuwe krachtsinspan
ning der Duitschers zich langs „oude ba
nen" ontwikkelen zou en dat zij een voort
zetting zou brengen van het werk met
de eerste aanvallen begonnen.
Amiens en St. Omer werden als de
onmiddellijke doeleinden van het nieuwe
offensief aangegeven, dat men opnieuw
op de bereiking van Calais of Boulogne
'gericht achtte'.
Inderdaad zij'n de Duitschers echter op
een geheel nieuw gedeelte van het front
hun aanval begonnen. Het nieuwe offen
sief kan als een tegenhanger beschouwd
worden van het tweede offensief, dat tus
schen 9 en 16 April in Vlaanderen werd
ondernomen op den rechtervleugel, van
het eerste (Amiens.) offensief, dat van
21 tot 29 Maart gevoerd werd. Het nieu
we strijdbedrijf is nu op den linkervleu
gel losgekomen van dat eerste groote of
fensief.
Dat de voornaamste stoot gericht is te
gen de linie tusschen Soissons en Reims
zal wel reden vinden hierin, dat niet
alleen in het noorden waar op 21 Maart
hot eerste Duitsche offensief werd begon
nen, de tegenstander, die zich na de
eerste belangrijke tegenslagen weder bleek
to kunnen herstellen, gelegenheid had zich
krachtig te versterken, maar ook dat het
verbindingspunt van de Britsche en Fran
sche legers geleidelijk meer oostelijk is
verplaatst.
Dat blijkt ook uit de mededeeling 'in!
bet Britsche legerbericht, dat tusschen
Soissons en Reims de stoot is gericht
togen de Britsch-Fransche legers.
De veel-omstreden en met bloed gei-
drebkte Chemin des Dames is de eerste
inzet van1 den nieuwen strijd geweest.
Wij herinneren er aan, dat die Franschen
op het einde van het vorige jaar zich
van 'dien bergrug hadden meester ge
maakt. Door een reeks forsche aanvallen
immers op 23 October 1917 en volgende
dagen op het plateau van Vaudesson on
dernomen hadden de Franschen de Duit
schers tot achter het Aisne-Oise-kanaal
teruggedrongen. En als gevolg van dit
succes moesten de Duitschers op 1 No-
vembèr er toe overgaan de Noordelijke
hellingen' van den Dames-weg te ontrui
men en zich achter de Lette "terug te
trekken.
We hebben nu reeds kunnen lezen,
wat de Duitschers met. hun eersten stoot
bereikt hebben.
De strijd is echter nog in' vollen gang
op meer dan één punt en het
zou zeker gevaarlijk zijn", zich thans aan
beschouwingen te wagen, die elk ©ogen
blik door nieuwe berichten weer zouden
kunnen worden omvergeworpen.
De komende dagen zullen moeten toe
ren, of de Duitschers door dit nieuwe ge
weldige offensief een stap nader zullen ko
men tot het gestelde doelde vernietiging
van de vijandelijke legers.
Het gaat nu om ©en beslissenden slag.
Daarom geen voorspellingen.
In de Tomatestreek hebben de Italianen
den vijand eenig terrein ontrukt en heb
ben ze wat buit en een negenhonderdtal
gevangenen op hem veroverd. Meer dan
plaatselijk belang heeft dit succes aan
het Tyrolerfront natuurlijk niet, maar het
zal den Italianen nieuwen moed geven,
voor het geval het toch nog eens ook
tot een beslissende worsteling' aan het
Italiaanse he front zou mogen komen.
De Keizerlijke Russbohe familie.
BERLIJN, 28 Mei. Over de verblijf
plaats van de leden vanhet vroegere
Russische keizerlijk huis vernemen de bla
den Grootvorst Nikolai Nikolajewitsj met
echtgenoote en zoon en dochter, groot
vorst Alexander Michaelowitsj met vrouw
en zes kinderen en de keizerin-weduwe
Maria Feodora zijn in Djulbar bij Capaito-
dor. Grootvorstin Olga met haar echtge
noot is in Charaksi, ten Oosten van Djul
bar.
De berichten over het ontsnappen van
grootvorst Nicolai Nikolajewitsj zijn uit
de lucht gegrepen. De grootvorst heeft
de politiek vaarwel gezegd.
Niets wijst er op, dat hij of eenig
ander lid der keizerlijke familie voorne
mens is de Krim te verlaten. Evenzoo
zijn de geruchten over een aanstaande
reis van de keizerin-weduwe naai" Dene
marken van allen grond ontbloot.
De groote slag in Frankrijk.
BERLIJN, 28 Mei. Officieel avondbe-
richt: Onzen aanval over de Aisnevoort,
zettend hebben wij de successen van gis
teren uitgebreid. Wij strijden om het vak
van Vesle tusschen Soissons en bewes
ten Reims en hebben aan weerskanten
van Fismes den zuidelijken oever ge
nomen.
PARIJS, 28 Mei. Officieel middagbe-
richt: In den avond van den 27sten
slaagden de Duitschers er dank zij de
aankomst van versche troepen in, tus
schen Vailly en Berry-au-Bac de Aisne
over te komen. De Fransch-Britsche troe
pen zijn, een in aantal verreweg sterker
vijand het hoofd biedend, geleidelijk blij
ven terugtrekken.
De strijd woedt tusschen de Vesle, (zij
rivier van de Aisne, waar ze bij Condé
invalt) en de Aisne in de streek der
hoogvlakten voort, waarachter de Fran-
sche reserves zich bevinden.
In Champagne, op den rechteroever van
de Maas en in Woevre blijft de wisseling
van artillerievuur tamelijk levendig. Een
sterke overval op de Fransche stellingen
in den sector van Cambrettes is in het
Fransche vuur mislukt.
LONDEN, 28 Mei. Tegen het einde van
den dag bracht de druk van den aanval
van den vijand zijn troepen over de
Aisne ten Westen van het Engelsche vak
heen en werd de linker vleugel van onze
linie gedwongen terug te trekken.
De vijand ontwikkelt zijn aanvallen met
groote kracht langs het geheele slagfronf
van de Aisne.
Op het Leie-front werden de plaatse
lijke gevechten van ochtend hervat in het
gebied ten O. van het meer van Dicke-
bosch.
Op het overige Engelsche front hebben
onze troepen bij geslaagde nachtelijke over
vallen een aantal gevangenen genomen
op verschillende punten. De artillerie was
aan weerskanten werkzaam.
LONDEN, 28 Mei. Officieel avondbe-
richt: Tegenaanvallen vanochtend vroeg
door Fransche en Britsche troepen uit
gevoerd, hebben onze linie beoosten het
meer van Dickebosch voorspoedig her
steld. Verscheiden v^ijanden werden ge
vangen genomen.
Het is bekend, dat aan 'svijands aan
vallen van gisterochtend in dit vak en
verder zuidwaarts tot aan Leere vier
Duitsche divisies hebben meegedaan. In
den strijd zijn dezen divisies zware ver
liezen berokkend en de linie der geal-
lieerden is op alle punten gehouden.
Korte oorlogsberichten.
Gisterochtend heeft men te Heeren
veen een Zeppelin in 0.-richting ziien
varen. f i - Li