114 Woensdag 18 Februari 1ÖI8 •laargroif Oaf d® Pers,. Pe conclusie der redactie is clan ook juist wat ze steeds zijn moest: het Rijk, met de Gemeente; bebbe 't zeggenschap. •Staten-Gsneraai. De üre©te Oorlog. .Tl LllJ O» Uitgave van de Naaml. Venn. LUCTOR ET EMERGO, gevestigd te Goes. Hoofdbureau te Goes: LANGE VORSTSTRAAT 319. Bureau te Middelburg: FIRMA F. P. D'HUIJ L. BURG. Drukkers: Oosteïbaan Le Cointre, Goes. VERSCHIJNT ELKEN WERKDAG. Abonnementsprijs: Per 3 maanden fr. p. post f 1.50 Losse nummers- 0.05 Prijs der Advertentiën:^ 14 regels f 0.80, iedere regel meer 30 ct. 3-maal wordt 2-maal berekend. Bij abonnement voordeelige voorwaarden. Bewijsnummers 5 cent. Va» de Gemeente naar hst Rijk. Mei [genoegen constateert De Stan daard en wijl met baar dat De Waarheidsvriend, een blad door Nederl. Hervormde predikanten gferedi- gjeeid, van oordeel is, dat 't Onderwijs geheel Rijkszaak, zoo immer mogelijk en zleer zieker wat de fi'nanciëele gelijkstelling betreft, .moet worden. Ook de 'Waarheidsvriend aar zelt niet, maar komt cordaat en moedig voor het beginsel uit, dat. het particulier onderwijs nfeit, zij 'tdan ook maar voor een deel, bijl de Gemeente moet -blijven huizen, doch geheel op moet getild wor den, om 'tmet beide handen naar de Rijkszorg© over te dragen. Veel 'Is zeer zeirer reeds gewonnen, maar het einddoel is nog' lang niet be reikt. i „Is met het nieuwe artikel 192 in de Grondwet een belangrijkestap gedaan ïn de richting!' van de finale oplossing van den schoolstrijd, toch meen© men niet, gelijk zoovelen dit reeds deuken, dat bij de uitwerking' van wat de Grondwetgever op het punt van het onderwijs voorschrijft, ons ideaal is bereikt". 'Principieel doortastend, stelt de redac tie dan op d,en voorgrond, dat 'f het omgekeerde moet worden van wat 't vroe ger was.- „Eerstens blijft het openbaar onderwijs nog altijd een begunstigde positie innen rpen ten opzichte van het bijzonder on derwijs. Het is nog1 niet geworden: „da bijzondere' school regel en de openbare aanvulling". En zoolang dit eindstation nog niet bereikt isi, kan er, althans van antirevolutionaire zjjide, aan het neerlegl- g'en der wapenen in dien strijid opi het terrein van het lager onderwijs! nïe!t ge dacht worden". Doch er is meer. Wjegneming van be voorrechting, is nog niet reeële- gelijk stelling, „In de tweede plaats bedenke mort, dat al wordt alle bevoorrechting van het openbaar boven het bijzonder onderwijs weggenomen, daardoor de volle vrijheid en! zekerheid .van het bij'zionder ondierwijisl nog niet verkregen wordt. De nieuwe Kamer, die het resultaat zal zijn van de verkiet) zingen in 'den a.s. ziomer, zal, wanneer het tot inlossing van de beloften van de financieele gelijkstelling tusschen het openbaar en bijzonder onderwijs moet komen, nog heel wat ie hoeren geven over de eischen van deugdelijkheid en de vrijheid van richting van laatstgenoemd onderwijls". En dan komt in de derde plaats het halfslachtig gedoe, om toch de Gemeénte nog riléér in de melk te laten brokkelen. „En in de derde plaats stelt de uit werking van wat artikel 192 ten opzichte van het financieele geding z'al te voor schijn brengen, niet me.t zekerheid in uit zicht, dat ten .slotte' alle kósten van hel onderwijs voor rekening - zullen komen van het Rijk. Het zal misschien niet da delijk kunnen, dat alle bemoeienissen van, de gemeente mpt het bijzonder onderwijs, wat naar het bestek is, dat door de pa- cificatieco|minissiie' gemaakt werd, wordtj losgemaakt, maar toch dient bet steeds duidelijk voor oogen te staan, dat op den langen duur elk geldelijk contact tus schen gemeente en onderwijs uit dien booze is". „Het onderwijs mag wat de geldelijke tl e van de zaak betreft niet tot Gemeen- gemaakt, maar het moet itend onder Rijksbemoeiing komen. Alleen-dan is men verzekerd, rfat op van wr ®€ea 8©ldielijke bevoorrechting n het .eene onderwijs boven het an dere zal plaats hebben". Zoo moet en 'tkan niet anders. in,rW n slechts voor een deel, en onder nog zooveel reserve, bederft het onderling verband. ïe«ii nu. Mr H. W. Hovy schreef dezer dagen in De Rotterdammer: A. Toen. Het wasLin De groote geiaiee- ning van Van Hall was geslaagd Koning "Willem li was aan het be- wind. 7 Wij: leefden nog onder de Grondwet van 1840, waarmede niemand vrede had. Onze groote Staatsman Groen van Prins terer allerminst. Toch viel wel eens uit) officieele stuk ken een! toon te beluisteren, waarvan de j huidige uitbanning door tal van Chris tenen met leede oogen wordt aangezien. Als voorbeeld diene de Proclamatie vani 2 April 1844 van den' Koning „ter ge- j legenheid van1 het tot stand brengen der vrijwillige geldleening", welk stuk onder nummer 22 van! het Staatsblad van dat jaar te vinden is, onderteekend door den Koning met den Directeur van Zijn Kabi- net, zonder Ministerieel contraseign, j Zij' luidt /aldus: g,Wij Willem II, bij de Gratie Gods, Koning dier Nederlanden, Prins van Orahje-Nassau, Groothertog van Luxem burg, enz,, enz, enz. „Onder dankbaar opzien tot God rig- ten Wij deze 'woorden aan U, geliefde landgenooten en onderdanen! om U voo-r Uwe vereenigde medewerking in het tot stand brengen der vrijwillige leening Onze innigste erkentelijkheid te, betuigen. „Rijken en minder vermogenden heb ben diaaroj) de ruimste aanspraak; maar |ook zijl, en hoe velen waren er niet! die geheel onverpligt, door de, edelste gevoelens gedreven, zelfs hunnen spaar penning op het altaar des Vaderlands hebben geofferd. „Landgenooten! De leus onzer Vaderen: Eendragt maakt Magt, heeft zich opnieuw bij ons verwezenlijkt. De gehechtheid aan de oud-Nederlandsche trouw in bet vol doen tot eiken prijs van aangegane ver- bindtenissen heeft zich. niet verloo chend., Hierop, wij mogen het eerbiedig vertrouwen, zal zegen rusten. Ieder, die tot de nu verkregene uitkomst heeft mede gewerkt, smake aanvankelijk het zoet ge not e ener edele zelfvoldoening! .„Nederlanders! .Laat ons God bidden, dat Hij| den goeden geest, door welken de Natie in de jongste dagen opnieuw heeft getoond bezield te zij®, beware, bevestig© en versterke, opdat ook het late nageslacht er de vruchten van inoogste, en datvHij; het 'Nederlandsche Volk doe blijven een vaderlandlievende, eendragtige en godsdienstige 'Natie! „Hiermede, geliefde landgenooten en on derdanen, bevelen Wijl U allen in Go- des heilige bescherming I „En z,al deze alom worden afgekondigd I en aangeplakt, waar zulks te doen, gebrui- fcelijk is, en voorts in' het Staatsblad, worden geplaatst. „Gegeven te 's-Gravenhage, den 2d en i April 1844. WILLEM", i i Eenerzijds dus de erkenning:, dat het God is, die de harten der menschen neigt. Anderzijds de dank aan de on- derdanen. Het door vrijzinnigen niet be- grepen raadsel van Qods, verborgen en i geopenbaardeu Wil. De Almacht Gods en i daarnaast de verantwoordelijkheid van den mensch. B. Nu. I Thans na het slagen dier „groote geld- leening" geen Proclamatie, i (Ook geen danktoon aan God Almach- tig, die het slagen mogelijk maakte. I Trouwens, zoo de Minister Treub, op j wiens groote g'avefu als financier ik niets wil afdingen, een soortgelijke proclama- tie aan de Koningin zou hebben voor- geslagen, zou Hare Majesteit, zouden ve- len onzer zich hebben afgevraagd: „Is j Saul ook onder de profeten?" (Wel lezen wijl van iets anders, j Een Rijksambtenaar, hoofdoontroleur te Amsterdam van het Uitvoerend Bureau van de Rijkscommissie voqr de distributie van ijizer en staal, had' 'eene advertentie j in het „Algemeen Handelsblad" géplaatst, waarin gevraagd werd „eene jonge dame, Christelijke godsdienst, met grondige ken- nis, algemeene ontwikkeling, als, Secre- taresse, belast met correspondentie en eenvoudige administratie op Rijksbureau i te Amsterdam". Het Kamerlid Otto, de bekende „pal- j staander" voor de Openbare School, de j man, die, blijkbaar op grond van dit I laatste, in verscheiden' Kamerkieskringen 5 door dé Unie-Liberalen op het schild ver- j heven wordt, veelal boven ernstige Staats- lieden als; .Rink, Van Raalte uit, het Kamerlid Otto dan vraagt ijlings; den Mi- j nister (welke bedoeld is, zie ik niet in het Aanhangsel vermeld), nfaatregelen te willen nemen ter voorkoming, „dat in dé toekomst opnieuw óp een dergelijke wijze alle niet-,,Christelijke" Nederlan- diers in hun overtuiging worden gegriefd en in "hum belangen geschaad". f En de Minister -van .Staat/ Minister van j Binnenlandsche Zaken, tijdelijk Voorzit- j ter van den Raad van Ministers, ant- j woordt daarop, -dat de auctor dier ad-' veitenitie daarvoor ter verantwoording is j geroepen en, ook om andere redenen, in een anderen werkkring wordt geplaatst, i Nu wordt die advertentie door mij: niet j in bescherming, genomen. Immers, volgens j onze Grondwet iS' ieder Nederlander tot elke landsbetrekking benoembaar afgezien van zijne belijdenis of niet-belijdenis. En de meening,dat een belijder van den Christus als zoodanig ,meer geschikt is dan de niet-belijder, moet evenzeer worden tegengegaan als de tegenoverge- stelde meening. Maar is het niet kras, dat wiji niet tel i hooren krijgen) wat dien Rijksambtenaar I bewogen heeft tot het plaatsen dier ad- i vtertienti©, of er allicht bijzondere rede nen door hem werden aangevoerd en wat dies meer zij? Enkel, dat hij, „ook om andere redenen", in een anderen werk kring geplaatst wordt. ,j Tweede Kamer. Rechts aan het woord over de onderwijzersweö- dén. Daagt er vrede? Geen pacificatiestem-' ming hei aas! Bijl de regeling van werkzaamheden deelde gisteren dei voorzitter mede, dat de minister van landbouw zijn alntwoord. op het verslag der commissie van rappor teurs inzake het levensmiddelenontwerp a.s. Zaterdag hoopt in te^ zenden. Spr. stelde voor, genoemd'wetsontwerp1, zoo mede dat betreffende de heffing: van opu centen op de Terdeidigingsbèlasting, pp 21 Febr. in openbare behandeling' te ne men, waartoe werd besloten. - Daarna werd de beraadslaging over het wetsontwerp tot verhooging van onderi wijzerswedden weer voortgezet. De heer de Geer z!ag de oorzaak \riri den verkeerden toestand in de gedejelde verantwoordelijkheid van rijk en gemeen ten. De verhooging van de minima zou zeer veel geld kosten. Eien bezwaar tegen dit ontwerp ziet hijl in de wijziging van de verhouding der minima ten nadeiela van dé kleine gemeenten. Hij wil daarom rekening houden piet dei in de L. O.-wet vervatte classificatie en bepleitte aanne ming van het amendement-Ketelaar ,oip art. 1 ten einde de classificatie niet te verstoren en daarnaast aanneming van het wetsvoorstel-Lohman c.s, Het voorstel-'Lohman moeit een einde maken aan de ongelijkheid der salarissen van de openbare en bijzondere o.nderwijL zeirs in dezelfde plaats. Nu de aanneming daarvan onwaarschijnlijk lijkt, zlal de Geer meegaan met het regeeringsontwerp. De heer 'van der Molen achtte ook hpt regeeringsvoorstel beter dan hét ontwerp- Mairchant c.s., wildei echter, dat de on derwijzers met een groot-er aantal'dienst jaren meer gullen krijgen. Rechts heeft terecht flink van zich a£* gesproken. De christelijke onderwijzfijrs die door de Vrijzinnigheid reeds jaren lang 'op rantsoen gesteld zijta. en tei kort zij|n ge daan, Vragen thans om recht. Wil men goed onderwijls hebben, dan moeten zlij dezelfde salarissen»hebben als hun open bare collega's. iWijj hebben voor de 420,000 kinderen op de bijlzonderei scho len 'steeds dubbel betaald en wijf doen dat thans nog:. Maar wijj wenschen dat de bijzondere onderwijzers, die thans mo gen meebetalen in de salarissen der opeln- bare onderwijzers gelijk gesteld worden in salarieering; met de openbare en dat dezen niet ook na de .gelijkstelling van het openbaar en het bijzonder onderwijs een voorsprong .houden op; de bijzondere onderwijzers. Wil men thans in de ge meenten de kosten van hét openbaar on derwijs op hét laatste moment dat men daartoe de macht heeft, omhoog jagen? Dan brengt men bet pacificatiewerk ern stig in gevaar. Dan zal er 'geen vrede wezen, zieide van der Molen. Maar dan geven wij oins niet gewonnen. Van Wijnbergen en de Wijkérslooth de Weerdesteijn, voegden het hunne er bij, en Lohman sloot de rijt der sp'rekfers. De beer v. Wijnbergen constateerde niet ten onrechte, dat van de pacificatie-steim1-' ming onder de linksehe hoeren niet veel te bespeuren is. Hij en Lohman hebben zich vooral over de kwestie eter waar borgen uitgesproken, en er op gewezen, daf 'het bijzonder onderwijs reedis thantsi meé'r waarborgen geeft van deugdelijkheid dan het openbare. Beiden wezen er 'ook op', dat de re geering meer moest doen voor bet bijl zonder .onderwijs. Eischt art. 192 dér Grondwet niet reeds thans zörg' der re- geering voor het geheel© onderwijB. Drin gen haar eigen ambtenaren niet aan op verhooging der salarissen der op'enbare onderwijzers? Beiden hebben ook gewezen op de offervaardigheid, welige nog altijd voor het bijzonder onderwijs' bestaat en! hebben met verontwaardiging afgewezen de dwalende uitingen van menschen, dip zelf nooit een cent offeren, alsof onze besturen de bijzondere onderwijzers lie ten gebrek lijden. Zie eens, zéi de heer Lohman, wat de laatste Unie-collecte in deze moeilijke 'tijden heeft opgebracht Men ziet dus, dat de heer Loh|man zekerder geluid liet hooren dan zijn piar- tijigenoöt 'de lieer, die er dan ook niét al te best afkwam. Minister Cort is nu aan het woord ge komen. Met eenjge spanning wordt .zijhi antwoord tegemoet gezien. S6knopi overzicht van den toestand. (Wilson "he,eft dus geantwoord op de redevoeringen' van Von Hertling en Czer- nin. Hiermede zijp de indirecte besprekin gen, 'dl ie door de leidende staatslieden van de oorlogvoerende partijen over de oorlogsdoeleinden en de vredesvoorwaar den, ingeleid zijn, dus voortgezet. Gelijk te verwachten was vormt die te genstelling tusschen de woorden van Von Kliihlmamn en Czernin het eigenlijke uit gangspunt der presidentiëele beschouwin gen. Wilson prijist Czernin om zijn helderen blik op de fundamenteel© elementen van den vrede, welke hij; niet poogt te' ver doezelen. TérlO'OpS' merkt hij, slechts op, dat d© Oostenrijksche staatsman nog Wei verder zou zijn gegaan, wanneer hij niet door bondgenootschappen zou zijn gebon den en geeft ten slotte als een nieuwe uitnoodiging om verdere toenadering uit te lokken, d© beginselen aan voor een algemeeneni wereld-vrede, beginselen in zoo gematigden en zoo natuurlijken vorm, dat men haast niet .anders denken kan, of ook 'Czernin zal daarmede' zijn instem ming wel betuigen. Tégenover den Duitschen rijkskanselier betoont Wijsott niet zooveel toegeeflijk heid en vriendelijkheid. De groote grief, welke hij graaf Hert ling voorwerpt, is, dat de indruk van zijn rede zóódanig is, dat hij de ver schillende kwesties, welke bij den vrede opgelost moeten worden, door individueele overeenkomsten geregeld wil zien,_ ter wijl de Amerikaanse he president ©en inter nationale regeling en een vrede voor stelt, waaraan alle deelnemers moeten meewerken. l 't Blijft natuurlijk de vraag af de in druk, dien Wilson kreeg) wel de juiste is. Intusscheii .geeft hij ook aan den rijks kanselier een weg aan, waarlangs een toenadering tusschen beiden mogelijk zou zijn. En dat is; geen onmogelijke weg, maar een, dien de D'uitsehe rijkskanselier on getwijfeld op zou kunnen gaan. Meer malen spreekt Wilson n.l. met duidelijke sympathie van de rijksdagresolutie dei- meerderheidspartijen in Juli j.l. En hij laat duidelijk ook doorschemeren, ja, hij zegt het bijna met ronde' woorden, dat, wanneer v. Hertling zich eerlijk en zon der voorbehoud óp den grondslag van die resolutie plaatste, een toenadering mo gelijk zou ?ijn. (Wat de beëindiging vai^den oorlog met Rusland betreft, de Pers is er nog niet gerust op. Trotsky's verklaring hangt haar blijk baar te veel in de lucht. Havas meldt: Hét nieuws van de de mobilisatie van het Russische leger komt niet zeer onverwacht, want bet Russische leger demobiliseerde, gelijk bet „P'etit Journal" opmerkt, reeds lang uit eigen beweging. De demobilisatie is- alleen of ficieel erkend en misschien in zekere mate' uitgebreid. Aan Duitsche zijde is> de toestand ins gelijks weinig veranderd, want Duitsch- land zal genoodzaakt zijn in Rusland de tegenwoordige troepen' te handhaven, zoo lang de orde niet definitief hersteld is. En ook de Pers der cen'tralen is nuch ter genoeg, om 'de zaak objectief te be zien. In de „Lokal Anzeiger" heet het: Trots ky wil er niet toe overgaan' te erkennen, dat Rusland, ook het revolutionaire Rus land, overwonnen is, dat het zonder vre de niet meer kan leven. Hij wil ook niet besluiten tot aanvaarding ff® vredesvoorwaarden. Niet eens een billijk compromis wil hij. Daarvoor hebben wij evenwel met se dert Kerstmis moeilijke onderhandelin gen 'met de Russische delegatie gevoerd om ons thans door Trotsky eenvoudig naar huis te laten' sturen. De „Morgen Post" zegt: Of Trotsky bij den huldigen toestancj. in Rusland ge rechtigd ia een dergelijke verklaring: te doen, is een groote vraag. Onder den titel „een laatste manoeuvre van Trotsky" schrijft d© „Kreuzzeitung" Met verblijdende overeenstemming verkla ren de bladen, dat de mededeeling van Trotsky ons tot niets kan verplichten, dat wij ook in militair opzicht tegen over Rusland onze handen vrij hebben. De „Germania" zegt: Voor ons blijft de oorlogstoestand bestaan. Moge al dat voorbehoud spoedig plaats maken voor een definitieven en algemee- nen vrede zonder „oorlogstoestand".- De troonrede, waarmee het Engelsche parlement geopend is, zegt niet veel. Het slot luidt als volgt: „Heeren van het 'Lagerhuis! U zal ge vraagd worden de noodige voorzieningen te treffen voor de behoeften der strijd- kraenten en voor de hechtheid va,n onze nationale financiën. Lords en gentlemen! De strijd, dien wij begonnen zijn, heeft 'n kritiek stadium bereikt, dat meer dan ooit onze ver eende krachten en hulpbronnen vereischt. Re beveel u met vertrouwen de maat regelen aan, welke u zullen worden voor gelegd en de Almachtige God moge Zijn 2egen doen rusten op uw arbeid". Asquith en Lloyd George leverden slechts weinig belangrijke nabetrachtingen over de redevoeringen van de leidslieden der c'entralen en Wilson. Of is jjnet nieuw geluid, dat Asquith deed hooren toen hiji sprak: „Wijl de oorlog nog voortduurt en onze doeleinden nog niet bereikt zijn, moeten wij onze beste hulpmiddelen aanwenden"? Van deze zijde wacht ons nog steeds strijd „to the bitter end". Proclamatie van Krytenko. Naar do, Duitsche avondbladen melden, heeft de Russische opperbevelhebber Kry- lenko, wiens z.g. arrestatie door de Pool- sche troepen niet waai- blijkt, te zamen met het lid van het opperste college Flo- rowski in een draadloos telegram aan alle Russische soldaten mededeeling ge daan van het' demobilisatiebevel; Vrede. Vrede. Vrede. De 'oorlog is ten einde, zoo heette het in het draadlooze telegram, dat eindigde met den oproep de discipline te bewaren en door geen onlusten het vredesfeest te storen. Drie uren na de verzending van het draadloos telegram verscheen een nieuw bevel van Flórowski om de verspreiding van de mededeeling: 'te staken. Korte oorlogsberichten. Volgens de Oekrainische pers is de macht de:r maximalisten in geheel Rusland aan het tanen. Hun val is nog slechts een kwestie van dag©n. Het Oek'rainische blad'Dilo te Lem!- berg spreekt het bericht, dat Kxylenko door de Roolsche troepen zou zij'ü ge vangen genomen, tegen. Russische bladen deelen mede, dat Lenin er sinds eenigen tijd een lijfwacht op nahoudt. De Nowaja Sisjn, het orgjaanl van Maxim Gorki, waarschuwt Lenin te gen het spelen van de rol van een bhr- glerlijkien tsaar. He Poolsche legioenen hebben 'de vereeniging van het gouvernement Mo- bileff met Polen afgekondigd. In Buenos-Ayres is d© algemeenei spoorwegstaking geproclameerd. Er had den ernstige onlusten plaats in geheel Argentinië. De stakers blazen de spoor wegen op en steken treinen met koreni in brand. Er wordt verwacht, dat de reigeering krachtig zal optreden. De Duitsche bladen melden, dat de| broodvoorziening van Berlijn bijna in ge vaar gebracht is door een broodkaart^ vervalscbing op groote schaal'." Vele bak kerijlen werden met broodkaarten over stroomd. De voornaamste drukkerij! was t© Bielefeld gevestigd; er werden yoor zes weken broodkaarten tegelijk gedrukt, voor de derde week van' 1918 zélfs 46,000 stuks. De vervalschers brachten de kaJar-i ten persoonlijk naar "Berlijn en ontvingenl tot vier mank per stuk er voor. In Januari kijln te Dusseldorf 2104 processen wegens woekerhandel met le vensmiddelen gevoerd en 18 winkels gé- sloten. De Duitsche rijkskanselier en staats secretaris von Kühlman begaven zich he den naar keizer Wilhelm in het groote hoofdkwartier. I In de débatten over de levensoiid- delenkwesti© tijdens de arbeidersconferen- tie te Nottingham deed Anderson vol gende intereSiSante ve"rklaring. „Op het oogqnblilk staan er in de nabijheid van deze vergaderzaal 640 per sonen, voor het grootste deel vrouwen en kinderen, voor één winkel. En zoo is het in alle doelen van ons land ge steld. Het is oorzaak, dat een gevaarlijk© stemming onder de arbeiders heerscihti

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1918 | | pagina 1