i>o. 28 Donderdag 1 November IÜI7 3ïe «iaargang Da Qroote Oorlog. Uitgave van de Naam], Venn. LUCTOR ET EMERGO, gevestigd te Goes P' i Hoofdbureau te Goes: LANGE VORSTSTRAAT 219. (Bureau te Middelburg: FIRMA F. P. DHUIJ L. BURG. Brukkers: Oosterbaan Lc Cointre, Goes. De werkmethode van Br. Keyper. In een apart Kuyper-nummcr gat de Stichtscho Courant een reeks bijdragen, w.o. een artikel van Mejuffrouw H. S. S. Kuvper, de oudste dochter van den jubilaris, die over de werkmethode van haren vader het volgende meldt: Werkmethode. Want zonder methode, zonder vasten regel, zonder wetten van Perzen en Meden, waar iedereen e,n alles voor bukken moet, is hel niet mogelijk, zóó te arbeiden, en vooral dat zóó lang vol te houden. En foch is' het niet methode alléén. Men moet over Titanen-kracht beschik ken, om de theorie in praktijk te ■zetten. Maar noch de werk methode noch de reuzenkracht verklaren het geheim vol doende. Er komt nog iets bij. En dat is de groote hefboom, die mijn Vader doet ar beiden: zijn liefde voor ziin arbeid. Die liefde, die passie, zou ik .bijna zeggen, ik de groote drijfveer, die mijn Vader heeft doen arbeiden, en iiogdoet arbeiden. En zijn werk-methode! iö het resultaat van nauwkeurig 'overleg, hoe hij zichzelf het best en meest kan doen ar beiden. En is eenmaal' een regel of wet die doel1 treft, gevonden, dan is' ~niets in staat, hem daar van af te brengen. Ik herinner mij; een verjaardag van mijjn Vader. Wij zalen allen, kinderen en klein kinderen, rond den feestdiisoh. Aan liet dessert, wordt de post binnengebracht. Er zijn ook' drukproeven van „De Standaard" bij. De gecorrigeerde proeven moeten met de volgende post naar Amsterdam. Mijn Vader kijkt op zijn horloge, verlaat kin deren en feestdisch en gaal op zijn stu deerkamer proeven zitten corrigeesren. Dit voorval is typisch. Zulke dingen zijn honderden malen gebeurd. Wij, kinderen, weten dat. En we hebben, allen, hoofd voor hoofd ons offer aan gezelligheid en huiselijk verkeer moeten en van harte gaarne willen brengen op het altaar van de g,roote ziaak, waaraan mijin Vader zijn leven getwijd heeft. Nu wil'1 dk u een werkdag van rriijln Vader beschrijven. Terwille van de stemming, die mijjn Vader zoo .noodig heeft, om rustig aan zijn arbeid te kunnen beginnen, ontbijt hij alleen op zijn studeerkamer. Precies negen uur begint hij! aan zijd werk. Hoofdartikelen voor „De Standaard" en „De Heraut." Denk niet. dat mijn Vader die bedenkt voor, of terwijlhij sührijlft. Dat 'bedenken is reeds gebeurd, den vorigen dag. Tot dat bedenken die nen zijn' wandelingen. Weer of geen weer, twee uren per .dag wandelt mijn Vader. Hij wandelt niet om eens (e wandelen; of roncl te kijken, maar hij wandelt voor zijn werk. Ten eerste moet hij twee uren wandelen, om frisch te blijven voor zïjin werk, maar ten tweede dienen die wam delingen om te bedenken, wat hij' schrij ven zat. Vandaar, dat mijn Vader liefst alleen gaat, en niet dan bij hooge uit zondering iemand meeneemt. „Dan heb ik geen rust," is de stereotiepe beden king tegen aangeboden vergezelling. Die wandelingen gaan altijd langs'pre cies dezelfde wegen, en altijd pp do klok, of liever gezegd op 't horloge. Mijn Va der wandelt ieder dag .twee uur „vol." Heeft hij 's middags b.v. gewandeld een uur en twintig minuten, dan wandelt hij 's avonds nog veertig minuten. En zoo geroutineerd is' mijn Vader in die dage- lijksche vaste wandelingen, dat hij: bij iëderen hoek van de straat, of bij' zekere hoornen of wegkruisingén in 't Itaagsche bos'ch precies weet te zeggen, hoe lang hij nu geloopen heeft. Van negen uur tot twaalf' uur 's mor gens dus, schrijft mijn Vader zijn hoofd artikelen. Altijd voor „De Standaard" dar gen, en voor „De Heraut" weken, stoms maanden vooruit. Ik heb het mijn Vadeir honderden malen hooren zeggen, dat een journalist altijd „vooruit" moet werken. De courant moet hem niet dwingen of jachten, rustig moet de journalist uit zijn voorraad, die nooit uitgeput mag, zijn, kunnen geven. De; journalist moet decour rant vóór zijn. Na twaalf' uur begint mijn Vader aster risken te schrijven. Twee a drie uur na elkander. Soms ook „komen" er vier of meer. Die „over-productie" wordt verza meld. en in „De Standaard" van Zater dag gepubliceerd. Vandaar het groote aantal asterisken van het Zaterdagsche „Standaard"-nummer. Gedurende deze morgenuren van -pegen tot één uur mag mij'n Vader niet ge stoord worden. Omdat mij'n Vader op 'zijn wandelingen zijn artikelen en asterisken vooruit be denkt en overdenkt, schrijft hij ze aus einem Gusz. Het schrijven van asterisken, driester ren, is1, geloof ik, mijns Vaders lievelings,- De Zeeuw werk. Het kost hem geen inspanning. Hij geniet ,er van, strooit z|e uit zijn pen. 1 Altijd weer borrelen ze in hem op. En het is teem ontspanning, een lust, ze even op 't papier te werpen. Ik zou wel wenschen, dat er een keur bundel van die driestarren werd uitge geven. Ik heb er al een goeden naam voor bedacht: „De Melkweg"... 'jOm één uur is; de arbeid, de eigenlijke arbeid afgeloopen. 'Nooit gebruikt mijln Vader de middaguren, noch de avonduien noch de nachturen voor arbeid. Na hel middagmaal rust mijn Vader eerst. En na die rust wordt allerlei licht werk gedaan. Er komen menschen, om hem te spreken, of mijn Vader gaat men schen opzoeken, die hij spieken moet. De middaguren dienen ook voor corrasr ponden tie. Om half vijf precies begint de middag wandeling. Wij hebben mijn Vader wel eens aan geraden, in dezen koelen tijd van 'tjaar Kever te gaan wandelen, als» de 'zon schijnt. Maar neen, geen verandering van weer of jaargetijde vermag iets op do vaste ïythme van zijn gang door het leven, die vaste rytnme, waaraan zijn geweldige geest zoo groote'ijks behoefte heeft, en zich zoo- gewillig gevangen geeft. Die behoefte aan vaste rythme, die tot de diepste grondtrekken van zijn wezen behoort, is; in der jaren loop in al 'zijn levensuitingen tot ijzeren regelmaat ge<- worden. Tot die ijzeren regelmaat van zijtn leven, behoort ook dé stipte punc tualiteit. Bij alle overgangen van arbeid en rust wordt het horloge geraadpleegd'. Zóó (sterk i.s deze gewoonte, dat het meer dan eens gebeurt,, dat, als wij mijn Vilder Si avonds een tweede kopje thee aanbieden, hij op zijn horloge kijkt, en b.v. zegt: „Nog vier minuten." En dan moet de thee-schenkster ook precies vier minuten wachten, voor zij het tweede kopje mag inschenken. i Na het avondeten worden de druk proeven gecorrigeerd. En als; jnijin Vadiei' thee komt drinken, is zijn dagtaak afge daan. Na het tbeeuurtje: gaat hij zijn nog ongebruikten wandeltijd afwandelen. En precies' om hal'f elf komt hij weer thuis. Geen minuut later, en g;een minuut vroe ger. Als1 de klok half elf slaat, helt mijn Vader aan de voordeur." Overheid en vrijheid. Op de eerste bladzijden der Schrift wordt ons. geleerd, dat de Overheid niet is voortgekomen uit de Schepping. Voor den val was daar niets dan een orga nisch maatschappelijke samenleving. Eerst was er de persoonlijke, huiselijke en maatschappelijke vrijheid, welke z o n- d e den val zou bestendigd zijn ge worden. Doch de zonde heeft dezen toestand verstoord. Hierop heeft God de Heere in Zijne lankmoedigheid de overheid inge steld als waakster tegen bandeloosheid, en als wreekster dér gerechtigheid. De Overheid was er derhalve niet eerst maar tweedes. En in deze volgorde wor telt ons recht Op vrijheid. Hef gezag van Reomsch standpunt, gelijk het onze. Dr. D. Sloet, in een polemiek meteen dissentieerenden geestverwant, verdédigt in Het Centrum de Roomsche opvat ting van het gezag, welke overeenstemt met onze Antirevolutionaire, en ook in de Schrift gegrond is:. Mede met verwijzing naar Romeinen 13:1. 2 (Alle ziel zijl, enz.) citeert hij ook de- treffende zinnen, die Paus Leo XIII daaraan wijldt in Zijne Encycliek Quod Apostolici muneris (van 28 Dec. 1878): „Indien het soms mocht gebeuren, dat de vorsten in de uitoefening humrer macht de maa.t vermetel te buiten gaan. dan gedoogt de leer der Katholieke Kerk niet zich eigenmachtig tegen hen te verzetten; opdat de rust der orde niet meer en meer verstoord worde en de maatschappij daan- door nog g rooier stehade lijde. En wanneer het 'zoover mocht komen, dat er geene andere hoop op redding meer s'chijnt te bestaan, leert zij!, dat in de verdiensten van het christelijk gep duld en in dringende gebeden tot God het middel1 tot spoedige uitkomst ge- zocht moet worden. „Indien de besluiten van wetgevers en vorsten iets bepalen of bevelen, wal in strijd is met de goddelijk© of natuurlijke wet, dan luidt de raad, die in de waardig heid en den plicht van den christennaam en in de Apostolische uitspraak gtolegenl ié: dat men God meer moet gehoorzamen'' dan den menschen." (Hand. 5:29.) Beknopt overzicht van den toestand. De vorderingen van de uit de Karin - thische hoogten vooruitdringende troepen der cetttralen hebben een verloop, zooals door de legerleiding beoogd werd. Aldus een Duitsch stafcoinmunfqué. Met andere woorden: men kan nu wel beginnen met een officiëele en nauwkeu rige telling van gevangenen en buitge maakt oorlogsmateriaal. De phase, waarin de ontwikkeling van de zoo spannende gebeurtenissen op het Italiaansche oorlogstooneel nu verkeert, zou men met een tussohenbedrijf kunnen vergelijken, dat zich op het gebied vóór de Tagliamento afspeelt. Straks, als de céntralen tot de Taglia mento zelf genaderd zullen zijn op enkele punten is dat al het geval zal een nieuw bedrijf, worden ingezet, dat voor het verdere verloop van den strijd van niet geringe boteekenis zal zijn. Deze rivier, die een belangrijke afschei ding vormt, en in liet plan van Cadorna waarschijnlijk als eerste terreinhindernis door de Italianen zou worden verdedigd, is door de zware regens zeer snol ge wassen; en de weinige overgangen, die er over liggen, zijn opgestopt met de trei nen van de terugtreklrende legers. Het is dus denkbaar, dat de in wanorde terug trekkende troepen daarvoor tot een slag zullen kunnen worden gedwongen, zoo Cadorna geen krachtige maatregelen neemt, om de rivierovergangen voor de troepen beschikbaar te stellen, desnoods door de opoffering van een gedeelte van den trein. Want een gevecht vóór den Tagliamento zou thans met de volkomen vernietiging der Italiaansche legers gelijk staan. Do legers van generaal Krobatin zijn nu ook reeds op Venetiaanschen bodem aangekomen en rukken op naar het noor delijk deel, den bovenloop van den Tag liamento. En het zou niet te verwonderen zijn - we zinspeelden èr gisteren reeds op als straks ook de legers van gene raal Conrad von Höttendorf faan het Ti- roolsche front vooruitrukten en daardoor de positie der Italianen nog hachelijker maakten. Nauwelijks zijn de Duitsch-Oostenrijk- sche troepen op Italiaanschen bodem of de Alduitschers zijn er bij om „annexatie politiek" te voeren. De „Deutsche Tages Ztg." zegt: „Het is de vraag, of niet in Venetië en Lombardije gebieden liggen, waarvan Oostenrijk eigenlijk de rechtmatige eige naar is, gebieden, die thans aan den recht - matigen eigenaar kunnen worden terugge geven." De „Vorwarts" geeft aan de „Tages Ztg." den vriendschappelijken raad niet al te bescheiden te zijn. Wie slechts' genoeg geschiedenis kent, kan aanhalen, dat voor 700 jaar de Staüfen over'Napels en Zuid- Italië hebben geregeerd, en dat keizer Friedrich II in de dertiende eeuw zelfs koning van Sicilië is geweest. Wellicht kan Duitschland dat ook nog terugvragen, en dan kan ieder jaar, op voorbeeld van de keizers van het oude Roomsche Rijk, de Alduitsche groep een tocht naar Rome maken, Reventlow voorop Dit blad spot er dus een beetje mede. Intusschen sterken dergelijke uitspraken ons in de meening, dat door strategische successen aan welke zijde ook den weg naar de vredesonderhandelingen immer langer wordt gemaakt. De Engelschen hebben den Italianen een indirecten steun willen brengen door een nieuw offensief op het front in Vlaan deren. Ilaig meldt, dat het weer een aanval gold' met „beperkte doeleinden". Belang rijke successen hebben de Engelschen dan ook niet behaald. Hun aanval ook nu weer ten N.-O. van Yperen ondernomen, leidde er o.m. toe, dat de Engelsche troepen nog iets dichter op Passchendaele aanscho ven en nu tot in de buitenwijken van dat dorpje voortdrongen. Van' Duitsche zijde wordt erkend, dat zij er in slaagden Pas schendaele binnen te rukken, maar dat zij spoedig daaruit wper teruggeworpen wer den De crisis in Duitschland was gisteren nog niet definitief geregeld. In zekeren zin is dit een goed teeken. De oplossing wordt nu klaarblijkelijk in overleg met en na raadpleging van de rijksdag-partijen voorbereid. Het gevaar is volstrekt niet denkbeeldig, dat de oorlog, dien de Entente klaarblij kelijk tot het uiterste voeren wil, aan de hegemonie van het blanke ras voorgoed een einde maakt. Japan, een jong levens krachtig land, dat reeds, tot hooge ont wikkeling gekomen is, zal volkomen in taat zijn zich aan de spits der Azia tische volkeren te stellen, en het is meer dan twijfelachtig, of de blanke rassen, door een langjarigen oorlog uitgeput, tegen de gele opgewassen zullen blijken. Dat Japan thans de „bondgenoot" der Entente' is zegt natuurlijk niets. De sluwe Japanner neemt slechts deel aan den oorlog om i bij de vredesonderhandelingen recht van meespreken te hebben. Tegelijkertijd pro fiteerde hij van de gelegenheid, om zich de Duitsche koloniën in het verre Oosten toe te eigenen. Met genoegen keert hij zich tegen Engeland en Amerika zoodra hij de kans schoon ziet. Bij de Zuid-Ameri- kaansche staten beginnen de Aziatische volkeren reeds de overhand te krijgen. De „Dépêche de Toulouse" schrijft daar omtrent „De oorlog heeft de landverhuizing uit Europa naar de Zuid-Amerikaansche re publieken volkomen stop gezet, ja, het krachtigste en gezondste deel der geïmmi greerde bevolking is weer naar Europa teruggekeerd. Ook na den vrede zal van vestiging van Europeanen in Zuid-Amerika wel niet veel sprake zijn. Zij hebben ge noeg in en met hun eigen werelddeel te doen. In. de plaats der Europeesche ar beidskrachten treden thans evenwel de Aziatische. Nu reeds worden Argentinië, Chili, Brazilië en Columbia door Japan- sche en Chineesche emigranten over stroomd, en men kan ze niet afwijzen, daar ze voor industrie, landbouw en han del noodzakelijk zijn. Het gevaarlijkst ech ter is dit: alle takken van bedrijf gaan langzamerhand in handen van Aziaten over, voornamelijk in de kleine landen als Ecuador en Columbia, die weinig weer stand kunnen bieden." Men ziet, het gevaar van verdringing van het blanke ras is dreigend en groeit met den dag. Ze groeioe nooit W8sr aan. (Een ware geschiedenis). Aangrijpend is onderstaande uit Time theus, het bekende Chr. Tijdschrift, dat bij La Rivière en Voorhoeve te Zwolle verschijnt. „Ze groeien'toch wel weer a an?", vraagt 'tkind, terwijl zij; haar oogjes strak ge vestigd houdt op 't gelaat Van. den dok ter, die haar fcomt verbinden. 'Op deze zoo- kinderlijk naïeve vraag, zoo roerend in haar eenvoud, trillen on willekeurig de lippen van dokter X. onder zijn zwareh knevel. Maar het meisje blijft hem aankijken, wachtend op zijn ant woord. „Natuurlijk groeien-ze weer aan, als je je maar zoet laat helpen". De glans in de blauwe oogjes en de gelukkige glimlach om. het van pijn ver wrongen mondje zijn de dank voor zijn vromen leugen. Hij' weet 'tte goed, die dokter, dat die mollige kleine handjes, afgekapt door den, sabel Van een onmenschielijk-en wreedaard, zijn handen nimmer meer zullen drukken, dat ze nooit meer de pop vast zullen! houden, noch ooit 'meer een suikertje naar 't mondje zullen brengen. Als in een bioscoop rolt zich nogmaals het igansc.he drama voor zijn oogen af: Een huisje in lichte laaie, dei vader dood geschoten;, de moedier op het bed vast gebonden, de rauwe kreten van de oudé grootmoeder stikkende in rook en vlam men, en de bewusteloos liggende kleine gestalte van Jemima. Zelfs haar vijfja rige leeftijd had haar niet aan do blo,ed- dorétiigheid der dronken soldaten kunneni onttrekken. Dian komt de wanhopige vlucht. Hij 'de dokter met dé kleine bewusteloo-z© gestalte in 'zijn ar men, die hij, het mag kosten wat 't wil, naar igindsche ambulance brengen Wil, wiaar zij verbonden, verzorgd zal worden, 'tls nacht, 'het kanon dreunt, de kogels fluiten hem om de noren; hij1 loopt en loopt, tot het kind in veiligheid Bij de herinnering aan dezen afgeloiopen, nacht,, trilt hij' van machteloo'ze woede. Hij' buigt zich over het 'kind heen, Jem- lna schijnt te slapenen -heengaand©, fluis tert hij 'tot de zuster„Zeg 'thaar vooral niet, laat haar gelooven, dat de handjes weer aan zullen groeien; zij zou de waar heid n u nog niet kunnen dragen, 't zou (haar dood zijn.VI Jemma slaapt niet; Jemma heeft alles gehoord, alles begrepen. En de oogjes waar wanhoop de plaats van blij: geloo- ven en hopen inneemt, vullen zich met tranen. Een kreet klinkt door 'tziaaltje. „Moeder! (Moeder! O, moederf" O, die hartverscheurende kreet! G, die' brandende tranen, die nimmermeer door een moederhand afgewischt zullen wor den! Het kind tracht zich op de verbon den armpjes omhoog' te richten, de oog jes vol stomme wanhoop. En, alsof zij eensklaps al 't vreeselijke van haar toe stand beseft, valt ze als verpletterd wleer op 't kussentje neer. En niets, niets kon haar toen pieer uit VERSCHIJNT ELKEN WERKDAG, Abonnementsprijs: Per 3 maanden fr. p. post f 1.50 Losse nummers- 0.05 Prijs der Advertentiën. 14 regels f 0.80, iedere regel meer 20 cL 3-maal wordt 2-maal berekend. Bij abonnement vootdeelige voorwaarden. Bewijsnummers 5 cent. dien staat van verdooving opwekken. 'Vriendelijke woorden, fraai© beloften, zorgende liefde, alles te vergeefs. Jemma hoort 'tniet, alles is en' blijfli haai' nu onverschillig, én zachtjes, lang zaam vaagt het leventje weg. Hardnekkig staren de reeds half ver glaasde oogjes op het dikke1, dichte ver band, dat Ide beide armlstompjes bedekt,, als wilde zij er doorheen zien. Het mond je vertrekt zich; de vreeselijke .waarheid! laat haar geen oogenblik los. En toen, als een 'flauwe echo, uit zich al de smart van dit kleine kinderzieltje) in een laatst nauw hoorbaar gefluister: „Ze groeien nooit meer aan!" 'Zoo stierf Jeitema Iielmackers, gebo ren te Aerschot (België) den 20sten De cember 1909. De strijd in het Zuiden. BERLIJN, 31 Oct. Het avondcommuni- qué meldt: Succesvolle gevechten in de laagvlakte van de Tagliamento. Het aantal gevan genen is tot ruim 120.000, het aantal kanonnen tot meer dan 1000 gestegen. WEENEN, 31 Oct. Het stafcommuuiqué meldt De verbonden legers van veldmaar schalk aartshertog Eugen rukken in het gebergte van de boven-Tagliamento en in de Venetiaansche vlakte volgens het vast gestelde plan op. De Engelsche batterijen. Alle, Engelsche batterijton op het Ita liaansche front zijn gered, maar de man schappen hebben door koude, regen en gebrek aan voedsel gedurende den terug tocht veel' geleden, aldus een Reuterbe- ric-ht hit Londen. i De veroverde kanonnen. Do oorlogscorrespondent van de „Neua Freie Presse" meldt: Onder de buitge maakte kanonnen bevinden zich ook dei allersterkste Sdobba-ba-tterijen, die denga- heelen Zuidelijken sector van de .Kajrst beheerschlen. Toen de Italianen deHer- mada wilden forceeren, hadden 'zij hier meer dan 50 batterijen geconcentreerd, van welke .later een g|root deel naareeh meer Noordelijken sector is overgebracht. De Sdobbabatterijen zij-n over het alge meen. van zwaar kaliber en de kanon nen zijn gedeeltelijk op eigen wagensl ge monteerd en bewegen zich over rail's'. Het verdragend Engelsch scheepsgeschut was opgesteld op apart geconstrueerde pontons', (die ten deele in den grond konden zinken, zoodat aan de kanonnen iedere mogelijke elevatie kon worden ge geven, "hetgeen anders bij scheepsgeschut niet mogelijk is. De Italianen hebben al- l'es inhet werk gesteld, om de batte- lijlen tijdig te bergen, maar tengevolge van de enorme snelheid van onzen op1- marsqh (gelukte dit niet. Het grootste deel' fier batterijen is! 'dan ook in onze handen gevallen. De Regeeringscrisis in Duitschland. 1 (Volgens ide „Tel. Union" is de toe stand w,eer veranderd en zijn de kan sen van von Uertling weer gestegen, om dat bet minister-presiden'tsc'hap in Prui sen met het kaniseliersehap veirhoinden zal zijn. Dientengevolge zal Michaelis ook als Pruisisch minister-president aftreden. De voornaamste moeilijkheid is, dat een brug moet W'Orden geslagen tusschen de op vattingen van von Hertiing en die dei; meerderheid i.z. de kwestie der parle- inentariseering. Von Herlin'g zal heden zijn besprekingen! met de afgevaardigden voortzetten. Aan gaande de essentieel© punten heeft hij ver klaard, overeen te stemmen mlet het pro gram der meerderheid'. Korte oorlogsberichten. De „Deutseher Nachrichlen dienst'' te 'shGravenhage deelt ons uit gezagheb bende bron mede: „In het buitenlands'ch overzicht van De Amsterdammer (Week blad voor Nederland) van 13 October j.l. kwam de tendentieus'© bewering voor, dat aan de burgerij! van Gent was han- gezegd, dat zij zich gereed moest hon den op een bepaald alarmsein de staid binnen zes uur te ontruimen. Uit een! onderzoek- „te bevoegder plaatste is ge bleken, dat een dergelijk bevel nooit gei- g'eiven werd, en het bericht dan ook volkomen uit de lucht gegrepen ds'. De ze onware bewering! had vermoedelijk sl'echts- ten doel aan het Engelsche praatje, dat de Duitschers geheel België aan het ontruimen zijn, kracht bij te zetten." In Duitschland zijn thans op hoog bevel de oliemolens' stop gezet, behalve enkele, die voor de regeering de oliehou dende zaden en vruchtenpitten moeten! verwerken. T)e aldus: nog werkende fa brieken moeten een gedeelte hunner ver dienste afstaan ten behoeve eener uit- keering aan de stopgezette olieslagerijlen. De zevende oorlogsleening ds een! groot succes geweest. De scholen hebt-

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1917 | | pagina 1