i>o. 28
Donderdag 1 November IÜI7
3ïe «iaargang
Da Qroote Oorlog.
Uitgave van
de Naam], Venn. LUCTOR ET EMERGO,
gevestigd te Goes
P' i
Hoofdbureau te Goes:
LANGE VORSTSTRAAT 219.
(Bureau te Middelburg:
FIRMA F. P. DHUIJ L. BURG.
Brukkers:
Oosterbaan Lc Cointre, Goes.
De werkmethode van Br. Keyper.
In een apart Kuyper-nummcr gat de
Stichtscho Courant een reeks bijdragen,
w.o. een artikel van Mejuffrouw H. S.
S. Kuvper, de oudste dochter van den
jubilaris, die over de werkmethode van
haren vader het volgende meldt:
Werkmethode. Want zonder methode,
zonder vasten regel, zonder wetten van
Perzen en Meden, waar iedereen e,n alles
voor bukken moet, is hel niet mogelijk,
zóó te arbeiden, en vooral dat zóó lang
vol te houden.
En foch is' het niet methode alléén.
Men moet over Titanen-kracht beschik
ken, om de theorie in praktijk te
■zetten.
Maar noch de werk methode noch de
reuzenkracht verklaren het geheim vol
doende.
Er komt nog iets bij. En dat is de
groote hefboom, die mijn Vader doet ar
beiden: zijn liefde voor ziin arbeid.
Die liefde, die passie, zou ik .bijna
zeggen, ik de groote drijfveer, die mijn
Vader heeft doen arbeiden, en iiogdoet
arbeiden. En zijn werk-methode! iö het
resultaat van nauwkeurig 'overleg, hoe hij
zichzelf het best en meest kan doen ar
beiden. En is eenmaal' een regel of wet
die doel1 treft, gevonden, dan is' ~niets
in staat, hem daar van af te brengen.
Ik herinner mij; een verjaardag van mijjn
Vader. Wij zalen allen, kinderen en klein
kinderen, rond den feestdiisoh. Aan liet
dessert, wordt de post binnengebracht. Er
zijn ook' drukproeven van „De Standaard"
bij. De gecorrigeerde proeven moeten met
de volgende post naar Amsterdam. Mijn
Vader kijkt op zijn horloge, verlaat kin
deren en feestdisch en gaal op zijn stu
deerkamer proeven zitten corrigeesren.
Dit voorval is typisch. Zulke dingen zijn
honderden malen gebeurd. Wij, kinderen,
weten dat. En we hebben, allen, hoofd
voor hoofd ons offer aan gezelligheid
en huiselijk verkeer moeten en van
harte gaarne willen brengen op het
altaar van de g,roote ziaak, waaraan mijin
Vader zijn leven getwijd heeft.
Nu wil'1 dk u een werkdag van rriijln
Vader beschrijven.
Terwille van de stemming, die mijjn
Vader zoo .noodig heeft, om rustig aan
zijn arbeid te kunnen beginnen, ontbijt
hij alleen op zijn studeerkamer.
Precies negen uur begint hij! aan zijd
werk. Hoofdartikelen voor „De Standaard"
en „De Heraut." Denk niet. dat mijn
Vader die bedenkt voor, of terwijlhij
sührijlft. Dat 'bedenken is reeds gebeurd,
den vorigen dag. Tot dat bedenken die
nen zijn' wandelingen. Weer of geen weer,
twee uren per .dag wandelt mijn Vader.
Hij wandelt niet om eens (e wandelen;
of roncl te kijken, maar hij wandelt voor
zijn werk. Ten eerste moet hij twee uren
wandelen, om frisch te blijven voor zïjin
werk, maar ten tweede dienen die wam
delingen om te bedenken, wat hij' schrij
ven zat. Vandaar, dat mijn Vader liefst
alleen gaat, en niet dan bij hooge uit
zondering iemand meeneemt. „Dan heb
ik geen rust," is de stereotiepe beden
king tegen aangeboden vergezelling.
Die wandelingen gaan altijd langs'pre
cies dezelfde wegen, en altijd pp do klok,
of liever gezegd op 't horloge. Mijn Va
der wandelt ieder dag .twee uur „vol."
Heeft hij 's middags b.v. gewandeld een
uur en twintig minuten, dan wandelt hij
's avonds nog veertig minuten. En zoo
geroutineerd is' mijn Vader in die dage-
lijksche vaste wandelingen, dat hij: bij
iëderen hoek van de straat, of bij' zekere
hoornen of wegkruisingén in 't Itaagsche
bos'ch precies weet te zeggen, hoe lang
hij nu geloopen heeft.
Van negen uur tot twaalf' uur 's mor
gens dus, schrijft mijn Vader zijn hoofd
artikelen. Altijd voor „De Standaard" dar
gen, en voor „De Heraut" weken, stoms
maanden vooruit. Ik heb het mijn Vadeir
honderden malen hooren zeggen, dat een
journalist altijd „vooruit" moet werken.
De courant moet hem niet dwingen of
jachten, rustig moet de journalist uit
zijn voorraad, die nooit uitgeput mag, zijn,
kunnen geven. De; journalist moet decour
rant vóór zijn.
Na twaalf' uur begint mijn Vader aster
risken te schrijven. Twee a drie uur na
elkander. Soms ook „komen" er vier of
meer. Die „over-productie" wordt verza
meld. en in „De Standaard" van Zater
dag gepubliceerd. Vandaar het groote
aantal asterisken van het Zaterdagsche
„Standaard"-nummer.
Gedurende deze morgenuren van -pegen
tot één uur mag mij'n Vader niet ge
stoord worden.
Omdat mij'n Vader op 'zijn wandelingen
zijn artikelen en asterisken vooruit be
denkt en overdenkt, schrijft hij ze aus
einem Gusz.
Het schrijven van asterisken, driester
ren, is1, geloof ik, mijns Vaders lievelings,-
De Zeeuw
werk. Het kost hem geen inspanning. Hij
geniet ,er van, strooit z|e uit zijn pen. 1
Altijd weer borrelen ze in hem op. En
het is teem ontspanning, een lust, ze
even op 't papier te werpen.
Ik zou wel wenschen, dat er een keur
bundel van die driestarren werd uitge
geven. Ik heb er al een goeden naam
voor bedacht: „De Melkweg"...
'jOm één uur is; de arbeid, de eigenlijke
arbeid afgeloopen. 'Nooit gebruikt mijln
Vader de middaguren, noch de avonduien
noch de nachturen voor arbeid.
Na hel middagmaal rust mijn Vader
eerst. En na die rust wordt allerlei licht
werk gedaan. Er komen menschen, om
hem te spreken, of mijn Vader gaat men
schen opzoeken, die hij spieken moet.
De middaguren dienen ook voor corrasr
ponden tie.
Om half vijf precies begint de middag
wandeling.
Wij hebben mijn Vader wel eens aan
geraden, in dezen koelen tijd van 'tjaar
Kever te gaan wandelen, als» de 'zon
schijnt. Maar neen, geen verandering van
weer of jaargetijde vermag iets op do
vaste ïythme van zijn gang door het
leven, die vaste rytnme, waaraan zijn
geweldige geest zoo groote'ijks behoefte
heeft, en zich zoo- gewillig gevangen
geeft.
Die behoefte aan vaste rythme, die tot
de diepste grondtrekken van zijn wezen
behoort, is; in der jaren loop in al 'zijn
levensuitingen tot ijzeren regelmaat ge<-
worden. Tot die ijzeren regelmaat van
zijtn leven, behoort ook dé stipte punc
tualiteit. Bij alle overgangen van arbeid
en rust wordt het horloge geraadpleegd'.
Zóó (sterk i.s deze gewoonte, dat het
meer dan eens gebeurt,, dat, als wij mijn
Vilder Si avonds een tweede kopje thee
aanbieden, hij op zijn horloge kijkt, en
b.v. zegt: „Nog vier minuten." En dan
moet de thee-schenkster ook precies vier
minuten wachten, voor zij het tweede
kopje mag inschenken. i
Na het avondeten worden de druk
proeven gecorrigeerd. En als; jnijin Vadiei'
thee komt drinken, is zijn dagtaak afge
daan. Na het tbeeuurtje: gaat hij zijn nog
ongebruikten wandeltijd afwandelen. En
precies' om hal'f elf komt hij weer thuis.
Geen minuut later, en g;een minuut vroe
ger. Als1 de klok half elf slaat, helt mijn
Vader aan de voordeur."
Overheid en vrijheid.
Op de eerste bladzijden der Schrift
wordt ons. geleerd, dat de Overheid niet
is voortgekomen uit de Schepping. Voor
den val was daar niets dan een orga
nisch maatschappelijke samenleving.
Eerst was er de persoonlijke, huiselijke
en maatschappelijke vrijheid, welke z o n-
d e den val zou bestendigd zijn ge
worden.
Doch de zonde heeft dezen toestand
verstoord. Hierop heeft God de Heere in
Zijne lankmoedigheid de overheid inge
steld als waakster tegen bandeloosheid, en
als wreekster dér gerechtigheid.
De Overheid was er derhalve niet eerst
maar tweedes. En in deze volgorde wor
telt ons recht Op vrijheid.
Hef gezag van Reomsch standpunt, gelijk
het onze.
Dr. D. Sloet, in een polemiek meteen
dissentieerenden geestverwant, verdédigt
in Het Centrum de Roomsche opvat
ting van het gezag, welke overeenstemt
met onze Antirevolutionaire, en ook in
de Schrift gegrond is:.
Mede met verwijzing naar Romeinen
13:1. 2 (Alle ziel zijl, enz.) citeert hij
ook de- treffende zinnen, die Paus Leo
XIII daaraan wijldt in Zijne Encycliek
Quod Apostolici muneris (van 28 Dec.
1878):
„Indien het soms mocht gebeuren, dat
de vorsten in de uitoefening humrer macht
de maa.t vermetel te buiten gaan. dan
gedoogt de leer der Katholieke Kerk niet
zich eigenmachtig tegen hen te verzetten;
opdat de rust der orde niet meer en meer
verstoord worde en de maatschappij daan-
door nog g rooier stehade lijde.
En wanneer het 'zoover mocht komen,
dat er geene andere hoop op redding
meer s'chijnt te bestaan, leert zij!, dat
in de verdiensten van het christelijk gep
duld en in dringende gebeden tot God
het middel1 tot spoedige uitkomst ge-
zocht moet worden.
„Indien de besluiten van wetgevers en
vorsten iets bepalen of bevelen, wal in
strijd is met de goddelijk© of natuurlijke
wet, dan luidt de raad, die in de waardig
heid en den plicht van den christennaam
en in de Apostolische uitspraak gtolegenl
ié: dat men God meer moet gehoorzamen''
dan den menschen." (Hand. 5:29.)
Beknopt overzicht van den toestand.
De vorderingen van de uit de Karin -
thische hoogten vooruitdringende troepen
der cetttralen hebben een verloop, zooals
door de legerleiding beoogd werd. Aldus
een Duitsch stafcoinmunfqué.
Met andere woorden: men kan nu wel
beginnen met een officiëele en nauwkeu
rige telling van gevangenen en buitge
maakt oorlogsmateriaal.
De phase, waarin de ontwikkeling van
de zoo spannende gebeurtenissen op het
Italiaansche oorlogstooneel nu verkeert,
zou men met een tussohenbedrijf kunnen
vergelijken, dat zich op het gebied vóór de
Tagliamento afspeelt.
Straks, als de céntralen tot de Taglia
mento zelf genaderd zullen zijn op
enkele punten is dat al het geval zal
een nieuw bedrijf, worden ingezet, dat
voor het verdere verloop van den strijd
van niet geringe boteekenis zal zijn.
Deze rivier, die een belangrijke afschei
ding vormt, en in liet plan van Cadorna
waarschijnlijk als eerste terreinhindernis
door de Italianen zou worden verdedigd,
is door de zware regens zeer snol ge
wassen; en de weinige overgangen, die er
over liggen, zijn opgestopt met de trei
nen van de terugtreklrende legers. Het is
dus denkbaar, dat de in wanorde terug
trekkende troepen daarvoor tot een slag
zullen kunnen worden gedwongen, zoo
Cadorna geen krachtige maatregelen
neemt, om de rivierovergangen voor de
troepen beschikbaar te stellen, desnoods
door de opoffering van een gedeelte van
den trein.
Want een gevecht vóór den Tagliamento
zou thans met de volkomen vernietiging
der Italiaansche legers gelijk staan.
Do legers van generaal Krobatin zijn
nu ook reeds op Venetiaanschen bodem
aangekomen en rukken op naar het noor
delijk deel, den bovenloop van den Tag
liamento. En het zou niet te verwonderen
zijn - we zinspeelden èr gisteren reeds
op als straks ook de legers van gene
raal Conrad von Höttendorf faan het Ti-
roolsche front vooruitrukten en daardoor
de positie der Italianen nog hachelijker
maakten.
Nauwelijks zijn de Duitsch-Oostenrijk-
sche troepen op Italiaanschen bodem of
de Alduitschers zijn er bij om „annexatie
politiek" te voeren.
De „Deutsche Tages Ztg." zegt:
„Het is de vraag, of niet in Venetië
en Lombardije gebieden liggen, waarvan
Oostenrijk eigenlijk de rechtmatige eige
naar is, gebieden, die thans aan den recht -
matigen eigenaar kunnen worden terugge
geven."
De „Vorwarts" geeft aan de „Tages
Ztg." den vriendschappelijken raad niet al
te bescheiden te zijn. Wie slechts' genoeg
geschiedenis kent, kan aanhalen, dat voor
700 jaar de Staüfen over'Napels en Zuid-
Italië hebben geregeerd, en dat keizer
Friedrich II in de dertiende eeuw zelfs
koning van Sicilië is geweest. Wellicht
kan Duitschland dat ook nog terugvragen,
en dan kan ieder jaar, op voorbeeld van
de keizers van het oude Roomsche Rijk,
de Alduitsche groep een tocht naar Rome
maken, Reventlow voorop
Dit blad spot er dus een beetje mede.
Intusschen sterken dergelijke uitspraken
ons in de meening, dat door strategische
successen aan welke zijde ook
den weg naar de vredesonderhandelingen
immer langer wordt gemaakt.
De Engelschen hebben den Italianen een
indirecten steun willen brengen door een
nieuw offensief op het front in Vlaan
deren.
Ilaig meldt, dat het weer een aanval
gold' met „beperkte doeleinden". Belang
rijke successen hebben de Engelschen dan
ook niet behaald. Hun aanval ook nu weer
ten N.-O. van Yperen ondernomen, leidde
er o.m. toe, dat de Engelsche troepen nog
iets dichter op Passchendaele aanscho
ven en nu tot in de buitenwijken van dat
dorpje voortdrongen. Van' Duitsche zijde
wordt erkend, dat zij er in slaagden Pas
schendaele binnen te rukken, maar dat zij
spoedig daaruit wper teruggeworpen wer
den
De crisis in Duitschland was gisteren
nog niet definitief geregeld. In zekeren
zin is dit een goed teeken. De oplossing
wordt nu klaarblijkelijk in overleg met
en na raadpleging van de rijksdag-partijen
voorbereid.
Het gevaar is volstrekt niet denkbeeldig,
dat de oorlog, dien de Entente klaarblij
kelijk tot het uiterste voeren wil, aan de
hegemonie van het blanke ras voorgoed
een einde maakt. Japan, een jong levens
krachtig land, dat reeds, tot hooge ont
wikkeling gekomen is, zal volkomen in
taat zijn zich aan de spits der Azia
tische volkeren te stellen, en het is meer
dan twijfelachtig, of de blanke rassen, door
een langjarigen oorlog uitgeput, tegen de
gele opgewassen zullen blijken. Dat Japan
thans de „bondgenoot" der Entente' is
zegt natuurlijk niets. De sluwe Japanner
neemt slechts deel aan den oorlog om
i bij de vredesonderhandelingen recht van
meespreken te hebben. Tegelijkertijd pro
fiteerde hij van de gelegenheid, om zich
de Duitsche koloniën in het verre Oosten
toe te eigenen. Met genoegen keert hij zich
tegen Engeland en Amerika zoodra hij
de kans schoon ziet. Bij de Zuid-Ameri-
kaansche staten beginnen de Aziatische
volkeren reeds de overhand te krijgen.
De „Dépêche de Toulouse" schrijft daar
omtrent
„De oorlog heeft de landverhuizing uit
Europa naar de Zuid-Amerikaansche re
publieken volkomen stop gezet, ja, het
krachtigste en gezondste deel der geïmmi
greerde bevolking is weer naar Europa
teruggekeerd. Ook na den vrede zal van
vestiging van Europeanen in Zuid-Amerika
wel niet veel sprake zijn. Zij hebben ge
noeg in en met hun eigen werelddeel te
doen. In. de plaats der Europeesche ar
beidskrachten treden thans evenwel de
Aziatische. Nu reeds worden Argentinië,
Chili, Brazilië en Columbia door Japan-
sche en Chineesche emigranten over
stroomd, en men kan ze niet afwijzen,
daar ze voor industrie, landbouw en han
del noodzakelijk zijn. Het gevaarlijkst ech
ter is dit: alle takken van bedrijf gaan
langzamerhand in handen van Aziaten
over, voornamelijk in de kleine landen
als Ecuador en Columbia, die weinig weer
stand kunnen bieden."
Men ziet, het gevaar van verdringing
van het blanke ras is dreigend en groeit
met den dag.
Ze groeioe nooit W8sr aan.
(Een ware geschiedenis).
Aangrijpend is onderstaande uit Time
theus, het bekende Chr. Tijdschrift, dat
bij La Rivière en Voorhoeve te Zwolle
verschijnt.
„Ze groeien'toch wel weer a an?", vraagt
'tkind, terwijl zij; haar oogjes strak ge
vestigd houdt op 't gelaat Van. den dok
ter, die haar fcomt verbinden.
'Op deze zoo- kinderlijk naïeve vraag,
zoo roerend in haar eenvoud, trillen on
willekeurig de lippen van dokter X. onder
zijn zwareh knevel. Maar het meisje blijft
hem aankijken, wachtend op zijn ant
woord.
„Natuurlijk groeien-ze weer aan, als
je je maar zoet laat helpen".
De glans in de blauwe oogjes en de
gelukkige glimlach om. het van pijn ver
wrongen mondje zijn de dank voor zijn
vromen leugen.
Hij' weet 'tte goed, die dokter, dat die
mollige kleine handjes, afgekapt door den,
sabel Van een onmenschielijk-en wreedaard,
zijn handen nimmer meer zullen drukken,
dat ze nooit meer de pop vast zullen!
houden, noch ooit 'meer een suikertje
naar 't mondje zullen brengen.
Als in een bioscoop rolt zich nogmaals
het igansc.he drama voor zijn oogen af:
Een huisje in lichte laaie, dei vader dood
geschoten;, de moedier op het bed vast
gebonden, de rauwe kreten van de oudé
grootmoeder stikkende in rook en vlam
men, en de bewusteloos liggende kleine
gestalte van Jemima. Zelfs haar vijfja
rige leeftijd had haar niet aan do blo,ed-
dorétiigheid der dronken soldaten kunneni
onttrekken. Dian komt de wanhopige
vlucht. Hij 'de dokter met dé
kleine bewusteloo-z© gestalte in 'zijn ar
men, die hij, het mag kosten wat 't wil,
naar igindsche ambulance brengen Wil,
wiaar zij verbonden, verzorgd zal worden,
'tls nacht, 'het kanon dreunt, de kogels
fluiten hem om de noren; hij1 loopt en
loopt, tot het kind in veiligheid Bij
de herinnering aan dezen afgeloiopen,
nacht,, trilt hij' van machteloo'ze woede.
Hij' buigt zich over het 'kind heen, Jem-
lna schijnt te slapenen -heengaand©, fluis
tert hij 'tot de zuster„Zeg 'thaar vooral
niet, laat haar gelooven, dat de handjes
weer aan zullen groeien; zij zou de waar
heid n u nog niet kunnen dragen, 't zou
(haar dood zijn.VI
Jemma slaapt niet; Jemma heeft alles
gehoord, alles begrepen. En de oogjes
waar wanhoop de plaats van blij: geloo-
ven en hopen inneemt, vullen zich met
tranen.
Een kreet klinkt door 'tziaaltje.
„Moeder! (Moeder! O, moederf"
O, die hartverscheurende kreet! G, die'
brandende tranen, die nimmermeer door
een moederhand afgewischt zullen wor
den!
Het kind tracht zich op de verbon
den armpjes omhoog' te richten, de oog
jes vol stomme wanhoop. En, alsof zij
eensklaps al 't vreeselijke van haar toe
stand beseft, valt ze als verpletterd wleer
op 't kussentje neer.
En niets, niets kon haar toen pieer uit
VERSCHIJNT ELKEN WERKDAG,
Abonnementsprijs:
Per 3 maanden fr. p. post f 1.50
Losse nummers- 0.05
Prijs der Advertentiën.
14 regels f 0.80, iedere regel meer 20 cL
3-maal wordt 2-maal berekend.
Bij abonnement vootdeelige voorwaarden.
Bewijsnummers 5 cent.
dien staat van verdooving opwekken.
'Vriendelijke woorden, fraai© beloften,
zorgende liefde, alles te vergeefs.
Jemma hoort 'tniet, alles is en' blijfli
haai' nu onverschillig, én zachtjes, lang
zaam vaagt het leventje weg.
Hardnekkig staren de reeds half ver
glaasde oogjes op het dikke1, dichte ver
band, dat Ide beide armlstompjes bedekt,,
als wilde zij er doorheen zien. Het mond
je vertrekt zich; de vreeselijke .waarheid!
laat haar geen oogenblik los.
En toen, als een 'flauwe echo, uit zich
al de smart van dit kleine kinderzieltje)
in een laatst nauw hoorbaar gefluister:
„Ze groeien nooit meer aan!"
'Zoo stierf Jeitema Iielmackers, gebo
ren te Aerschot (België) den 20sten De
cember 1909.
De strijd in het Zuiden.
BERLIJN, 31 Oct. Het avondcommuni-
qué meldt:
Succesvolle gevechten in de laagvlakte
van de Tagliamento. Het aantal gevan
genen is tot ruim 120.000, het aantal
kanonnen tot meer dan 1000 gestegen.
WEENEN, 31 Oct. Het stafcommuuiqué
meldt
De verbonden legers van veldmaar
schalk aartshertog Eugen rukken in het
gebergte van de boven-Tagliamento en in
de Venetiaansche vlakte volgens het vast
gestelde plan op.
De Engelsche batterijen.
Alle, Engelsche batterijton op het Ita
liaansche front zijn gered, maar de man
schappen hebben door koude, regen en
gebrek aan voedsel gedurende den terug
tocht veel' geleden, aldus een Reuterbe-
ric-ht hit Londen. i
De veroverde kanonnen.
Do oorlogscorrespondent van de „Neua
Freie Presse" meldt: Onder de buitge
maakte kanonnen bevinden zich ook dei
allersterkste Sdobba-ba-tterijen, die denga-
heelen Zuidelijken sector van de .Kajrst
beheerschlen. Toen de Italianen deHer-
mada wilden forceeren, hadden 'zij hier
meer dan 50 batterijen geconcentreerd,
van welke .later een g|root deel naareeh
meer Noordelijken sector is overgebracht.
De Sdobbabatterijen zij-n over het alge
meen. van zwaar kaliber en de kanon
nen zijn gedeeltelijk op eigen wagensl ge
monteerd en bewegen zich over rail's'.
Het verdragend Engelsch scheepsgeschut
was opgesteld op apart geconstrueerde
pontons', (die ten deele in den grond
konden zinken, zoodat aan de kanonnen
iedere mogelijke elevatie kon worden ge
geven, "hetgeen anders bij scheepsgeschut
niet mogelijk is. De Italianen hebben al-
l'es inhet werk gesteld, om de batte-
lijlen tijdig te bergen, maar tengevolge
van de enorme snelheid van onzen op1-
marsqh (gelukte dit niet. Het grootste
deel' fier batterijen is! 'dan ook in onze
handen gevallen.
De Regeeringscrisis in Duitschland.
1 (Volgens ide „Tel. Union" is de toe
stand w,eer veranderd en zijn de kan
sen van von Uertling weer gestegen, om
dat bet minister-presiden'tsc'hap in Prui
sen met het kaniseliersehap veirhoinden zal
zijn. Dientengevolge zal Michaelis ook als
Pruisisch minister-president aftreden. De
voornaamste moeilijkheid is, dat een brug
moet W'Orden geslagen tusschen de op
vattingen van von Hertiing en die dei;
meerderheid i.z. de kwestie der parle-
inentariseering.
Von Herlin'g zal heden zijn besprekingen!
met de afgevaardigden voortzetten. Aan
gaande de essentieel© punten heeft hij ver
klaard, overeen te stemmen mlet het pro
gram der meerderheid'.
Korte oorlogsberichten.
De „Deutseher Nachrichlen dienst''
te 'shGravenhage deelt ons uit gezagheb
bende bron mede: „In het buitenlands'ch
overzicht van De Amsterdammer (Week
blad voor Nederland) van 13 October
j.l. kwam de tendentieus'© bewering voor,
dat aan de burgerij! van Gent was han-
gezegd, dat zij zich gereed moest hon
den op een bepaald alarmsein de staid
binnen zes uur te ontruimen. Uit een!
onderzoek- „te bevoegder plaatste is ge
bleken, dat een dergelijk bevel nooit gei-
g'eiven werd, en het bericht dan ook
volkomen uit de lucht gegrepen ds'. De
ze onware bewering! had vermoedelijk
sl'echts- ten doel aan het Engelsche praatje,
dat de Duitschers geheel België aan het
ontruimen zijn, kracht bij te zetten."
In Duitschland zijn thans op hoog
bevel de oliemolens' stop gezet, behalve
enkele, die voor de regeering de oliehou
dende zaden en vruchtenpitten moeten!
verwerken. T)e aldus: nog werkende fa
brieken moeten een gedeelte hunner ver
dienste afstaan ten behoeve eener uit-
keering aan de stopgezette olieslagerijlen.
De zevende oorlogsleening ds een!
groot succes geweest. De scholen hebt-