Mo. *188
Maandag 10 September 1917
31e Jaargang
De Qroote Oorlog.
Zeeuwse he Stemmen.
FEUILLETON.
Uitgave van
de Naaml. Venn. LUCTOR ET EMERGO.
gevestigd te Goes.
Hoofdbureau te Gees:
LANGE VORSTSTRAAT 219.
Bureau te Middelburg:
FIRMA F. P. DHUIJ L. BURG.
Drukkers
JJosterbaan Le Cointre, Goes.
f)e Zeeuw
VERSCHIJNT ELKEN WERKDAG.
Abonnementsprijs:
Per 3 maanden fr. p. post fl.öQ
nummers •Q.08
Prijs der Advertentien.
14 regels f 0.60, iedere regel meer 15 cS,
3-maal wordt 2-maal berekend.
Bij abonnement voordeelige voorwaard®*,
Bewijsnummers 5 cent.
CXVI.
Stonden in vroeger eeuwen de bewo
ners van het platteland tegen de stede
lingen op, in den angstwekkend-donkfe;-
iren tijd, in welken wij thans leven, kan
men zien boe juist de stedelingen met
minder goede gevoelens vervuld zijln je
gens de landbouwers.
De laatsten zijn reeds van de grofste
dingen beschuldigd.
De stedeling heeft hen voor O. Wi.'elrs
uitgekreten, voor gewetenlooze lieden, die
op groot wintbejag uit zijn ten koste van
de bewoners]der groote steden.
En Van welke andere dingen zijn ze
al niet beticht 1
De boer was1 de grootste misdadiger
Van 'z'ijh tijd; iemand, die een vet be
staan leidde ten koste van zijn minder
bevoorrechte imledemenschen.
Althans; wanneer men alle praatjes
had kunnen gelooven.
Doch, faina crescit eundo!
Het gerucht groeit al gaande.
Toen een paar jaar geleden een schroefje
van een „Telégraaf'-pers; was gel oo pon,
vermeldde eon Fransch dagblad twee da
gen later van een geval van sabotage,
waarbij' een der gebouwen van ,,De Te(-
ïegraaf" jreeds ernstig beschadigd was
geworden, en dat imen geloofde, dat del
verwoestingen het resultaat waren van!
een Duitsche sabotage, om dei uitgave
Van het "bl'ad te verhinderen
Zoo l'oog 'men er op los.
Welnu, zoo ging het ook miet betüefk-
king tot de positie der landbouwers.
Het doet mij genoegen hier alls! jhjujni
pleitbezorger te mogen en te kunnen op
treden. Dit beteekent geenszins, dat ik!
al' ,hun handelingen "fiatteer, noch dat ik
insta voor de eerlijkheid en rechtscha
penheid van allen, doch ik heb de
overtuiging dat vel'en door de wilde ge
ruchten, die de ronde dedein, zich ejen
onbillijk oordeel gevormd hebben.
Zeker, eT zijn fooeren-0. W.'ersi eln de
boeren zijn niet allen van het sïagj van
baas [Wisse van Biggekerke, die laatst
eoo'n echt sympathiek stukje iniide krant
Zette, maar men moet niet generaliseeren.
Daarbij komt nog iets, dat gemeenlijk
over 't. hoofd gezien wordt, vooral' in de-
Zen tijld, nu de istedeli'njgen zich stee|dS
meer zaken moeten ontzeggen. De laat
sten zien zoetjesaan allerlei gerieflijkher
den zich ontvallen.
Hoeveel' verontwaardiging, en ontevrej-
denheid openbaarde zich niet, toen slechts
een bescheiden gasrantsoen werd toege
kend; vooral' toen op enkele uren van;
den dag de gasaanvoer eenvoudig stop
gezet werd.
Met de electriciteitsvoorziening ging 't al
niet veel' beter.
Het sehaarsche broodrantsoen bl'eekin
do eerste plaats voor den stedeling een
beproeving.
De aanvulling bleek zeer kostbaar te
zijn, 'dikwerf voor goud niet te koop
zullen wij eten? Waarmede zullen wii
ons warmen?
Zoo stond 'ter ia de stéden voor eln
nóg zal menigeen met zorg den komen-
u6n dcig tegemoet ziexL, vTctgeïi'dewat
zullen .wij eten?
lEn nu de boeren? Zij trekken zich
van de imieéste dingen niets aan. Het
leven van den landbouwer spoedt zich
nog vrij' ongeschokt daarhenen.
De 'lezer proeft nu wel, waar ik heen
wil'.
Bewerkt naar het Engelsch van
EMMA' JANE WO RB 01 SE.
68} v
Bij de achterdeur haalde ik oom Mat
thias in. „Laten wij den tuin ingaan",
zeide hij, „het is zacht buiten. Maar we
moeten op de paden blijven, want het
gras zal wel vochtig zijn".
Nog altijd staat mij dien schoonen Sep-
temberavond voor den geest. De roede
gloed in liet westen was nog niet ge
heel verdwenentegen den helderen
v,In i "Iel Reekenden de omtrekken der
boven bossen zich scherp af en
prachtig erf^nï' eften zee 8ing de maan
vuld van t v[e§e was de Iucllt ver-
aapantóiit ei
Toen wij bij den moestuin gekomen
waren en men ons van liet huistetZiet
meer kon Zien vanwege de dichte strui
ken, zen oom Matthias heel ernstig: „Nu,
De boer moest nog niet zooveel' gerief
ontberen, om de doodeenvoudige reden,
dat hij het gerief nimimer heeft gekend.
Gas deed nimimer 'zi'n intree op de
hofstede en el'ectriciteit is op de meeste
hofsteden een ongekende weelde. Sinds
jaar en dag brengt de boer mjet zijd
gezin de lange winteravonden door, ver
gaderd omi de eenvoudige petroleumlamp.
Grooter gerief kent liij niet, heeft (hij'
derhalve niet te missen.
Steenkolengehrek nijpt op de hofstede
niet (zoozeer als' in "de stad. Hief ligt
.een oude plank, daar een boom', die door
den istorm ter aarde is. geworpen. Straks
vcurmen ze onder den hoogen Schouw
goede brandstof.
En .al' is! de tijd er niet naar, dat de
„zetboeTen van de regeering," zooals zij
'zich nu wel plegen te noemen, met Hu-
bert Poot zingen:
Hoe genoeglijk rolt het leven'
Des gerusten Lantmans heen!
Die [zijd zaligh lot, hoe kleen
Om geen koningskroon zou geven!
toch is er op het land .nog betrekkelijke
weelde, die niet geheel door de maatre
gelen van Excellentie Posthifma wegge
nomen kan" worden.
Poot wist de heerlijkheid van het
landleven zoo geestdriftig te bezingen.
Hij de dichter-landhoiuwer.
Als een boer zijn hijgende ossen
't Glimpend kouter door de klont
Van zijn' erffelyken gront,
In ide luwt der hooge bosschein,
Voort .ziet trekken, of zijn gtaen
'tVet der kl'ai met go,uit belaên;
Of !zijn gladde mellekfcoeien,
Even lustig,h, even blij
Onder 't grazen, van ter zij;
In een bogtigh dal' hoort loeien;
Toon 'mij dan, arme s|tadt,
Zulk een' wellust, zulk een' schat.
Welige lakkers, groene hoornen,
Mal'sche weiden, dartel vee,
Nieuwe boter, zoete rrieê,
Klare bronnen, enz.
Ja, maar de groote stadi heeft de waar
de van dien schat nimmer begrepen, of
willen begrijpen. Ze spotte met den „dom-
mien" boer en sprak "van zijn landerijen
alte van een „boerennegorij."
„Boertje" was net nog 'goed gep.oeg>
oml de kinderen. geaure|nde de zomer
maanden 'n paai' welven te herbergen. De
bleekneusjes k°nden dan frisscbe lucht
happen, door jt zonnetje gebruind en
door de boerin met het vette der 'boer
derij wèl'gedaan worden.
Daar kon 't buiten van den boer nog
Voor dienen, maar overigens! gaf de ste
deling 'de voorkeur aan z'n gerieflijke
stad imiet haar bioscopen, trams, restau
rants!, enzi. enz'.
Maar nü? De rollen zijn nu omgekeerd.
Het gerief van de hofstede blijkt bij den
naderenden nood, ietwat bestendiger dan
de groote stadsvoorrechten en nu schel
den de stadslui op de landbouwers, die
izich «thans nog de weelde durven ver
oorloven van voldoende te eten.
Men voelt, dat deize verwijten niet op
komen uit oprechte harten en dat de
onbillijkheid er duimen dik opligt. Qnt-
hofudt het nu: De boer mist nog njet
veel, wijl bijl niet veel te missen had.
En men zal' hem heusch niet laten,
!wat hij 'nog niissen kan. Hij!, die het
„gout" Iz'elf van den akker haalt, moet
reeds om' een broodkaart
KEES VAN DER MEER.
Chrystie, wat hapert eraan? Zeg mij'alles
wat er gebeurd is; zteg het mij maar eer
lijk en als ik er wat aan doen kan,
zal ik mijn best voor je doen, het weer
in orde te brengen".
„Ach, oombarstte ik uit, „er zijn
geen moeilijkheden, maar ik wilde u.
alleen vertellen, dat 'zij gekomen is
ze is hier".
Ik voelde oom Matthias' arm, die op
mijn schouder lag, beven. Zijn stem deed
dat ook, toen hij mij vroeg: „Wie be
doel je, Chrystie, met die zij? Wiè is
hier?"
„Maar oom toch! Wel zij, wie anders
jdan Julia Catherwood".
Een oogenblik was het stil, het scheen,
.dat oom Matthias ten zeerste getroffen
was door deze mededeeling. Eindelijk zei
hij: „Maar Chrystie, hoe wéét je dat?"
Toen vertelde ik hem de heele geschie
denis van het eikenboschje, hoe ik .daar
in slaap gevallen was, hoe ik wakker
was geworden van de muziek, die een
jongen gemaakt had, idie vlak bij me
stond, hoe ik gehoord had, dat hij een
kleinzoon was van Julia Catherwood en
hoe die Julia Catherwood ook op CupL
page was.
„Zij grootmoeder!" zeide mijn hom. „Zij
grootmoeder van een volwassen knaap?
Neen, dat kan ik me .onmogelijk voor-
öit da Pers-..
Omdat het Gods wii is.
Bekend is hoe de tegenwoordige rijks
kanselier, Dr. Michaëlis, een der Meest
vooraanstaande leiders is van de Chris
telijke Studenten- en Jongelingsvereeni-
ging in Duitschland, schrijft De Rot
terdammer.
Ook in de internationale beweging oe
fende hij veel' invloed en Hollandschö
afgevaardigden weten te verhalen van de
groote tracht, door hem, ontwikkeld.
De „Frankfurter Zeitung" geeft een
aantal uitlatingen van den tegenwoordi-
gen rijkskanselier Dr. Michaëlis uit voor
afgaande jaren, waarin deze uiting gaf
aan zijn godsdienstig en zedel'ijk-politieke
denkbeelden. Hieraan ontleent de „Nieu
we Rotterd. Courant" een stuk, genomen
uit een toespraak, die hij op 5 Juni
1914 op de 9de Christelijke Studentencon-
ferentie voor Zuid-Duitschland te Freu-
denstadt heeft gehouden:
„Als wij ons tegenwoordig staatsleven
en ons volksleven beschouwen, dan kun
nen wij, als! wij oprecht zijn, niet zeggen
dat in ons staatsleven het volk Gods, de
mannen Gods een bepaalden invloed heb
ben. |lk wil' deze zaak eensi practised
in ,'t licht stellen. Er is in ons parle
ment, in den Rijksdag1 of in den Land
dag, sinds vader Bodelschwingh, die ine
miersi ook eenmaal' afgevaardigde was,
gestorven is, geen m'einsch die een of
anderen wettelijken maatregel open en
duidelijk, eenvoudig en kinderlijk hiermee
verdedigde: Ik eisch het, omidat het Gods
wil' is. Het is de leidende mlannen zioo
vreentd om in het openbare léven over
hun persoonlijke verhouding tot God, tot
JezUs' te spreken, dat het de grootste)
verwondering zou verwekken aisi,iemand
een staatkundige maatregel .zou willen
uitvaardigen met een beroep op z'ijin! per
soonlijk standpunt ten opzichte van het
iWiQord Gods en den Heiland. 'Zien wij
geheel' onbevooroordeeld, dan moeten wij
erkennen, dat het overwegend aantal Duit-
stehers van meening is, dat het Chris
tendom als' zoodanig zijn. Üirekten staat
kundigen invloed heeft verloren. Zij zlijn
van oordeel', dat het Christendom in het
volk heeft doorgewerkt en wij een! Chris
telijke ethiek hebben; 'dat het er slechts
op aankomt, op dien grondslag voort te
bouwen, Maar het Christendom als. zoo
danig in oos! leven niet meer produc
tief is. Dat is de heerschende opvatting".
Ook voor Nederland heeft dit woord
beduidends.
Be Pretwereld.
Prof. Fabius geeft in het laatste numi-
mier van Studiën en Schetsen dit stukje:
„Het Vaderland"' bevatte 11 Augustus
l'.l. (avondblad) ,een stukje, gpteekeind J.
H. Speenhoff, waarin de verzuchting werd
geslaakt, of het er toe 'komen mocht, dat
één jdag (en liefst den Zondag) het gp?r
heele menschdom Zich niet vermaken magj.
Doch voorzoover van niet-christelijke
'zijde op Zondagsrust wordt aangedron
gen, isl het veelal juist, om den Zondag
al's idag van vermaak te hebben.
De barmhartigheden der goddelooz.cn
zijn wreed, zegt de Schrift (Spr. 12:10.)
Beknopt overzicht van den toestand.
Op het Westerfront is de artillerie
actie reeds door een offensieve bewe
ging gevolg*!.
stellenJulia grootmoeder. Ofschoon,
ja, 'tkan toch, ik zelf zou om mijn leef
tijd wel grootvader kunnen zijn". En mijn
heer Perren schudde het hoofd, al maar
mompplend, dat het wel waar zou zijn,
maar dat hij het zich niet hegrijpen kon.
Op dat oogenblik klonken er stemmen
tot ons door en even later was onze'
schuilplaats achter de berkenboomen ont
dekt. Het waren Judith en Mona, die
ons kwamen ztoeken.
„Hier zijn ze", riep tante Judith uit.
„Maar Matthias, ben je nu niet wijs, ben
jij: nu iemand om 's avonds in de dauw
te gaan loepen. En voor Chrystie is het
ook niet goed".
„,0ch, zanik toch niet" bromde oom,
wien de komst zijner zusters op dat
oogenblik niets naar den zin was.
„Ja, zou ik niet, zou ik niet. Of je
boos wordt of niet, 'tkan me niets sche
len, maar dat is nu toch ook geen ma
nier van doen".
„Ja, Judith", zei oom Matthias >wa)t
erg gewichtig, „maar er gebeuren pok
zulke rare dingen".
„Wat is er dan gebeurd?" vroeg Ju
dith verontrust. En Mona, die zich nu
herinnerde, hoe ik zoo stil was geweest
en allerlei zonderlinge teekens aan haar
broeder gegeven had tijdens het thee
drinken, begon nu te denken, dat die
De FrOnschen zijn n.l. bij Verdun op
nieuw tot het offensief overgegaan tus-
schen den straatweg van Samogneux en
dien van Beaumont-Vaeherauville, een
front van niet meer dan 31/2 K.M.
Volgens het Berlijnsche stafbericht werd
de aanval overal afgeslagen. Later gingen
de Franschen opnieuw tot het offensief
over tusschen Beaumont en Bezonvaux.
Bij het Chaumebosch wonnen de Fran
schen terrein, doch de strijd duurt daar
nog voort.
Blijkbaar willen zij den Duitschers alle
in het vorig jaar behaalde voordeeion
weer afhandig maken en als 'tkan nog
veider gaan.
Ook bij Langemarck wordt gevochten.
De Duitschers namen deze plaats onder
'een hevig vuur, vermoedelijk wijl zij hier
een Engelschen aanval verwachten.
De Duitsche ruiterij heeft tusschen de
Oostzee en de Duna westelijk van Wen
den, bij Bendini-Nitau en Neuhedtenhof
voeling met de Russen gekregen, die zich
daar ijverig verschansen. Daarentegen ont
ruimden zij: hun stellingen aan de Duna
tot westelijk van Kokenhusen. De nieuwe
linie, die de Russen denken in te ne
men, begint zich dus eenigszins af te
teekenen. De berichten uit Petrograd zijn
meer hoopgevend dan de vorige dagen.
Het telegram, dat de ondercommissaris
vder legers op het Noordelijk front, ge
zonden heeft aan de Sovjets, wijst er
op, dat er geen wanorde heerscht in
het Russische leger, dat wel terugtrekt,
doch niet vlucht. Een ander bericht meldt,
dat slechts twee regimenten genoemd kun
nen wonden, die geen voldoenden tegen
stand boden, terwijl andere, vooral de
Lettische, zich met roem overlaadden.
Niettemin achten Ruslands bondgenoo-
ten den toestand op het geheele Oost
front niet weihig hachelijik. Lloyd Geor
ge liet zich te Birkenhead ook niet op
timistisch uit, ofschoon hij tot volharden
aanspoorde.
Korte oorlogsberichten.
,In Duitschland is de verzorging
van broodkoren voor het geheele jaar
verzekerd. Re vooruitzichten van .dein
aardappeloogst zijn beledigend. Men ver
wacht ook'de imioeitijlkheden in! het vierde
oorlogsjaar te 'zullen overwinnen.
Op het Margareteninsel te Boedapest
zal' een ool'Sogstentoons telling gehouden
worden, [zjulks onder bescherming van
•keizerin Zita en ten hate van de door
den inval van Roemenië in Zevenbergen;
geteisterde plaatsen.
Van de Russische grens wordt ge
meld, dat toen de oud-minister Soechom-
linof, na een zijner verhooren, uit het
paleis van justitie per auto naar de ge
vangenis in de Peter- en Paulsvesting
werd teruggebracht, de auto op' straat
door een woedende volksmassa werd aan
gehouden en omvergeworpen. De woeden
de menigte haalde den oud-minister uit
het voertuig en Wilde hem lynchen; het
werd echter belet door een koz'akken-
patrouille.
De Italianen blijven Epirus ontrui
men.
In Italië is de algemeene herkeu
ring van de lichtingen 1874 tot 1899
op 25 Dec. bepaald.
De Bieri. Ztg. verneemt, dat de bij
zondere commissie bij den rijkskanselier
vóór Maandagmiddag (heden) .4 uur bij
eengeroepen is. Het is te verwachten,
dat in deze zitting het ontwerp- an t-
rare dingen verband hielden met mijn:
persoontje. „'0", riep1 ze eenigszins tri
omfantelijk, „Chrystie heeft zekér iets on
deugends gedaanZie je wel, ik heb
't altijd wel gezegd".
„Neen", zeide oom Matthias eenigs
zins sarcastisch, want hij kón geen kwaad
woord meer over mij hooren. „Chrystie
heeft zeker niét wat ondeugends gedaan,
heelemaal niet. Maar", voegde hij' eraan
toe, nu weer op ernstigen toon, „Chrys
tie heel wel met het geval te maken,
want van haar heb ik het nieuws ge
hoord".
„Welk nieuws?" riepen béiden tegle-
lijfc.
„Dat de Catherwoods terug zijn! ge
komen".
„Wat?" .schreeuwde tante Judith bij
na, „teruggekomen, in Stanhridge, op
Cuppage".
„Ja, dat is te zeggen, de Traffords zijn
op Cuppage, want de Catherwoods zul
len wel zöowat allemaal dood zijn. En
Julia is nu feitelijk een Traffdrd, ts'oo-
als je weet".
„En is mevrouw Trafford van het 'be
zoek in haar geboorteplaats teruggeko
men?" vroeg Judith weer. „Maar hoe
weet Chrystie dat". En zich tot mij1 wen
dende: „Chrystie, ben je nu zeker van
je zaak?"
woord op de Pauselijke nota Zal
worden vastgesteld.
Men heeft getracht den trein, waar
in Kerenski van Moskou terugkeerde, te
laten ontsporen.
Het kolenbureau in Dresden heeft
eeö strenge (regeling voor den a.s. win
ter ontworpen. Het verdeelt alle Indrij
ven in gewichtige en niet-gewichtige. Inl
de eerste plaats worden alle gezinnen
aan steenkool geholpen, alsmede de be
drijven van belang. [Wel wil men be
proeven, althans een deel der bioscopien
te laten spelen om de menschen wat
op te monteren. Niet-gewichtige lokalen
zijn bovendien alle winkels en bureau's
en allekerken.
De te IJmuiden binnengekomen log
ger „Sch 404", rapporteert een' net ver
loren te hebben, doordat een duikboot
daarin' verward raakte. Vermoedelijk heeft
deze zich niet meer kunnen vrijmaken)
en is ze gezonken. De nationaliteit en)
het nummer zijn onbekend.
De Zomertijd eindigt in Duitschland
17 September, 's nachts 3 uur.
De voorloopige Russische regeering
heeft onder voorbehoud der goedkeuring
van de constitueerende vergadering auto
nomie verleend aan Koerland, Lijfland en
Esland.
Berichten uit België, die .te Havre
zijn ontvangen, 'melden, dat de groote
magazijnen te Brussel achtereenvolgens
worden leeggehaald en gelikwideerd door
de Duitschers, die zich de goederen toe-
eigenen.
Petrograd ligt door de ontruiming
van Riga, in het legergebied.
Volgens een Italiaansch blad bestaat
in1 socialistische kringen de neiging omj
de conferentie, die Stockholm toegedacht
was, in een Zwitschersche stad te houden.
- Botha, die wegens ziekte rust moest
nemen, is thans weer veel beter.
De U-bootkapitein Meusel bracht 19
schepen met een inhoud van 53500 bru
to ton tot zinken.
Het totaal aantal gevangenen, dat
de Oostenrijkers in hun offensief op het
Zuiderfront maakten, bedraagt 30671 man,
0. w. 8581 officieren. Ze gaan voort met
het verzamelen van den buit.
Bij Gaza (Sinai-front) werden pa-
trouilleaanvallen der Engelschen afgesla
gen. Ze zetten hier ijverig den bouw.
aan hun versterkingen voort.
De zetel der Russische regteering
zal' vermoedelijk spoedig van Petrograd
naar Moskou verplaatst worden.
Te Parijs heerscht een jeukziek'te.
Velen lijden aan een huidziekte, gevolg)
van het brood dat men eet.
Een gezaghebbend katholiek! .diplo
maat heeft verklaard, dat de drie voor
naamste motieven, welke aan de pause
lijke nota ten grondslag liggen, zijn: de
wensch om een zetel op het vredescon
gres te verkrijgen, de vrees om de Duit
sche katholieken voor het hoofd te stoot
ten, en de vrees voor de vernietiging
vian) het Öostenrijksche keizerrijk, de
grootste katholieke mogendheid.
Prins! Wilhelm z,u Wied, de voormar
lige M'bret van Albanië, heeft dén Duit-
Schen bondsvorsten een als manuscript
gedrukt gedenkschrift doen toekomen,
waarin hij de ontwikkeling' der Albanees
Sche aangelegenheden uitvoerig behandelt
en protest aanteekent tegen hel' 'door Ita<-
Ik vertelde toen nog eens de gansché
geschiedenis van de beide dames, net
zooals mijnheer Perren had gedaan, ook
van mijn middagslaapje in het eikenbosch
je, een onderdeel van het verhaal, dat
tante Mona ten zéérste ergerde.
„.Chrystie, Chrystie", zeide ze, „dat is
nu toch geen manier van doen voor een
meisje onder een boom te gaan slapen.
Het is hoogst onwelvoeglijk, dat moet
ik zeggen, 'tls wat moois zooi gevonden
te worden door een vreemden jongen)
man".
„Het is nog geen jonge man, tante
Mona, het was nog maar een jongen van
een jaar of veertien".
„Doet er niet toe", hield tante Mona
vol, „je hebt ook met hem gepraat eni
dat past ook niet voor een net opgevoed
meisje. Nette meisjes praten nooit met
jongens".
„0, doen zij dat nooit?" zéi oom, ter
wijl hij zich met moeite weerhield om
niet te fluiten, iets, dat, zooals Mona
zeer wel wist, [een hespotting beduidde.
„Ik dacht anders, dat je in 'jou jonge
jaren druk genoeg gepraat hebt met Ho-
race en Edmund. Maar misschien, dat
het nu niet meer hoort, ik weet dai
zoo niet".
t j_(Wiocdt veirvoilscti 1