rs-
No
Zaterdag 7 Juli 1917
Hie Jaargang.
IHbirafe,
I
IIGING
soorten,
knecht
Eerste BSad
Sfaten-Graeraal
DDE
De Groote Oorlog.1
(issirtgen
IWifheiminastraat.
3.
IURG.
krrieveulen,
BengstveuSen
Lar en Tuig9
röT
■CHT
Dit summer bestaat uit twee biaden
FEUILLETOn.
«J* c®
V. d.ctoEER„
EFFECTED.
lUpONS.
'EEKBANKEN,
OP
lliskerke.
ÜHUIJS Pz., Bigge
lt in ruil
in goeden staat
e, merk Deering,
|)E, Motorsmederij,
IOP
[ikker, Kamperland.
in Merriepaard,
lek. 13 en 31 Juli
|zes maanden, bij
ation, Zoutelande.
|0P
lagtekerke.
|uP
Tievenlen,
lekerke, Breeweg..
IOP
ig-
jnde ThooBsche
i s
Welzinge.
oer
IER, Ter Hooge-
M. DE KEIJZER,.
Ln HANDKNECHT
ER
Seisweg.
iknecht
lolphaartsdijk.
vraagd
gaan, bi)
1SE, Oranjezon.
jd een nette
gezin; groote
Mej. C. A. v.
Irdstraat 48 Ter-
x Uitgave van
m NaamL Venn. LUCTÖR ET EMERGO,
gevestigd te Goes.
Hoofdbureau te Gees 1
SINGE VjSRSTSTRAAT 213,
Rureau te Middelburg i
ÜIBHA F. P. DHUIJ E. BURG.
Drukkers i
goBli&fbaan Le Coinfre, Goes.
De Zeeuw
VERSCHIJNT ELKE38 JÏSRKDAGL
ABonaexnenïsgEgil
'er 3 maanden fr. p. post
Eosse nummers
Prijs ier ïdTortanf iïa.
1—4 regels f 0.60, iedere regel meer 15
3-maal wordt 2-maal berekend. f
B>ij abonnement voordeelige voorwaard! j
Bewijsnummers 5 cent
flUiddelburg III.
De Zeeuw steunt bij de herstem
ming voor den gemeenteraad de Candi
da tuur van
Jhr. P. J. BOOGAERT,
aftredend lid.
Tweede Kamer.
De aardappelen.politiek.
Geen schoon vooruitzicht.
De debatten naar aanleiding van de
vragen van de héte ren Rutgers en v. d.
Tempel hebben gediend tot beter begrip
van de toestanden en zullen daardoor
tot meer gerustheid leiden.
kndermaal is de indruk verkregen, dat
minister Posthuma naar vermogen en met
talent zijn moeilijke taak vervult.
Hij heeft zich weer eens in de kaart
laten kijken en dat heeft goed gewerkt.
Slechts is volhard bij de grief, dat de
voorlichting door den minister volstrekt
onvoldoende is!
Uit het antwoord van den minister stip
pen we een paar dingen aan.
Er waren niet voldoende aardappelen
voor het jaar >1916—'17. Althans klei-
aardappelen. Dan waren er verschillende
factoren, welke de voorraden deden slin
ken: de vorst, het gebrek aan veevoeder;
de broodrantsoeneering, welke het plat
teland meer aardappelen deed eten; (een
ruim gebruik van poters. Bovendien ont
braken de Malta-aardappelen.
Toch bleef hier het lastige punt: de
uitvoer van aardappelen. Men weet, 'het
is om kolen van Duitschland te ver
krijgen. Er werd nu eenige meerdere bij
zonderheid genoemd. Het ging, zoo deelde
de Minister mee, om van Duitschland
350.000 ton koeln per maand los te krij
gen. Wel was een groot deel daarvan te
verkrijgen op gewone voorwaarden, maar
een opvoeren van >die hoeveelheid tot
350.000 ton kolen per maand los te krijL
den onder een extra voorwaarde, name
lijk onmiddellijke verschaffing van aard
appelen. Hoe nu de vork hier verder in
den steel zit, de Minister gleed er wat
over heen. ant over de overeenkomst
met Engeland werd niets gezegd.
Geruststellend klonk het, dat niets van
hetgeen hier groeide met uitzondering
dan zeker van de aardappelen uitge
voerd werd. Goed zal het doen te ver
nemen, dat de aardappeloogst „beste"
vooruitzichten geeft, dat veel varkens-
vleesch is ingezouten, dat de voorraad
broodgraan grooter is dan ooit.
Minder pleizierig is het, dat de rijst-
voorziening, waarvoor gezorgd is, nu juist
wordt belemmerd door het toesnoeren van
den beraamden vrijen geul in de Noord
zee.
Geheel helder is de horizon dus niet.
Dat kleeren en schoeisel en ander© be-
noodigdheden zoo duur geworden zijn,
wenschle Van den Tempel te verhelpen,
door meer distributie. Wat het zoolleer
hetreft kon de Minister toezeggen, dat
over zes weken de distributie van goed
koop zoolleer beginnen zal.
Of allerlei maatregelen naar omstandig-
17)
Bewerkt naar het Engeïsch van;
EMMA JANE WORBOISE.
Nov., Mevrouw
loes.
„Wat een vreemde naam Mantie,"
.zei Mona Louise nn. Is dat haar doop
naam?"
Ik vertelde haar nu, dat Mantie, zoo-
;als ze me zoo vaak verteld had, een
vondelinge was en dat ze alleenwist,
dat ze Clemanthe heette. Bij ons heette
ze echter Mantie.
„Hoe vreemd, wat 'n allerliefste naam,
Clemanthe, ziet ze er lief uit?"
Dit waren, natuurlijk opmerkingen van
Mona Louisé.
„Neen, ze ziet er niet lief uit," zei
ik met overtuiging, „maar daarom is ze
wel lief. Mantie heeft een erg rood ge
zicht," verduidelijkte ik.
„Ze is zeker niet heel jong meer, die
Mantie?
„Neen, ze is al heel oud, ik denk wel
even oud als u," antwoordde ik argeloos
en niet begrijpende, waarom Mona Louise
van dit antwoord schrikte, alsof ik haar
«en slag in het gezicht gegeven had.
heden niet zullen voeren boven de be
kende 80 miïlioten? Dat is zeer wel mo
gelijk.
Als voornaamste geschilpunt tusscheni
Van den Tempel en den Minister is over
gebleven de kwestie of voor de aardap
pelen -weer rantsoen moet worden inge
voerd. De Minister betoogde op grond
van de voorraden, van het belang 'der
groote steden (welke bij1 rantsoeneering
minder krijgen) en van de vrijheid der
verbouwers van aardappelen, dat geen
rantsoeneering moest plaats hebben.
„.Wanneer zonder welwillendheid on
zerzijds jegens Duitschland in Juni niet
voldoende steenkolen zouden zijn verkre
gen, staat de minister ten aanzien van
den uitvoer der aardappelen zeer sterk".
In deze woorden van v. d. Tempel laat
zich de opinie der Kamer samenvatten.
Wantsteenkolennood is nog er
ger dan, aardappelengebrek, zoolang er
nog rijst is.
De minister erkende dat een fout be
gaan is door de krachtens verbintenis van
het Landbouw-Export-Bureau aan Enge
land te leveren aardappelen in het hartje
van Amsterdam over te iaden, waar
door men de onlusten in de hand gewerkt
heeft.
Overigens bleek, hoe geweldig de gan-
sche geschiedenis door zekere lieden bui
ten de Kamer is opgeblazen. Van 20
Juni tot en met 3 Juli zijn 31/2 millioen
kilogram aardappelen uitgevoerd; waren
die in het land gebleven, dan had in
14 dagen tijds ieder Nederlander i/2 kilo
aardappelen meer kunnen krijgen.
Een heel lange inotie-v. d. Tempel,
waarin wordt uitgesproken, dat de distri
butie moet worden uitgebreid en de prij
zen moeten worden verlaagd, zal later
behandeld worden.
Beknwpi overzicht van den toastarsd.
'n Oost-Gaiicië is do Slag, gisteren op
nieuw ontbrand.
„Massa-stormaanvallen der Russen zijn
tusschan Zborow en Konjuchy en bij>
Brzezany mislukt," beweert Berlijn.
Men had verwacht ,dat Üe rust van
langen duur zou zlijin, doch nu blijkt, flat
de^ Russische legers het niet bij' een po
ging zullen laten.
We zullen nu de verdere berichten die
nen af te wachten om te kunnen beoor-
deelen, of de tweede aanval van meer
beteekenis is of wordt dan de eerste.
Het Russische offensief heeft in Stock
holm, welke sitatd als het centrum der
internationale vredesbeweging wordt be
schouwd en op de conferentie een zeer
pijnlijken indruk gemaakt. De vraag is
zelfs gerezen, of het tijdstip nog wel ge
schikt is om over den vrede te spreken,
nu Rusland, welk land als.de krachtigste
factor voor de vredesbeweging werd be
schouwd, plotseling weer tot het offensief
is overgegaan
Intusschen wordt het woord „vrede"
weer schuchter gefluisterd.
Het keizerlijk tegenbezoek, zoo spoedig
na het bezoek dat v. Hindenburg en Lu-
de|ndoff aan 't O.TI. hoofdkwartier ge
bracht hebben, geeft eenigen nieuwen
grond aan de veronderstelling, die wij1,
in verband met enkele andere omstandig
heden, dezer dagen maakten, dat er tuis!-
schen de leiders der Donau-monarchie .en
het Duitsche rijk besprekingen plaats zou-
«***'>«■1»' "f n1 ■fifjül"1*?!1 ',mmt 1 iriimiiiimwm]
Maar ze zeide/ er overigens niets van.
Miss Judith zei nu, dat ik zooiets niet
zeggen mocht, dat was niet behoorlijk,
waarna ze me een en ander vertelde
over hun huisgezin en over tante Ra
chel, die al heel oud was.
„Tante Rachel," vroeg ik, „wie is dat?"
„Onze tante, die je morgen zult zien.
Ze is wel niet heel veel ouder dan mijn
broer Matthias, maar ze is toch in wer
kelijkheid onze tante. Zij wordt dan ook
bij ons in Nortborough miss Perren ge
noemd, men noemt mij miss Judith."
Nu moest ik vertellen, of ik al wat ge
leerd had en of ik bijvoorbeeld al lezen
kon. Met trots verzekerde ik, dat ik dit
al heel goed kon, wel had ik nooit school
gegaan, maar Mantie had het mij geleerd.
Ze had mij ook naaien geleerd, maar
daar hield ik niet van, wel van lezen.
„En wat heb je zoo al gelezen?"
„O, stapels boeken, alle uit de biblio
theek van papa." En ik noemde haar
eenige titels van boeken, van werkelijk
degelijken inhoud, maar veel te „hoog"
voor een kind van mijn leeftijd.
„Je hebt toch zeker ook wel iederen
dag in den Bijbel gelezen?"
Neen, want die had ik niet, er was
maar één Bijbel, in huis, maar die was
van Mantie, en zij was er heel zuinig op.
Dit antwoord stelde miss Judith, dat
den hebben over een nieuwen stap van
de centralen, ten gunste van den vrede.
Reeds is erop gewezen, dat het oogen-
blik, na -de mislukking van het Russische
offensief, met ai de ontgoocheling, die
dat in Rusland zou moeien wekken, een
zeer geschikt moment z;ou vormen, voor
het doen van zulk een stap, hetzij dan
openlijk of meer bedekt.
Dat oogenblik zal men nu nog wel niet
gekomen achten; nieuwe verrassingen zijtn
op het Oostelijk oorlogsterrein in de naas
te toekomst niet buitengesloten. Maar op
merkelijk! is ,wel, hoe reeds geruchten
óver een nieuw vredesaanbod van de
centralen meer en meer de ronde doen.
Van belang is pok wat de Deutsche
Tageszeituing uit Frankfort vernam, n.li
dat de Rijksdagafgevaardigde Heine op
een door een onafhankelijke commissie
bijeengeroepen vergadering in den avond
van den 30en Juni het volgende zeide:
„Ik had nog kort geleden een conferentie
met den Rijkskanselier en kan u mede-
deelen, dat fleze heden vrede zou sluiten
naar Oost en West zonder annexation
en eenige schadeloosstelling." Zoo dui
delijk heeft de kanselier het tot héden
nog niet openlijk uitgedrukt. Hij heeft het
steeds beter geachtte zwijgen. Dit is
geen gebrek aan ernst, maar ligt in den
aard zijner positie. De kanselier bevindt
zich namelijk in de noodzakelijkheid re
kening te houden met de bevoorrechten
naast en achter hem."
De rijksdag heeft het commissie-voor
stel aangenomen, volgens hetwelk de kies
districten met een buitengewone toene
ming van, bevolking en die een aaneen
sluitend economisch gebied vormen, een
overeenkomstige vermeerdering van man
daten zullen krijgen onder invoering van
evenredige vertegenwoordiging voor deze
districten.
De voorstellen der sociaal-democraten
betreffende het kiesrecht voor vrouwen
en dé verlaging van den leeftijdsgrens
tot 20 'jaar werden verworpen.
Vervolgens we'd het wetsontwerp tot
een nieuwe eenjarige verlenging van de
wetgevende periode van den rijksdag en
den lapddag van Elzas-Lotharingen aan
genomen.
In China is de toestand zpó verward,
dat men zich nog geen oordeel kan vor
men.
Reuter verneemt, Mat een voorloopige
regeering te Nanking is ppgericht.
De toestand wordt ernstig. De treinen
zijn de laatste dagen overvuld met Chi-
neezen, die naar Tientsin vluchten. De
verbreking der verbindingen veroorzaakt
een paniek. De vreemde hotel's zijn ge
vuld met vluchtelingen.
Een kleine Amerikaansch-Japansohe ver
sterking poogde van Tientsin te komen,
doch haar aankomst kon worden vertraagd
te Langfang, waar zich 500 man troepen
van Shang ITsun bevinden en waarschijn
lijk nog andere keizersgezinde troepen,
welke de 20.000 ma,n, die de voorhoeden
vormen der republikeinsche troepen, po
gen 'tegen te houden.
Een 1000-tal manschappen der troepen
van Shang Hslun en 3000 man keizers
gezinde troepen hebben positie genomen
l'angS de lijn Peking-Hankon, 'ongeveer
6V2 K.M. van Peking om zich weer te
stellen tegen de 10.000 man, onder be
vel van Tsao Hsun, gouverneur van Tsclii-
li, die van Liulibo op weg is.
Men vreest, dat de toestand ernstig
wordt, als de keizersgezirude troepen ver
zag ik wel, zeer teleur, evenals alle ant
woorden op hare volgende vragen, be
trekking hebbende op mijn godsdienstige
ontwikkeling. -
„Dat had ik niet verwacht," zei ze
tot haar zuster „ik wist niet, dat in
een Christelijk land een kind zoo kon
worden opgevoed."
De zusters begonnen nu met elkander
een gesprek, waaruit ik opving, dat met
mijn godsdienstig onderwijs dadelijk een
aanvang moest worden gemaakt, zulk een
onwetendheid was ergerlijk. Maar toen
Mona Louise zei, dat Matthias in ken
nis van een en ander moest worden ge
steld, kwam miss Judith daar heftig te
gen op. „Laat hem nu maar aan zijn
schilderijen, zijn gedichten en zijn mu
ziek, maar maak nu asjeblieft niet, dat hij
er nog een nieuwe manie bij krijgt,"
zeide ze knorrig. Wat manie beteekende
begreep ik niet recht, ik vermoedde,, dat
het iets heel' leelijks was.
Den volgenden morgen vertrokken wij
naar Nortborough met een groote massa
bagage bij ons in de coupé, de schil
derijen en de koffers waren al vooruit
gezonden. Het was een heerlijke najaars
dag, met ons zat er nog een dame in
de coupé, in zwaren rouw, betrekkelijk
jong nog en met een bijzonder zachte,
liere uitdrukking in haar gezicht. Ik had
slagen zouden worden en genoodzaakt
zouden worden Peking te ontruimen, wet
ke stad daarna waarschijnlijk zou geplun
derd worden.
De gevangen Tsaar.
Een correspondent van het „Journal,"
Paul Erio, zendt aan zijn blad eenige
inlichtingen over het leven van de kei
zerlijke familie te Tsarkojewo-Selo.
De Fransche journalist heeft den ex-
Tsaar gadegeslagen, achter een hek van
den paleistuin, toen deze zijn dagelijk-
sche wandeling deed. De Keizer betrad
het bordes van het paleis, waar Graaf
Benkendorf, hofmaarschalk, hem opwacht
te. De keizer droeg de uniform van ko
lonel van het 4e regiment tirailleurs.
De conversatie, aldus de correspondent,
droeg een opgewekt karakter, daar Nico-
laas II voortdurend glimlachte. Hij daal
de het bordes af en sloeg met den hof
maarschalk een groote allee van het park
in. Een officier, en drie soldaten, met
de bajonet op het geweer, volgden de
wandelaars op de hielen. De keizer sprak
voortdurend en scheen graaf Benkendorf
over bloemen en planten te onderhou
den, daar hij telkens stil bleef staan en
op gewassen de aandacht vestigde.
Over de levenswijze van den ex-Tsaar
vertelt dezelfde correspondent nog het een
en ander. Nicolaas Romanof bewoont den
linkervleugel van het kleine Alexander-i
paleis, welks tweede étage is ingenomen
door zijn gemalin, de vier groot-herto
ginnen en den ex-Tsarovitch. In den rech
tervleugel woont graaf Benkendorf en
zijn echtgen.oote, Prins Dolgoroekof, eeni
ge hofdames, de lijfarts en mr. Julliard,
een Franschman, gouverneur van den ex-
Tsaro witch.
Het paleis wordt door 150 man streng
bewaakt. In het inwendige van het paleis
bevinden zich slechts drie militairen, doch
kolonel Colibinsky, commandant van het
paleis, heeft te allen tijde het recht de
verschuilende appartementen te betreden
zonder zich te laten aandienen. Het is
den ex-Tsaar verboden zich met de sol
daten of officieren te onderhouden; zelfs
met de ex-Tsaritsa komt hij, behalve de
uren van de wandeling en de maaltijden,
niet in gezelschap. Daarentegen is hem
toegestaan om in de dagbladen de ge
beurtenissen in Rusland te volgen. Hij
leest de „Novoie Vremia" en de „Rous-
koie Slowo."
De ex-Tsaar toont over het algemeen
zich goed in zijn lot te kunnen schik
ken. Hij werkt geregeld in den tuin van
het paleis of in zijn bibliotheek. De ex-
Tsaritsa daarentegen is door de gebeur
tenissen ernstig aangetast; zij kan zich
zeer slecht bewegen.
Nicolaas II heeft zich nimmer over de
revolutie geuit. Eens echter zou. hij tot
graaf Benkendorf hebben gezegd: „Ik ge
niet nauwelijks minder vrijheid dan vroe
ger, daar ik mijn geheele 'leven gevan
gene ben geweest."
Da h«ip van Amerika.
De bekende Amerika,arische militaire
schrijver Symonds schrijft in „-Land and
Walter"„Wanneer het Amerikaansche
volk, dat den oorlog nog niet in vol
doende mate gunstig gestemld is in een
betere stemming zal geraken, dan kan
het waarschijnlijk mogelijk zij'n in April
1918 zes tot zeven divisies naar Europa te
zenden. In ieder geval zullen deze troepen
oppervlakkig geoefend kunnen zijn en niet
in staat zijn de noodige artillerie, noch
het noodige toebehooren aan oorlogsma-
nog nooit zulk een lief gezicht gezien
en in stilte wenschte ik, dat ik met haar
mee had mogen gaan, in plaats van met
de Perrens, waarvan twee van de drie
mij tegenstonden, terwijl de derde, mijn
eigenlijke opvoedster, mij ook maar ma
tig beviel.
VIJFDE HOOFDSTUK.
Het was mijn eerste reis van eenige
beteekenis die ik met den spoortrein
deed. Een paar malen, bij bijzondere ge
legenheden, had ik kleine uitstapjes ge
daan naar de voorsteden van Londen, en
wel eens om een kennis van Mantie te
bezoeken en een andere keer om met
Mantie de beroemde kastanjelaan in Bus-
hey Park te gaan zien, terwijl de hoo
rnen in vollen bloei waren. Maar dat
waren dan ook mijn eenige spoorreizen
geweest.
Nu echter maakte ik eens een echte
reis. 'tGing altijd maar verder en ver
der, langs wei- en akkerlanden, boerde
rijen met boomgaarden, langs breede ri
vieren en over groote spoorbruggen en
maar dat vond ik nogal benauwend
door nauwe, donkere tunnels. En
steeds ging het maar door en toen ik
op een oogenblik aan Mona Louise vroeg,
of wij nu al dicht bij Nortborough waren
teriaal' met zich te voeren. Minstens 2'
maanden verdere oefening in Europa z I
noodig, alvorens deze divisies naar h I
front kunnen gestuurd worden. Wat Am I
rika in het jaar 1918 aan de boodsj
nooten ter beschikking kan ptellen, /I
slechts kunnen duiden op een bereidw
iigheid hen te helpen, doch zal me
een nioreele dan materieele boteeker
bezitten."
Korte oorlogsberichten.
De „Novelle de Lyon" meldt ii
Parijs: „De politie nam voor eenigej d
gen de nummers van het blad „Libertair'
in beslag, dat bijzonder heftige artikeh
voor een vredespropaganda bevatte. Tha
zijn ook op bevel van den Minister v;
Binnenlamsche Zaken zeven redacteu
en de directeur van de „Libertaire" g
vangen genomen."
Het Zwitsersche persbureau meldt x
Milaan
In tegenstelling met andersluidende b
richten verklaarde de yan St. Petersbu:
teruggekeerde afgevaardigde Cappa a;
een correspondent van de Milaansche „S
colo" dat de geallieerden voor dit jaar c
geen omvangrijk offensief der Russen b
hoeven te rekenen dat de zomer en herfe
operaties beslissend zou beïnvloeden.
Dat de verwarring o>p de Russiscl
postkantoren groot is blijkt hieruit, d
een brief, die in het binnenland van
eene stad naar de andere wordt g'ezor
den, ongeveer drie a vier weken nood
heeft om over te komen, indien hij ove
komt. Het stedelijk' verkeer van corre
pondentie eischt vier a vijf dagen heit
en evenveel' terug. Men schat, dat op c
postkantoren van Petrograd er een mass
van meer dan drie millioen brieven lig
die nog niet gesorteerd zijn.
Naar uit Petrograd wordt gesein»
heeft de Russische regeering met het oc
op het papiei-gebrek, bepaald, dat c
ochtendbladen voortaan met niet niet
dan 252 kolom per week mogen uitM
men; terwijl de avondbladen slechts 15
kolom zullen mogen geven.
Van deze verordening zullen alleen h»
ofücieele orgaan 'der regeering en h<
orgaan van den Raad van Arbeiders1 Je
soldaten, de „Izvestia" zijn uitgezonden
De oogst in Roemenië staat er ziet t
goed voor.
De zetei der Chineesche Republic
is naar Shangai overgebracht, waar ee
conferentie plaats had van dr. Sun-ja I
Sen en ministers van het oude Kabine
Ook de president zal daarheen gaai j
zioodat er dan twee zetels van rege*
ringen zijn: de Keizer te Peking en d j
president te Shangai. |ij
In het geheel vallen onder Kei®
Karel's amnestie 18000 personen.
Het Grieksche Ministerie beSloc
15000 ton tarwe van den Tkessalische
oogst aan het „verbonden" leger te 'Sa
loniki af te staan.
Er is, z!oo wordt uit Peking gemek
een gevecht begonnen bij Langfang, hal
weg den spoorweg PekingTientsin.
Te Göteborg is het ingenieursexs
men afgelegd door Vera Sandberg. Z-
is de eerste vrouwelijke ingenieur i
Scandinavië.
Na de uitgave van het numme
van den 30sten Juni 1917 heeft de op
perbevelhebber in de Marken de verschij
ning van de Zukunft verbaden.
wij hadden toen nog geen twintig
mijl misschien afgelegd vernam iï
tot mijn verbazing, dat wij nog geen derde
part van den weg achter den rug hadden
In het eerst werd er druk gepraat dooi
de Perrens, vooral mijnheer Perren was
erg druk, inzonderheid als hij het had
over de mooie „punten" en „vergezich
ten," die hij bij het kijken door het por- I
tierraampje opmerkte. Dan ging hij een
heele verhandeling houden over beroem
de landschapsschilders uit alle landen der
wereld, die bij deze „punten" en „verge
zichten," naar hij meende, zeker op het
doek zouden hebben gebracht, als zij zoo
gelukkig waren geweest ze, evenals hij,
te zien. En als hij het heel mooi vond,
wat ze voorbij stoomden, dan sprak hij
er zijn leedwezen over uit, dat hij niet
in de gelegenheid was er even een „krab
bel" in zijn schetsboek van te kunnen
maken; vroeger ging het veel gemakke
lijker, toen men nog met diligences reis
de, men had dan veel meer tijd, om
iets op te nemen. Maar toen miss Ju
dith hem op vrij scherpe wijze eraan
herinnerde, dat het hem nog nooit ge
lukt was een goede rechte lijn te trek
ken, hield hij, na enkele tegenwerpin
gen, zijn mond over zijn schildersnei
gingen en langzamerhand viel het drie
tal in slaap, (Wordt vervolgd.)