Vrijdag 4 Mei 1917
31e Jaargang
Ichf
Knecht
hi
Wo ISO
SimmSmmml
De Groot® Oorlog.
3
A P,
J. CORRE,
aarzen,
sen bruine
>UWERSE
2 Vaarsjes,
|en een Dek-
|arken, met
IE, Abeele.
ID;
en andere
tens, door
l-rkstraat 13,
ID:
|staat zijnde
Adres letter
lere.
IN, Westka-
idknechf
lostkapelle.
Iliool te Mid-
I zich gaarne
t. Adres Iet-
Middelburg.
een Paar-
lie genegen
gaan. Aan
koop, bij
Jetober
p, Gapinge.
1 Pz.,[Aagte-
I October
d
pek, Koude-
pecht
IR, Ritthem.
Id
le. „Triton".
'Stwatering
fTER. üwa-
benoodigd
een Kalf-
speenlam-
ragen, zoo
PPPOOLSE,
E,
aartsdijk.
ergste aan-
de wacht
Ju* de wacht
pt je vader
lier zei me,
|i goqd zou
geheel van
zou zijn.
- riep 'k uit.
imf" zei
I hij behalve
ongelukkig
ite 't hielp
lofficier, die
liebbe, dat
loor me kon
[lgend'n dag
'k Heh
Bob 1 Kon jh
gevangeni^
lorgens, heel
Icht. 'k Moest
lier van d n*
|m hij, maar
hij me geen.
It vervolgd.)
Uitgave van
de Naaml. Venn. LUCTCTR ET EMgRGO,
gevestigd te Goes.
Hoofdbureau te Goes
LANGE V.QRSTSTRAAT 218.
Bureau te Middelburg:
FIRMA F. P. DHUIJ - L. BURG.
Drukkers
QoTterbaan Le Cointre, Goes
De Zeeuw
VERSCHIJNT ELKEN WjERXDAG,
Aboanementsprjjsi
Per 3 maanden fr. p. post 11.50
Losse nummers -Q.06
i J J
Prijs der AdvertentiSa,
1—4 regels f 0.60, iedere regel meer 16 et
3-maal wordt 2-maal berekeud.
Bij abonnement voordeelige voorwaard®».
Bewijsnummers 5 cent
De Overheid en het gebed
Nog altijd iveigert de overheid, zij laat
althans na, de natie op 'te roepen tot
verootmoediging en gebed tol den Heere
der Heirscharen om den vrede/
Men is van meening, dat een dergelijke
opdracht niet tot de bevoegdheid van den
neutralen staat behoort.
De Staat en de Staatscourant
moefti neutraal zijn.
De, e opvatting is evenwei niet de juiste.
De overheid is wel degelijk geroepen,
ja d" cenig aangewezene om een bededag
voor heel de natie uit te schrijven.
Artikel' 4 van Ons 'Program zegt te-
rech'. dat zij als dienaresse Gods, in een
Christelijke, en dus niet godsdienstlooze
natie gehouden is tot verheerlijking van
Gods Naam.
V renin derhalve alles wat tol verheer
lijk)! van Gods Naam strékken kan ligt
opgesloten.
Velen, 'l is waar, willen hier niet aan.
üSE3!52»3fi0SSESS!E3
den. lal een sneeuwkleed de aarde be
dekte, doch thans is de winter verge
ten. Alles ademt nieuw leven en 'tis
alsof der lente bloei en weelde, do zor
gen voor ons stoffelijk bestaan verlichten.
Trouwens dit is vanzelf geen fictie,
want de vraag, hoe wij ons verwarmen
zullen en hoe wij onze vertrekken ver
lichten /uilen, treedt in den zomer niet
op den voorgrond.
j Ik sprak daar van stoffelijke zorgen,
die ons volk drukken. Ja. we beginnen
1 meer en meer aan den lijve te voelen,
wat oorlog is, en meer eu meer begin-
nen wij in opstand te komen tege'n de
oorlogswoede, die .de volkoren altijd nog
/in worsteling met elkander houdt.
Hoe groot moet toch de verdwazing
van de inenschen zijn, dat ze de gruwe-
j lijtóste moordpartijen laten voortgang heb-
ben en zelfs tegen vrouwen en kinderen
1 den vvreeden krijg voeren!
We hebben iets verstaan van tl© gren
1 zelooze verdwazing bij het vernemen van
\ewï lachen er om, staan er onver- d 0 mare Van de ram,, te Zie.-
scbib.'g voor, of zoeken het de overheid W[e ,chetst de elleatk, ,ve,ke
6iCftó'ontslaat haar niet van hare j over dez<3 vr0^e stad is 8ek?men? De
roepif:g.
Minister Keuchenius in zijn tijd dacht
•er ook zoo over.
Hei is nu bijna dertig jaar geleden
Juli 1888 dat wij hier kregen ons
eersie Rechtsche ministerie. Wij hadden
steeds gehad liberale ministeries, betzij
in v loruitstreyenden, hetzij in behouden
den zin.
Maar nu kregen we een Landsoverheid
van ilechls, <d;e de Christelijke beginselev
bij al haar streven in het oog zou vatten.
Minister Keuchenius, do minister van
kolen u;n, hield zich hieraan.
Den 12 Augustus plaatste hij in die
qualie'.t een oproep in de Staatscou-
rani tot de natie immers nog altijd
„een Christelijke en dus niet-godsdienst-
looze natie" om den nieuw-benoenrdeïii
gouverneur-generaal, welke die. week zou
afreizen, op een bepaalden dag in den
gebeua te gedenken. Zelfs de vorm dier
voorbede was aangegeven. Immers het
gebed zou inhouden „dat de reis van
den gouverneur-generaal en zijn gezin
voorspoedig, en zijn bestuur door God
gezegend, indië tot heil, Nederland tot
roem en den Koning der koningen tot
verheerlijking zij".
Hiertegen is van liberale partij toen
wel geprotesteerd. De een wat scherper,
de ander iu wat milder termen, doel
allen waren 't met den nobelste van hen
De (groene) Amsterdammer,
hoofdredacteur Be Koo eens dal. „de
Staat en de Staatscourant neutraal
(moesten) blijven".
Doch dit doet in niets te kort aan de
juistheid van Keuchenius' opvatting van
de taak der Overheid.
En velen ook waren er door gesticht,
en dankten er voor.
Zoo moest het weer kunnen.
'4
leeuwsche Stemmers,
CVI.
Onwillekeurig wordt men bepaald Mj
bet schrille contrast, dat de natuur en
het menscliengebeuren dezer dagen bra
den. We mogen ons weer in 'heerlijk
lenteweder verblijden. Koning Winter,
die jus zoo langen tijd met ijzeren hand
geregeerd heeft, schijnt nu zijln heer
schappij voorloopig kwijt te zijn. Een
heerlijke lentezon koestert mensch, dier
en akker en een zacht voorjaarswindeke
onüokenTnoppeengeb°0mte
Het i3 aog maar weinige dagen gele-
feuillétow!
to Mijl Sc! zijn wui vond.
door M. v. d. Staal
10)
t Spijt me voor je vrouwtje",
zei die goede man. „Maar 'kheb
strenge orders, niemand bij1 je man toe
te laten. Men 'beschouwt hem bij 't ge
recht als d'n ergsten vijand van orde
en gezag. En omdat het nu al voor de
tweede maal met hem is, dat hij
„„Wat voor de tweede maal?"
vroeg ik.
„„Wel, ook in Hamburg is je man
tijdens een staking gearresteerd en heeft
men 'm wegens oprufing tot gevangenis
straf moete veroordeele".
Je kunt je voorstelle, Bob, hoe
verslagen ik was. Want van dat alles
wist ik niets. Je vader had er mij nooit
van verteld. En zelfs d'n laatsten tijd
was er in zijn uitlatingen niets geweest,
dat mij dit vreeselijke had kunnen doen
vermoedeO, die dagen, die aan de
j krantenverslagen hebben er slechts ©en
gering gedeelte van kunnen vertolken.
Het zwaarste leed laat zich niet be
schrijven.
Men bitMe God om de kracht, om
dergelijke beproevingen zonder zondige
murmureering "te dragen, maai* ook swieke
men Hem, dat 'de verblinding der vor
sten en staatslieden worde weggeno
men, opdat" aan len mecdoogenlooz'en en
mensChonteerenden krijg spoedig een
einde kome.
Neen. de hooggeroemde moderne be
schaving heeft den mensch niet in don
adelstand verheven.
Een vrijzinnig blad (de N. R. C.) wees
êtr in verband niet het drama te Zie-
rikzee nog op, hoe de moraal verlaagd is.
Er is een tijd geweest, waarin hel wer
pen van bommen uit vliegtuigen alge
meen als barbaarsch werd veroordeeld,
en er werd toen zelfs een tractaat 011-
derteekend, waarbij hel verboden wa< -
voor vijf jaar. De redactie herinnert zich
hel verhaal van een correspondent in den
eersten Balkan-oorlog. Zelf militair en
een ervaren viieger, had hij bij herha
ling aan 't hoofdkwartier, waarbij hij zich
bevond verzocht, eens een vliegtocht
over de vijandelijke stellingen te mogen
doen, doch het werd hem halsstarrig ge
weigerd. Eindelijk kreeg liij verlof, mits
hij bereid was 'bommen te werpen.
Doch deze eisch was hem le zwaar, en
hij vloog niet.
Zoo was' toen nog ,de opvatting van
ld© meesten. die onder de Westersche be
schaving opgegroeid waren. Het militai-
risime heeft sedert wel verschrikkelijk
rondigevretéa, overal.
„Groot is 'de ontroering en diep de ver
slagenheid", wordt gemeld uit het stadje,
dat nu met. het eenmaal tractaatrechtêr-
lijk als onmenschelijk gebrandmerkte mid
del1 heeft kennis gemaakt. Op de mensch-
heid buiten ons land zal de gebeurtenis
geen dieper indruk' meer maken, dan die
van eene „ongelukkige vergissing".
Dat is het groote rampzalige van de
zen tijd, merkt genoemd blad tenslotte
op. Het plaatselijke maakt' in beperkten
kring indruk, doch de algemeen© verwor
ding, .waarvan de plaatselijke ramp niet
meer 'dan een begeleidend verschijnsel is,
wordt, aanvaard als in de reden der din
gen te liggen.
Wel mocht ik spreke» van een schrille
tegenstelling. Eenerzijds een pas ontlui
kende natuur, zonneschijn, groene knop
pen en bloemenpracht, anderzijds de ver
blinde volkeren, een de aarde Omwroe
tende artillerie-actie, met bloed gedrenkt©
slagvelden, door bommen geteisterde st.e-
terechtziiting voorafginge'k Heb niet
meer geprobeerd, om bij hem toegelale
te worde. Want ik was boos en be
droefd tegelijk, dat hij me van dit alles
onkundig gelat© hadLater, toe je
vader, na zijn gevangenisstraf ondergaan
te hebben, me vertelde, hoe 't zoo kwam,
heb 'k het 'rn graag vergeve. 'k Wil
't je óók zegge Bob, want dan kun. je
je wachte voor die vreeselijke macht, die
de arme arbeiders in de armen van de
ellende drijftJe vader was in Ham
burg in 'socialistisch gezelschap gekomen
en al heel spoedig, omdat hij vlug van
begrip was, één der voonnanne gewor-
V kwam hii ook in die
staking vooraan stond, waardoor de aan
dacht van t. gerecht op hem viel. Toen
hij dien eersten keer uit de gevangenis
ontslage was, beloofde hij 't zich-zèlf,
dat hij nóóit weer in die akelige om
geving terug zou keere. Met geweld rukte
hij zich van z'n oude makkei-s en bun
vereeniging los. Met gunstige aanbeve
ling-brieven van een rijk Hamburger heef,
die medelijden met 'rn had, kwam hij
in onze stad. Nóóit weer, dat was z'n
tïen en op het water tallooze wrakken
en den doodstrijd strijdende schipbreu
kelingen.
En bij dit alles mogen wij nog ons
oude sleurlevenljc leven.
Och, ik wenschte zoo, dal men wat
meer zich bewust werd van den ernst
der tijden, dat men als Cbris'enen leefde,
ook voor andere en hoogere dingen dan
de stoffelijke oog hebbende.
Als dit meer liet geval geweest was,
zou wellicht voor het verwijt, dat. het
christendom nog zoo weinig voor de
zaak des vredel gedaan heeft, dat van
hef christendom geen macht tegen den
oorlog uitgaat, geen plaats meer zijn.
En wat zien wij nu?
Dat zelfs mannen, die zich noemen
„dienaren van Christus" hel felst tot den
oorlog aanhitsen.
Voelt men niet iets als jaloerschheid
in zich, als de sociaal-democratische
staatslieden Le Stockholm vergaderen, om
te arbeiden in hel belang van den vrede?
Zeker, ik hoor n al zeggen, dat de 'so
cialistische organisatie niet to vergelijken
is met de christelijke kerken der wereld.
Natuurlijk, de socialisten hebben een
internationale machtsorganisatie, terwijl
daartegenover niet staat één internatio
nale bond van Christenen, maar dit ont-
slaal ons niet. van den plicht, om met
alle kracht die in ons is, te getuigen
tegen den vreeselijken oorlog, die schier
de gansche wereld in vuur en vlam zet.
Doch, weet ge, wat velen belel te ge
tuigen
De zorg voor het stoffelijke, welke de
geestelijke vraagstukken op dien achter
grond dringt.
Dat men er voor ijvert z'n brood en
andere bons op tijd in bezit te krijgen,
en dat men zich voor een half mud
koler het vuur uit de sloffen loopt,
mag geen verwijt uitlokken, doch dat
men zich door al die kleine, nietige be
langetjes geheel in beslag laat nemen,
is een droevig leek en.
KEES VAN DER MEER.
Tweede Kamer.
De H. O.-wet. Het di
ploma van de H. B. S.
Niet zoo onschuldig, Ernstig
bezwaar. Ongezonde de
mocratie.
In ons Lagerhuis is gisteren aan de
orde gestéld het voorstel van den heer
Limburg c.s. tot wijziging van dé arti
kelen 132, 133 en 186f en aanvulling
der Hooger Onderwijs-wet.
Dit wetsvoorstel, dat. reeds druk be
sproken en bekritiseerd is geworden,
brengt mede, dat het einddiploma der
5-jarige H B. S. aan de universiteit
dezelfde rechten geeft als het eindexa
men van het gymnasium B.
Het is een feit, dat de bestaande re
geling lot ongewenschte toestanden kan
lijden en ook lijdt.
Stippen we een paar zaken, aan uit
Limburg's betoog, voor het oogenblik in
't midden latende of de argumenten al
©f niet steek houden,.
Hij klaagde dan: Met een einddiploma
der H.B.S. kan men in de medicijnen
examens afleggen, echter niet doctoree-
ron. De gelegenheid om zelfstandig we
tenschappelijk werken eerst recht te lee-
ren, het schrijven van een proefschrift,
is den medici, die geen „eindexamen
gymnasium B" bezitten (of een daarmee
gelijkgesteld, „staatsexamen" hebben af
gelegd) onthouden. Worden dergelijke
menschen, die niet hebben kunnen do-e-
toreeren professor, dan schrijven onder
hun 'leiding anderen vfél e >n proefschrift.
Voor wis- en natuurkunde kan men met
een einddiploma 5-jarige niei geholpen
worden. Voor chemie ook niet. Of wel,
maar dan moet men naar Delf! gaan.
Daar is dan ook een ware opstopping
van chemici. Laat nu het einddiploma
der H.B.S. deze ongewenschte toeslan-
dpn verhelpen en laai dat diploom de
bevoegdheid ges-en tot het afleggen van
examens en het behalen van den doc
toralen graad in de ^geneeskunde en in
d© wis- en natuurkunde.
Tot zoover Limburg.
Doch dit zou den indruk kunnen ge
ven, dat 'i maar een onschuldig' voorstel
geldt. En dit is toch niet zoo.
Er is door rechtsche leden op gewe
zen, dat de tijd eigenlijk niet rijp is
voor een dergelijke wijziging.
Bovendien geldt hel een incidenteel©
verandering, die geen rekening .houdt met
de vertioriding tusschen gymnasiaal en
middelbaar ondenvij -
Het evenwicht tusschen de verschil
lende wetenschappelijke studies wordt ver
broken, sprak Brummelkamp.
Straks krijgen we geheete afbrokke
ling van de klassieke studiën. Immers
slechts 'private liefhebberij van enkele
oudheidkundigen
Beumer onderschreef de paedagogische
bezwaren door den heer Lohmatt uileen-
gezet in „Stemmen des Tijds" van
'Juli 1914.
De argumenten voor de noodzakelijk
heid van de kennis der oude talen voor
dei juristen, in dat artikel ontwikkeld,
gelden z.i. evenzeer voor hen, die in
een andere richting wetenschappelijk on
derwijs zullen genieten.
Limburg en de zijnen zetten derhalve
een stap in de verkeeide richting.
Straks komen misschien directeuren
van handelsscholen, om voor hun inrich
ting gelijkstelling te vragen.
Men noemt het ontwerp wet democra
tisch.
i Doch of 'teen gezonde democratie is,
i is voor ons de vraag,
i Vandaag zou gestemd worden over 't
bedenkelijke voorstel.
We vreezen, dat de zakelijke argumen
ten van rechts' ook Notens ontwikkelde
ernstig bezwaar door de heeren voor
stellers en bun. vriendjes aan huil laar
zen gelapt worden
En dat is ernstig te betreuren.
vaste voorneme. zou hij zich met sta-
kings-aangelegenheclen bemceic. En daar
om had hij ook tegenover mij, van wat
vroeger gebeurd was, gezwegeHe
laas, enkele maande na ons huwelijk
kwam er een werkman in de mijne, clle
je vader ook in Hamburg gekend had.
had. En die porde hem aan, om weer
te beginne, met de inenschen ontevrede
te maken. Je vader weigerde. Toe ging
die man zélf aan 't werk. En 't gelukte
hem wonderwelonze mijnwerkers be
gonnen te klage en te morre en eische
te stelle. Die lisligerd wees toe de wer
kers op je vader als de man, die hen
aan kon voere in den strijd. En je
arme vader vertelde het me later
tegen die verleiding had hij geworsteld,
maar ajs "een onweerstaanbare macht
werd de lust, om de arbeiders, niet al
leen die uit onze mijne maai* alle ar
beiders, te helpen en vóór te gaan.
Alléén, dit bad hij bedonge, het moest
een geheim blijve voor mij, dat hij de
leider wasIk zei 't je daar-eve, Bob,
dat ik 't je vader graag vergeve heb.
Maar mijn moeder en mijn ander» familie
8 k ops evwüksht van der, foeotaiul.
Do Engelschen blijven met kracht beu
ken op den Duitschen muur.
Thans weer hebben hevige gevechten
plaats langs geheel het front der Hin-
denburglinie van ten Z. der Sensée-rivier
tot. den weg Acheville-Vimy.
De Engelschen beweren belangrijke vij
andelijke stellingen genomen te hebben,
en dit kan aangenomen worden, als men
weet, dat Berlijn spreekt van een „nieu
we Engelsche doorbraakpoging"
die aan het Alrechtfront plaats had.
Waar het Wolffbericht echter pertinent
spreekt van de mislukking van die po
ging, is er reden om aan te nemen, dat
ook dit vomieuwde beuken geen beslis
send resultaat heeft gehad.
Wilt ge het oordeel van een neutraal?
Stegeman schrijft in de „Berner Bund":
Uil de commentaren der Engelsche en
Fransche pers blijkt duidelijk, dat men
aan den kant van den aanvaller niet meer
aan doorbraakoperaties, doch enkel aan
methodisch voortgezette deel-operaties
denkt. Deze zouden voorzeker een inzet
aan menschen en materiaal vereischen,
vergaf hem z'n zwijg© en z'n vóórgaan
niet. Nee. toen ©r armoede en ellende
in ons huis kwam, gaven ze hem van
alles de schuld. En geen hand wild'n
ze uitsteke, om te helpeMaar ik
zeide en zeg dit nóg, dat niet je vader
maar die vereeniging de schuld was van
onze armioedeDuitsehland is groet
en er is, voor wie werke kan en wil,
werk te vinde. Maar je vader, die kon
en wilde beide, vond géén werk. Niemand
wilde een man in zijn dienst neme, van
wien 't bekend was, dat hij tevreden ar
beiders verleidde en ontevreden arbei
ders in 't verderf stortte. Overal heeft
je vader werk gezocht. Maar in de groote
steden zoowel als in de kleinste dorpjes
achtervolgde hem de' vloek van zijn
leven.... O, Bob! Wat 'n ellende, wat
'n zorge hebben we toe leere kennel
Eindelijk gjnge we Duitschland uit en
naar Rotterdam. Hadden we dit maar
eerder gedaan! Want bier vond je vader
al heel spoedig werk. Te laat echter voor
je arme broertje, Heinrich. 't Schaap was
te jong en te teer voor al de ontbering©,
waarin lig met ons deels moest. Hij is
welke voörbeeldeloós is én tot de winst
in geen verhouding staat. Wanneer men
aanneemt, dat de door Hindenburg n
Ludendorff ingerichte bevestigingszén
tot aan den Rijn reikt, is het duidelijk,
dat de verdediger stapsgewijs terugtrek
kend, met zijn eigen krachten zuinig kan
omgaan, om den aanvaller des te zwaar
dere verliezen te laten lijden.
Van andere fronten wordt gemeld, dat
do Russen na een lange periode van rust
weer aanvallend opgetreden zijn iri het
Moldavisch grensgebergte ten Noorden
van den Oitos-pas. Welken aanval de cen-
tralen zich, ondanks alle vriendelijke te
rughoudendheid sedert den staatsgreep te
genover de Russen betoond, wel gedwon
gen zagen, om af te slaan. En voorts
dat generaal Mande in Mesopotamië den
Turken wederom een slag heeft toege
bracht, tengevolge waarvan de Turken
zich gedwongen zagen om in de Djebel
Hamrin-heuvels een belangrijk stuk ten
Noorden van Samarra, zich terug te trek
ken.
Omtrent de besprekingen, welke be
trekking hebben op het vredesvraagstuk,
kunnen wij weinige bemoedigende uitspra
ken opteekenen.
De voorloopige Russische regeering
komt nog eens met een uitvoerige nota,
waarin plechtig verzekerd wordt, dat het
plan tot een afzonderlijken vrede slechts
is opgekomen in de hoofden van oneenig-
heid zaaiende vijanden.
In „volkomen overeenstemming" met de
geallieerden wier centen men pas weer
aangepakt heeft vecht men tot het
zegevierend einde.
In den Duilschen Rijksdag is verder
van verschillende zijden opgemerkt, dat
België- onder de oude dynastie ernstig
gevaar kan opleveren.
Annexatie is vrij algemeen veroordeeld,
doch voor een volledige status quo ante
is men nog wat vreesachtig.
Staatkundige scheiding van Vlamingen
en Walen, een verstandige Vlamingen-po
litiek, daarvan wacht men heil.
Jammer, dat de Rijkskanselier niet met
een regeeringsverklaring kwam, welke, de
ongewenschte stemmen overstemmende,
den weg naar den vrede zou kunnen ba
nen.
Dan ware wellicht ook de hierna be
doelde stem niet gehoord.
De conservatieve fractie diende n.l. de
volgende interpellatie in
„De resolutie van het soc.-dem. partij
comité, dat den eisch stelt een gemeen-
schappelijken vrede zonder annexaties en
oorlogsschadeloosstellingen te sluiten,
heeft wegens het gemis van een duide
lijk positie kiezen van den rijkskanselier
daartegenover in breede kringen van het
Duitsche volk ernstige ongerustheid ge
wekt, wijl zulk een vrede wel met de
internationale grondbeginselen, doch niet
met de levensnoodzakelijkheden van het
Duitsche volk overeen zou stemmen.
Is de rijkskanselier bereid, over zijjb.
houding tegenover dit besluit ophelde
ring 'te geven?"
Dat Von Bethmann Hollweg nu maar
weer spreke.
De Entente isprak niet van een „frisr
schen vroolijken oorlog", doch ze doet
wel alsof 't een verkwikkend© strijd is.
Van vrede wil ze nog niet hooreii.
Kan aan en de Gorloy
De hoofdredacteur van Timotheusl be
handelt in de geschiedenis van den dag
den strijd tusschen 'Engelschen en Tur
ken in West-Azië. Naai- aanleiding van
den slag bij Gazia, de stad welker poor
ten Himsori drie duizend jaar geleden
op een boogen berg droeg, merkt de
heer Voorhoeve op
nog géén twee jaar gewor.deEen
poos heb 'k toen* gedacht, dat we 't
lijden te bove ware en er weer geheel
bovenop zouë kome. Maai- 't ergste stond
te wachte. Je vader kreeg, toe hij op
'n houtboot werkte, onverwachts door 't
losschieten van de lier een zware balk
tegen de borst, waardoor hij achterover
en in de rivier geworpen werdEerst,
drie weken later werd zijn lijk opge-
Vischt
Juffrouw Schill, die vaak haar ver
haal af bad moeten breken, als een hoest-
bui haai' oven-iel en afmatte, zweeg nu
dooi' de herdenking van al dat lijden
geruimen tijd. Hevig bewogen was ze
maar meest door de herinnering aan den.
dxoevigen dood van haar man, die zoo
heldhaftig gestreden had en zich had wil
len ontworstelen aan den vasten greep
der voor hem zoowel als voor vele an
deren zoo wreede macht.
„Moeder", zei Johann eindelijk, toen
ze een weinig tot bedaren gekomen was.
„waarom ging u na vaders dood niet
naar Duitschland terug?"
(Wondt vervolgd.,,