nd
EELEN
De quaestie van liet grondbezit.
No 174
Vrijdag 27 April 1917
31e Jaargang
'an 110
Bog Jotan Sell zp irni vond.
|3 Mei 1917,
Staten-Oeneraal
De Groote Oorlog.
too.
:EL Co.;
•ELAND".
FEUILLETON.
SS
>o.
bovengenoemde
ouders van Aan-
HASSELT;
Co
1SSENS;
frijgbaar zijn.
i e n st
TTERDAM
7.
id. 17 10,30
I'd. 18 10,
er 19 10,30
d.20-,-
in. 2110.30
Is. 22—,— 11,30
(en 23 8,30
id, 24—,— 10,30
Hd. 25 6,1,
er. 2ii 6,1,
W 27 -,,-
in 2810,
hs. 29-,— 12,—
lien 30 8,80
id. 31 10,30
Ichter den datum
zeehet tweede
I Rotterdam.
100TD1ENST OP
pHELDE.
lensNeuzen.
Istregeling
ere aankondiging,
tijd.
reskens vm. 5,20,
I) 3.50 6.35b).
Lssingen vm. 5,50,
4.40, 7.05.
tr Neuzen vm.
3.43, 5.454).
Vlissingen vm.
2.—, 5.05.
Irein 12.02 kan de
hten uiterlijk tot
rdaas, en de boot
it 12,30.
trein 6.29 kan
(wachten tot 6.40.
(det 'te Borsselen
trein 5.38 kan
wachten tot 6.50.
vertrekt deze boot
ij vertraging van
6,50.
300TDIENST OP
ÜHELDE.
ekenskerke
/lake.
bril 1917 vertrekt
luzen naar Hans-
it om 5.50, maar
(eder liem in de
beft geen gevoel,
(eer, dat ie bikt."
dat moeder z'n
nde. En hij lachte
hij op de oude
eder van bed had
End, aan den an-
Efel, had neerge-
En daar, zorg-
(en ouden deken,
[n 't kouder werd,
rager in de Baan-
hij lieerlijlk. Ter-
aef op. Nu was
Erbij1. Een bittere
lippen, d.e voort
ik waren. Maar ze
(oor dat ze niet
(ob wilde ze niet
jeSt slapen,
arken, de gebade
toen ze in slaap
|s ze niet werkte
(en geld. En Bob
Stuk brood, dat
telen
(Wordt vervolgd.)
Uitgave vaq.
de Naaml. Venn. LUCTÖR ET E MER GO,
gevestigd te Goes.
Hoofdbureau te Goes:
LANGE V.ORSTSTRAAT 219.
Bureau te Middelburg:
FIRMA F. P- R H U IJ L. BURG.
Drukkers
Oosterbaan Le Cointre, Goes.
Het onderstaande, door ons, lang ge
leden, gevonden in de Nieuwe P r o v.
Gron. Courant, heeft voor onzen
tijd en voor onze provincie nog dezelfde
waarde als toen voor de Gyoningsche
lezers. Wij nemen 't daarom óver.
De vraag of particulieren eigenaar mo
gen zijn van een grooter of kleiner deel
van den grond, dan of de grond aanl
liet geheele land behoort, en, gelijk
van zelf daaruit volgen zou, door de
overheid beheerd moet worden, begint
hoe langer hoe meer op den voorgrond
te treden.
Het is een diep ingrijpend vraagstuk,
en bedenkt men hoeveel er aan vastzit,
dan kan het niet verwonderen, dat be
dachtzame staatspartijen er ïqeerendeels
nog het zwijgen toedoen.
De socialisten zijn er spoedig mee
klaar. En dat 'is te begrijpen. Wanneer
men geen verbetering maar omverwer
ping van bestaande toestanden bedoelt,
omdat, zooais men beweert, „de boel
toch niet meer op te knappen is," dan
heeft men ook niet verkregen rechten,
met de historie, met erfrecht, en tal van
andore quaesties, die met het grondbe
zit in verband staan, niet te rekenen!
Men maakt „schoon schip" en regelt
dan de zaak alsof er vóór ons niets
of piemand op deze aarde geweest ware.
Doch wanneer men dit revolutionair
wegcijferen van de geschiedenis en het
verleden ongeoorloofd, acht, een middel
erger dan de kwaal, dan komt de quaestie
heel wat arfdera te staan.
Dan begrijpt men, dat voorzoover het
grondbezit, een a'ndere regeling tyehoeft,
tal van belangen waarmee het samen
hangt zullen moeten worden doorgedacht;
en dat in geen geval een regeling mag
worden vastgesteld, waardoor andere wet
tig verkregen rechten zouden worden
prijsgegeven ol' geschaad.
Zoolang toch uit een grondig en al
zijdig onderzoek ziich nog geen algemeen
gevoelen heeft gevormd, zal het onmoge
lijk zijn deze quaestie tot een punt van
actueele politiek te maken.
Bij dat onderzoek zal men, naar het
ons voorkomt, wel doen het algemeene
en het bijzondere te onderscheiden, eft
ilie twee liefst niet gezamenlijk te be
handelen.
Er zijn bij de quaestie van liet grond
bezit, om het zoo te jioemen, algemeene
Waarheden betrokken, waarover onder
antirevolutionairen zeker wel geen ver
schil zal bestaan. Doch er zijin ook vra
gen, die eerst wanneer de algemeen©
waarheiden zijn vastgesteld oprijden, en
waarbij dus eigenlijk de quaestie pas
begint.
Tot die algemeene waarheden pékenen
we, dat er in den grond een nationaal
bestanddeel is, dat niet vervreemd mag
worden: Dat wil zeggen een bestanddeel,
waarop niet een enkel persoon pf èen
familie, maar de natie als, zoodanig recht
blijft hebben, onverschillig wie er op
een gegeven oogenblik eigenaar van is en
afgezien van de vra<jg welke schadeloos
stelling den eigenaar rechtens zou toe
komen, wanneer de natie int haar ge
heel, om voldoende redenen, het feite
lijk betzit van dien grond weer aan
zich zou willen trekken.
Dit nationaal bes'anddeel vloeit, dunkt
ons, voort uit het feit, dat God aan elk
volk zijn eigen plaats ter bewoning op
den aardbodem heeft toegewezen. Verlder
door M. v. d. Staal.
5)
Broodl Brood!
Den volgenden morgen werd Johann
eerst wakjker, toen hij door 'tvale licht,
dat van buiten in 't kamertje doordrong',
begreep, dat 't al lang dag moest zijin.
't Moest een mooie dag wezen, te ,por-
deelen naar de sterkte van 'het licht.
Als de lucht betrokken was, bleef 't over
dag somber-schemerig 'in deze woning.
Sloeder sliep bepaald nog. 'tWas ten
minste heel stil in de bedstede, waar
moeder lag. Best mogelijk had 't arme
mensch 'nganschen halvén nacht opge
zeten, om klaar te komen.
Johann wierp een blik op- ,het naai
werk. Ja, dat zou wel af zijn. Moeder
had 't, gelijk Ize gewoon was; heel net
jes opgevouwen, klaar om te bezorgen.
Stil, hij zou moeder verrassen. Vóór
ze wakker werd, wilde hij'dat karweitje
wegbrengen. En als: hij dan'terug kwam,
zou hij wat thee meenemen en 'n lekker
uit de omstandigheid dat in of op dat
stuk van den aardbodem, waarop dat volk
geboren en getogen is, met inbegrip van
de wateren die er in of bij zijn, alle
stoffelijk bezit en stoffelijke welvaart,
•waartoe dat -volk in den loop der tij
den komen zal, gevonden wordt. Zoo
dat men overdrachtelijk zeggen"' kan, dat
dit volk dezen grond gekregen heeft, als
zijn stofielijken uitzet of zlijn grondka-
pitaal. dat het au verder door vlijt en
inspanning zal hebben te vermeerderen.
In dit denkbeeld van een eigen grond,
die aan de natie in haar geheel tot be
woning en exploitatie is gegeven, ligt
reeds het denkbeeld van een vaderland,
met een eigen bestemming en een ëigein
plaats naast de andere volken opgeslo
ten, en wordt het cosimopolitisme 'dus
van den beginne aan buitengesloten.
Maar evenzeker ligt erin, dat nu geen
persoon of personen uit het volk feich
het absolute eigendomsrecht van dezen
grond zullen mogen toekennen, want. die
grond, >dit vaderland is! eigendom der
natie in haar geheel; en het privaat be
zit van een deel ervan, kan dusl zoolang
men aan een vaderland, een geboorte
grond der natie gelooft, nooit anders
worden opgevat, dan als! betrekkelijk. Het
privaat grondbezit onderstelt een hoo-
ger bezit, dat aan de historische natie
in haar geheel behoort.
Voor de .socialisten geldt deze reide-
neering niet. Zij gelooven niet aam ©en
Goddelijke beschikking over de landen
van den aardbodem, en moesten eigen
lijk, als! Theoretische cosmopolieten, van
volken, natiën, bepaalde landen ènz. niet
meer Spreken; want in dit systeem is
de geheele bewoonde aardbol één land,
één volk, één volk, één rijk, één repu
bliek of hoe meu het noemen wil.
Bij een antirevolutionaire beschouwing
van liet grondbezit, zal dus maar ons
oordeel deze waarheid als uitgangspunt
moeten vast staan. Neemt men haar niet
aan, dan zien we niet in op weikeu
grond men het ongeoorloofd of onrede
lijk zal noemen, dat één persoon of een
combinatie van personen, of desnoods
een vreemdeling, indien hij maar jrijk
genoeg is, successievelijk het geheel©
land opkoop© en de geheele natie, die
er verblijf houdt, zetbaar make op haar
eigen geboortegrond, of ook, het ligt
maar aan zijn welgevallen, haar het ver
blijf daarop voortaan on.tz.egge.
In da oude geschiedenis, uit tien tijd
dei' landveroveraars, leest men van .die
verdrijving van geheele stammen van de
plaats hunner woning; en het is een
der donkerste plekken in de gesehieder
nis van Engelands oorlogen tegen dé
Kaffers in Zuid-Alrika, dat het zich van
zulke gruwelen niet heeft onthouden.
Het ontvreemden van d,en grond aan
de natie waarop zij geboren is en huist,
is! tegen Gods bedoeling en derhalve zon
dig, onverschillig of het door een ver
overaar in het groot als door één per
soon in het klein wordt gedaan. Het
komt op de erkenning van dit beginsel
aan. En het private grondbezit zal dus
altijd zóó moeten zijn geregeld, dat het
nationale bestanddeel in den gronii er
kend blijve, en dat niemand zich zal
kunnen opmaken, om door macht van
geid allengs den geheelen bodem tot zijn
uitsluitend eigendom te maken.
kopje, op z'n Zondagsch, aan moedertje
geven.
Eerst ging hij naar 't kastje in den
muur, om een boterham te jktijigen. Hij
had werkelijk trek.
Wat was dat? Geen brood op de
plank? Nee, nergens zag hij 't: boven
noch onder, 't Stond toch niet onder dat
bord op den gootsteen? Ook, niet!
„Ol" schoot plotseling als een pijl
de gedachte door zijn hoofd. „Er is
geen brood meer in huis. Moeder hal
gisteravond geen geld meer, om brood
te bpope. En nu moest nog net 't onge
luk daarbij kome, dat ik niets .thuis
bracht. Nu begrijp 'fc eerst goed, waar
om moeder zoo schrok en waarom ze
zoo boos op d'n baas werdl"
Do pijl wasi- scherp en wondde wreed.
Nog nooit wasi 't zoover gekomen, dat
er geen brood meer in huis was Ja,
juist; daarom bleef moeder werken. Voor
dit karwei zou ze dan tenminste nog
geld ontvangen.
Zoo snel als Johann kon, maakte hij
zich nu gereed, om de boodschap voor
moeder te doen. Brood moest er imimers
kómen, brood voor moeder.
Even gluurde hij ,in de bedstede
Ja, moeder sliep nog. Wat lag ze daar
Eerste Kamer.
De groote centrale voor ex-
pon, en import. Enkele
moiieven. De gebleken af
keer. De tandbuuw de
dupe. Een belangipke motie.
In ons Hoogerhuis zijn gisieren de al
gemeene beocnouwingen over hoonlsi.uk
X, ianribouwbegroodng, voortgezet en
geëindigd natuurlijk.
Allen waren vervuld met de gedach
ten aan de groote centrale voor export
en import.
Wat stelt de minister zich ervan voor?
Al wist men nog plet alles, toch ge
noeg om met ernstige bezwaren voor den
dag te komen.
Vooral de lieeren Stork en Cremer
hebben geducht op hun poot gespeeld,
en onomvvonrien hun afkeer uitgesproken
over de ontvoogding, welke den land
bouw en nijverheid en liandel bedreigt.
Enkele motieven van den minister wil
len we liier afdrukken.
„De lasten van de producenten voor
binnen- en buitenlaind moeten evenredig
worden gemaakt en daarom is het noo-
dig dat de export wordt geconcentreerd
in één lichaam. De „bedoeling" oorlogs
winst voor den Staat Le maken mag de
Regeering niet in de schoenen worden
geschoven. De bedoeling zou zijn het
vooropgezette doel, hel geldt hier slechts
een bijkomende wenseh, welke zeer be
grijpelijk is, 'gezien de zware eischen aan
de schatkist gesteld.
„De concentratie dient binnen- en bui-
lenlandsclie producten te omvatten, wil
men inderdaad iets hereiken. Ook die
scheepvaart ofschoon daar de schepen-
vorderingswet reeds gelegeniie.d tot han
delen biedt. Export én import en dat
betreft dan ook de J. idisehe producten,
dienen in één rich tin] geleid. „i
„Door export in een hand te brengen
kunnen dan dus de lasten over de jpro-
ducanten gelijkelijk verdeeld worden.
„Een andere reden waarom centralisatie
noodzakelijk is, ziet de minister van Fi
nanciën ook daarin, dat bij: demobilisatie
als 4® grenskommiezen alleen voor de
grensbewaking zijn aangewezen, de smok
kelarij geweldige afmetingen zal aanne
men. De bedoeling is dat de op te
richten N. V. het algemeen belang zal
dienen."
Veel vertrouwen hadden de heide hoe
ren echter niet in de zaak en van Nie-
rop vreesde, dat gestuurd ziou worden
in de richting van een pfficieele finan-
cieering van den export.
Dit staat vast, dat de Jandbouw het
zwaarst getroffen zal worden.
Met het oog hierop wil de minister
echter loonende prijzen waarborgen.
Wel is er vee geslacht, én zal er nog
veel vee geslacht moeten worden, doch
dat kan hij niet helpen.
Bij de replieken bleken de sprekers
wel ietwat bevredigd.
De Kamer hield echter vast aan den'
wensch, dat deze zaak niet buiten de
Staten-G ene raai om zou worden' behan
deld.
De minister vond 'tniet noodig, maar
de motie-van Houten, die het eischte,
werd eindelijk toch met algemeene stem
men aangenomen.
Bij de bespreking van de begrooting
van financiën is de ministerswisseling
van Gijn-Treub ter sprake gekomen.
Min. Cort trachtte reeds: een aanne-
stil en wat was ze bleek I Méér dan
moe was ze ongetwijfeld.
En nu gauw weg. Hoe spoediger hij
terug tfcvvam, des te eerder was er
brood
Johann had niet ver te loopen. 't Ver
stelwerk moest op de Delftsche 'Vaart
wezen in een caféetje. Hij wist den weg
en hij kende de menschen, want het
waren moeders meest vaste klanten.
De haast, waarmee Johann enkele
oogenblikken later door Oppert en Sint-
Jacob,straat rende, wekte het wantrou
wen op van een agent. Je kon nooit
weten! Die Rotterdamsche bengels waren
tot allesi in staat en dat pak onder z'n
arm kon best gestolen waar wezen.
De agent volgde Johann en bleef op
de hol iStaan van de Raambrug. Hij zag,
hoe de jongen aanbelde, even wachtte,
bij de ramen opkeek, die natuurlijk
op Zondagmorgen 1 gesloten waren,
heen en weer liep, wéér aanbelde
„Da's bepaald niet pluis I" mompelde
hij, het besluit nemend, om dat haastig
joggie eens aan den tand te voelen.
„Hij schijnt rust- noch duur te hebbe.
Misschien is 't wel uitangst, dat ie ge
snapt worde zal
De agent kwam nader. Dat Johann
melijke verklaring van het zonderlinge
geval te geven, en min. Treub zou 't
vanmorgen probeeren.
Beknopt overzicht van den toestand.
Op 't Westerfront weer 't pude liedje
Bloedige strijd en geringe vorderingen.
Het effect van al de verliezen en of
fers: aan jonge menscheuieveps is, dat
de Duitschers over 't algemeen de Stel
lingen, waaraan zij' zich zoo hardnekkig
vastklampen, hebben kunnen hehoudejn.
Van den anderen kant hebben hun
tegenaanvallen weinig doorslaand succes.
Intusschen duurt de bloedige worste
ling voort.
Wie zal het winnen r de artillerie-over
macht van de geallieerden of _de taaie
hardnekkigheid der Duitschers?
Spoedig zal het blijken.
ln Duitschland wordt meer en meer
aangedrongen op een besliste verklaring
van de regeering over de oorlogsbedoe
lingen. De „Voss. Ztg." zegt: „Wij be
wonderen dagelijks de offers aan kracht
en ontbering die onze troepen aan het
westelijk front brengen, maar wij wilden
toch wel eens weten, voor welk poli
tiek doel dat moet dienen."
De „Norddeutsche Allgemeine Ztg."
heeft nu in een lang artikel, dat klaar
blijkelijk uit de Rijkskanselarij' afkomstig
isi, een verklaring afgelegd, naar aanlei
ding van den sociaal-democratischen
eisch, dat de regeering zich 'zal uitspre
ken voor een vrede zonder annexaties
en zonder oorlog,sischadcloosstelling.
Dit artikel betoogt, dat de Duitsche
regeering haar meening reeds: duidelijk
heeft te kennen gegeven, en wijst op
d© dwaze eischen der geallieerden.
De soc.-democraten nemen met deze
houding echter geen genoegen.
L)e Verwarts" spreekt dit rondweg
uil; het blad betreurt, dat de regeering
niet kan besluiten, om te zéggen wat
zij eigenlijk wil. De regeering wil de
vradesiformule van de sociaal-democratie
niet ronduit afwijzen, maar zij1 wildie
ook niet overnemen, uit vrees voor de
chauvinistische, al-Duitsche 'bladen, die
z,ulk een belijdenis a!s bewijs van zwakte
zouden aanzien. Dat is te bejammeren,
omdat de gunstige resultaten, die een
duidelijk geformuleerde uitspraak van de
regeering zou kunnen hebben yoor dein
vrede, nu uitblijven.
Ook andere bladen zijn met de Ver
klaring der- regeering niet erg ingenomen.
I)e Weensche bladen huldigen de po
litiek van graaf Czernin inzake de jre-
deskwestie.
Ze juichen liet toe, dat hij weer een
stap verder is gegaan op1 den weg tot
overeenkomst, welke de O. H. regeering
sinds eenigen lijd met onmiskenbare vast
beradenheid .opgegaan is'.
De „Neue Frei P!resse" schrijft: Na
deze verklaring welkte tegenover Rusland
een volledig du'de'ijke, eiken twijfel weg
nemende mededeeling over de grondsla
gen van den vrede bevat., zal men zich
in Petrograd niet aan een onderzoek
over de vraag kunnen' onttrekken, of de
oorlog nog een ernstig doel heeft. De
jongste uiting van de Oostenrijk-Hongaar-
selie regeering is .niet alleen een ant
woord op de vraag der Duitsche soci
aal-democratie, maaT tegelijkertijd een
tot de geheele wereld gerichte verklaring.
niet haastig wegliep, zooals ongetwijfeld
een boefje gedaan zou hebben, bracht
de reeds bijna vaststaande overtuiging,
met een jeugdigen langvinger te doen
te hebben, weer eenigszins aan 't wan
kelen.-
„'t Lijkt heel vreemd!" oordeelde
de man, die zag, hoe de jongen voor
de derde maal en nu hard en lang, aan
de bel trok. „Hij doet aan d'n eenen
kant, of er iets: niet in d'n haak is pn
aan den and'ren kant kan 'k toch niet
zien ook, wat of nu precies- verdacht is.
Wacht, 'kzal op 'n afstandje blijve en
't geval eens opneme. Hier in dit slop
heb 'k "r 'n mooie plaats voor."
Johann zag in zijn driftige haast niet,
dat op een paar huizen afstands van
hem de politie-agent in een steegjever
dween. Hij had voor niets oog dan voor
de deur, die maar gesloten bleef.
„Ze zulle toch niet de stad ,uit zijn,"
zei liij bij zich .zelf. „Da's bij
m'n we te hier nog nooit gebeurd. En
al is 'réén je weg, dan zijn 'r hier toch
altijd nog genoeg in huis'k Merk nog
niets. Wie weet, of moeder al niet wak
ker is. Dan zal ze niet wete, wat 'r
aan scheelt, als ze mij niet zietNóg
's belle!"
VERSCHIJNT ELKEN WERKDAG,
Abonnementsprijs:
Per 3 maanden fr. p. post f 1.50
Losse nummers-0.06
Prjjs der Advertentifin,
14 regels f 0.60, iedere regel meer 16 dt
3-1naai wordt 2-maal berekend.
Bjj abonnement voordeelige voorwaarden.
Bewijsnummers 5 cent
De „Zeit" zegt: Czernin is weder een,
zij het ook kleinen stap verder gegaan
op den weg, dien hij ingeslagen is om
aan de nuttelooze menschenslachterij een
einde te maken. Het is geen teeken van
zwakheid als een staatsman den moed
heeft te erkennen, wat elk menschelijk
verstand meent.
Doch, zal men na dit allesi vragen,
wat wil nu de Entente?
Aan de idwaze geruchten, die jich
omtrent haai- oorlogsdoel de ronde doen,
hechte men niet te veel.
Mocht men nu aan deze zijde spoedig
doen blijken, wat men eigenlijk "bereiken
wil.
De invloed van Wilson kan yeél doen;
indien hij is: blijven slaan op zijn stand
punt: geen overwinnaars en geen over
wonnenen.
Dat moet toch het oorlogsdoel zijn,
waartoe men wil komen, en dat kan
niet worden bereikt, wanneer het voor
nemen bestaat, de Duitschers tot „sla
ven" te maken, ten dienste van Prank-
rijk, zooals' de senator Humbert wil.
De Engelsche socialisten weten wèl
wat zij willen.
De afgevaardigden der Fransche en
Engelsche socialisten, die naar Rusland
vertrokken zijn, deelden aanjournalisten
hun indrukken mede.
Saunders; de secretaris der „Fabian
Society," verklaarde, dat de Engelsche
delegatie in Rusland kwam, niet alleen
om de revolutie te begroeten, doch ook
om de houding der arbeidersklasse je
gens den oorlog uiteen te ztetten.
Het natuurlijk vredesverlangen van de
leiders der Russische arbeiders sloot
iedere gedachte aan een afzonderlijken
of 'door Duitschland opgelegden vréde
uit. De EngeLsche delegatie legde qan
den raad van arbeiders:- en solidaten-af-
gevaardigden 'een dwingend, programma
voor, waarvan Engeland nooit zal af
zien. Dit bestaat in het teruggeven van
alle door brutaal geweld ontrukte grond
gebieden en herst,el van alle schade,
veroorzaakt door de mogendheden, die
voor den oorlog verantwoordelijk Zijn.
Het program omvat verder het herstel
der kleine overweldigde landen.
Jammer ,dat de vredesbesprekingen tel
kens weer wreed gesloofd worden -door
berichten, die de oorlogskoorts weer
wreedelijk weten aan te wakkeren.
Zoo is op een conferentie té Peking
van provinciale militaire gouverneurs,
waarbij de minister-president voorzat,
met algemeene stemmen een besluit aan
genomen ten gunste van een deelneming
van China aan den oorlog.
De Stemming toont, dat het parlement
in overweldigende meerderheid vóór in
grijpen is, doch de president heeft nog
geen beSluil genomen.
Moge hij het nimmer nemen.
Een Duitsch complot in Amerika.
De regeering der Vereenigde Staten
heeft een Duitsch complot ontdekt om
al de rijken in Centraal-Amerika tot een
verbond tegen de Vereenigde Staten te
vereenigen.
Dit complot werd verijdeld door de
arrestatie te N.-Orleans van den heeer
Jules Frais, gewezen lid van het '.mini
sterie in Nicaragua.
Door de 'Duitschers was een compleet
plan uitgewerkt voor revolutionnaire be
wegingen in Costa Rica, in Nicaragua, in
Honduras, in Guatemala en in -San-Sal-
vador. Frais zóu president worden van
dezen nieuwen statenbond.
Weer stak hij de hand uit, om voor
de zooveelsite maai "de vast-slapenden te
roepen, toen er boven zijn hoofd een
raam opengeschoven werd en een hee-
sche stem hem toeschreeuwde:
„Hei, zeg 'r es Wkt 'n heidensch la
waai I Zou je nou niet es gauw op-
liouë
„Ik kom met naaiwerk!" riep Jo
hann den man toe, dien hij niet kende
en die misschien wel de man van de
juffrouw uit 't café kon zijn.
„Wat?" schreeuwde deze daarop
terug. „Eom je daarvoor "zoo'n kabaal
make? Als je me nou niet gauw maakt,
dat je weg komt, gooi 'kvan bove.'f
De uit den slaap gewekte 'was blijk
baar in groote woede, dat hij voor zulk
een bagatel de moeite had moeten doen,
om op te staan. En terwijl hij' sprak,
stak hij zijn firm naar binnen, om eea
voorwerp te zoeken, waarmee hij Van
uit de hoogte kracht aan zijn woorden
zou kunnen bijzetten.
Op dit oogenblik werd gr naast hem
een ander hoofd uit 'traam gestoken.
'tWas de juffrouw van 'tcafé, die even
eens verontwaardigd bleek over Johanns
handelwijze.
(Wordt vervolgd.)
f vim ami nomas.