Qspvarkens,
scht
buw.
No. 167
Donderdag 19 April 1917
31e Jaargang
en Schaap
ers,
jes5
ru-Ouano,
laarzen,
rraagd
zaad,
•aknecht
Dienstmeid
>fhod@
I gevraagd
TUREN.
juffrouw,
ff ff
ff
Zeeuwsche Stemmen.
cv.
KEES VAN DER MEER.
Uit de Pers.
De Groote Oorlog.
ekerke.
ce.
i'RANCKE Pz.
P*
jnde vierwie-
zeer geschikt
jre doeleinden
UUTE, Graven-
NOEN:
te Biggekerke.
J)
JD Jz., Lij de
elle.
at zijnde Lint-
mm- en Hand-
(schroef, bek-
clit 70 K G. en
les in goeden
lissingen.
pelle.
met Mei
en kan omgaan.
Vaars en een
LÜ maanden, bij
skerke (W.)
of zonder kosten
NIEUWELINK;
(bij Neuzen.)
een bekwaam
en Kleingoed-
audig kunnende
B bureau van
de Meid
kan, bij
burg, Arnestein.
mende Meid
OISE, Gapinge,
nderen jvakman)
en, vraagt tegen
-Huishoudster,
den werkend, n
tter W, bureau
tegenwoordige
baren leeftijd, bij
tend landbouwer,
)OM. Bakker,
Wolphaartsdijk.
wordt in het
em. Nieuwstraat
oedig mogelijk
tevens tot hulp
onevens kost, in-
>n geneesk. beh,,
n f 175Jaarl.
leftijd 23—35 jaar.
j dé Moeder van
waar informaties
vr. G. W. COOL—
ven 151, Schiedam.
'even onder letters
werkzaam geweest,
irma F. DHUIJ,
Uitgave van
de Naaml. Venn. LUCTQR ET EMERGO,
gevestigd te Goes.
Hoofdbureau te Goes:
LANGE VORSTSTRAAT 219
Bureau te Middelburg:
FIRMA F. P. DHUIJ L. BURG.
Drukkers:
Oosterbaan Le Cointre, Goes.
VERSCHIJNT ELKEN. WERKDAG,
Abonnementsprijs:
Per 3 maanden fr. p. post f 1.50
Losse nummers-0.06
Prjjs der Advertentiën.
1—4 regels f 0.60, iedere regel meer 16 ct
3-maal wordt 2-maal berekend.
Bij abonnement voordeelige voorwaarden.
Bewijsnummers 5 cent
Verbetering.
In ons voorlaatste nomlmler, onder Bin
nenland, in het situkje „Lobman en
S.chaepman" komt een latijhsche ziin
spreuik voor, beginnende met het woord
„Pactuis;." .Dit inoet zijn Pectus.. 7,oo-
dat de regel luidt: Pectus est quotf di
sertos facit. (Het is de inwendige over
tuiging die welsprekend maakt.)
Mr. Stieger gekozen.
Bij enkele candidaatstelling is de beer
mir. Stieger tot lid clar Staten gekozen.
Deze uitslag doet ons genoegen.
Gedurende een reeks van jaren hebben
de Roomisphen in het kiesdistrict Goes
met zeldzame trouw en zelfopoffering do
antirevolutionairen en christelijk histori-
slchen bij1 do stembus voor Kamer en
Staten gesteund.
De enkele malen dat zij met ©en eigen
candidaat uitkwamen, moesten zij, spijll
den steun der bondgenooten én. de krach
tige actie der antirevolutionaire leiders;,
weer den slag verliezen; zoodat zij in
de laatste jaren de poging maar opgaven,
en zich zonder beding aansloten bij. de
candidaturen der beide andere, rechtse he
partijen.
Dezen nobelen zin onzer Roomsche
medestanders hebben wij steeds gewaar
deerd hun recht op een zetel in do
Staten voor het district Goes is door
ons; steeds in het oog gehouden. En yij
hebben dan ook niet geaarzeld, p-u de
gelegenheid 'zich voordeed, aan dein
wensch der R. ,K. Centrale gehoor te
geven, en den zetel, opengevallen door
het overlijden van onzen hooggeachten
geestverwant 'Diuvekot ,aan de R. K. toe
te wijzen.
Dat de Énksche partijen op ons ver
zoek den 'zetel onbestreden lieten, was
■mede een aanwijzing dat de zetel van
den heer Diuvekot door den lieer Slieger
zou bezet worden.
De II. K. partij, in het district Goes
en de R. K. Statenclub zij miet deze.
verkiezing van barte gelukgewenscht..
Os Prins dor Nederlanden.
Heden, 19 April, viert het Nederland-
istehe volk, zij het ook in alle stilte,
met zijn Vorstenhuis feest, wegens dien
verjaardag van den Prins' der Neder
landen.
Prins Hendrik Wladimdr Albert Ernst,
hertog van Mecklenburg, is geboren 19
April 1876, en trad derhalve heden zijin
42e levensjaar in.
Spare de Heere hem, nog een reeks
van jaren, tot zegen van het volk en
tot blijdschap der Koningin en voor ons
bemind Prinsesje.
Prins' Hendrik, schoon vóór 7 Febr.
1901, zijn huwelijksdag, een vreemdeling,
is' reeds sedert lang een populair© ver
schijning onder ons. Hij gevoelt zich ge
heel en al thuis' onder ons. "Hij! steunt
menige Nederlandsehe onderneming met
stoffelijke en zedelijke middelen.
Vooral de Zeemacht gaat heml,ter harte.
Dit, en veel meer nog, is' ons. een
oorzaak omi in te stemmen met den
wensch van vellen: Leve de -Prints 'dier
Nederlanden 1
't Is waar, ons volk heeft weinig zin
voor echten humor en voor fijne ironie.
Het weet z'e niet 'te genieten, noch 'ze
te onderkennen van wat plat isi en ruw.
't Is nu eenmaal een feit.
Wie heeft liet ooit ernstig gewaagd
deze stelling te bestrijden?
'tLigt nu eenmaal niet in ons volks-
karakter, om; in bet dagelijksch gebeiu
ren, in wat we ziien of lezen eehtein
humor te zoeken en te proeven.
Dit zou 'nu niet zoo bedenkelijk zijn,
als wat voor burner of ironie in den
besten zin gegeven wordt, ook waarlijk
daarvoor kon doorgaan.
Doch dit iaat nog ai eensi te wen-
sehen over.
Ik herinner maar aan het dezer dagen
in de Zeeuw opgenomen fraais1 van de
hand des heeren Frans Co-enen, die een
zoo min stukje schreef naar aanleiding
van de actie tegen de zonde van het
vloeken ,dat bijna de geheel© Christelijke
Pers er schande van sprak.
Het blad, van welks gastvrijheid jk ook
nu weer profiteer, schreef lei-echt, dat
het aantal verdedigers van een vloek
groot is. Dat Frans Coenen niet alleen
staat, maar achter hem een schare van
vrienden, die zich in de handengewre-
ven hebben van vermaak 'bij het lezieo
van zijn f!rissche(?) regelen in de „Mos- j
groene" (zoo wordt „De Nieuwe Ami
stardaralmssr" wel kortheidshalve genowndj)
bleek' ook uit een stukje, dat ik in de
Middelburgsche Courant las.
Dit blad lacht de £lir. pers; uit of
of liever een tweetal bladen; het schijnt
niet te weten, dat bijkans, alle (Lr. bla
den verontwaardigd waren om haar
onnoozelheid, dat ze niet gesnapt heeft,
dat Coenen zuivere ironie gaf.
„Het is; werkelijk waar, roept de re
dactie uit, dat je in Holland, wanneer
je iets ironisch opmerkt, je toehoorder
een por in de zij Inioet geven, liefst nog
vergezeld v,an .een knipoogje in den
trant vanje-snapt-'t-wel, hè? Anders
snapt hij, het niet, en denkt hij dat het
ernsit is."
M'n compliment aan het Middelburg
sche orgaan, dat het zich niet heeft laten
beet nemen, dat het de gave bezit, der
gelijke ironie 'te genieten.
Ik reken het mij echter niet tot ©en
schande deze gave te missen.
Wat Coenen gaf moge ironisch bedoeld
zijn, het wekt een gansch anderen in
druk en zal ongetwijfeld dezelfde uitwer
king hebben alls een „ernstige" verdedi
ging van den vloek'.
En daarom noem ik het grove situkske
een gevaarlijke „slip of the pen" en be
twist ik, dat Coenen en z'n Middelburg
sche verdediger een zuiveren maatstaf-
aanleggen bij het proeven van humor en
ironie.
Dat ons' volk over 't algemeen niet zeer
kieskeurig is in z'n uitingen, zullen velen
Inoefen toegeven.
Dezer dagen fcvvami mij weer ©en be
wijs! onder de oogen.
N.T. een verhandeling van den 'beer
Theo Bosman in de Beiaard, over het
straatlied.
Deze schrijver komt dan ook tot de
volgende weinig bemoedigende conclusie:
„Het straatlied is naar den inhoud vaak
kwetsend voor het rein gemoed, naar dien
vorm volkskundig van belang, doch let
terkundig van geringe waarde; door het
overgroot aantal spotliederen toont het
duidelijk' de behoefte aan van 'tvolk
aan humoristische liederen, muzikaal be
schouwd is het de verd ringer van het
volkslied in den goeden zin. Iedere plaats,
door het straatlied ingenomen, is .ver
overd op het goede lied, ontroofd aan
het volkslied."
O, zeker, èr is nog wel behoefte aan
hulmor, doch ons volk verwart humor met
grofheid, mist den noodigen smaak, en
veelal ook den moed oml - wat plat en
zielloos' is te weren.
Theo Bosman laat tal van onze straat
liederen de revue passeeren
..Maandenlang hoorde men allerwegen
galmen, dat er „Niets aan Le doen" was.
Nu eens beweerde men „Dat hebben die
meisjes zoo gaarne," dan weer hoorde
men alom ,yragen: „Wat isl er met 'die
meid gebeurd?" Don weer hoorde men
overal„0 Japie is! getrouwd, En hij
zit in de misère." In de laatste regel
W'as 'tvreeimde woord voor velen een
struikelblok en hoorde men ook wel:'
„En h'ij zit in de serre," ja zelfs wel:
„in de kazerne"! Dan klonk het langs
de straten en wegen: „0, Suzanma,, wat
is dat leven wonderschoon" of bog lie
ver wondersjeun, o'f „'Geef me nog een
druppie." Op dit laats,te hoorde jnen
tijdens de Rembrandtfeesten tie Amster-
daimi ,en elders zoo onnavolgbaar schoon
varieeren met: „Leve dooie Remt-
brandt"(?), terwijl we bij! de Juliana-
feesten de variatie opvingen: ,,t' Volgend
jaar 'nPrinsje!" Wie hoorde nooit van
„Pietje Puck, die geeu klare lusttet"
van de „Kleine Ko-, die wèg was," of
van .„Kobussie, die nog eens omi mioest
kijken"? Dan ging 'tweer over 'raauto:
„stap er in en je bent e-r zoo" of over
eem „Reisje langs de Rijn-Rijn-Rjjln-,"
's avonds in de maneschijra-schijn-schijin."
Nu eens klonk bet vol bewondering„0,
wat 'n parel is, toch die Karei," dan weer
vol teleurstelling: .„Twee blauw© oogen
hebben mij bedrogen." Eien tijdlang was
„de dochter van den sjager zoo mager
en de dochter van den bakker zoo vroeg
wakker." De Amisterdamsche variatie luid
de: „De dochter van den „Smeris" haalt
brood bij „Ceres." Ook hoorde men op
dezelfde méloidie „O Professor Kouwer
En kan 'tniet gauwer?", terwijl me een
plaats; in ons vaderland bekend is, waar
men zong: „De jongste nxeid van Dekker,
die zoent zoo lekker I" of „Kaatje van
Kobus', ora pro nobus!" In 1915 w'ilde
men, waar men ze ook hoorde, „Naar
Zandvoort," terwijl men 'tin 1916 aller
wegen luid verkondigde op dezelfde wijs:
,,'tZai niet gaan."
Als 'men dit rijtje ernstig nagaat, moet
men wel tot de slotsom komen, dat ook
het straatlied 'weinig verheffend is en
met humor dikwerf niets' gemeen heeft.
Maar hoe kan het ook alisi mannen
als Frans Coenen den smaak' van het
volk' helpen bederven!
Het dofttersmonopolie.
De Standaard driestart
Met ingenomenheid zal mten ook in
onze kringen -kennis hebben genomen van
de poging, die men aan Binnenlandsch©
Zaken gaat ondernemen, om- het artsen-
monopolie in zijn exclusivisme te stuiten.
Reeds- meer dan 50 jaren was men in
den kring onzer artsen er op bedacht,
omi de medische wijsheid in pacht te
hebben.
Dit ging van de medische hoogleeraren
uit. Deze alleen toch wisten wat den
kranken of gewonden rnensch w-eer op
normale kracht kon brengen. En wat
men van andere zijde beproefde, om aan
kwalen een einde te- maken werd steeds
als1 kwakzalverij veroordeeld en met do
macht van de wet bestreden.
Nu laat zich dit op zich zelf wel be
grijpen.
Minder in ons' eigen land, dan. te P&rijs
en elders, heerscht© metterdaad een me
disch misbruik, dat stuitend was. Reeds
met de kaartlegsters begon dit. i
Dat kwaad althans beeft men nu van
onze erve pogen te bannen, en gezegd
miag dat men hierin, ten deel© althans',
geslaagd is.
En in de tweede plaats' lag het voor
de hand, dat men aan de Universiteit
telkens nieuwe vondsten aanbeval, ©n
er prijs' op stelde deze ingang te doen
vinden.
Het hinderlijke hierbij- was, alleen, dat
men zelf in een tweed© decennium pi:
keurde en veroordeelde, wat men in een
vroegere periode zelf geloofd en aanbe
volen had. Dit brak het vertrouwen, en
de invloed van den telkens z;ich ver
anderenden dokter nam daardoor af.
Dian kwam- daarbij, dat inrichtingen
als van Lahman ;te Weisserhirsch gena
zen wat men hier niet ondervangen kan,
en dat voorts' nieuwe methoden van ge
nezingi ingang vonden, waar hier te
la.nde onze dokjlers: net aan wildeni.
Dit alles' saam hem er van liever
lede toe geleid, dat mien -zledfs in dofc-'
leeskringen toch begon in ,te zien, hoe
men fyranniek' met onze kranken om-
Sprong.
liet monopolie was miet langer vol te
houden. Zie maar het prachtig kranken-
huis dat voor kort geopend werd, qm
de geheel© 'afwijkende methode van "ge
nezing der Hoimoeöpathie practisch too
te passen.
Toch nam dit alles; niet weg, dat de
rechter het oude artsen-monopolie bijna
drastisch bleef steunen. De ©en© afwiji-
ker voor, de andere na, werd aange
klaagd en beboet.
Doch nu schijnt men dan eindelijk toch
aan dezen onwetenschappelijken misstau/l
een einde te wjllen maten.
Commissoriaal zial nu onderzocht wor
den, hoe men 'de vrije wetenschappelijk
heid ook op medisch gebied in ©ere zou
kunnen brengen, althans zoo echter, dat
de nietsi ontziende kwakzalver geen vrijs-
brief ontving.
We verheugen ons, in dit pogen, dat
nu -ministerieel werd, ten zeerste.
Er zal, slaagt het, een pnvvetengchap-
pelijk onrecht door worden geknakt ©n
uitgebannen.
Het demonische in 't vermaak.
Wij lezen in De Standaard:
Reeds sinds den aanvang der vorige
eeuw stelde -de laagst staande artistieke
klasse in Frankrijk er haar eere in, spot
met het heilige niet alleen, maar zelfs
uitstalling van het demonische in haar
lokalen van onzinnig vermaak als usan-
tie in te voeren.
Later trok dit -onzinnig gedoe zich saam j
in de zoogenaamde Cabarets. En al mag
nu gezegd, dat gezonder zin ten onzent
het opkomen van zulke Cabarets aan
vankelijk ondenkbaar maakte, toch is de
wansmaak die in zulke Cabarets ver
maak schiep, ten slotte ook naar ons
land overgeslagen.
Een stad van beteekenis zou thans zelfs
niet meer op de hoogte van haar tijd
zijn, indien ze zich niet op het bezit
van één of meer van zulke Cabarets be
roemen kon.
Dat heeten -dan liefst „Cabarets Artis-
tiques", en zelfs de kunst moet bezoedeld
worden door ze in naam voor zulke demo-
nische pret-zalen dienst te laten doen.
Er wordt in- deze Cabarets op de on
zinnigste wijze gespot met den dood, met
de lijkkist, met het graf, kortom met alles
wat anders zelfs den loszinnigste nog soms
tot ernst kan stemmen. Hoe hooger men
met zijn spot mikt, des te rijker schat
men het genot van al zulke demonische
excessen.
En -denk nu niet, dat men althans in
deze bange -dagen van den wereldoorlog
voor zulke excessen terugdeinst
Zie 't maar aan het hier volgend bul
letin uit Rotterdam::
„Vanaf Zondag 1 April geopend het
W ereldstadsetablissement
„DE HEL".
Cabaret Artistique, Oude Binnenweg
94, over de Manége. Aanvang 7 uur
's avonds.
Vanaf Maandag 2 April, iederen dag,
's middags van 3 tot 5 uur:
Familie Tango-Tea,
met Concert en Dans-Atracties. Entréa
vrij'.
Typ. George W. v. Biene, Rotterdam"'
Is het nu toch niet ontzettend, dat men
zich zelfs in dagen, als we thans door
worstelen, niet te bedwingen weet, en
zelfs nu met zulke demonische onzinnig
heden zijn kas poogt te, vullen.
Onwillekeurig vraagt men zich zelfs af,
wat toch het toezicht van den Burgemees
ter op het publiek vermaak te beduiden
heeft, als zelfs zulke onheilige spot er
vrij mee doorgaat.
Of zou men hopen mogen, dat in zoo
overdrukke dagen de politie onkundig was
gebleven v,an wat toch al- te zeer ergert?
Frankrijk en Rusland.
De Standaard schrijft
Van meer dan één kant valt men er
over, dat Engelands houding tegenover
den Czaar van Rusland er toch metter
daad niet meê door kan. Vooral de hou
ding van den ambassadeur Buchanan
moet zeer zonderling zijn geweest.
Wie rekende met de bittere spijt waar
mode men te Londen de Ilnssen van
uit Siberië in Azië zag vorderen, en
wat neiging er steeds in Engelsche krin
gen leefde, om Rusland's invloed in
Azië te breken, verstaat dit dan ook.
Rusland was van huis uit steeds Enge
lands felste tegenstander geweest.
Van Waar dan nu op eenmaal die
hooge intimiteit om- een alliantie aan te
gaan? Buchanan's houding te Petrograd
scheen wel een antwoord op deze vraag
los te laten.
Maar heel anders stond het tusschen
.Rusland en Frankrijk.
Wat het beginsel van Staatsbeleid be
trof, kon er moeilijk een feller tegen
spraak worden uitgedacht, dan tusschen
de Marseillaise en het Czarenlied.
Toch heeft men de Marseillaise
voor het keizerlijk paleis gezongen, en
de Russische machthebbers gedoogden
het, om het bondgenootschap.
Doch wat riep dat bondgenootschap in
het leven? Dat contradictoire bondge
nootschap van den autocratischen Rus-
sischen Czaar met de Fransche banier
dragers van de Revolutie van 1789/92?
Wat anders, zoo gissen we, dan dat
Rusland destijds geld van noode had, en
dat alleen Frankrijk bereid bleek het on
gehoorde, daarvoor noodige bedrag te lee-
nen, mits de Czaar met den President
het bondgenootschap aanging.
Ruslands behoefte aan geld, en Frank-
rijks behoefte aan een machtig bondge
noot, dat waren de twee elementen die
elkaar zochten en vonden.
Thans blijft aan Frankrijk de zege
praal.
Immers ook Rusland gleed nu af naar
de principiën van 1789/92.
Eerst was er alleen de g e 1 d e 1 ij k e
band, nu is er ook de» band in het
staatkundig beginsel.
Juiste opmerkingen
maakt de „Res.bo-de" over enkele sta
kingen der laatste maanden:
Toen de zeeliedenstaking werd opge
heven, werd de duikbooto-orlog ver
scherpt en konden de zeelieden toch
thuisblijven.
Toen de schippersstaking voor ge
ëindigd werd verklaard, was de strenge
vorst ingevallen en de rivieren tot een
vasten vloer gestold'.
Nu de chauffeursstaking te Amster
dam wordt opgeheven, is er geen ben-
izine en kan men toch niet rijden,
't Is tegenwoordig wel een tijd van „aan-
paJcken", als God werk geeft. Dat mogen
patroons en arbeiders wel gelijkelijk be
denken, zegt het Friesch Dagblad
zeer ad rem.
De Eerste Kamar nog afschaffen!
De „Rotterd" schrijft:
Goed gezelschap is veel waard en werkt
veredelend.
Ongetwijfeld is pan den verheffenden
invloed, die van het milieu onzer sena
toren uitgaat, toe te schrijven de uitlating
van Henri Polak bij de laatste algemeene
begrootingsdebatten in de Eerste Kamer,
Sprekend over pnzen fiaanciëelen toe
stand liet deze felle Marxist een voor
Marxisten ongewonen klank hooren.
Hij klaagde namelijk over den zwaren
druk der directe belastingen en meende,
dat uit deze bron weldra niet meer zou
mogen worden geput.
Tot hiertoe gold in de Marxistischen
hoek vrijwel de onomstootbare waarheid,
dat de schroef -der directe belastingen tot
in het oneindige kon worden aangedraaid.
Is er dan niet reden tot blijdschap, dat
in de ernstige sfeer van ons Hoogerhuis
zoo veel bezadigder en juister opvatting
bij dezen socialistischen leidsman baan
brak
En dan wil men de Eerste Kamer nog
afschaffen!
Beknopt overzicht van den toestand.
Met geweldig élan hebben de Fran-
schen zich op den vijand geworpen.
Uit de jongste berichten hebben we
wel eenig begrip gekregen van de buiten
gewone hevigheid en de bijna demoni
sche geweldigheid, waarmede de strijd-
om-de-beslissing in het Westen door do
Franschen is ingezet.
De balans toont ook enorme cijfers.
Le Franschen hebben kanonnen kunnen
buitmaken, waaronder drie van zwaar ka
liber, het meerendeel op het front in
Champagne. Het aantal ongewonde gevan
genen, sinds 16 April door hen gemaakt,
bedraagt op het oogenblik meer dan
14.000.
Toch is het doel, waarmede aan de
Aisno de aanval werd ondernomen niet
bereikt. De Duitsche linie is tusschen
Soissons en Craonne opnieuw een eind
achteruit geduwd, en de voorste linies,
die door een hevig tiendaagsch artillerie
vuur waren stukgeschoten en vlak ge
maakt. moesten worden verlaten, maar
do daarachter gelegen linies hebben stand
gehouden en den aanvankelijken opmarsch
der Franschen gestuit.
Doch het eind is nóg te voorzien. Het
tweede bedrijf heeft zich reeds ingezet.
Bij Bray© hebben de Franschen weer
terrein gewonnen en aan weerszij van
Craonne is een tweede doorbraakpoging
aan den gang. We zullen er spoedig
meer van hooren.
De Engelschen vorderden een weinig
bij Epehy en op den linkeroever van
de Scarpe ten O. van Fampoux en ten
Z.-O. van Loos.
Ook in Italië groeit de vredesstem-
ming.
De „Informazione" zégt, dat van 22
tot 24 April t© Milaan een congres van
Italiaansche officieele socialisten zal
plaats hebben tot bespreking van de
vraagstukken, die van actueel belang go-
worden zijn door de nieuwe vredesver
klaringen der Middel-Europeesche mo
gendheden.
Een veelbeteekenend bericht. Vraagt
niet van welke zijde de vrede komt. Hij
komt1
Bulgarije helpt natuurlijk mede te hopen
op een spoedig vredesherstel.
De „Echo Bulgare" schrijft in een be
spreking van de officieuse nota's van
Berlijn en Weenen in antwoord op de
verklaring der voorloopige Russische re-
geeringDe gelijkheid van het nage
streefde doel opent den weg tot een
overeenkomst, die niet moeilijk zal zijn
te verwezenlijken.
Het Russische volk zal dus van alle
zijden vernemen, dat noch Duitschland,
noch Oostenrijk-Hongarije het willen ver
nederen of het gebouw van vrijheid, met
zooveel moeite opgetrokken, wiijen onder
mijnen.
Betreffende het gerucht van de blok
kade van de Ver. Staten wordt officieel
het volgende geruststellende bericht uit
Berlijn geseind: Het Reutertelegram be
treffende een aanval van een D-uitschen
onderzeeër op den Amerikaanschen tor
pedojager „Smith" kan slechts als een
frivool middel beschouwd worden om
Duitschland een opening der vijandelijk
heden toe te dichten. In werkelijkheid
bevindt zich nog geen U-boot in de
Westelijke helft van den At-
lantischen Oceaan.
Interesante verklaringen van een Italiaan.
In een artikel van de „Secoio" zet de
vroegere priester en tegenwoordige radi
caal Romolo-Murri de democratische her
vormingen uiteen, die naar zijn meening
in Italië noodig zijn. Hij betreurt, dat
in Italië een kleine minderheid regeert,
terwijl de meerderheid te onwetend is,
om te regeeren. Voor die onwetendheid,
men weet, Italië is nog vol analpha-
beten kent hij het geneesmiddel niet,
want als Italië, dat tot heden twee francs
per hoofd voor het onderwijs uitgaf, nu
er vier millioen meer voor uitgeven wil,
dus ongeveer 12 centesimi per hoofd meer,