No. 269
Dinsdag 15 Augustus 1916
Söe Jaargang
IDER,
D@ Groote Oorlog.
ie
en Koe,
vaars,
sen Koe,
(oe,
OOP
(ET- en
BAKKERIJ,
sknecht of
riende
ri a k e r.
erknecht,
dknecht
sknecht,
Huishoudster
een Tweede Meid
e Dienstbode,
ankcmende Meid
Zeeuwsche Stemmen.
ekening ea e«tm
i gevraagd, bij
ITTE, Biggekerke^
en een gekalfde
ER, Aagtekerke.
26 Augustus, bij
ïlande.
OP
Js. KOPPEJAN te
OP
and te Oordrechft
ook daar buiten,
vorden.
als hypotheek ge-
an W. DOOREN,
irdrecht.
ITERMAN, Bakker
gevraagd
i optredenzonder
noodig zich aan te
D. RA MONDT,
ofFeerderij, Nieuw-
edig mogelijk, voor
en degelijk
Biggekerke.
d. P. DE POTTER,
dekerke, Westhoek.
hoefbeslag, bij D.
■epoortstraat C 202,
angekerkstraat C4i,
Nov. a. s.
een
in welke plaats,
tter P bureau .De
Voorstad H 61,
n 1 November
tegen October
MESU, Groenenberg,
KLATTE, Javastraat
t met 15 September
>er een net Keuken
den 23 jaar, goed
werken. Adres tot
veg, Rilland.
aagd
te Middelburg bij
oken en zelfstandig
Heen. 30 j. of ouder,
nheid, veel vacantie,
h aan te melden,
bureau „De Zeeuw™
ken kan, bij
KODDE, Tlissingem
Uitgave van
de Kwaal. Venn. LUCTOR ET EMERGO
gevestigd te Goes.
Hoofdbureau te Goes:
HAN6E VCRSTSTR AAT 219.
Bwpeau te Middelburg:
FfRMA F. P. DHUIJ - L. BURG.
Drukkers:
<$o«terbaan Le Cointre - Goea.
Aan het werk.
Woensdag komen de afgevaardigden
der A.-R. Propagandaclubs te Utrecht bij
een om elkander te stalen en te ster
ken tegen den strijd die toekomende jaar
onze partij wacht, en waarbij op de hulp
der Clubs cn der Kiesvereenigingen als
ran ouds weer zal gerekend worden.
Wij maken van deze gelegenheid ge
bruik om met hetgeen daar in de Bonds
vergadering onzer clubs door 't Bondsbe-
stuur zal gesproken worden in het belang
dier actie onze hartelijke instemming te
betuigen.
De herfst staat te komen.
HJrj is de waarschuwer dat de zompr-
slaap van clubs en kiesvereenigingen is
afgeloopen; dat de tijd der avondverga
deringen, der bestudeermg van sociale
en politieke vraagstukken weer daar is.
De vier laatste maanden des jaars zijn
de hiertoe aangewezene, met de drie eer
ste van het volgende jaar.
Laten wij daarom binnen enkele, weken
onze vergaderingen hervatton. Laten do
leden door trouwe opkomst bun mede
leden die spreken zullen aanmoedigen.
Laten de komende gebeurtenissen goed
in 'toog gevat worden.
Wij weten allen, in 1917 zal de grooto
slag op electoraal gebied geslagen wor
den.
Wat wij in Juni en Juli beleefd heli-
ben, zal slechts kinderspel blijken ge
weest te zijn vergeleken bij betgeen ons
in 1917 wacht.
Slechts een half jaar September
tot JMaart scheidt ons van deze ge
wichtige periode.
Daarom moet nu de organisatie eens
flink onder lianden genomen worden.
Vooral de Kiesvereenigingen, op welke
zoo groote verantwoordelijkheid rust. Heb
ben dezen wenk ernstig ter harte to
nemen.
Het bestuur moet aangevuld worden.
I)e nieuwe bestuursleden moeten geko
zen worden uit de beste werkkrachten.
Vooral de jongeren moeten aan liet Sverk
gezet, zij 'took al onder vriendschappe
lijke controle der ouderen.
Het program van werkzaamheden moet
opgemaakt worden. Vastgesteld wat be
sproken zal worden, en wie hel onderwerp
zal inleiden. Sprekers van elders moeten
worden aangezocht om op te treden in
openbare vergadering, een enkele met de
bat, doch de overige zonder debat, alleen
voor geestverwanten.
Van aanpakken nu reeds, van vroeg
er bij zijn, zal menschelijkerwijs veel af
hangen.
De vrijzinnige partij heeft zich nu al
zoo vaak en zoo lang aan beginsel-loos
heid te buiten gegaan, dat men gerust
kan zeggen: zij loopt met haar laatste ver
schooning. Zij heeft nu al zoo dikwijls
met de sociaal-democraten saam gedaan,
dat haar kiezers slechts een klein stootje
noodig hebben om met pak 'en zak "naar
de S. D. A. P. over te loopen. In
hun gesprekken en verlangens eu in heel
hun gedoe zijn zij voor 't meerendeel reeds
lang Qver de schreef. Het is een quaestie
van tijd dat de leus Rechts of Links
zal veranderen in: Rechts of Ilood; of
liever: Tegen de Revolutie het Evan
gelie I
Daarom moet de anti-revolutionair© par
tij op haar qui v i v e zijn, haar or
ganisatie ptevigen. Haar leden moeten
er op uit om geestverwanten to winnen,
en vooral te 'herwinnen wie dreigen af
te zakken of vooruit te loopen.
Aan gezaghebbers en werkgevers moet
weer de eisch van 'het Evangelie wor
den voorgehoudenRecht en Gelijken
aan de ondergeschikten de raad van
den ApostelDienen om des Heeren
•vilPatroon en werkman moeten el
kander in *de Kiesvcreeniging de hand
reiken als samenwerkende krachten voor
één doelden Iieere te dienen. In het
bedrijf dioor gerechtigheid te betrachten
ook in stoffelijke zaken; en door toe
te nemen in plichtsbetrachting. Maar ook
op andere levensterreinen, waarop'dc
Christelijke roeping wenkt; en dat geen
quaesties van sociaal onrecht de ver
vulling dezer taak in den weg slaan
Bid en werk! zij de schoone leus^
onder welke allen zich welhaast op
maken ter bereiking van 'tgo-ede 'doel:
de propageering onzer anti-revolutionaire
beginselen onder zoovelen als maar im
mer mogelijk zal blijken.
LXXXIII.
Van welk Scheveningen- zal ik U eerst
gaan schrijven?
Of is het u nimmer opgevallen, dat
er eigenlijk twee Scheveningens zijn?
De boulevard is de grens.
De Zeeuw
VERSCHIJNT ELKEN WER104&,
Abonnementsprijs
Per 3 maanden fr. p. post.
Losse nummerst.Öï
Prijs der Advertentiën
15 regels ƒ0.50, iedere regel meer 11 oL
3-maal plaatsing wordt 2-maal berekemd
Bij abonnement voordeeligb voorwaar*©»
Familieberichten van 110 regels ƒ1—
iedere regel meer 10 ct.
Westelijk van deze grenslijn hebt go
't strand neet z'n bevolking, oostelijk er
van de wereld- en weeldestad, of zooals
ik die dezer dagen juist gekwalificeerd
zag, „hel zomercafé van Nederland, waar
de tafeltjes uitstaan over de terrassen
en de Ziganenmuziek het stemmiger rui-
schen der zee overweldigt".
Van het leven in dit Scheveningen wil
ik u eerst vertellen.
Hoe ge er komt vanuit de residentie
De aloude hofstad moge zich in grooto
belangstelling van de provincie Verheugen,
toch ziet ze met 'leedo oogen, dat zc
door „kleibonken" en „heiplaggen", die
immers naar de zee willen, maar op
den koop toe genomen wordt.
Als men de geneugten gesmaakt heeft
van 'tleven in 'tzand aan de zee, is
men niet. zoo stuursch, of men wil nog
wel even aandacht schenken aan Bin
nenhof en Gevangenpoort, want
'tkost niet veel, en.men moet 'Ltocb
es zien
Hoe wilt ge naar de zee?
De majestueuse electrische trein brengt
u met den noodigen spoed, in eens door
als 'tmoet, langs privaat terrein tot diep
in het duin.
Vanaf het S.S.-station rijdt een zenuw
achtig vierkant stoomros mot z'n sleep,
als een oud, vies beestje, dat ter wille
van de concurrentie met edeler en vlug
ger rossen, afgejakkerd wordt.
Dank zij z'n wonderbare krasheid en
minimum eischen telt het nog vele vrien
den.
Dan zijn er een paar roomwitte stads
trams, die eerst voorzichtig door de druk
ke straten glijden en na veel oponthoud
door 't bosch zweven, om u, net nog goed
gemutst bij 'tlvurhaus neer te zetten,
Tenslotte is er nog de stoomtram van
de H. IJ. S. M., die u langs de zuid
zijde voor een vriendelij kéVi blik en vijf
centen tot vlak bij de zee brengt.
Alen moet dus al een verstokt wande
laar zijn, wil men op 'n heeten zomerdag
op den weg blijven, en zonder andere
middelen van vervoer dan de beenen,
naar de badplaats trekken.
Dat doen echter alleen zij, die de zee
zoeken en zich straks het stof van do
voeten laten wasschen door het zilto
nat.
Zij, die het „zomercafé van Nederland"
tot hun dool kiezen, maken zich er ge
makkelijker af. Een breede beirweg, uit
mondende in liet Gevers Deynootplein,
loost dagelijks een stroom van Haag-
sche, Hollandsche, ja Europeesche élite
in vlugge en elegante auto's, zoodat de
straat zich aan uw oog vertoont als
een met olie besprenkeld vlak, een el
dorado voor de bewoners van een vet-
looze stad.
De vreedzame wandelaars en de juf
met de kleine in z'n laag rijtuigje ziet
ge hier nerveus de straat oversteken,
tusschen de geruischloos, maar vliegens
vlug voortzwevend'e Spijkers eu Delahaye's
door.
Daar in de Delta van den stroom,
langs welks bedding het mondaine pu
bliek gekomen is, verrijzen lallooze res-
tauratiepaleizen met breede terrassen,
waarop honderden stoeltjes.
Reeds vroeg in den middag is 'Ler
„flink bezet" ©n tegen den avond geen
plaatsje onbezet.
Daar verzadigt zich het wufte café-
publiek aan de schittering der plein
en terrasverlichting, aan het schouwspel
van schitterende avondtoiletten, waarin
de veelde-dronkeu wereld zich voort
beweegt; daar drinkt men fijne likeuren
en behoeft men niets anders te doen
dan nu en dan even te applaudiseeren,
wanneer de pauze den bezoeker wakker
doet schrikken.
Tegen middernacht laat men den wa
gen weer voorkomen of maakt men
queue midden op straat, om in het
begin van den volgenden dag thuis Op
één oor te kunnen liggen, en 'n weinig
uitgerust van de „bad"-plaatsvermoeie-
nissen te half tien op bureau te kunnen
zijn.
't Is toch maar 'n voorrecht zoo da
gelijks het goede van een „bad"-plaats
te kunnen genieten!
Alaar er zijn nog andere plaatsen des
genots, U'otsche paleizen, die van bin
nen wel Heel mooi inoefen zijn, en waar
in avond aan avond het u i t (l)-gaande
publiek van velerlei tongen en naties
zich opsluit, om er liet werk van le3e
rangs artisten te hooren en te zien-
Als ge in 'tKurliaus niet de Polonaise
van Wieniawski of Cavatine uit II Barbieri
di Siviglia van Rossini kunt genieten,
is er zeker een gemaskerd bal.
Of het bekende koor van Jacob Kwast
zingt er liederen.
Het wordt mij wonderlijk te moede,
als ik lees, dat ze daar mogen zingen
van „Rust in vrede in God"; dat ze daar
zingende mogen bidden: flerr, gedenke
nicht unsrer Uebeltaten (Heer, wil on
ze euveldaden niet gedenken.)
O zeker, laat „Jacob Kwast" maar ge
tuigen in de Paleizen der ijdelheid zoo
goed als in de nederige dorpskerken.
Maar wijst liet feit, dat dit Koor uii
genoodigd wordt en vrij blijft in het sa
menstellen van z'n programma, piet op
een kunstwaardeering, waarbij 't ,plïeen
maar om de schoonheid te doen is, waar
bij de vorm het hoogste en de inhoud
bijzaak is
tk durf niet oordeelen, vraqg slechts
of flat gevoel van schuldbelijdenis, in
dien hot al op het auditorium wordt
overgebracht, nog bij velen nawerkt, als
ze in de kussens van de auto's liggen
of zich door den kouden nachtwind
huiswaarts spoeden.
Hebt go Scheveningen niet altijd be
schouwd als een oord vol warmte en
zonneschijn, en heilzame, geest en lichaam
versterkende zeelucht.
Zoo was het, en gé kendet liet niet
anders.
Alaar Scheveilingen-0ost verbergt een
dorheid als van het, onbegroeide duin, een
kilheid als van het marmer en het gra
niet van paleizen en burchten.
Een Hagenaar prees -eens het verkwik
kende conservatisme van de menschen
uit de Provincie, met hun blijden ernst
en levensrust, en moest erkennen, dat
hun aanwezigheid in de Residentie aan
den geest geeft zoo iets als geur van, hooi
na bedwelmende parfums.
In het Scheveningen. waarvan ik u een
beeld gegeven heb, is dit. óók zoo.
'k Was blijde, tusschen de schitterende
toiletten, mode 1916 en misschien wel
'17, nu en dan liet schilderachtige Zeeuw
sche boerenkleed te zien.
Geur van hooi na bedwelmend parfum!
KEES VAN DER AlEER.
Beknopt overzicht ven den tcestand
De geheele Oostenrijksche linie in Ga
licië, van de bronnen der Sereth tot aan
den Dnjester, over een breedte van ruim
90 K.M. dus, is uit haar voegen gerukt
en wordt nog steeds op bedenkelijke wijze
naar het Westen verschoven.
De centralen wijken nog steeds.
We hebben reeds eerder verondersteld,
dat ze dit doen met het voornemen straks
op een nieuw front aan het Russische
offensief weerstónd 'te bieden.
Hoever die achterwaartsche beweging
zal worden uitgevoerd, valt natuurlijk niet
te zeggen.
Of de centralen zullen nog pogen om
alleen de meest bedreigde punten van
het front te ontruimen met behoud zoo
veel mogelijk van de steunpunten, waar
over zij nu nog beschikken, al zijn enkele
daarvan reeds ondermijnd, of zij zullen op
geheel nieuwe stellingen retireeren, zoo
als bijv. de Gnita-Lipa, Bug en Stochod
of Turija-linie, die de naaste natuurlijke
verdedigingslijn voor Lemberg zou kunnen
vormen.
Uit de verdere ontwikkeling van de fei
ten zal moeten blijken, waar de liergroe-
peering van de verbonden legers .voltooid
zal kunnen worden.
Tegelijk met den Russischen voortgang
in het Oosten hebben de Italianen een
nieuwen stap in het Isonzo-gebied gedaan.
De hoogte van Debeli is door hen be
zet, waardoor weer 'n hindernis op den
weg naar Triëst weggenomen is.
En de Italianen rukken zoo snel op,
dat do Oostenrijkers geen tijd hebben
zich in hun nieuwe stellingen te ver
sterken, zoodat de Italianen de heer-
schers op de heele vlakte van Doberdo
zijn geworden.
Intusschen wijzen verschillende bijzon
derheden in do Italiaansche communi-
qué's er op, dat de weerstand der Oosten
rijkers weer krachtiger wordt en dat dus
nieuwe vorderingen met toenemende
krachtsinspanning gemaakt zullen kunnen
worden.
De pogingen der Duitschers om de
Franschen uit hun stellingen ten N. van
de Somme bij Afaurepas te verdrijven, zijn
niet gelukt. f
De Franschen gaan hier bij kleine schok
jes voorwaarts.
Do Engelschen zijn echter weer wat
teruggedrongen tusschen Thiepval en Po-
zières.
In Perzië zijn de Turken nog aan do
winnende hand.
Ze hebben de Russen uit Hamadan ver
dreven, dat reeds in het begin der Rus
sische expeditie in Perzië, door de Rus
sen was bezet.
Het leven bev6n een mijn.
In de „Daily Alail" vertelt een cor
respondent, hoe het in een loopgraaf toe
gaat, wanneer bet bekend is geworden,
dat er daaronder een üuitsche mijn ligt,
die ieder oogenblik ontploffen kan
„Neem me niet kwalijk, mijnheer, maar
een paar mannen in het derde peloton
zeggen, dat zij geluiden kminen hooren".
„Geluiden? Zoo?", zegt de kapitein./
„Ja, ik hoor ze ook. Luister maar".
Het gedonder van een zware batterij
rommelt op dat oogenblik van uit de
verte.
„Neen, ik 'bedoel het geluid van mij*
nengraven", houdt de sergeant ernstig
vol.
„Och, loop rond met je mijn!" roept
do officier lachend. „Wie heeft ze dat
ingeblazen?"
„Het zijn bijna allemaal mijnengravers,
mijnheer, en
„Dan zullen wij eens even gaan kijken".
Bij het derde peloton aangekomen zien
zij, dat de mannen met groote belangstel
ling bezig zijn een maaltijd gereed te ma
ken, zonder zich ook maar in het minst
te bekommeren om de gevaren, die heil
van beneden af bedreigen.
„Waar ongeveer hebben de mannen dat
geluid van mijnen graven gehoord?"
vraagt de sergeant vlug.
De kapitein wijst een van üo mannen
aan, die hem de plaats aanwijst. Bei
den gaan met het oor op den grond lig
gen en luisteren.
„Ik hoor liet duidelijk genoeg", zei de
kapitein levendig. Nu weten wij tenminste
waar de mijn ligt en kunnen wij het deel
van de loopgraaf ontruimen".
langzaam gaan de uren voorbij. Niets
gebeurt er.
Op den gewonen tijd staan de mannen
in het gelid geschaard.
Geleidelijk wordt de lucht lichter en
men ziet een witte deken van moeras-
mist op het terrein tusschen de loopgra
ven liggen. De zon, die pas boven de
horizon komt uitkijken, doet die mist op
trekken.
Plotseling schijnt de grond hevig te
stuiptrekken. Een doffe, lange dreuning
doortrilt de lucht.
Vlak, voor het .derde peloton schudt
de grond hevig en valt dan in millioenen
stukjes uiteen. Een waterzuil, als een
Geyser zoo hoog, spuit op. Een oogenblik
is de lucht vol grijze, reusachtige hagel-
steenen, die de wet yan de zwaartekracht
trots eeren.
De mijn heeft liaar werk gedaan.
Alaar ofschoon de dichtst bijzijnde rand
van den nieuwgevormden krater nog een
eind buiten de loopgraaf ligt, vallen ge
weldige blokken natte klei met doffe sla
gen neer, en richten veel onheil aan.
De mannen, door de schok van de
ontploffing half versuft, stappen wanke
lend achteruit. Rechts en links waarschu
wen machinegeweren hen, dat er een
aanval dreigt.
Op de borstwering aan de overzijde
verschijnen grijze gedaanten, die door de
steeds dunner wordende mist geweldig
groot lijken.
Onophoudelijk ratelen de mitrailleurs
en geweren.
Langzaam nadert de rij grijze gedaan
ten.
Alaar plotseling weerklinkt het gehuil
van Engelsche granaten door do lucht.
Zij barsten met witte rookpluimen uit
een en hagelen kogels op de naderende
Duitschers.
Een oogenblik staat hun aanrukkend
gelid aarzelend stil, maar als de granaten
dan met wiskundige zékerheid vóór hen
blijven uiteenspatten keert het om en
de aanvallers rennen terug om dekking
te zoeken in hun eigen loopgraven.
Een waarschuwing van een Engelschman.
„Het is niet aan te nemen, dat de
Duitschers plotseling machteloos zullen
worden. Uit de ondervinding kan men
da zekere gevolgtrekking maken, dat de
Duitschers een dubbel zoo sterken tegen
stand zullen bieden, als men verwacht
en dat zij dubbel zoo veel reserves in
het vuur zullen brengen als men voor
mogelijk houdt".
Wie zegt dat?
Een Duitseh blad? Een Duitsche gene
raal of een gewoon soldaat? Of een Duit
sche politicus, die achter zijn schrijftafel
zit te philosofeeren over de s'trijdkansen
van het Duitsche leger?
Neen, het is de man in de „Times",
de bekende oorlogs-correspondent Wash
burn, die deze woorden uit het Russisch
hoofdkwartier aan zijn blad heeft doen
kabelen.
De Pastoor aan het oogsten.
Van het kleine dorp Gromond in het
diocees Alontauban wordt de volgende
geschiedenis verhaald
De velden eener hoeve waren rijp om
te oogsten, doch daar de boer te velde
was, was ©r niemand om den oogst in
te zamelen en de velden te bewerken
voor zijne vrouw en drie kinderen. Doch
op zekeren dag kwam een oud man,
bood zijne diensten aan en maaide het
koren. Na hier gereed te zijn gek ook-*
ging hij heen en deed denzelfden dienst
op andere hoeven, waar hulp noodig was.
Het was de pastoor van het dorp. Mis
schien zoo merkt een Fransch blad
op leed de preek op Zondag wel ee*
weinig door dit harde werk onder de
brandende zon, doch de pastoor hield
door zijn voorbeeld een schitterende preek
over Christelijke liefde en hulpvaardig
heid.
Russische hongerlijders.
Voorbeelden van mishandeling van ge
vangenen worden van alle zijden ge
mold, maar gelukkig komen er op aan
dringen van menschlievende personen en
vereeniginge ti langzamerhand overal be
tere toestanden.
In Duitschland bestaan volgens het
Oordeel van onpartijdige neutralen ver
schillende kampen, waar de gevangene*
zelfs zeer goed verpleegd worden. Groot:
was dan ookde verwondering van de*
commandant van een dier kampen, toen
hem door de kampcensuur een brie-#
van Wasili Juschin uit Njisni-Novgorrod
voorgelegd werd, waarin woordelijk stond
„Ik ben hier in een hel. Dat ik nog
in leven ben, heb ik aan uw postpak
ketten te flanken. Alle gevangearen die
geen postpakketten ontvangen, sterven
van honger."
Ter verantwoording geroepen, ver
klaarde de reusachtige Rus, wien meu
kon aanzien, dat het hem naar den
vleesohe ging, ©enigszins verlegen: „Ja,
maar, als ik schrijf, fclat ik hier goed
te eten heb, stuurt mijn vader mij geen
worst meer!"
De vrouw van kapitein König.
Kapitein Paul König, do commandant
van de Duitsche duikboot „Deutschland",
huwde ongeveer 15 jaren geledon te
Winchester met een Engelsche. Zij*
vrouw leeft nu in een voorstad van
Londen.
Voor den oorlog was haar echtgenoot
officier bij de Noord-Duitsche Lloyd en
als zoodanig reserve-officier bij de
Duitsche Marine.
In het voorjaar van 1914 leefde Mevr.
König in Winchester. Verlangende een
Duitsch specialist Te consulteeren over
de gezondheid van een harer kinderen,
voegde zij zich bij haar echtgenoot ia
Duitschland. In Juli kwam Kapitein
König bij de ,vloot en zag zijn vrouw
zelden. Toen kwam het bericht, dat de
oorlog was verklaard aan Duitschland.
Ofschoon in werkelijkheid de eenigo
Engelsche vrouw iu een belangrijke
Djuitsche haven, wankelde Mevr. König
niet in "haar vaderlandsliefde.
„Alijn echtgenoot", zoo vertelde zjj
aan een redacteur van de „Daily Mail"
„erkende, dat ik, ofschoon ik wettelijk
door mijn huwelijk een Duitsche wan,
door en door Engelsche was gebleven.
Toen ik hem dan zeide: „Gij verwacht
toch niet, dat ik partij zal kiezen tegen
mijn vaderland?", antwoordde hij: „Neen,
iedereen moet in 'deze tijden aan den
kant van zijn eigen land staan. Gij
zoudt uw kost niet waard zijn, als gij
dat niet deedt, en ik zou mijn kost
niet waard zijn, alsik mijn land niet
ter zijde stond."
Hierop scheidden wij en ik heb hem
sedert niet gezien."
Op den morgen yan het eerste bericht
over de aankomst van do „Deutsch
land" in (Baltimore was zij bp teas em
een vriend vertelde haar, dat Paul er-
kapitein op was, hetgeen de kranten be
vestigden.
„Ik ben er zeker van", zoo vertelde
zij'nog, „dat bij nooit te voren op een
duikboot heeft gevaren. Ik denk, flat
hij voor dit commando is uitgekozen
om zijn uitgebreide kennis van de Arne-
rikaanscbe havens en van de Amerika
nen."
Korte Oorlogsberichten.
De nieuwe Chineesche president
Lijoeanhoeng is in Tientsin uit zeer ar
me ouders geboren en studeerde met
steun van liefdadige lieden in de zeevaaxt-
'school te Tientsin. Gedurende den'Chi-
neesch-Japanschen oorlog bevond hij. zich
opi een kruiser, die in den grond geboord
werd. Hij moest zich verscheiden uren
boven water houden, voor hij kon worden
gered.
Naar de „Times" mededeelt, neemt
het aantal huwelijken tusschen Engel
sche soldaten en Fransche vrouwen in
Normandië en Picardië geweldig toe-
De aanmaak van granaten in Frank
rijk is in vergelijking met 1914, 28 maal
grooter geworden en die van kruit 16
maal.
Spreuken over oorlog pn vrede.
UltimatumEén uqr van onbedacht
zaamheid