No. 170
Dinsdag 18 April 1916
30e Jaargang
Uit de Pers.
f euilieton.
De zeven dagen van
Robert Hardy.
Zeeuwsche Stemmen.
Uitgave van
de X'aaml. Venn. LUCTOR ET EMERGÖ
gevestigd te Goes.
Hoofdbureau te Goes:
LANGE VORSTSTSAAT 218.
Bureau te Middelburg:
FIRMA F. P. DHUIJ L. BURG.
Drukkers:
Öesiërtoaan Le Cointre - Goes.
VERSCHIJNT ELKEN WERKDAG.
Abonnenrenlsjwijs
Per 3 maanden fr. p. post
Losse nummers
fi.se
.•.05
Prijs der Advertentiën
15 regels ƒ0.50, iedere regel meer 1® ct.
3-maal plaatsing wordt 2-maal berekend.
Bij abonnement voordeelige voorwaarden.
Familieberichten van 1—10 regels 1.
iedere regel meer 10 ct.
Het huishoudgeld van den Staat.
Het overzicht van de opbrengst der
rijksmiddelen over de maand Maart, in
vergelijking gebracht, met de opbrengst
over hot gelijknamige tijdvak van 1915
geeft ons aanleiding tot de volgende aan-
teekiöVingen
De grondbelasting bracht ruim 1.09 mil-
lioen op, D/s ton meer dan in Maart
1913, de personeele belasting ruim 'n
mille meer; de directe belastingen brach
ten in 'tgeheel bijna 5 millioen op, te
gen bijna 3 Va millioen in Maart 1915.
Minde r dan verleden jaar brachten
op wijnaccijns, zoutaccijns, essaailoon, de
Staatsloterij en de loodsgelden.
Belapgrijk meer brachten op, behalve
de veda genoemde middelen: de invoer
rechten, suiker-, gedistilleerd-, bier- eiy
geslachtaccijns. Accijnzen totaal 1 mil
lioen 50 duizend meer. Verder o.a. alle
indirecte belastingen, als zegelrechten,
enz.; en de domeinen.
tte opeenten, geheven ten bate van
het Leeningsfonds 1914, brachten in de
afgeloopen maand ongeveer 2.3 mil
lioen op.
In het geheel brachten de middelen
op i 15.509.141.21 tegen f lt.774.985.545
in Maart 1915.
Inderdaad mooie cijfers, welke den man,
die de schatkist beheert, blijde zullen
stemmen.
Niet, dat deze mooie cijfers het finan-
eiëele vraagstuk geheel oplossen; helaas
neen! Doch ze verlichten de ministerieel©
taak wel eenigszins.
t
Hat „Bevredigingsrapport."
Dfe meeste bladen hebben nu enkele
voorlóopige opmerkingen gemaakt bij liet
verschijnen van het rapport der Staats
commissie tot herziening van art. 192,
het onderwijsartikel der Grondwet.
•Ziehier nog enkele persstemmen
1
e Standaard heeft van de eerste
vluchtige inzage van het raport dér be-
vieaigingscommissie een indruk van te
leurstelling gekregen.
In het willen scheppen van een Onder
wijsraad ligt van de eene zijde iets tref
felijks, maar juist het postulaat van vol
strekte onpartijdigheid zal ook'hier nooit
aan de hoogste wenschen kunnen voldoen.
Zelfs .zou de vraag voor cle hand lig
gen, .of Onderwijsraad, niet een te weidsche
titel is voor een college, dat slechts voor'
een zeer beperkt deel van het Onderwijs
.zal kunnen optreden.
Ideëel komt 'tnog geenszins tot nobel
'echt. Immers liet Openbaar Onderwijs
blijft; eerste klasse in titel en rang. De
gelijkstelling bereikt ge nog alleen 'in de
geldzaak.
Het Openbaar onderwijs zal veel ster
ker dan nu concurrentie aan de Christe
lijke school kunnen aandoen, in zooverre
de absolute neutraliteit der Openbare
■school wegvalt. Iets wad in o-nderechei-
Niaar het Engelsch van
Öharles' M. Sheldon
door v. d. BI.
1)
rfet was' Zondagavond; Robert Hardy
wae juist thuisgekomen van de avond-
kieaü Gewoonlijk ging hij '3; avonds niet
te keorfc, maai' des morgens had de pre
dikaat ean opmerking gemaakt, die hem
drong, 's avonds weer te gaan. Het wag
geem prettig Weer dien avondhet
soemmLo een weinig mdaarom had
zijn vrouw den avondkerkgang niet mee
gemaakt. 'Toen Hardy thuis kwam, was
by uit zn humeur en zocht dus nam
een voorwerp, om op te brommen.
Ze krijgen mij niet weer naar de
avondkerk! Vijftig rpenschen in een
koode kerk, half licK't en halve warm
te! Een preek, zoo dun als ik er zel-
döin een hoorde! Ik geloof dat Ds. Jo-
te oud wordt. Wij moeten een
jongen predikaat hebben, die z'n tijd
ketot. Diaar gaat geen Zondag voorbij,
0$ fcjj heeft biet over de noodzakel rjk.h-aidp
om 1a doen wat wij kunnen tear redding
van zielen. Als je hem hoort, zou je
w-erteljjfc denken, dat iedereen die niet
eiken winter op de zietenjacht gaat,
nsÈssfienai .een roover was. Hjj schijnt
bei to jfcwaad te hebben miet dat nieuw-
bekten practische Christendom; hij denkt
maar, dat de rijken de armen verdrak-
dat cfa leden ra* gen fcerfc mei
dene deolen van liet land te eer tot een
gereedmaking van de Openbare school
voor de vrienden der Bijzondere zal lei
den, omda t de Gemeente besturen hier,
belang bij hebben, en nog meer belang
krijgen, nu ,aan hen de last wordt opge
legd, ,001 de Bijzondere school van de
moodige gebouwen te voorzien.
Al begrijpen we toch uitnemend wel,
hoe men tot die laatste, zeer zonderlinge
bepaling gekomen is, het ligt toch in
den aard der zaak, dat juist hierin een
der zwakste plekken van het Rapport
is gelegen, zóó zelfs, dat we reeds nu twij
felen, of deze voorslag ten slotte aanne
melijk zal blijken.
Strikt en stipt uitgevoerd naai' de be
doeling, zou er een rijke gedachte in
liggen; maar wie zich inbeeldt dat dit
van zelf goed zal loopen, vergeet te re
kenen met den geest, die vaalt in onze
Gemeentebesturen voorzit.
Voor Artikel 192 is natuurlijk geen for-
rnuje gevonden, die geeft wat principieel
volstrekt recht zou zijn, en met name
niet wat door 0113 steeds begeerd werd;
maar daarvoor blijft de Sehooiquaestie
dan open staan. Dit euvel kan in een
latere periode worden weggenomen.
Doch ook afgescheiden hiervan zal de
geldquaestie voor geen gering deel heel
het vraagstuk blijven Jieheerschen.
De Rotter da ni m e r geeft als eer
sten indruk
Onoprecht zouden wij zijn, indien we
beweerden, dat die indruk een onver
deeld gunstige was.
Met alle waardeering voor hetgeen ons
hier geboden wordt zijn wij over den
einduitslag niet geheel gerust.
Die ongerustheid vindt haar oorzaak in
meer dan een feit.
De finantieele gelijkstelling van open
baar en bijzonder onderwijs wordt toege
zegd, maar de vrije school krijgt in onze
grondwet niet de positie die haar van
rechtswege toekomt.
Vergeleken met het voorstel-Heemskerk,
is hier een sterke achteruitgang.
Zeker met eene minder schelp geleeken-
de formuleering zóu als compromis ge
noegen kunnen zijn genomen.
Hier is echter van oeïie Zachtere uit
drukking geen sprake, maar wordt veel
eer eene uitdrukkelijke loochening aange
troffen van het beginsel: de vrije school
regel, de openbare uitzondering.
Dé openbare neutrale school blijft haar
officieel cachet van te zijn de normale
behouden.
Nog meer bedenkingen zijn te opperen;
de consequenties uit het nieuwe grond
wetsartikel te trekken ten aanzien van
hooger, voorbereidend hooger en middel
baar onderwijs achten wij niet zónder
gevaar.
Bij de nadere uitwerking van de hoofd
gedachte in de bijzondere wetten liggen
voor ons vrije onderwijs meerdere voet
angels ien klemmen, die gezien de
harde lessen der historie voor de
rechterzijde de allergrootste behoedzaam
heid tot plicht maken.
De vlag hangen wij nog niet uit'
de leer van Christus moeten be-
studeeren en toepassen, ©n dat zij vooraj
heel vriendelijk en broederlijk jegens
nun naaste moeten zijn. Bah! Ik ben
ziet van al dat gezeur over humaniteitj
zeg mijn aandeel in zijn tractement
op als dat zoo voortduurt.
Hardy s. gade vroeg na deze ontboe
zeming heel droog
iW elke tekst had dominee van
avond?
T ^a' weet ik niet meer hoor.
Zooiets van: dezen nacht zal men uw
ziel van. u afeischen. Ik hecht geen
waaide aan deze methode van vogel-
verschrikkerij.
Met dezelfde nijdigheid, waarmee Har
dy gesproken had, trok hij z'n overjas
uit en wierp zich in z'n leuningstoel
voor het haardvuur. Toen vroeg hij:
W,aar zijn de meisjes?
Alie leest boven de ochtendbladen
Clara en Mien zjjn op bezoek bij de
Caxtons.
Hoe kwamen daartoe?
Mevrouw Hardy aarzelde. Dan zei zé
James is hier geweest en heeft
ze uitgenoodigd.
En ze weten heel goed, dat ik
hen verboden K-eb, met de Caxtonsi om
te gaan. Als ze terugkomen, zal ik z©
laten merken, dat ik' meen, wat ik Zeg.
Het is wel heel erg, dat die kinderen)
mgj niet schijnen te willen, begrjjpen.
Hardy stond op, wandelde de kamer
eens rond en ging weer zitten. Vervol
gens pookte hij ©enigszins heftig jn
het onschuldige haardvuur. Mevrouw
Hardy beet op haai- lippen; ze wilde
een hard woord zeggen, maar bedwong
zich. Eindelijk vroeg Hardy;
Het Arnh. Dagbl. méént, dat als
de inhoud van hqt rapport werkelijkheid
wordt, de kloof tusschen de twee par-
tijgroepen dan wel niet overbrugd is,
doch de politieke atmosfeer zal belang
rijk gezuiverd zijn.
Is de schoolstrijd nu geheel van de
baan? i
Verwacht men thans onzerzijds een ver
klaring, dat de Pacificatie er zal zijn
eens en voor goed. wanneer de voor
stellen der Commissie- wet zullen zijn
geworden?
In het Rapport wordt, terecht opge
merkt
De Commissie stond immers voor de
vraag: „hoe kan onder de tegenwoor
dige omstandigheden bij' cle bestaande
uiteengaande opvattingen een einde
worden gemaakt aan den staatkundi
gen schoolstrijd?" Deze vraag meent)
zij bevredigend te hebben beantwoord.
Wij zouden willen antwoorden: laat de
plannen zich thans vrij ontwikkelen nu)
zij beiden de ruimte hebben.
-Het Friesch Dagblad merkt op:
't Nieuw 'voorgestelde artikel komt
nog niet dadelijk in behandeling!
Laten wij het kalm overwegen.
Geen onbesuisde uitspraken doen.
Zien, dat we eerst als antirevolutio
nairen tot één meening komen en daar
na trachten als Rechterzijde éénzelfde ge
dragslijn te volgen. Dat zal d e weg zijn, om
met Gods hulp ons scheepje tusschen klip
pen en rotsen zonder averij i,n de haven
te loodsen.
LXXIII.
Men zal mij niet g&Vrw meer over den
„geest van den tijd" hooien spreker.
Niet waar, als jnen over den „geest
van den tijd" jammert, dan laat miert
het voorkomen, als zou een moderne,
vroeger nimmer gekende geest in den
mensch gevaren zijn, waardoor hij' een
aanmatiging en een hoogmoed toont, die
het vqjkjè vaii den „goeden ouden tijd"
met ontzetting ien afschuw vervult.
Neen, zegt het verontwaardigd, dat zou
in onzen tijd niet gebeurd zijn.
'k Wil even uw aandacht bepalen bdj
de onderwijzers en hun financieel© zor
gen.
Wanneer men over de onderwijzers
spreekt, spreekt men over h,un zorgen.
Dit wil niet zeggen, dat niemand anders
zorgen kent, noch dat alte andere klas
een in weelde zich baden.
Ei- zijn nog meer holeden-proletariërs.
Maar 'n schoolmeester eischt voor zich
het monopolie van kaalheid des bestaans
op.
Met een variatie op het stukje; dat
ik in een humoristisch hoekje van een
of ander blad las, zou hij, met het werk
van de! reeds duizend maal genoemde
bevredigingscornmissi© voor oogen, kun
nen uitroepen:
f1775 krijg ik volgens de nieuwe rege
ling. O, mijn beminde, als ik u dan ziie,
Waar zijn de .jongens?
Willem leert boven z'n lessen voor
morgen. George is over achten de deur
uitgegaan, hij heeft niet gezegd, waar
heen.
'tls een mooie familie hier. Is
er één avond, Marie, dat al onze kin
deren thuis zijn?
Evenveel avonden, als jij thuis
bentl antwoordde Mevrouw Hardy scherp.
En zij ging voort:
De kinderen denken evenveel om
jou als jij om hen. Jij hebt je club, en
je sociëteit, en je wetenschappelijke lees
kring, en je vergaderingen, en je z.g.
uitgaansavond je. Hoeveel avonden per
week geef je voor ons, Robert? Vindt
jij dat vreemd, dat onze kinderen hun
vermaak buitenshuis zoeken? Onze huig-
kamer mevrouw keek even rond in
de gezellige kaauer js van alles voor
zien, behalve van onze kinderen.
Harily zweeg. Hij voelde de waar
heid in dit verwijt en zag in, dat het
vergeefsch was zich te verdedigen. Maar
Hardy was boven alles zelfzuchtig. Hij
was ganscheljjk niet van plan, zijn ge-
gezellige club-avondjes, zijn intieme di-
nertjesi en zijn leeskring eraan te geven,
omdat zijn vrouw verkoos!, avond aan
avond thuis te zitten en hoewel zijn
kinderen bjjna vreemdelingen voor hem
waren. Maar het verdroot, hem als no
tabele van zijn stad, dat zijn kinderen
omgang hadden met families, waar hij
ze niet wenschte, en het krenkte zijn
denkbeelden ovier huiselijkheid (voor an
deren), dat zijn kinderen des avonds,
en vooral des Zondags, zoo dikwerf
uit waren. De stuwkracht in Hardy's
teven was: vóór alles eigenbelang. Z.oo-
zaJ ik geen oude schoenen meer ver
bergen 'en geen gerafelde manchetten wat
opschudven. 1
M'n nijdige boekhandelaar, die zoo ver
trouwensvol het debet inschrijft en hoop
vol telkens komt en zoo dtep-teleurge-
steld me zelden thuis treft, zie ik
niet méér als schrikkelijken kwartaals-
beul. f 1775 krijg ik.
M'n waarde kletermaker en schoenma
ker, die me altijd heel wilt hebben, en
toch altijd stuk ziet, f 1775 krijg ik. Stuur
uw oude reklening maar!
En jij, huisbaas, adieu! De „kale me
neer" gaat grooter wonen, f 1775. Adieu
huishaas.
Gegroet, o „Stemmen des Tijjds", ge
groet „van Dale", gegroet zoovele boe
ken, die ik tot nog toe alleen van den
buitenkant gezien had. f1775 krijg ik!
En gij, ktfrrebaas, die altijd naar m'n
oude broek kijkt, als ik voorbijkom, .nog
een paar dagen, hoor. f 1775.
En wat zullen m'n jongens zeggen, als
de meester glimlacht, ja glimlacht!
Doch nu lachen de heeren nog niet.
Zelfs niet als de regeering met een
duurtetoeslagontwerp komt, dat inderdaad
een goede positie-verbetering belooft.
Herinner u maar het geschetter van
die openbare-schoolmannen, die op zé
keren Zondag hun gemoed gelucht heb
ben in een zeer onsympathieke motie.
Die rumoerige bijeenkomst deed denken
aan; wat wij,, den geest, van den tijd"
noemen. 1
Ontevredenheid, en lust tot oppositie.
Of weet men het nu nog niet, dat
de minister niet meer kan doen. Het vo
rige kabinet gaf het kindertoeslag-wetje.
Men was vrij dankbaar, maar 'lang niet
voldaan. Neen, van het Jiberale kabinet
was allo verwachting; doch helaas, het
kon immers niet meer doen, clan het
Sommigen schijnen dat nóg niet te hé-
grijpen. Hoe bot, niet waai-?
De minister heeft nogmaals de hand
over het 'hart gestreken en den toeslag,
verhoogd.
Thans zal de 'toeslag bedragen 8 pet.
van het loon, met dien verstande, dat
nimmer meer dan f75 zal worden uitge
keerd.
Vooral voor de kleinere inkomens heeft
deze wijziging groot belang. Personen
met een inkomen van f800 zullen thans
f64 ontvangen tegen f48 in het oor
spronkelijk plan. Betreft het een gezin
met vier kinderen, dan zal cle totale uit-
keering f92 bel00pen. V001- personen met
een inkomen van f800 is een dergelijke
uitkeering inderdaad van beteekenis te
achten.
De regeering heeft gemeend, aan een
der omtrent clen kindertoeslag geopper
de bezwaren tegemoet te kunnen ko
men door 'den toeslag voor elk kind be
neden 16 jaar te verhoogen van f5 tot
f 7. Dit laatste bedrag schijnt ruim ge
nomen. Voor de groote gezinnen, en
deze worden 't meest door de duurte van
levensmiddelen getroffen zal dezó
extra-uitkeering een belangrijke verhoo
ging van den toeslag medebrengen.
Long hij niet werd gedwarsboomd in
eigen genoegens, was hij goedgehumeurd;
Voor de huiselijke aangelegenheden gaf
hij ruim' geld, en zoowel zjjn vrouw alia
zijn kinderen kregen geld te over om
zich te kleeden en uit te ,gaan. Maar
zoodra men aan zijn genoegens raakte,
of ook eenigen dienst vroeg, die zelf
verloochening meebracht, werd hij on
vriendelijk en stug.
Vijf en twintig jaren was hij al lid
van do 'kerk te Barton; hij was een
barer steunpilaren en stond bekend als
een vrijgevig man. Waarop hij natuur
lijk trotsch was. Maar als van hem
persoonlijke toewijding wend gevraagd,
zou hij in staat zijn geweest da op
dracht te verkoopen aan den eerste
den beste, dien hij ontmoette. De vo
rige week had zijn predikant hem eert
vriendelijken, ernstiger! brief geschre
ven, waarin ham verzocht werd, op
Woensdagavond een vergadering te ko
men leiden, welke taak Ds. Jones we
gens zijn hoogen leeftijd niet best meen
op zich kon nemen. Het gold een be
langrijke zaak, en de oude predikant
zag zoo gaarne da medewerking der
meenteleden.
Robert had den brief haastig gele
zen en hitter geglimlacht. Wat Hij deel}-
nemen aan een gebedsure? Hij kon
zich de laatst bijgewoonde niet miieer
herinnerenze waren hem niet ver
heffend genoeg. Het verbaasde hem dat
da dominee hem zulk een brief had
geschreven; 'twas eigenlijk brutaal. Hij
wierp den brief in de brieven mand an
gaf er niet eens antwoord op. Ten op
zichte van een zakenbrief zou hij zoo
onbeleefd niet zijn gewee-st, maar ee*.
Voorts .wordt voorgesteld, dat ook zg-
wier loon de bepaalde loongrens te boven
gaat, den kindertoeslag zullen ontvangen,
echter met dien verstande, dat het loon
en dé kindertoeslag (e zamen de loojl-
grens met niet meer dan ?5Ö mogen te
boven gaan.
Of men nu tevreden zal zijn!
Ik geloof het niet, want de geest, dia
allo eeuwen door geheerscht heeft, i*
nog piet op non-actief gesteld.
Zeker, do regeling is wel voor verbe
tering vatbaar, doch een gebaar, alsof da
regeering opzettelijk den geheelen onder
wijzersstand de grofste beleediging wiL
aandoen, is toch allerminst gepast te
noemen.
Verwonder u echter over niets meer.
Want in den aard zijn we b.v. nog pre
cies eender als d© Grieken van vijf en;
twintig eeuwen geleden.
Wat deed Solon, die in Athene den'
scepter zwaaide?
Deze heerscher wilde alle partijen aan
zich verbinden, schonk slechts zeer wei
nig aandacht aan wat een bepaalde klas
se van menschen verlangde, maar dëed,
wat hij dacht, dat het meest in het be
lang was van den geheelen staat, om)
van zijn eigen belangen op 't oogenblik
niet te sprekeu.
Welnu, met kwistige hancl stortte hij
zijn stoffelijke zegeningen uit.
Kleine boeren, die- gevaar liepen hurt
boerderijen te verliezen en als slaven,
verkocht te wgrden, mochten hun schul
den afdoen in ieen nieuwe munt, die een
vierde minder woog dan de oude, maar
die toch gerekend zou worden de vroe
gere waarde te hebben gehouden.
Door vele gchidden (ÊU laste van land
bouwers en tien behoeve yan den sta-»1
werd éen stïeép gehaald.
Rij, die er in toegestemd had, de slaaf
te worden van |een ander, als hij! geleend
aeld niet op tijd terug gaf, was niet aan
zijn verplichting gehouden.
E11 zij, die naai- vreemde landen waren,
verkocht, werden teruggebracht op kosr
ten van den staat of 'van hen, die hen
hadden verkocht.
Tenslotte werden ook da mindergegoé-
den verkiesbaar gesteld voor de ambten
in den staat. -
Solon dach(„Gelijkheid veroorzaakt
geeii oorlogen".
Als 5k den verdrukten stand verhef
zal er ëen tijd van ongekenden vredel
aanbreken.
Maar, wat vergiste hij zich.
Er waren zóóveel verschillende partij
en in Athene, dat niemand recht tevreden
was.
Dat verdroot Solon en hij vertrok naar
elders. Tofen hij) weer eens kwam1 kij
ken, was de ontevredenheid eer toe dap
afgenomen.
Vele arme lieden hadden verwacht, dat
„hun vvriend Solon" hen allen op de
één of andere geheimzinnige wijze rijfc
zou maken. 1
De rijken waren het onderling oneens,
de mannen uit [de vlakten, die der kus
te en die ,der bergen, allen waren nog
steeds onleenig.
brief van zjjn dominee was wat anders^
En toen het Donderdag was, ging Hardly
naar z'n Schaakclub en bracht er eem
paar genoeglijke uurtjes door; hij speel
de goed en het ging ter voorbereiding
om een kampioenschap!
Korten tijd daarna had de president
van het Zondagsschoolbestuur hom zeer
beleefd gevraagd, of hij niet een jon
gensklasse voor zijn rekening wild®
nemen. Wat? Hij een jongensklasse rie
men H ij, de invloedrijke eigenaar van
een der grootste spoorwegmagazijnen
h ij zijn kostbaren tijd geven om
een klas met Zondagsschoolkinderen te
ouderwijzen? Hij verontschuldigde zich
dan ook terstond wegens gebrek aan
tijd. En denzelfden avond ging hij paan
den schouwburg om er een blijspel te
zien opvoeren. Thuis gekomen, werkte
hij nog een uur in zijn laboratorium
aan zijn liefhebberij studie: de schei
kunde. Hardy had een. krachtig gestel;
een uurtje extra nachtrust opofferen
beteekendê voor hem niets. Alles wat
hem aanstond, deed hij graag, en van
harte. Lui was hij allerminst. Alleen
maarin zijn hart was geen plaats voor
de overweging dat hij, door eigen tijd1
en kracht op te offeren, ten zegen zou
kunnen zijn voor anderen,.
Daarom kwam het ook dezen avond
niet in hem op, om de ernstige ver-
wijten van z'n vrouw te beantwoorden)
met een poging, om iets te 'doen, wat
niet naar zijn smaak zou zijn.
(Wordt vervolgd.)