rika ROOMERS So. 143 Vrijdag 17 Maart 1916 30e Jaargang aiSG, 1916 irsknecht tbode, mstbode. De Groote Oorlog. r winstaandeel), CHAPPIJ. rdam). IIS Co. NG, bert Veen). ■h; n uitgegeven RONKERS. O D E Li e prijzen, verkocht. !OUWi TORNI. KNECHT, RTEUR bericht. Feuilleton. OVERWINNING. E ■ijving wordt open ven tot den koers aart 1916. 3kantoren verkrijg- NG. rM zegging 2'/* °/o- r Ned. Bank. t, VOORZIENING. TROMMEL. - »KIN DEREN ht terstond of later ime 'fi i, die de zaak wen- ;n is dit een goede n ruim bestaan te ;n onder no. 76 te Goes. tond IER, Armeniaansche rg. m lagd: iw- en St. Joosland. Iburg. bureau van dit blad een i A.YAN NIEUWEN- wer, Rilland. EK te Goes, Kleine is ziekte der tegen- Mei Uitgave van de Naaml. Venn. LUCTOR ET EMERGO gevestigd te Goes. Hoofdbureau te Goes: LANGE VORSTSTRAAT 219. Bureau te Middelburg: FIRMA F. P. DHUIJ - L. BURG. Drukkers: Oosterbaan Le Cointre - Goes. VERSCHIJNT ELKEN WERKDAG. Abonnementsprijs Per 3 maanden fr. p. post. Losse nummers ƒ1.00 0.05 Prijs der Advertentiën 15 regels ƒ0.50, iedere regel meer 10 ct. 3-maal plaatsing wordt 2-maal berekend. Bij abonnement voordeelige voorwaarden. Familieberichten van 110 regels ƒ1. iedere regel meer 10 ct. Zij, die zich met ingang van 1 April a. s. op „De Zeeuw" abon neeren, ontvangen de tot dien datum verschijnende nummers gratis. Schiermonnikoog. Met bartel ijken dank ontvingen wij van Tip Top te Axel fö.— Ons totaal is nu f 446.123. Wij zijn dus niet ver van de f500. Waren wij eerst tevreden met f 100, nu maakt de milddadigheid van vele onzer lezers ons vrijmoedig om op een cijfer van f 500 te hopen. Wie "helpt alsnog mee voor eind dezer- maand dit cijfer te bereiken? Tor vergadering. Wij herinneren alle belanghebbenden aan den datum van 22 Maart. Alsdan wordt te 11 uur 's morgens een buitengewone vergadering gehouden van bet Provinciaal Comité van A.-R. Kies- vereenigiftgen in onze provincie. Plaats van samenkomst Middelburg', Mi litairen-Tehuis. Een drukke discussie wordt verwacht naar aanleiding van Punt V: Bespreking- werkzaamheden der Kiesvereeni gingfen Kifisvereenighrgen die alsnog in het ver vullen van hun dure roeping zijn tekort geschoten, kunnen alsnog die sejhade in halen. Andere, die reeds alles deden wat hun hand vond om te iloen, zullen wel Zoo vriendelijk willen zijn alle mogelijk» in lichtingen aan de afgevaardigden der zus- tervereenigingen te verschaffen. Het is een hoogst gewichtige periode .die wij tegemoet gaan. Laten wij allen trouw op onzen post zijn, wakende en biddende, vol jeugdigen moed en met energie de taak vervullen welke op onze (hand gezet wordt. if Vlreer een verlies. Nu ons mooie nieuwe schip de ,,Tu- bantia" naar den kelder ging het vier de al tijdens dezen oorlog; de „Katwijk", de „Artemis" en de „Bandoeng" waren voorgegaan'! begint eindelijk ook de meest verwoede pro Duitscher otuder ons izidh af te vragen of er nog wel een woord ter vergoelijking van de D'uitsche strijdwijze ter ziee kan worden uitge dacht. Het torpedeeren van een boot die voor anker lag is een stout, beter nog een grof stuk, dat niet zonder ernstig pro test onzerzijds kan geboekt worden. Natuurlijk nemen wij1 aan dat de D'uit sche regeering deze schanddaad van den ombekenden gazagvoerder harer duikboot ernstig afkeuren en volledige schadever goeding aanbieden zal. Doch zjal het niet noodig zijn ook van (haar te vorderen dat de vrijheid blrjk- blaar aan de commandanten verleend om ook neutrale schepen in den grond te boren, worde ingetrokken iWat toch moet er van onzen handel komen, wanneer onze mooie schepen voortaan, zoo maar zonder voorafgaand onderzoek, door don eersten den besten onbesuisden duikboot-commandant ver nield, en onze beste zeevaarders en on schuldige passagiers vermoord kunnen worden En wat, in verhand hiermee, moet er dan worden van de ten laatste uitge hongerde bevolking van ons, nog wel neu trale, land Een verhaal uit het kerkelijk leven van Noord-Amerika. door v. d. M. Nadruk verboden. 45) „Dokter, ga zitten, dan kunnen we 's ruistig praten. Is u niet bang zoo ver van uw patiënten weg te gaan?" „Patiënten! Waar zijn die? Het kli maat van Iowa is zóó ideaal, dat wij dokters 's zomers wel in een stoel kun' uen gaan zitten en onze duimen draaien. Wij zijn hier eigenlijk overbodig in dat heerlijk land." „Kom dokter," schertste Allan, „als we U noodig hebben, dan hebben we u ge woonlijk dadelijk noodig." „Het doet me genoegen u zoo flink en opgewekt te zien," hernam Dr. Lucas op ernstiger toon; „in de lente heb ik werkelijk een oogenblik gedacht, dat die ellende met het College u op de zenu wen zou slaan en u breken." bezoek aan het ouderlijk huis Beknopt overzicht van den toestand In Buitschlamd is admiraal Von Tir- pitz als minister van marine afgetreden. Men zegt, dat deze wijziging in helt opperbevel over de vloot geen wijziging zal brengen in de tot dusver gevolgde tac tiek. I Ij i i Dteze- tijding was voorafgegaan door een berichtje, volgens hetwelk de Admiraal ongesteld was. Nu is het mogelijk, dat de man in derdaad zoo ziek is, dat zijn af treden noodzakelijk werd. maar bevreemdend blijft het toch, dat daarvan in het of- ficieele bericht geen melding wordt gel- maait. Het spreekt vanzelf, dat uit het feit van het aftreden allerlei gevolgtrekkingen gemaakt worden. (Nu was het reeds lang bekend, dat er verschil van opinie bestond tusschen den rijkskanselier en den minister van marine over de Duitsohe methode van oorlogvoeren ter zee. Mocht Duitschland voortgaan met het torpedeeren op1 groeten schaal van de koopvaarders, op gevaar af. wekelijks ook een neutraal schip in den grond te boren? Velen begrepen, dat in de neutrale sta ten groote verbittering moest ontstaan) welke tenslotte op krasse wjjze naar uiting zou kunnen zoeken. Inderdaad, Duitschland mag wel goed óverwegen wat bet doet. Wanneer de „Tiihantia" door een D'uit sche U-boot is getorpedeerd, na alle ver zekeringen en verklaringen, die van Duit sohe zijd© zijn afgelegd, dan zou dit weel een bewijs zijn voor de onverantwoorde lijke wijze, waarop door Duitsche duik- bootcommandanten de bevelen van de autoriteiten worden opgevolgd. Geen wonder, dat. men het aftreden vlan Von Tirpitz met een en ander in verband brengt. !Mog)e de zaak nu zoo gewend wor den, (dat de neutrale vaart niet aan ban- flen gelegd wordt, want dit kon voor ons en anderen noodlottige gevolgen heb ben. De derde aanval op de stellingen van Verdun was een actie van weinig be- teekenis. In den beginne had het den schijn, lalsof 't weer een hardnekkige poging gold, zooals twee. keeren te voren geconsta teerd was. De Duitschers behaalden gering succes, de Franschen heroverden het grootste ge deelte der bezette loopgraven en vervol gens trad weer rust in. Van Engelsohe zijde wordt met aan drang aan den Russen do raad gegeven niet te aarzelen, maar de plannen voor den veldtocht in het Oosten volgens pro gramma uit te voeren. Want juist nu, als de slag bij Verdun de Duitsche ver liezen ontzettend doet toenemen, wordt jete kans voor een hervatting van het offensief der Russen in het Oosten goed. Men redeneert niet slecht. Hoewel het gevaar fan een Turksche aanval op Egypte niet geheel opgeheven is, wordt een ernstige poging tot een inval door den specialen correspondent van de Londensche Pers toch zeer on waarschijnlijk geacht. Het warme jaarge tijdie nadert en daarmede verdwijnt de mogelijkheid om groote troepenmassa's door de onherbergzame woestijn te laten trekken, tenzij uitgebreide voorbereidingen hadden plaats gevonden. Hiervan zijn ech ter geen teekenen te bemerken, zeker ni:qt heeft mij er weer heefemaal bovenop ge bracht." „Weet ui, wat ik denk van die heel'e Collegegeschiedenis?" vroeg Dr. Lucas. „Neen. Wat dan wel?" „Ik geloof dat Older en al die an dere lui, die u dwars zitten, voor zich zelve allesbehalve aangenaam gestemd zijn- Zij1 zijn jaloersch op uw succes en hun eenig verlangen is, u te vernede ren V an het werkelijk belang onzer kerk begrijpen zij niets. Zelfs de boekhouding van. Older in vroeger dagen was treurig, t Zijn net honden aan een voederbak. Nu zij' zelf niets kunnen hereiken, zal een ander het ook niet." „Vindt u die diagnose niet wat al te scherp?" „Weineen, dominé. Die lui zijn van po vere qualiteit, maar ze schreeuwen hard. 'tls de groote ellende van dezen tijd met meer kerken in Amerika. Als dit soort lui invloedrijke plaatsen in de kerk heeft bemachtigd, houden ze zich met alle macht staande. Jaren geleden heb ik dat al opgemerkt. En voor iemand, die weet wat waai' Christen-zijn beteekent, als men te leiden heeft, is het dubbel bitter. Instede van gaarne zich zelf te verloo chenen om de zaak van Gods .Koninkrijk, voor een leger, sterk genoeg om zich, imet de verdedigers te meten. De oorrespondent, die de verdedigings werken bezichtigd beeft, is van oordeel, dat daarvoor een strijdmacht van een 'kwart millioen noodig zou wezen en er geen sprake van is, dat zulk een leger kan worden afgezonden. De Tubantia. Aan de ,3- R- Crt."1- heeft de heer Wijtsma, gezagvoerder van de „Tuban tia" eenige mededeelingen geclaan omtrent den ondergang van zijn schip. Te 2 u. 20 min. in den nacht van Woensdag op Donderdag, even voor men ten anker zou gaan, werd men op het s.chip door een ontzetten den schok opge schrikt, tengevolge waarvan alle glaswerk aan boord in splinters werd geslagen, de kaartenkamer, de rookkamer en de bibliotheek een ruïne werden. Het schip was aan stuurboordzijde midscheeps ge troffen; de sloep, die boven de getroffen plaats hing, was verdwenen en de brok ken hout daarvan hingen in de marconi- draden. Het brughuis was aan splinters geslagen. Te 6 u. 55 min. verdween de „Tuban tia" in de diepte, een kwartier ongeveer nadat de heer Wijtsma het met de laatste mensdien van de bemanning in twee boo ten had verlaten, hetgeen toen door het scheef vallen van bet schip reeds moeir lijk ging. Over de vraag, of de „Tubantia" op een mijn is geloopen of getorpedeerd is, schijnt, geen twijfel te behoeven bestaan. De eerste stuurman, de vierde stuurman en de uitkijk zeggen met groote stelligheid) dat zij de bellenhaan van de torpedo, die het schip heeft getroffen, duidelijk hebben gezien. Bovendien is dit twee me ter onder de waterlijn geraakt. Niet alleen is dit gerapporteerd door twee stokers, die zich ,in de bunkers bevonden, de kapitein heeft dit bij bet overhellen van het schip ook gezien. Het was helder weer, het schip is lan gen tijd drijvende gebleven; de booten konden allen worden uitgezet en er kwam al gauw hulp, van de Breda, van de la Campinie, vair de Gorredijk, van de Krakatau, van de twee uit Westkapelle toegesnelde torpedojbooten, zoodat, wat de menschenlevens betreft, deze ramp een gunstig verloop kon hebben. Maar wie van nabij hoort en ziet wat het beteekent een -schip getorpedeerd, die beseft maar al te duidelijk de rampzalige gevolgen van dezen meedoogenlooizen zee-oorlog en die begrijpt ©enigszins het verschrikkelijke van deze torpedeeringen zonder eenige voorafgaande waarschuwing, die, dikwijls in den donkeren nacht en bij slecht weer, een aantal onsohuldigen en non-oorobat- tanten prijs geven aan de grootste ellende en ontberingen, veelal aan een wissen, ellendigen dood. Er is één man Verdronken, en één gekwetst. Er werd niets gered, ook de mail niet. .Volgens anderen zijn 4 of 5 personen verdronken. Het was gisteren in den namiddag -in het gebouw van het Loodswezen aan den Hoek een ongewone rumoerigheid. Passagiers en bemanning krioelden daar rond in de meest zonderlinge kleed ij, Verfrischten zich, gebruikten ;een war men dronk 'ear trachtten weer wat op hun verhaal te komen. De vrouwen met loshangende haren, nret dekens geslagen om hun nachtgewaad, in morgenjapon; mannen in o! ie ja-sen in baljisson, bijna a'len zon Ier hoofddek-e', dikwij s zonder broek, zonder schoenen; meisjes en eenige jonge kinleren, alten nog met den gelijk Paulus deed, zijn deze nrensclren even gevoelig voor menschelijke eer als Pilatus, en evenals Pilatus kruisigen zij Christus liever dan hun eigen belangen in gevaar te brengen." Allan zweeg; hij behoefde tegen des dokters opmerkingen niets in te brengen. Inderdaad Older en zijne trawanten sche nen meer gelijkenis met Pilatus dan met Christus te hebben. Laat in den middag wandelden de twee vrienden langs den spoorweg naai- huis. Toen zij genaderd waren bijl de plek, waar Rutlèdge dien morgen den jongen Maxkley had ontmoet, vertelde hij den dokter ervan, en voegde el' aan toe: „Arme jongen fik heb met hem te doen. Hij is zinkende, en hij! begint het in te zien." „Hij spijit mij ook voor hem," zei de dokter. Ik veroordeel1 den ouden Markley meer dan ik het den jongen doe. Ik dacht vroeger dat hij een prachtkerel' .zou worden, maar hij heeft geen kans gehad. Markley is als meer ouders, die we tegenwoordig maar al' te veel kennen: zij gaan op in het geld verdienen en denken nauwelijks aan iets anders. En nu moet hij ervaren, dat zijn geld zijn kind niet ten goede is geweest. De oude s'chrik op het gelaat, en daartusschen door de leden va» de bemanning, matrozen en stokers, ©enige va» de officieren, de monteie marconist, op wiens joviaal zee mansgezicht eigenlijk n'.ets te lezen Was van bet doorgestane. Wij! hebben daar nog ee» Hollander gesproken, die op de terugreis was naar zijn vrouw te Buenos-Ayres. Ik stond voor de boot, die mjj tevpren was aangewezen, vertelde de man. Eten vrouw komt naar mij toe en geeft mij een kind van een jaar of vijf. Zorgt u Voor het kind, mijnheer-. Een reisdeken had ik meegenomen; het kind had niets an ders aan dan een hemp je. Ik wikkel het in mijn reisdeken en heb het bij mij ge houden, tot op de „Breda"; daar- ben ik liet kwijt geraakt. Ik ben er gaan zit ten in een hoekje. Het was er zoo koud. Ik heb den kok iets te eten ge vraagd en hij gaf mij een stuk kaas. Ik heb het opgegeten, maar- het ïs er niet ingebleven. Toen ben ik maai' weer gaan zitten en ik heb niets meer gezegd; ik kon niet spieken. En toen Wij hier aan wal kwamen, ben ik gaan loopen huilen als een kind; ik kón er niets aan doen. En nu hier aan tafel vind ik ineens weer het kind met de moeder naast me zitten. Ik ga niet meer over zee, zoolang de oorlog duurt. Hieronder laten we nog het verhaal (ontleend aan de Maasbode) volgen, dat de kranige kapitein van het s.s. „Breda", hetwelk met 240 opvarenden van de „Tu bantia" gisterenmiddag om 4 uur te Hoek van Holland aankwam, over het ongeval gedaan heeft. Wij waren, aldus de kapitein, Woens dagavond omstreeks half zeven van Rot terdam vertrokken en voeren ongeveer half negen den Nieuwen Waterweg uit. Voorbij de Noord-Hinder varende hoorden wij plotseling geweldige knallen, doch door den mist konden wij niet veel onderschei den. Etensklaps bevonden wij ons tusschen reddingsbooten, gevuld met menschen. Wij namen de opvarenden van die booten op en vernamen, dat ze afkomstig waren van de „Tubantia". Wij gingen toen op zoek naar dit schip en ontmoetten intusschen nog andere boo ten met geredden, die eveneens door de „Breda" werden opgenomen. Toen wij ten slotte de „Tubantia" be reikten gaven de kapitein en de bemarv ning van dit vaartuig ons te verstaan, dat ze aan boord wenschten te blijven. We gingen daarna naar nog andere opvarenden van de „Tubantia" op zoek en keerden weer naar dit schip terug, waarna wij den kapitein en verdere be manning aan boord namen. Weer hebben we daarna nog getracht om menschen op te pikken en hebben ons toen nogmaals naar- de plaats, waar de „Tubantia" lag, begeven. Het schip was toen echter verdwenen. Intusschen redde de „Gorredijk" onge veer 20 en de „La Cam pine" ongeveer 40 opvarenden. De „Breda" nam in het geheel 240 personen aan boord. De scheepsgelden konden in veiligheid gebracht worden. Ofschoon men 3 uur tijd gehad heeft om zichzelf en zijn bezittingen te redden, schijnt men toch nog dingen van waarde te hebben achtergelaten. Zoo redde de kapitein zulk een blikken trommeltje van geen waarde, maar ver gat zijn gouden horloge. Bewonderenswaardig was het gedrag van de bemanning van de „Breda". Deze stond alles aan de geredden, die geen bovenkleeding en geen schoeisel aan had den (ze waren zoo uit het bed in de man is thans gebroken en ik geloof dat hij nu; werkelijk ten volle inziet, hoe tra gisch deze opvoeding is verlóopen." De vrienden waren nu gekomen aan de plek waar Viola Antol was gevonden. Dr. Lucas herinnerde eraan, dat het nu al1 ruim een jaar geleden was, en dat de schok van deze gebeurtenis Ds. Anning's dood was geweest. ,Er zijn altijd nog menschen," merkte Allan op, „die betwijfelen of het wel zelfmoord geweest is." „Ja, ik herinner- me dat. Maar er kan toch geen twijfel aan zijn. Het geweer van haar eigen vader werd naast haar gevonden". Het gesprek stokte nu, maar Allan ge voelde diep in zijn ziel, dat deze tra gedie nog niet ten volle geëindigd was. Toen de heeren zouden scheiden, zei Dr. Lucas nog „Ds. Rutfodge, ik wil u nog eens de verzekering geven, dat u in Wellington een religieuze opwekking hebt gebracht. Wij dokters kennen spoedig het werkelijke teven der gemeente en ik kan verkla ren, dat Wellington inderdaad is omge vormd. Ook de sociale verhoudingen, idie leeljjk dreigden te worden, zijn thans weer voortreffelijk". reddingsbooten gegaan) af: kleederen, bed- degoed, proviand, enz. Het goed hart van den zeeman verloochende zich hier niet. Voor den kapitein persoonlijk, werd een extra-trein te Hoek van Holland besteld, waarmede 200 geredden aangebracht door de „Breda", gisteravond half 9 van Hoek van Holland naar Amsterdam zouden ver trekken om aldaar ongeveer half 11 te arriveeren. Van de te Hoek van Holland aan land gebrachte geredden is één man gekwetst, die aldaar geneeskundig wordt behandeld. Voor de passagiers, die ïiiet in de ge legenheid waren zich te kleeden, werden te Hoek van Holland de noodige klee- dingstukken gekocht. Er zouden nog personen gered zijn door Engelsche booten en naai' Engeland zijn gebracht. Een reddingsboot met 15 man zou zijn stuk geslagen. Van do inzittenden is niets bekend. Korte Oorlogsberichten. In de Kreis Rees houdt de school jeugd tweemaal per maand een inzame ling van oude couranten bij de bevol king, welke dienen moet voor de beklee ding der militairen. Te Bocholt heeft de Gemeenteraad premies uitgeloofd aan de werkliedenbe volking, ten einde geiten en konijnen te fokken, om op die wijze de menschen van vet en vleesch te voorzien! Een typisch oorlógs-„topval" wordt uit Eppau gemeld. Zonder voorkennis der ouders kwamen daar plotseling de vier zonen van don boekhouder Jaitner van het front thuis. Bijna op hetzelfde uur en zónder dat ze iets Van elkaar afwisten. Dit samentreffen was te merkwaardiger, daar men den eenen zoon reeds als ge sneuveld beweende en de andere in Rus sische gevangenschap gewaand werd. Thans zijn alle 4 jongens, evenals op den eersten mobilisatiedag, bijna 20 maanden geiteden, weer gelijktijdig naar hun posten gesneld; een naar het Dnjes- terfront, een naar Russisch Poten, ee« naar Servië, en de vierde naar- de Isonzo. Engeland en Japan onderhandelen over nieuwe voordeelen in Azië voor. Japan. Naar verluidt, nadert de dubbele Duitsche draadversperring over de gehee- le Nederlandsch-Belgische grens haar vol tooiing. Bericht werd, dat de ruimte tus schen de beide draden overal' 200 meter is. In afwijking daarvan hebben de Duit schers over de grenslijn StabroekEs- schen dezen afstand verbreed tot 500 meter. Een boer aldaar werd de keuze gelaten den draad vlak langs zijn huis te doen spannen en Belgisch onderdaan te blijven óf zijn hoeve te verlaten en deze tusschen de grenslinie te stellen. Hij koos het eerste. Duitsche bladen melden, dat een Deen, dr. A. op zijn doorreis naar Hol land onder verdenking van spionnage in hechtenis is genomen. Een v 1' i eg-o n g e 1 u k. Kapitein Ni cholson, ©en der voornaamste vliegoffi- cieren van Engeland, is toen hij' tijdens een verlof van het front in Engeland teruggekeerd, een vliegtocht ondernam, gevallen en omgekomen. Oorlogswaanzin. In de „Roy al1 Institution" deed .prof. Thomson de mededeeling, dat liij een uitvinder bij zich had gehad, die een geniaal plan had bedacht om Krupp te gronde te rich ten. Deze uitvinder had opgemerkt, dat vogels kalk pikten en nu1 was zijn denk beeld om een aantal aalscholvers om- „Ik ben er werkelijk blij om", zei Al- lan met warmte, „dat ik voor deze ge meente iets heb mogen doen. Ik heb in Wellington nog al wat moeten lijden, doch dat is niéts in vergelijking met het waar achtig goed, dat gewonnen is". De volgende week toog Rutledge ter Conventie in Des Moines. XXI. Op een schoonen lentemorgen vinden wij Nelly Grayson gezeten in haar ele gant ingericht boudoir, omringd van af do kleinoodiën, die zulk een vertrek het aanzien van een allergezelligst hoekje ple gen te geven. Nelly's gelaat echter was betrokken; zij had juist een brief gele zen van Mario Markley. Deze brief was niet zoo bijzonder belangrijk, doch een tweetal' zinsneden hadden haar toch zeer getroffen. „O Nelly", stond er, „ik ben toch zoo gelukkig vandaag. Dezen morgen heb ik de allerbelangrijkste Vraag beantwoord, die ooit een vrouw kan gesteld worden. Ik zou je daar veel van willen vertel len, maar ik ben nu niet kalm genoeg om te schrijvenToe, kom me gauw eens opzoeken". jj Wordt vervolgd-)

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1916 | | pagina 1