DE ZEEUW
TWEEDE BLAD.
Uit de Pers.
1 i r' 1 m
Uit de Provincie.
Feuilleton.
Zeeuwsehe Stemmen.
OVERWINNING.
TA*
«AT&ttAG 11 MAART 1916. No. 138.
Es» tegenvaller.
9* hooding der sociaal-democraten in
ie* *eeaeenteraad van Amsterdam jegens
'I vooretd van B. en W. om den onder
wijzer De Jong wegens zijn hokken met
«en iooge dame niet meer in aanmerking
te doon komen voor een betrekking als
onderwijzer aan een openbare school,
heeft geen gunstigen indruk nchtergela-
Z* zgn het geweest, die 't voorstel
krachtig bestreden, den buiten huwelijk
gehuwden onderwijzer in bescherming na
men, en het arme schoolkind goed ge
noeg achtten om tot maatschappelijke
deugden te worden opgeleid door een
zoodanig man die de maatschappelijke
deugd der zedelijkheid treedt met voeten.
Er waren echter ook liberalen, die 'tniet
d te nauw namen met het recht van
teat Kind en van de Openbare School.
kij stemden wel met B. en W. mee,
doch spraken, uit kiezersvrees misschien
of omdat zijn 't buitenechtelijk geslachts
verkeer van een openhaar onderwijzer en
zijn vriendin niet zoo erg: vonden, te-
jjetn te».
En dat met. welke argumenten
Klaas de Vries, liberaal, oud-hoofd
«ener openbare school betreurde 't dat
dSe naam van den onderwijzer De Jong
openhaar gemaakt was, waardoor „twee
achtenswaardige menschen nu aan den
honger worden prijs gegeven". Dit raads
lid vond dat bedoelde onderwijzer „hoogst
zedelijk leeft ook al is hij niet wettelijk
getrouwd", en hij prees vooral diens
„vrouw", welke hem gezegd had„wij
zullen er ons wel doorheen slaan, C h r i s-
tus heeft wel meer geleden".
-Vtatthijssen, sociaal, insgelijks oud
onderwijzer aan een openbare school was
«liet minder eigenaardig dan zijn collega.
Hij deelt, zoo sprak hij, de levensbeschou
wing van den onderwijzer De Jong niet;
niet omdat hij togen 't beginsel van 't vrije
huwelijk is, maar omdat de vrouw die in
Vrije liefde huwt, aldus vrijwillig afstand
doet van haar weduwenpensioen en de
man zich aan ontslag blootstelt! Ook be
klaagt zich dit raadslid dat B. en W.
„onrecht hebben gedaan aan de princi
pieel© tegenstanders van het wettige hu
welijk", en het belang der openbare school
eiseht volgens hem het ontslag niet. Welk
een liefde voor die school spreekt uit
deze opvatting, en welk een minachting
voor de ouders, waar hij er aan toe
voegde niet te gelooven dat er ook maar
één ouder last zou hebben van de hand
having van De Jong, ook al weten zij
dia-t hij in vrije liefde leeft!
Cynisch liet zich ook de wethouder
ftubaut uit. Wettige huwelijken zijn niet
ifeMijker dan dezulke. Wanneer er we-
derzijdsche genegenheid is, is geen wette
lijk huwelijk noodig. Goede huwelijken
teehoeven niet den steun van het Bur-
jjerlqk Wetboek!
De gemeentelijke overheid mag hoog
stens zeggen: Ge zoudt verstandiger doen
«ls ge wettig huwdet. Het voorkomt op
spraak. Het is voorzichtiger met het oog
op de kinderen. Maar het past de over
heid niet, een dergelijken onderwijzer voor
het ambt ongeschikt, te verklaren. Het
vrge huwelijk is een uiting van verzet
tegen de verouderde huwelijkswetgeving.
He overheid moet de voorstanders er van
verdedigen tegen hel niet-begrijpende voor
oordeel van ouders.
Zoo redeneert een wet houder.
Waarlijk, professor Fabius had gelijk,
toen hij constateerde, dat het volk zich
«i toenemende mate van de openbare
school afkeert, dat de liefde van som
mige voorstanders dier school is een apen
liefde, en dat met tien heeren Klaas de
Wnes de openbare school reddeloos ver
teren is.
ïntusschen, alsnog zegevierde de zin
voor deugd: Met 2d tegen 14 stemmen
Werden B. en W. m 't gelijk gesteld. Alle li
beralen op 3 na en wethouder Vliegen
«temden met de Rechterzijde voor het
oïitslag.
fcXX.
Niet *®der eenigen schrik ontwaarde
ik hoe lang het reeds geleden, is, dat
m'n laatste brief het jicht zag. 'tLag
niet in de bedoeling het schrijven plot
seling te staken, doch er was zooveel,
dat mij noopte van den regel als
daarvan sprake kan zijn af te wijken
en de lezers wat langer dan gewoonlijk
te laten wachten.
Of ik idan nu „nieuws" heb?
Och, nieuws eigenlijk niet. Immere or
is niets nieuws onder de zon.
Uit opgravingen van Vondsten uit de
Hallstatt-periode (ongeveer ,700400 jaar
Voor Christus) blijkt, dat. de dames dier
dagen lange pronzen en ijzeren naalden
droegen metpuntbesohermers.
Er is niets nieuws
Onder de wetsartikelen van een koning
Van Babylon was er één, dat voorschreef
hoeveel loon 's winters en 's zomers aan
verschillende, afzonderlijk genoemde, soor
ten van werklieden moest worden uit
gekeerd. i
Als 'we (dus in deze dagen een der
gelijke staatsinmenging pntmoeten, behoe
ven we 'dus zeker niet van een „mo
dern" idee te spreken.
Zelfs de oorlog is niet in alles „mo
dern."
Hij heeft, ondanks de vele nieuwe soor
ten van wapenen en strijdmiddelen men
denke maai- pan de onderzeebooten, de
Vliegmachines en de 42 c.M.-mortieren
tevens verscheidene vroegere strijdme-
thoden weder in eere hersteld.
Doen de 'werp- en handbommen niet
denken aan de strijdmiddelen der mid
deleeuwen, en gelijken de mijn werp ere
uiterlijk niet pp de reeds lang vergeten
catapulten, die bij de oude Romeinen en
Grieken, vooral jn den vestingoorlog een
belangrijke rol speelden?
Vooral echter heeft cle moderne posie-
tiooorlog een manier van strijden doen
ontstaan, die op verrassend© .wijze her
innert aan den tijd 'van Julius Caesar.
De stellingsgevechten van toen en nu
lijken ontzaglijk veel op elkaar. Caesar
Verhaalt er ons zelf van in zijh werk
over de frallisohe oorlogen.
Alesia was door Vercingetorix met
80.000 man bezet. De stad was goed
te verdedigen, daar zij op een berg was
gelegen, die aan twee zijden door rivieren
was omgeven en aan een zijde door een
vlakte te naderen was.
Caesar nu Jegde verschansingen aan,
Welke tegelijk den rug van zijn leger
moesten dekken tegen een ontzeltingsleger.
De Galliërs, deden nu en dan heftige
uitvallen uit verscheidene poorten tege
lijk, waarom Caesar hét raadzaam oor
deelde aan zijn verdedigingswerken nog
iets toe te voegen.
Hij maakte toen let nu op door
loop-end© .grachten van vijf voet diep,
nadat boomen, met rechte sterke takken
geveld en de einden daarvan afgeschild
en aangepunt waren geworden.
Vervolgens werden die boomen in de
grachten begraven en van onder vast
gemaakt, opdat pe niet zouden kunnen
worden uitgerukt {laar waar de takken
begonnen, staken zij boven den grond
uit.
Doet dit piet aanstonds denken aan
onze prikkeldraad-\ ere per ring en
Vijf rijen waren op genoemde wij:ze
onderling verbonden. .Wie aldaar inge
drongen was, geraakte in de zeer scherpe
takken, 'door welke hij' verwond werd.
De soldalen noemden ze leekenachtig
„doodenpunten." En voor deze werden
drie voet diepe kuilen in sichuine kruise
lings afgebakende rijen gegraven, die van
onderen trechtervormig toeliepen.
Tevens werden pan gepunte palen daar
in met parde vastgestampt, zóó dat ze
nog een voet boven den bodem uit
staken.
Doch, laten we terugkeeren van ons
bezoek aan Julius Caesar.
Men heeft nu gezien, dat er niets
nieuws onder de zon is.
Laat mij dus voortgaan mei m'n cau
serieën over oude en bekende dingen.
Zoo zou het wellicht nu nog niet te
onpas zijn, wanneer ik iets vertelde van
de verdiensten "yan 'een bekwamen pae-
dagoog, die ons enkele dagen geleden
ontvallen is.
Ik bedoel Jan Ligthart.
Hisste'hie* doel het 'tiïarl raa onze
Christelijke paedagogen, die allen wel van
hom gehoord en ook wel van zijn gaven
genote* hebben, goed, op deze plaats
een woord te zijner nagedachtenis' te
lezen.
Het jongste nummer van „School en
leven", dat grootendeels aan de nage
dachtenis van dezen medewerker ge
wijld is, geeft zho'n schoone gelegenheid
een denkbeeld te vormen van de per
soonlijkheid van dezen schoolmeester.
Zal ik nog cit eeren hoe hij om 't leven
kwam? Op welke tragische wijlze?
Een rukwind, zegt. dr. J. A. Cramer,
nam hem plotseling van ons weg, in
figuurlijken en in letterlijken zin. De storm
van Woensdag J6 Februari lxad gemak
kelijk werk; toen hij dezen man, zoo
zwak en wankel van gang, opnam en
in "i kanaal wierp
Dadelijk toegeschoten hulp Van men
schen in de nabijheid kon niet meer ba
ten. Zijn hart was tegen dezen plotse lin-
gen schrik met bestand. Eer hulp kon
worden aangebracht, was' hjf reeds heen
gegaan aan .hartverlamming.
In een pogiwenk tijds, zegt Casimir,
Was hij op *t drogte gebracht. „Zijn hor
loge gaat nog, zijn hart staat stil".
Ik behoef p niets te vertellen van de
origineele onderwijsmethode, die Jan
Ligthart er op na hield.
Deze methode, die zich geheel aan
sloot bij zijn streven en bij zijn karak
tereigenschappen heeft wijd en zijd de
aandacht getrokken.
Hij was de eenvoudigheid zelve, doch
de invloed, welke van hem uitging, was
groot.
Er viel veel van hem te loeren.
Een oud-leerling, een onderwijizier, ver
telt, dat niet alleen de kinderen, die van
Jan Ligthart pnderwrjfe ontvingen, geno
ten, maar ook de toehoorders. Zijn kin
derlijk vragen boeide de leerlingen zóó,
dat zij hem van het begin tot hot eind
Volgden en hij hun de voldoening schonk
alles zelf te hebben gevonden.
Zij'n leerplan was niet alleen uiterst
praotisch, maar Vooral ook natuurlijk.
Spelende leerden de kinderen.
'tWas vooral de omgang met de kin
deren, de geest in de school, de Zedelijke
opvoeding, Waardoor Jan Ligthart zich
zoo bemind gemaakt heeft.
Noord hof f ge kent hem wel
zegt, dat liij zoo'n echte schoolmeester
was. Niet in den zin van schoolv'ös,
want dat was hij; heclemaal nietalle
betweterij en bedillerij was hem! vreemd
en al Wist hij heel veel, hij had geen
greintje pedanterie in zijn body. Maar
hij zei zélf, dat hij eigenlijk niets was
dan een schoolmeester; dat hij schrijver,
dichter en paedagoog zou zijn, och kom.
Neen, hij was schoolmeester in dezen
zin, dat hij blijkbaar echt veel van zijn
vak hield; en dat hij 'tvak verstond,
als' geen ander.
Waarom Jan Ligthart ons zoo na stond,
terwijl hij toch het openbaar onderwijist
diende
Ongetwijfeld bad hij' de zaak van het
bijzonder onderwijs tot grooteren .steun
kunnen zijn, wanneer hij met de open
bare school gebroken had. Hij meende
echter, dat dit niet noodig was.
Dit staat echter vast, dat hij het Chris
telijk onderwijs tot zegen is geweest, want
hij was een Christen, die de liefde van
Christus aan zijn hart ervaren had.
De liefde van Christus hij voelde,
dat dit. eerst ware liefde was.
Geloofsvertrouwen was zijn deel.
't Leven viel hem zwaar, schrijft dr.
Cramer, maar in de liefde van zijn vrouw
kwam God hem zoo wonderbaar helpend
tegemoet, en telkens herhaalde hij dit
woord„Heer, als 't noodig is, dat ik
door uw slaan worde geheiligd, sla mij
dan maar!"
Ben zijner Verzen spreekt van innig
geloofsvertrouwen op den Hemclschen
Vader, en getuigt van zijn kinderlijken
eenvoud en berusting.
Men vertelt, dat Jau Ligthart altijd en
bij elke gelegenheid zijn vrouw bij zich
had.
Waar b ij was, daar was z ij ook.
Tegen de Koningin moet. hij eens ge
zegd hebben
„Goed, Majesteit, piaar dan breng' ik
mijn vrouw mee. Die hoort er bij; die
hoort, ook bij de paedagogiek
Dat was nu 'Jan Ligthart.
ken waren, wist hij er menigeen tot de
kerk te brengen.
Rutledge hernam
„Ik zal zijn nagedachtenis ten hoog
ste eeren. Mannen afe hij zijn helden, die
evengoed geprezen moeten worden als
Johannes Huss of Maarten Luther. En
voorts m'n waarde, maak je niet be
zorgd over mijn vijanden. Het is wel'
goed dat. ge Markley eens opzoekt, maar
geloof me, het Convent zal zoo maar
niet Older blindelings volgen. God heeft
ook nog iets te zeggen over Zijn Kerk
op aarde!"
„Die mannen die u bestrijden, domi-
né, wenden zich van God af", zei Stan
ford met weer terugkeerende verontwaar
diging; „ik verwonder er mij niet over,
dat ei zoovelen ontrouw bevonden wor
den, als de leeraars zoo voorgaan".
Rutledge zei rustig:
„Het zal' alles terecht komen, vrees
niet. De kefk is niet volmaakt, en ik
begin in te zien, dat sommige voorman-
men wonderlijke denkbeelden van recht
en onrecht hebben, maar Gods keirk zal
gezuiverd worden en Gods werk gaat
voort in spijt van de aanwezigheid van
den modernen Judas en Annanias. God
heeft ons te Wellington bijzonder geze
gend en wij mogen Hem geen verdriet
aandoen door te twijfelen 'aan Zijn Va-
wiedaw» heeft me,ui» waardeeread
woord gewijd aan de nagedachtenis van
den man, wien zij zoovele jaren tot een
hulpe was, Jtunnen lezen.
Moge het haar rijkste troost wezen te
wéten, dat hij door den Vader in den
Hemel tot Zich geroepen is en dat hij
in het eeuwig licht van Godsl verblijdend
aangezicht is.
Jan Ligthart's grbeid zal niet spoedig
vergieten zijn.
Velen zullen er pog' de vruchten van
plukken, ook p! heet liet onafgedaan werk.
Profiteer© ook pet Christelijk onderwijs
van den arbeid van dezen Christen-
paedagpog.
KEES VAN DER MEER.
Spanning.
De Rotterdammer driestart,
Reeds meermalen vestigden wij er aan
dacht op, hoe in den boezem der link-
sche partijen voortdurend zekere wrijving
bestaat tusschen de meer conservatieven
en de meer radicale elementen. Een deel
tier Unie-liberalen met de vrij-liberalen
eenerzijds komt telkens in botsing met
de meerderheid der Unie-liberalen, de Vrij
zinnig-Democraten en de Socialisten an
derzijds.
Gold het nu hier enkele op zich zelf
staande kleine stribbelingen, dan zou het
de moeite niet loonen er op te wijzen,
Ook onder de Rechtsche partijen kent men
dat. De bestaande partij-indeeling brengt
ze als vanzelf mee.
Maar wat men links ziet, is een door
gaande lijn, die van ingrijpende politieke
beteekenis kan worden, wanneer de om
standigheden er vroeg of laat toe moch
ten leiden, dat er van links weer een
parlementair Kabinet optreedt.
Men gaat dit links ook zelf beseffen.
Dit blijkt uit wat Dr. Bos thans schreef
In de „Vrijzinnig-Democraat".
Daar heet het:
Men verneemt uit de „N. CL", die het
reeds schijnt te weten, dat er over de
oorlogswinstbelasting heel wat te doen
zal komen. Ik geloof het ook, er zullen
allerlei theoretische zwaarwichtige be
zwaren worden vernomen, waardoor de
genen, die in dezen schrikkelijken tijd
nog veel verdienen, aan een rechtvaar
digen greep trachten te ontkomen.
Moge hun stem. niet te veel weer
klank vinden in het parlement.
Het tegendeel is echter te vreezen.
Het zal wel steeds gaan, zooals het in
December 1914 ging bij de disküssies
over eon heffing ineens, zooals het in
het voorjaar 1914 is gegaan, toen vruch
teloos onzerzijds op meer progressie
in de inkomsten- en aanvullende ver
mogensbelasting werd aangedrongen.
Wat de rechterzijde bij deze vragen
doet, is moeilijk te zeggen. Tot dusver
was zij in haar geheel bij stemmingen
aan den kant der meer konservatieven.
Aan de linkerzijde zien wij daarente
gen scheiding. Steeds vinden wij een
deel der Unie, vrijzinnig-demokraten en
de sociaal-demokraten, tegen de vrij
liberalen en een ander deel der Unie.
Blijft dat zoo, dan dreigt hier een
gevaar, dat men onder de oogen moet
zien. Struisvogelpolitiek baat hier niet..
Wie een in werkelijkheid dem.okra.ti-
Sche belastingpolitiek wil, die in de
naaste toekomst de voortgaande verhef
fing van de mingegoede klassen door
eigen kracht mogelijk maakt, 'zal daar
staan tegenover hen, die den druk op
de breede volksklasse te zeer verzwa
ren.
Deze vragen zullen in de allernaaste
toekomst overheerschen. Zij zullen meer
dan iets anders ook op de politieke ver
houdingen invloed uitoefenen, wijl hare
beantwoording voor den toestand van
de verschillende maatschappelijke groe
pen in de volgende kwaxt-eeuw van
overwegende beteekenis is.
Het wordt voor de meer behoudende
elementen der linkerzijde een kwade po
sitie.
Willen ze er bij de verkiezingen niet
onder raken, clan moeten ze Zich al meer
richten naar de rechtsche groepen. De
socialisten geven het wachtwoord uit. Dat
derzorg en Vadertrouw".
Deze woorden stemden de diaken wat
rustiger en hij hernam:
„Dominé, u .hi'ebt gelijk. Ik ben ervan
overtuigdu zult overwinnen. Niettemin
hoop ik morgen na den rouwdienst met
Markley te gaan spreken".
Langen tijd dacht Rutledige na over
den stand van zaken en het .resultaat
was een vast. besluit:
„Ik zal open en klaar in de vergadering
spreken en als mijn collega's de partij
van het. College kiezen, dan zullen zij
mijn collega's niet meer zijn. Maar dan
zal' ik ook weten, dat de aanvallen tegen
Christus' kerk haar* niet kunnen deren
en liever dan te zijn in een paleis met
het onrecht., zal ik gaan buiten de le
gerplaats, met. Hem Zijn smaadheid dra
gende".
Inmiddels hadden de mannen der ver
verij in Markley's fabriek de noodige voor
bereidingen getroffen voor het optreden
van Rutledge. Men had een voortreffe
lijke, door eikenboomen overschaduwde
plaats gevonden; er weid zeer veel pu
bliek verwacht, en inzonderheid de ge
zinnen der arbeiders.
„Anne Louis", zei Pat Mc Ginnis, ter
wijl' hij ijverig aan de voorbereiding' bezig
was; „arme Louis, hij verdient de eer
tindf weerklank bij de vrijziunigcfo»ofcW
ten. De Unie is opportunistisch in bw
meerderheid en gaat gewillig mee. Ca.
haar minderheid is met de vrij-libeiwtaC
don wel door tien nood gedwongen oaa
mee te doen.
Algemeen Stemrecht én. Staatspensioen
Werden zoo reeds over de heele Mi
aanvaard.
Maar op de punten waar het priogra*
niet bindt is de natuur sterker dan da
leer en sputtert men dan tegen. Wat be
grijpelijk ergernis bij de radicale groepieaj
wekt. Daarvoor toch is men het spél.
niet begonnen.
Het clericale spook zal voortoop'tig d*
conservatieve heeren wel gedwee maten.
Maar gemakkelijk zal het hun niet. val
len.
Gemakkelijk gemaakt. Wondt het hu*
althans niet.
Vlisslngen. Aan den heer A. A. Noest,
axlministrateur bij de. stoomvaartmaat
schappij „Zeeland." is door de ge redd*
Nederlandsche passagiers van de mailboot
„Mecklenburg", als blijk van waardeeringi
een souvenir aangeboden, bestaande uit
een. zilveren kaartenschaal, met inscriptie.
Ook mocht de heer Noest verschillend»
persoonlijke dankbetuigingen van pterso-
nen van andere nationaliteit ontvangen.
(V,. C.)
De Belg, die onder verdenking va*
spionnage gevat is, is gisteren ter be
schikking der justitie gesteld en na ver
hoor naar liet huis van bewaring ge
voerd.
Souburg. Vrijdagavond had een alge-
ineene vergadering plaats der vereeruging
„Het Groene Kruis" in de zaal van den.
heer Mabilot onder leiding van dr. Plugge.
Uit het jaarverslag van den secretaris
bleek het volgende: 1. Er werden 4 be-
stuurs- en 2 -algemeene vergaderingen ge
houden. 2. In het bestuur kwam gee*
verandering. 3. De bode-magazijnmeestei;
werd herbenoemd. 4. Het verplegingsma.-
teriaal bevond zich. in goeden toestand.
5. De nieuw gemaakte ligtent werd in
Juli in gebruik genomen. 6. In de be-
grpoting, welke in de vergadering va*
25 Oct. 191.5 werd goedgekeurd, was
voor het eerst, een post van f 40 vloor
bestrijding tuberculose opgenomen. 7. D.fe
Enquetrice v,an Vlissingen is sedert 1
Jan. 1916 ook te Souburg werkzaam. 8.
Door de ijverige bemoeiingen van de oom
missarissen de heeren Willemse en Blaas
werd in het gebouw „Het Groene Kruis"
een kacheltje geplaatst. 9. Het ledental
te Souburg steeg van 415 tot 434, dat
te Ritthem is 67. 10. In hel afgedoopen
jaar werden 147 stuks verplegingsartikeletn.
afgegeven en 84 keer ijs gevraagd.
Uit het. verslag' der oommissie kasop
nemers, de heeren C. Cevaal öz. en W.
M. Verkroost, 'bleek, dat de kas en hoe
ken van den penningmeester dhr. A. Pi»
terse accuraat in orde z,ijn bevonden.
Hierop volgt het verslag magazgjnop-
neming en de voorlezing inventarislijst.
De voorzitter achtte zich geroepen met
Jiet oog op de tijdsomstandigheden oj
enkele zaken te wijzien. De prigs van hel
hospitaallinnen is van f 1.25 gestegen tot.
f 2.771/2- Daarom dringt hij hij de lede*
op zuinigheid aan. Indien de leden som
mige dingen 'niet. kunnen krijgen, ligt zulk*
niet aan het. bestuur, maar aan den. oor
logstoestand. Verder deelt hij mede, dat
er in 't geheel 13 ziekenstoelen zijn, waar
van 12 in gebruik. Op voorstel van de*
heer Antheunisse wordt besloten nog 1
of 2 ziekenstoelen aan te schaffen. Dihr.
Du Troje deelt mede, dat, de vereenigingi
„Ons Belang" besloten heeft f5 uit de
kas aan „Het Groene Kruis" af te staan.
De voorzitter dankt hiervoor. Dhr. Wil
lemse acht zich nog geroepen ïiosselaar
dank te brengen voor het goed beheer
der materialen. Alles staat in het ge
bouw netjes op zijn plaats. Dte voorz.
dankt de commissie kasopnemers, de hee
ren Cevaal en Verkroost, voor hun ar
beid en den penningmeester voor zijn
accuraat beheer. Met den wmsch, dat
de afdeeling in bloei moge toenemen en
we een volgende vergadering allen aan
wezig mogen zijn sluit de voorzitter de
vergadering.
wel. Dominé heeft mij gevraagd, ee*
kort woord te spreken over zijn laatste
©ogenblikken. Ik zal probeeren, noaax ik
vrees, dat het mij te machtig zal zijn".
Gregor vroeg hem
„Heb je ook Markley zelf en de lui
van het koor genoodjgd?"
„Ja wis en zeker", antwoordde ide Ierr,
„en zij hebben mij beloofd te zullen
komen. De baas zei, da.t hij zeer inge
nomen was met. zulk een dienst".
„Ds. Rutledge won graag, dat de lui
van de ververij op' het platform kwame»
zitten", zei de opzichter.
„0 best; niemand mist Antoine zoo
als wij", antwoordde een der arbeider*
hartelijk.
Die bijeenkomst beteekende meer da*
zij oppervlakkig leek. Zij beteekende, dat
deze eenvoudige arbeiders waren begon
nen hun waarde te kennen. Als een Se
nator sterft, huldigen zijn collega's hern
in het openbaar. Zoo ook de fabrieks-
mensc.hen; toen een held als Antoine
stierf, was algemeen en spontaan de in
stemming met Rulïedge's plan, om dezen
mede-houwer iaan Christus' kerk te
eeren dooi' een eendrachtige en openbare
viering zijner nagedachtenis.
(Wordt vervolgd.)
Sen Varhaal uit het kerkelijk leven van
Noord-Amerifca.
door v. d. M.
Nadruk verboden.
40)
Op zekeren morgen kwam diaken Stan
ford zeer geciteerd bij Allan.
,,tk heb zooeven gehoord, dominé, dat
Older, Ds. Miller, Ds. Oudry en eenige
andere vooraanstaande predikanten in
lowa tezamen een plan ""in elkaar heb-
hen gezet oin door de kerkelijke verga
dering te doen besluiten tot uw verwij
dering uit Wellington. Maar dat is ver
schrikkelijk! Die mannen mogen zich dan
dienaars van Christus noemen, zij han
delen als agenten van den duivel, 'tls
werkelijk geen wonder dat een predikant
een slechten naam krijgt, als er zoo
wordt geïntrigeerd. Ik noem het een
schande voor beschaafde menschen, 0111
maar niet te spreken van Christendom."
Met geweld kwam Stanford's vuist neer
op Rutled ge's schrijfbureau. De trouwe
man was ten einde raad. Rutledge vroeg
feftTt»
-. „Hebt. u dat alles pas gehoord?"
„Ja, juist vanmorgen. Daniël's vertelde
mij een en ander. Zij meenen dat hij
nog tegenover u staat, maar sedert dien
nachlelijken brand is hij eon uwor waïm-
ste vrienden. Met Markley is er bepaald
wat. gaande. Ik vrees, dat. de man vree-
selijk lijdt om zijn zoon. Die jongeman
zal nog dezen zomer te gronde gaan."
Nog even kalm hernam Allan
„Wat kunnen we doen?"
„Ik weet wat ik zal doen. Ik ga mor
gen naar Markley, en dan wil ik eens
ernstig onder vier oogen met hem spre
ken."
„Ik zou morgen in Markley's fabriek
een rouwdienst, leiden voor Louis Antoine
en ik wou u vragen er ook te komen.
De fabriekslui hebben dit zelf gewild en
geregeld. Men wil bijeenkomen op een
der pleinen. Ook de menschen dér brand
weer zijn genoodigd, en ik hoop op een
schoone samenkomst. Nu wou ik gaarne,
dat. u kwaamt namens de kerk va.n Wel
lington, en dan kunt ge na afloop altijd
nog met Markley spreken."
Stanford ging met het voorstel' accoord
en zei
„Arme Antoine! Wij; missen hem zoo.
Hij was een flinke kracht in de gemeente
geworden, en vooral' van zijn eigen volkje
de Bohemers, die zoo moeilijk te 'berei-