m. ii4 Zaterdag IS Februari 1910 3öe Jaargang EERSTE BLAD. De Groote Oorlog. Stat@n-ü@n@raal Binnenland. Uit de Provincie. Üit nummer hestaat uit twee bladen Watersnood. Uitgave van de Naaml, Venn. LUCTOR ET EMER-GO gevestigd te Goes. Hoofdbureau to Goes: LANGE VORSTSTRAAT 219. Bureau te Middelburg: FIRMA F. P. DHUIJ - L. BURG. Drukkers: Oosterbaan Le Cointre Goes. De Zeeuw VERSCHIJNT ELKEN WERKDAG. Abonnementsprijs Per 3 maanden fr. p. post Losse nummers ƒ150 ■Jo Prijs der Advertentiën 15 regels ƒ0.50, iedere regel meer ld et. 3-maal plaatsing wordt 2-maal berekend. Bij abonnement voordeelige voorwaarden. Familieberichten van 110 regels 1 iedere regel meer 10 ct. Wij ontvingen nog ter doorzending aan de Algemeene Watersnood-commissie: van S. J. te Wolfaartsdijk f5; door tusschenkomst van den boekh. Fanoy van L. te S. fl; van P. M. d. R. te Wissen- kerke fl.50. Totaal met inbegrip van de reeds vroe ger verantwoorde bedragen f 1183.72. Schiermonnikoog. Met dankbaarheid aan den Heere en de milde gevers melden wij de ontvangst' van: f2.50 van G. H. te Wolphaartsdijk, fl van Th. F. te Kapelie, fl van A. T. te Goes, fl van P. N. te Krabbendijke. Voorts door tusschenkomst van boekh. Fanoy A. te K. f 3, Getégee f 2.50. Door tusschenkomst van firma F. P. Dlruij: N. N. te G. f3, N. N. te Souburg f2.50, N. N. f 1J. C. S. te Kamperland f 5. Totaal met hot vorige f 125.041/2. Nog ontvingen wij van iemand die onbe,- kend wenscht te blijven zes mark die wij echter pas in betere dagen hopen te gelde te maken. Men blijve voorts Schiermonnikoog ge dachtig. Daar is op dat eiland groote tegenstand. Doch de Heere heeft or een geopendo doure gegeven. Het zij een ieder onzer een eere voor het Evangelisatie- oftewel Zendingswerk op .Schiermonnikoog .een steentje te mo gen bijdragen. „Weinig maar uit oen goed hart", zei men in het. „deugd''-tijdperk onzer acht tiende- en begin-negentien deneuwsche va deren Onder die leus is zelfs de allerkleinste gift van wie niet meer missen kan, onls even welkom als de grootste. Da verhuizingen. Kiesvereom gingen, let vooral hierop. Wie het vorige jaar in oen ander© ge meente, onverschillig of dit kort of lang is geweest, heeft gewoond, en daar be lasting betaalde, dient zich in zijn tegen woordig© woonplaats aan te geven. Zulte met overlegging van het Voldaan gebeekende belastingbiljet. Hij wordt dan kiezer in zijn nieuwe woonplaats. Maandag a.s. is 'tde laatste dag om voor alles te zorgen. Nog eens „een twijfelachtige bekeering." Professor Bemelmans te Rolduc schrijft in De Maasbode een en ander over de „bekeering" van Speenhof!:. Ook deze hooggeleerde gelooft er niet Veel van en toont met de feiten aan dat 't haast niet kan. Immersin een liberaal blad in Limburg doet de bekeerling na zijn „bekeering", en wel op 4 Februari, een aanval op zijn katholieke weldoeners. Hij zegt onder an deren: ,,'t Gaat bij de calvinistische Room- schen niet om de Kerk, niet om Eer en niet om Deugd. De Kerk heeft zulke huichelach tige verdedigers niet noodig. 't Gaat bij die afgedwaalden om reclame voor hun win- Kei, voor hun fatsoen, om eigen zedeloos heid te kunnen wegmoffelenEn nu wel de grootste vuiligheid van deze hans worsten, Van deze huiehelaarsbende is: woordverdraaiingt En in een socialistisch blad adverteert hij tegelijkertijd„Speenhoff bericht dat hij begin Maart te Heerlen in „Ons Huis" optreedt. Dus nog een beetje geduld." Wij dachten het wel, dat er een luchtje was aan deze i„bekeering." Een bekeerling die begint mot zichzelf schoon te Was- schen, en de .schuld op een ander te steken wij merkten het reeds op in ons no. Van 8 dezer! brengt op het smalle pad, gesteld hij kwam, er op, een groot vraagtoeten op zijn kruis mee. Hij vertoont onder zijn medewandelaars meer het beeld van den faxizeer dan van den tollenaar. Doch enfin, wanneer het nu .met Zijn vïèze liedjes, bijv. tegen Kuyper en de fijnen, maar uit is, schijnt ons dat al iets gewonnen. Beknopt overzicht van den toestand. Geconstateerd wordt, dat de levendigheid zich op de slagvelden zich met den dag uitbreidt, zonder evenwel tot eenig resul taat van tefeetenis te leiden of aanwij zingen te geven omtrent de ontwikkeling der gebeurtenissen in de .toekomst. De oorlogscorrespondent van een Duitscb blad op het Wjésterfront beweert nochtans, dat de activiteit der Duitschers enkel een defensief karakter draagt en alleen ten doel heelt, zooveel mogelijk goede steunpunten in te nemen voor het geval, dat de geallieerden attaqueeren. Hij illustreert don strijd bij Vimy als volgt „Om 4 uur begon üe eigenlijke aan val. Acht minuten later was alles wat wij begeerden in ons bezit. Daarbij waren onze verliezen gering. Zonder moeite had den wij de opdringende beweging kunnen doen voortduren, maar dat lag niet in het plan. Wij wilden steunpunten slechts heb ben, die zoo geschikt mogelijk voor de Verdediging zouden zijn, wanneer do Frans.obe.il een grootscheepschen aanval zouden ondernemen. De gevangenen bevonden zich in den deernisWaardigstan» toestand, vervolgt hij dan. Zij worden met de meeste oplettend heid behandeld, want, aldus de dagorde, vóór het aanbreken van den aanvalsdag uitgegeven: „Onverbiddelijk tegen den vij and, zoolang hij zich verdedigt; mensche- lijk tegen de overwonnenen." Aan dat bevel werd gehoor gegeven. Een Fra.nse'.i gevangene wilde zelfs zijn eerekruis afleggen. Neen, zei een Beiersch soldaat, behoud dat, dat heb je verdiend." Pan een verwacht offensief blijkt dus niets. Maar cle Duitschers vertellen ook niet alles: gelijk. Het Oostenrijksoh-Ilongaarshe offensief in Albanië heeft, nadat het moeilijke berg land, hetwelk bijna geen wegen beeft, is doorgetrokken thans het breede kustdal van de beneden-Ischmirivier bereikt en bevindt zich thans 22 K.M. ten N.O. van Durazzo en 8 K.M. ten N.W, van Tirana. De Oorstenrijksche vliegers nemen steeds alles waar, wat in Durazzo geschiedt, waai' zij bommen wierpen op het Itali- aansche en Servische troepenkamp en do voorraadmagazijnen. Andere vliegerbom- men zijn bestemd voor de in denhaven liggende Italiaansche transportstoomboo- ten. In verscheidene gevallen werden tref fers waargenomen. We kunnen hieraan toevoegen, dat de Bulgaren Tirana bezet moeten hebben. De Russen gaan door met liet Versprei den van berichten over doodgevroren vij anden. Do winter zou zich schrikkelijk doen voeten. Tallooze men spreekt van tiendui zenden Duitschers zouden de tempe raturen die afwisselen .van 20 tot 40 graden, onder nul niet kunnen verdragen en zouden ziek weggeVoerd zijn. In ieder geval mag hieruit geconclu deerd worden, dat de winter op het Oos- terfront. en op het Kaukususfront de be wegingen danig belemmert. Hoe de „Vaarli" verging. j Onder de 13 geredde manschappen be vonden zich twee Nederlanders, Rotter dammers, F. Kooldijk, stoker en P. Hoog steden, tremmer. Na het lange rondzwal ken zagen zij er vermoeid uit, maar wil den toch wel iets over hun wedervaren vertellen, aldus lezen we in de Msb. De „Vaarli" was Dinsdagmorgen om 9 ju|ur uit Rotterdam naar Sunderland vertrokken. Tot Woensdagmorgen half vier ging alles goed, toen GO mijlen ten Wes ten van Terschelling bij de Zwarte Bank plotseling over het geheele schip een ge weldige schok gevoeld werd. De stoomboot was op een mijn geloopen en bakboord zij vooruit geraakt. Onmiddellijk poogde men de reddings booten iuit te zetten ;doch daar het pik donker was en de zee bovendien zeer hoog stond ,ging dit met de grootste moeilijkheden gepaard. Ondertusschen begon het schip snel' te zinken; de kop was reeds in de golven verdwenen. Eindelijk was een der booten gevierd en 13 haastten zieh het veege leven te redden, met achterlating van alles wat zij aan boord hadden. De kapitein, Knudsen, die de scheeps papieren gehaald had, had nog juist den tijd de papieren in de boot te werpen. Zelf verzonk hij met het schip in de diepte. Drie minuten na de ontploffing was van het schip niets meer te zien. De reddingsboot roeide onder de nog steeds draaiende schroef door, zoodat de zuiging in de boot voelbaar was'. Door handig manoeuvreeren wist men echter aan dit nieuwe gevaar te ontsnappen, De 1ste machinist Johnston en de 2de stujurman waren niet meer gezien, zoodat fcij, zooals men met zekerheid kan aan nemen, verdronken zijn. Nog drie voïle uren bleef de reddingsboot in de nabijheid van de plaats van, de ramp, doch het- inoch! den geredden niet gelukken een der drie vermisten op te pikken. Drie-en-twintig uren hebben de gereddon toen in de natte doordringende koude, bijna zonder kleoren, met wat cakes en water, als eenige versterking, rondge zwalkt, zonder dat zij een schip zagen. Drie-en-twintig uur van pijnlijke onzeker heid e.'i -strijd tegen de hoog-opslaandè golven. Eindelijk werden zij' Donderdagmorgen bemerkt door het Zweedsche stoomschip „Thor", dat op- weg' was van Cal mar naar Londen ;30 mijlen ten Westen van Terschelling' werden zij opgenomen en van het noodjge voorzien. De Lovcen van Napoleon. De Lovcen-berg, om welks bezit ook nu weer hardnekkig gestreden is, heeft in de nieuiwe geschiedenis reeds meermalen een belangrijke rol gespeeld. Onder Na poleon 1. was liet de umnscli van Fran krijk, dezen berg die de heele Adriatische Zee beheerschte, in bezit le hebben. Toen Napoleon den maarschalk Mamont tot lïer- log van Ragusa benoemde, zei hij tot hem„U is mijn markgraaf, waakt u; over dit kustland en Frankrijk zal van hieruit do Adriatische Zee beheerschen". Ma mont zag echter in, dat deze nieuwe bezitting voor Frankrijk weinig waarde zou hebben, wanneer niet de reusachtige bergvesting bedwongen werd, die zich bo ven Raguisa, Gravosa en Cattara verhief en die bewoond werd door een arm, maar zeer vrijheidlievend volk, geregeerd door een zelfgekozen bisSc-hop', die op bevel van den RujSsischen Keizer de stam men tot vrede kan dwingen of ze tot den oorlog oproepen. De hertog Van Ra gusa probeerde eerst op vriendschappe lijke wijze de toestemming van den toen- mal'igen bisschop Peter I later hei lig verklaard te verkrijgen tot het in bezit nemen nemen van den Lovcen. „Wanneer gij u bij' mijn grooten meester aansluit, zult gij rijk worden en onaf hankelijk blijven, verzet gij u, echter te gen zijn macht, dan zij u medegedeeld dat uw Zwarte .Berg, zooals gij hem noemt, spoedig een roode berg zal zijn, tood van het bloed uwer stamgenooten". Bisschop Peter antwoordde zonder aar zelen: „Ge kunt het probeeren. Wij vree- zen uw soldaten niet en al trok ook Uw groote Keizer tegen ons .op met al zijln garden en adelaars, hij zou de Mon- tenegrij-nen niet bedwingen". Onder Peter, II, den neef en opvolger van Peter I, is in 1858 voor de eerste fhaal1 om het bezit van den Lovcen gestre den en- wel tusschen de Pastorovica, een Servische herders stam uit hot in 1815 aan Oostenrijk gekomen land en de Mon- tenegrijnen, waarbij de Serviërs gesteund werden door 4 compagnieën Keizerjagers. De Montenegrijnen werden verslagen en den berg opgejaagd. Bij den vrede werd hij tot 'n hoogte van 650 M. Oostenrijksch gebied. Als schadeloosstelling .ontvingen, de Montenegrijnsche stammen een half millioen gulden. Korte Oorlogsberichten. "I? Een Engelsche kruiser in den grond geboord. Officieel wordt uit Berlïjn gemeld: In den nacht van den lOden op den llden stieten bij een ver kenningstocht van onze torpedobooten on ze oorlogsschepen bij de Doggersbank, on geveer 120 zeemijlen ten Oosten van de Engelsche .kust, op meerdere Engelsche kruisers, welke onmiddellijk de vlucht na men. Onze schepen begonnen de ach tervolging, boordenden nieuwen kruiser „Arabic" in den grond en troffen een tweeden kruister met een torpedo. De commandant van de „Arabic", 2 officieren en 21 man werden door onzo torpedobooten gered. Onze schepen leden geen schade of verliezen. De Engelsche admiraliteit deelt naai' aanleiding van het communiqué van den Dudtschen marinestaf over het zee gevecht bij Doggersbank mede, dat de kruisers,, welke in .het telegram uit Rer- lijn vermeld werden, vier mijmvegers wa len. Drie er van zijn behouden terug gekeerd. De Tsaar van Rusland vertrok 10 Februari naar het leger te velde. De neutrale .vredesconfe rentie. De neutrale .vredesconferentie is eergisteren te ^Stockholm bijeengekomen. De burgemeester van Stockholm Lindha- gen, werd eenstemmig .tot woordvoerder gekozen. Daar de vertegenwoordigers van Noor wegen, Denemarken, Holland en Zwit serland nog niet aangekomen zijn, geldt de conferentie voorloopig slechts als pro visorisch. De aankomst .van Ford wordt binnenkort verwacht. De grondslag der onderhandel togen zaJ zija afschaffing van de bewapening, te zamen met de invoering van een inter nationale orde, welke ,de volkeren en in dividuen beschermt en hun politieke, eco nomische en geestelijke vrijheid verleent. De moderne oorlog heeft verscheiden nieuwe oorlogswerktuigen doen ontstaan, maar .ook de oudste, reeds lang vergeten wapens, tot nieuw leven gewekt. De sta len helmen der Fraps'che infanteristen doen ons denken aan de hoofddeksels van de soldaten uit de Middeleeuwen!, de machines voor het weipen van bom men herinneren aan de werptocstellen van de oude Grieken en Romeinen. Ook de stok, de oude, vreedzame wandelstok is oorlogszuchtig geworden. De officieren zijn het eerst begonnen in de loopgraven de sabel voor den stok te verwisselen; bij het moeilijke loopen, dikwijls klimmen, was hun dit een groot gemak. De soldaten volgden dit voorbeeld van hu,n officie ren en nu ziet men verscheiden Franscho en Duitsthe soldaten, die wanneer ze met verlof zijn, evenals in het veld, hun „oorlogstoh" bij zich hebben. De Balkan-oorlog. De Oosten- rijk-IIongaarstóhe troepenmachten, die in Albanië opereeren, bezetten den 9den Ti rana en de hoogten tusschen Preza en Bazar Sjak. Uit Parijs': Op 4 Februari werd uit Korfu gemeld, clat zich toen 86.000 Ser viërs aldaar bevonden. 10.000 waren er te Bizerta en 5000 te Saloniki. Men hoopt de overblijfselen van het Servische leger, die zich nog in Albanië bevinden, te kunnen redden. De Servische kroonprins bevindt zich bij hen. De Griek- sche koning zond hem gisteren een zeer hartelijk telegram. Het moreel van deze troepen is .uitstekend. Het Oostenrijksche léger, dat in Albanië opereert, telt slecihts 10.000 man. De opmarsch en de ravi- tailleering van deze troepen zijn zeer 'moeilijk, vooral sinds men Alessio gepas seerd is. Goudbeweging. De begroo- tingsbommissie voor de Pruisische staats schuld constateerde, dat de goudvoor raad van de Duitsche rijksbank ver mindert. Fransche entrepots te Bar celona. Gemeld wordt, dat binnenkort te Barcelona Fransche entrepots zullen opgericht worden. Tegenspraak. De Belgische le gatie deelt mede, dat de geruchten als zeu Duitstohland nog pas vredes-voor- stellen aan België hebben gedaan, on gegrond zijn. Tweede Kamer. De eedskwestie van alle kanten bezien. Regeling van werkzaamheden. - Het adres-van Aalst aan ver keerd adres! Uit het debat van gisteren over de eedskwestie stippen we aan, dat de heer Rutgers in een keurige rede den eed als staatkundige instelling behandelde. In den heidenschen tijd, aldus deze a.-r. afgevaardigde, waren de rechtspraak en 3e godsdienst in nauw verband met elkander, ook in den Romeinsohen tijd en in de Heilige Schrift vindt men daar van ook sporen. Geen wonder. Ook in de rechtspraak kwam tot uiting, dat de rechtsmacht, evenals de andere staats instellingen, ten slotte ontleend is aan Gods almacht. De procedure heeft dan ook een godsdienstig karakter van ouds her. In laatste instantie is het niet de rechter, maar God die het vonnis velt. 'Men ziet het ook in de instelling Van het Godsgericht, dat immers de erkenning in zich heeft, dat het recht in God een beschermer vindt. Het Godsgericht stond dan ook naast de andere rechtspleging. Evenwel behoeft nog niet uit dat ver band tusschen godsdienst .en rechtspraak principieel een instelling als de eed te volgen. Er moet daarvoor oen bepaal de reden zijn en die is er ook. Dit blijkt al daaruit, dat velen, die met God in het staatsrecht niet meer willen rekenen, toch den eed noodig achten. De ervaring heeft hun geleerd, dat die instelling nuttig is. Zoo gaat het ook met de Regeering, die den eed wil behouden, doch niet om zijn religieus karakter. Zij ziet er een waarborg in over het waarheidspreken en inderdaad is hij ook een waarborg. De eed is een handeling, die de getuigen moeten verrichten, een handeling van godsdienstigen aard, maar niet wegens zijn godsdienstigen aard. De overheid legt ook op, den eed af te leggen volgens de godsdienstige gezindheid van hen, die den eed af te leggen hebben. Daaruit volgt dus, dat men heeft te. maken met die personen. Wordt de eed. evenwel geheel en nl facultatief, dan verliest hij al zijn be- teekenis. Immers ziet men eenmaal een waarborg in het afleggen van den eed, dan zullen juist zij, bij wien de eed een waarborg zou zijn, zich onttrekken en dan gaat de waarborg dus verloren. Rutgers heeft nuttig werk gedaan met dit alles ten overvloede nog eens uiteen te zetten, opdat men wete, dat er on zerzijds vrijwel eenstemmigheid heenscht over dit belangrijke vraagstuk. Van Hamel heeft niet veel gezegd 't Spijt ons, dat we niet met zeker over zichtschrijver kunnen zeggen, dat de rede „waarlijk zeer mooi" was. Of was het de verzoenende stemming, die de rede tot een mooie maakte? Hij ging met de ideeën van Rutgers en Van Sasse ten minste ver mee. Hij vond ze nog niet zoo onaannemelijk. Visser van IJzendoom beschouwde den eed als van heidenschen oorsprong en zou 'tding liefst maar geheel afschaf fen., f Opruimen dus maar, in plaats van den eerbied voor de instelling te verhoogen. Doch van dezen radicalen maatregel moet de meerderheid toch niets hebben. In 's heeren Visser van IJzendoom's rede is echter toch nog een gedeelte aan te wijzen, dat een merkwaardig algemeene opinie vertegenwoordigt. Evenals de hee ren Van Wijnbergen, Lohman en Rutgers en later de heer Van Idsinga, erkent deze vrij-liberale afgevaardigde de gewetensbe zwaren niet als absoluut geldig. Daarin was hij 'tdus met ons eens. Wat van Idsinga's betoog betreft, dit trok de aandacht door den eigenaardigen kijk, die hij op de dingen heeft. Hij wilde een ganse,h andere regeling, dan wordt voorgesteld. Hij ziet in den eed den hechtsten, hoogsten waarborg voor den rechter. „Gemoedsbezwaren, gemoedsbezwa ren", pruttelde deze afgevaardigde. „Wat doet de minister tegen mijn© gemoeds bezwaren tegen de vrijstelling van den eed!" Hij verzekerde, dat hij evenmin als tegen den militairen dienstplicht, consciëntiebezwaren tegen den eedsdw&ngj wilde erkennen; z.i. was de eedsaflegging ook een vorm van dienstplicht. En zijn conclusie was„volkomen gdijkstelling van allen voor de wet en dus eedsver- plichting voor allen". Bij de regeling van werkzaamheden ver- eenigde de Kamer zich zónder verzet met het voorstel om een week na de afdoe ning der Eedswet tal van belastingwetten en ide voorstellen tot grondwetsherziening in de afdeelingen te onderzoeken. Veel oponthoud heeft Treub's val dus niet veroorzaakt. Het adres-Van Aalst o.s., om Treub toch asjeblieft niet af te trappen wend bij de stukken gelegd. De Kamer kon aanstonds tot de orde van den dag over gaan. Want benoemt en ontslaat de Ko ningin de ministers niet naar welgevallen Uitvoer van Klaverzaad. De Minister van Landbouw brengt ter kennis, dat voor bepaalde partijen in- landsch wit klaverzaad van minderwaar dige hoedanigheid ontheffing van het uit voerverbod van dit zaad zal worden ver leend. Mail aangehouden. De post welke zich aan boord beVond van het 2 dezer van Amsterdam naar Zuid-Amerika vertrokken stoomschip „Gel- ria" is te Falmouth aangehouden. Luchtsc hip. 'Gisterenmorgen passeerde ten Noorden van Ameland een luchtschip in Weste lijke richting. De heeren J. A. Spruijt te Zieriktee en P. M. Dikkenberg te Zuidzande, her denken 13 Maart a.s. dat zij voor 25 jaren tot arts werden bevorderd, laatst genoemde te \Vemeldinge. Middelburg. Alhier zijn heden 104 run deren uit de overstroomde streken aange komen, die tijdelijk bij de landbouwers op Walcheren onder dak worden gebracht. Het grootste deel zijn graskalveren en over het algemeen geven de dieren den indruk, dat zij veel hebben geleden, bo vendien was nog een kalf bij aankomst alhier aan een der pooten verwond. Van de verschillende plaatsen op Walcheren kwamen de landbouwers hun logé's af halen, terwijl een extra-tram de dieren naar de stations tusschen Middelburg- en Domburg yervoerde. Al deze dieren kwa men direct uit Zaandam, terwijl in Zuid- Beveland ongeveer 400 stuks uit het ver-

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1916 | | pagina 1