\o. 112
Donderdag 10 Februari 1016
30e Jaargang
Feuilleton.
Watersnood.
OVERWINNING.
Uitgave van
de Naanil. Venn. LUCTOR ET EMERGO
gevestigd te Goes.
Hoofdbureau te Goes:
LANGE VORSTSTRAAT 219.
Bureau te Middelburg:
FIRMA F. P. DHUEJ - L. BURG.
Drukkers:
Dosterbaan Le Cointre - Goes.
Tot heden kwam nog hij ons binnen,
t§n behoeve van de noodlijdenden ten
gevolge van den jongs ten watervloed:
Van A. T. te Goes f 1nagekomen gilt
van een leerling der Herv. School to
Goes fO.50; van Wi. de W,. te Vlissingcn
f 1van J. M. te Vlissingen f 1van een
boerenknecht te Biiezelinge 11
Totaal met inbegrip van de reeds vroe
ger verantwoorde bedragen f 1160.32.
Haast t.
Het is maar een paar dagen meer.
Maandag is het de laatste dag. Wij we
ten nu wat er dit jaar op het spel staat.
Laten de Kiesvereenigingen dei-halve wel
hun plicht doen.
Wjj herinneren nog dat Spaarkie-
zers zijn zij, die na I Februari sedert
een jaar f 100 nominaal op het Groot
boek hebben staan of f50 in de spaar
bank, zóó dat het inderdaad hun eigen
dom is.
Zij moeben tusscben 1 en 15 Februari
zich op de secretarie aanmelden onder
overlegging van een bewijs van de di
rectie van het. Grootboek of het bestuur
der Spaarbank, dat zij inderdaad sedert
een jaar eigenaar zijn van de gevorderde
bedragen.
Het is niet meer noodig, dat men een
boekje bebbe van de Rijkspostspaar
bank; andere spaarbanken tellen ook
mee; doch natuurlijk moeten de licha
men, waarvan deze spaarbanken uit
gaan, rechtspersoonlijkheid hebben, en,
zoo ze na Mei 1900 zijn opgericht, moe
ten ze een waarborgsom van £25.000
bij de Nederlandsche Bank hebben ge
deponeerd.
Examenkiezers zijn zij, die „met
goed gevolg hebben afgeLegd een exa
men, ingesteld door of krachtens de wet
of aangewezen bij algemeenen maatregel
van bestuur en in verband staande met
de benoembaarheid tot eeni-g ambt, de
vervulling, Van eenige betrekking of de
uitoefening van eenig b(drijf of beroep".
Er bestaat, daarvoor een lijst.
Eedhelpers
In ons vorig nommer gewaagden wij in
een onzer driestarren van eedlieffers. Lees
eedhelpers.
Dienstweigeraars.
De regeering gaat onvermoeid en on
beschroomd voort met de vervolging der
opstellers en verspreiders van het dienst
weigering-manifest.
Daarin heeft zij gelijk.
Wie de menschen opzet tot opzegging
cler gehoorzaamheid aan eene van 's lands
wetten, dient vervolgd en bestraft te wor
den.
Eerbied voor de overheid, voor het
gezag, voor de wet, da.t is antirevolutio
nair. En al wat dien eerbied ondermijnt
is onchristelijk.
Onder de vervolgden zijn Velei aspi
ranten naar een martelaarskroonmen
schen die in deze vervolging een soort
reclame voor hun zaak zien. Met het
oog op dezen is 't jammer dat strafver
volging moet worden ingesteld. Doch
't mag geen reden zijn voor den strafrech
ter om de vervolging na te laten.
Natuurlijk bestrijdt de sociaal-democra
tie of, wil men, liet revisionisme, waar
van Het Volk de penvoerster is, de
Een verhaal uit het kerkelijk leven van
Noord-Amerika
door v. d. M.
Nadruk verboden.
15)
,Ik ben geen heiden, meneer" zei ik-
,„deze strijd is tegen den duivel en
ik gal' hem een billet. Hij las het, keek
zoo nijdig alp een spin en zei:
„Die meneer Rutfedge vecht met den
duivel."
„Zeker, dat. weten wij allemaal, dat
doet hij, en zijn bedoeling is: hem te
verslaan ook."
Schijnbaar vriendelijk vroeg Markley:
,Wat doet hij, zeg je?"
Ik antwoordde:
„Den duivel1 verslaan."
Én hij weer, woedend nu:
„Wat zanik je toch?"
Ik antwoordde weer kalm
„Wel, ik heb u toch daareven gezegd,
dat Ds. Rutledge den dnivel wil ver
slaan, en ik zei dat hij het doen zou
ook, en wij denken, dat hjj er bekwaam
dienstweigering op andere, op opportunis
tische gronden. Natuurlijk, het socialis
me vraagt niet in de eerste plaats naar
beginsel, .maar naar de gevolgen.
Wat. niet wegneemt dat liet Volk
ook gelijk heeft met haar waarschuwing
„dat dignstweigering, in enkele gevallen
.gepleegd, slechts nutteloos martelaar
schap veroorzaakt, terwijl dienstweigering,
in massa gepleegd, Nederland kan maken
tot tooneel van den oorlog".
Doch, gelijk gezegd, het principieel» be
zwaar gaat bij ons voor.
Alle ziel "zij den machtén over haar
gesteld onderworpen, want er is geep
macht dan van God, en de machten die er
zijn zijn van God verordend.
Van milicien tot landweer.
Miliciens die naar de landweer overgaan,
kunnen dit jaar kiezers zijn, indien de
commandanten voor 15 Februari aan do
gemeentebesturen de namen opgeven van
hen die in dit geval verkecren.
Uit een der Zoeuwsche gemeenten ont
vingen wij de medcdeeling, dat een der
gelijk bericht van den legercommandant
nog niet was ingekomen.
Laat ons hopen dat de commandanten
het niet vergeten.
Staten-Seneraal
Tweede Kamer.
De minister bakte zoete
broodjes. -- Wegen zjjn
beloften wel zwaai De
stemmen staakten over
hei ontwerp mond- en
klauwzeerbestrijding.
Overal politiek!
De algemeene beraadslagingen over het
wetsontwerp, waarbij Posthuma. centen
vraagt om het afmaaksysteem toe te pas
sen, hadden tot gevolg, dat de stemmen
staakten, toen men over een artikel uit
spraak zou doen.
We dachten aanvankelijk, dat' het wetje
zulke goede kansen niet eens zou hebben,
doch de minister heeft gisteren zoete
broodjes gebakken en zelfs laten door
schemeren, dat hij het afmaaksysteem er
ten slotte aan zal geven.
Doch op één groote voorwaarde.
Als Bosboom meehelpt.
Posthuma zou dan trachten als hoofd
regel het isolaties telisel te volgen, het
geen alleen zou kunnen geschieden, als
minister Bosboom voldoende militaire
hulp verschaft.
Doet deze dit niet, dan is Aanstonds
weer het snoode afmaaksysteem in eere.
Deze tactiek wist zelfs Teenstra, den
mede-vader der anti-afmakingsmotie, te
bekeeren. Hij vindt dus de af makerij niet
meer onwettig, als minister Bosboom
maar de verzekering geeft, dat de soldaten
niet in voldoenden getale beschikbaar zijn.
'tls echter zeer de vraag, of de beloften
van den heer Posthuma voldoende moch
ten geheeten worden, om hen, die tegen
het afmaaksysteem zijn, te winnen.
Men kan o.i. niet fel genoeg1 tegen dit
systeem optreden. Het werkt veel te'
wreed, het levert absoluut geen nut op,
het verslindt veel geld, enz.
Dr. Scheurer heeft er bij herhaling- op
gewezen, dat het lang niet wetenschap
pelijk zeker is, dat het afmaakstelsel juist
is en dat evenmin een ander zeker mid
del bestaat.
en krachtig genoeg voor is."
„Pat," zei de baas, een weiiiig kalmer
nu. men heeft mij gezegd, dat alle Ieren
van vechten houden. Hoe is dat?"
„Ik heb een vriend, die Mike heet,
en dat is een eerste vechtersbaas."
„Vertel' mij van dien Mike", zei de
baas, want hij houdt van mijn Iersche
vertellingen. Ik deed het verhaal, en de
baas scheen er tevreden mee".
„,Maar Pat," viel nu zijn betere helft,
in, „je moest je baas zulke malle ver
halen niet doen."
„Och", zei Pat, „je hadt den baas
maar eens moeten zien lachen. Ik had
hem weer goed in z'n hum gebracht,
want hij zei: Pat, je bent een brave,
hoor! en wandelde weg. Ik ging door
met het ronddeel'en der billetten, en bij
iedereen drong ik aan: Komen, hoor! En
ik ben er zeker van: ze zullen komen"
Intuesschen was Markley naar zjjn huis
gegaan, wel in zjjn schik om dien gui-
tigen Ier, maar- met bittere gevoelens ver
vuld tegen den nieuwen, brutalen dominé,
die bezig was, alles overhoop te halen
in Wellington. Hij was- juist z'n weelde
rige zitkamer binnengaan, toen Ataxie
die mét Ds. Rutledge de Steens bezocht
had, o>p kwam loopen.
„0 vader," zei ze, terwijl ze hem kuste,
•rik had vanmiddag bijna een ongeluk
Ziellier wie tenslotte tegen het voor
stel stemden: de hoeren v. Vliet, Juten,
Rink, Aalberse, v. Doorn, Brummelkamp,
Janssen (Maastricht), Lohman, Rutgers,
De Monté Verloren, Duynstee, Bogaard!.,
Boissevain, Duymaer van Twist, Scheurer,
Ankerman, v. Wijnbergen, v. Veen. Loeff,
v. d. Berch v. Heemstede, Arts, v. idsinga,
Ruys, Bichon, Kolkman, Knobel, v. d.
Velde, v. d. Molen, Schimmelpenninck,
Beumei-, Wijkerslooth er de Voorzitter.
Het sïaat wel vast, dat politieke over
wegingen enkele linkscho heeren vóór de
den stemmen.
Boissevain, die indertijd tegen de motie
gestemd heeft, stemde nu tegen, omdat
hij niet op een beslissing van de Ka
mer wilde terugkomen.
Dat eert hem.
Vandaag zou na de pauze overgestemd
worden.
De Groote Oorlog.
grtroopt overzicht van des toosteeo
Wij zullen weet' op de feiten moeten
vooruitloopen, want tot dusver- komt er
van de slagvelden geen nieuws va.n be
lang.
Wel is er alom koortsachtige bedrijvig
heid, doch deze geldt blijkbaar een toe
komstige actie.
De entente meent te weten, wat de
centralen van plan zijn en. deiten meenem
te weten, wat de geallieerden in hun
schild voeren.
Zoo schreef een militaire medewerker
van de „Times" een beschouwing over
de vermoedelijke plannen van de Du.it-
schers voor den veldtocht van 1916.
Laten we er een paai' zinnen aan ont-
leenen.
Bedoelde plannen, zegt de schrijver,
zijn nog geenszins duidelijk, maar er zijn
toch eenige aanwijzingen. In de eerste
plaats voor een aanval in het Westen,
hetzij op de Fransehen, hetzij op de En
gelse hen.
Bij Frise hebben de IJuitschers het be
wijs geleverd, dat de linie der geallieerdeiï
voor hen niet volstrekt onkwetsbaar is,
en verscheiden Duitsche legeraanvoerder-is
hebben tot hun troepen gezegd, dat hun
tijd tot het offensief zou aanbreken, als
ze maar geduld hadden. Wij weten, zegt
de man van de „Times" verder, dat de
Duitsehers 17 divisies van het Russische
front naai- het Westen hebben overge
bracht. Voordat er nadere inlichtingen
zijn, moet men dus de mogelijkheid niet
verwerpen van een herhaling van het
optreden van 1914, dat een eind genomen
heeft in den slag aan de Marne. Aan
zulk een actie zou de Duitsche zee- en
luchtvloot waarschijnlijk een werkzaam
aandeel nemen.
De medewerker van de „Times" ge
looft echter niet, dat zoodanig plan eenig
uitzicht op succes zou hebben.
Hij gaat dan den toestand in het Oos
ten na.
De veldtocht van 1915 heeft de Duit-
scliers een het-1 eind op weg naar een
definitief succes gebracht.. Laten ze de
Russen dit jaar met rust, dan krijgen
zij de gelegenheid, op de beenen te krab
belen. D© veldtocht van het vorige jaar
diende het gevaar te vermijden, dat er
een front van een 700 mijlen moest wor
den verdedigd, waartegen telkens weer
nieuwe legers werden tesaamgebraaht. Do
Duitsehers zijn niet grillig. Waarom zou
den zij het Westersche plan hervatten,
dat zij, sedert ALoltke in vergetelheid ver
gehad. Ik wou de spoorlijn vlak bij
Steen's huis oversteken, en ik hoorde
den trein niet komen. Ik was gegrepen
en vermorzeld, als Ds. Itutledge mij niet
ijlings teruggetrokken had en zoo gered."
„Ruüedge," was al. wat haar vader zei,
„wat hadt je met Rutledge in dat deel
yah de stad te maken?"
I- rede rik, die het gesprek had aange
hoord terwijl' hij' deed alsof hij de krant
las, viel uit:
„O, Marie vindt Rutledge den fcekoor-
Tijksten man in de stad."
Marie ging niet op dezen steek in en
zei tot haar vader:
„Wij ontmoetten elkaar juist bij: Antol
en ik praatte met hem over de kleine
blinde Marjorie."
Bij' het hooren van den naam Antól1
keek Frederik plotseling onrustig rond;
hij1 wierp zjjn krant neer, sprong op en
begon de kamer op en neer te loopejn.
En Markley zei streng:
Marie, je moet met dat dwaze geloop
naai- die bedelares ophouden. Die dron
ken Steen is een schande voor Wel
lington. Zóó'n man' ia niet meer te „red
den".
„Ik zie hem nooit", antwoordde Ma
ne kalm en rustig. „Maar ik tracht die
arme vrouw Steen era de kléine Marjo
rie te helpen, en' o vader Ds:. Rutledge
dween, hebben laten schieten? .De Rus
sen wijden meet' en meer aandacht aan
den Zuidkant van hun front. Wellicht
werken de Duitsehers dit in de hand
en bereiden zij intusschen een geducht en
slag in het. Noorden voor, gemunt, op
St.. Petersburg.
Middelerwijl houden zij met zeer wei
nig menschen een groote troepenmacht
der geallieerden in Saloniki gebonden,
terwijl zij kans hebben, door middel van
de Turken een troepenmacht van een
600,000 man in Egypte, Mesopotamië, Per-
zië en den Kaukasus op hot beslissendo|
moment van de voornaamste slagvelden
af te houden.
.Nu wat de Duitsehers van de geallieer
den meenen te weten.
Max Osborn schrijft in de „Voss. Ztg."
over een bezoek, dat hij gebracht heeft
aan de F ranse he stellingen, die de Duit
sehers in de buurt van Neuville aan den
weg van Ahecht naar Lens veroverd heb
ben.
Op het plateau, dat het tooneel was
van het Duitsche offensief, getuigt al
les van de wildheid van den strijd. Als
poorten van de onderwereld openen zich
de kraters van de ontplofte mijnen, die
onmiddellijk tot sterke steunpunten van
ons nu vooruitgeschoven front zijn aan
gelegd. De vijandelijke loopgraven, dio
deze kraters verbinden, vormen thans de
eerste linie der Duitsehers. Deze heb
ben druk werk om alles weg te ruimien
en de sehuttersposten naai- het Westen
te versterken, diepe verblijfplaatsen in
te richten, nieuwe sappen aan te leggen.
Dit alles geschiedt onder een onafgebroken
verwoed vuur van den vijand. Granaten
huilen hoven onze hoofden en slaan in
de burnt van onze meer naar achteï
gelegen stellingen, vallen in onze vroe
gere eerste linie, op onze verbindings-
en toegangswegen. De veroverde stelling
zelf wordt met zware mijnen bewerkt.
En daar, waar de loopgraven zeer dicht,
op elkaar liggen, dertig, twintig meters
en nog minder van elkaar af, komen
handgranaten aangevlogen, die ons zand
over de schouders gooien.
De Fra.nschen spannen zich zeer in om
de nederlaag weer goed te1 -maken en
vooral ons werk te storen. Het, is nutte-
looze moeite.
De verhoogde levendigheid op het ge-
heele front in Artois en in Fransch-
Vlaanderen, sedert het ophouden van de
regen-periode', schijnt op offensieve plan
nen van den vijand te duiden. Deze trek
ken steeds meer en meer de aandacht.
Tot de teekens, die daarvoor pleiten, be
hoort ook de voortdurende beschieting
van Lens en andere plaatsen achter ons
front, en niet minder de toenemende leven-
vïigheid der vliegers. Ook de onrust, die
men verder Noordelijk bij de Engelsohen
waai- neemt, de mijaontploffingen bij Hul-
luch en hun in het oog vallend druk wer
ken met, patrouilles wijzen in deze rich
ting'.
Of dit alles reeds voorboden zijn van
een nieuw, groot offensief der Fransohen
en Engelsfchon [kan men moeilijk bepalen.
Aan Duitsche 'zijide is men in ieder geval er
op voorbereid.
Brengt men alle uitspraken met. elkaar
in Verband, dan mag men aannemen, dat
wederzijds een groot offensief voorbereid
wordt en dat wederzijds, op sterken tegen
stand gerekend wordt. i
Men zal met dit te gelooven dichter
bij. de Werkelijkheid blijven, dan met ge
loof' te 'stóhenken aan House's mededeelin-
zegt, dat Marjorie's oogen nog kunnen
genezen worden door een .operatie, en
dat zij dan weer heelemaal goed kan zien.
Morgen komt Dr. Reuff er voor uit- Des
Moines."
„Och, kom, kom", zei Markley op een
onaangenamen toon, „een ander zal die
stumperds wel helpen. Rutledge lijkt wel
half-dwaas met al z'n bemoeiingen".
„Vader", hernam Marie met tranen in
haai- oogen, „hoe kuint. u zóó over onzen
dominé spreken! Al zijn tijd besteedt hij
met goed doen".
„Dominé'si zijn overlast", was het booze
antwoord. „En vooral alsl ze er op uit
zijn zich met iéders zaken te bemoeien,
behalVe met hun eigen".
„De gemeente van Wellington denkt er
zoo niet oyer. Ieder die ik ontmoet,
spreekt met de hoogste achting en sym
pathie over Ds. Rutledge en zijn arbeid".
En Marklëy
„Ja, sommigen zijn hem: al' meer dan
zat".
„Wie zijn dat", vroeg Marie veront
waardigd-
„Ik ben een van hein", zei Markley
trot,soli en ging de kamer uit.
VII.
De met verlangen en spanning ver
wachte Zondagavond, waarop de kamp
VERSCHIJNT ELKEN WERKDAG.
Abonnementsprijs
Per 3 maanden fr. p. post. f 1.3Q
Losse nummers.03
Prijs der Advertentiën
15 regels fOJjQ, iedere regel meer it
3-maa.l plaatsing wordt 2-maal berekend.
Bij abonnement voordeelige voorwaarden.
Familieberichten van 110 regels ft.
iedere regel meer 10 ct.
gen over vredesonderhandelingen. Waar
van we gisteren kortelrjks melding maak
ten.
In het heetst van den strijd.
Een officier schrijft van het, front aan
de Strypa aan den N. R. C. correspon
dent, te Weenen: i
Ik stond bij de ammunitiewagens gereed
om aan het gevecht deel tc nemen. Rus
sische overloopers hadden verteld dat.
den waren aangespannen en ik stond te
den waren aangevallen en ik stond te
wachten op het signaal om ïaar de Vuur
lijn te rijden. Het geweld van den sdug
te hooien, en dan geduldig te wachten,
maakte mij zenuwachtig. Eindelijk kwam
de tijding dat de Russen aan ons linker -
front waren terug'geworpen met een ver
lies van 700 tdooden en gewonden en
800 gevangenen. Toen kregen mijn arn-
munitiewagens liet bevel naar voren te
rijden. Eerst ging het in draf en later,
toen ik op het terrein kwam, dat door
den vijand bestreken werd in gaTop. De
lucht was vol met witte wolkjes, waaruil
granaten vielen. Groot was het lawaai
door het gebulder van het geschut, het
getik der machinegeweren, het sissen van
de lonten, het knallen der ontploffingen
en het, fluiten der kogels:. Mjjn stem was
te zwak om tegen die herrie in te kcwn-
mandeeren. Ik had mij gauw schcw ge
schreeuwd en moest vooral zorgen voor
een Veilige plaats voor mijn affuiten en
ammunitiewagens. En toen dat gebeurd
was, liep ik naar de batterij, waar ik
met een hoeratje begroet werd. Om zich
een begrip te maken van de verliezen
der Russen door hun voortdurend storm-
loopen tegen onze posities, deel ik even
mee, dat sommige regimenten 80 pet.
van hun manschappen verloren hadden,.
Heele divisies zijn vernietigd. Onder de
gevangenen zijn veel jongens van 17 en
18 'jaar en ook Velen van oudere lich
tingen. Om politieke redenen wordt naar
een succes in de streken van Czernovitz
verlangd- Al maar door duurde de kanon-
nade, tot tegen den av ond het kommand o
kwam om op grooteren afstand te tem-
peeien, wat als bewijs gold, dat de Ruseen
terugtrokken. Langzamerhand werd het
kalm en de keukenwagen en de kofc met
zijln lange soeplepel' kwamen uit een kuil
te voorschijn. Wij allen gingen na gedane»
arbeid aan 'het, eten en mijn onderofficier
speelde daarbij op zijn harmonika een
vToolijk deuntje, en toen reden wij met
onze wagtens weer naar- huis.
Da Duitsche kaper aan 'twerk.
Thans heeft ook luitenant Berg eenige
bijzonderheden medegedeeld betreffende
het optreden Van den Duitschen kapen-
en de ontmoetingen met. de „Appam"
en de „Clan Mac Tavisih,,.
Een vertegenwoordiger van de New-
York World" deed den luitenant de vraag:
Gelooft gig1 niet, dat de Britsche vloot
de „Möwe" zal nemen of in den grond
boren?"
Hierop antwoordde de zeeofficier het
volgende: Ziji zullen het schip niet ben
nen, het heeft de Britsche vlag vertoond
en is verschillende Britsche oorlogssche
pen gepasseerd. Het heeft .op hum sein
geantwoord en hun verteld dat er geen
Duitsche schepen in den omtrek waren.
De „Möwe" kan iederen naam opgeven.
Indien zij het schip achterna jagen zal
het een spannende jacht wiezen. De „Mö
we" zal' hen misschien den geheelea weg
naai' Amerika vooruit blijven. Het schip
tuisschen geloof en ongeloof zou aanvan
gen, was: aangebroken. De kerk was
stampvol'; in de paden had men nog
rijen stoelen gezet. Er waren meer main-
nen dan vrouwen. Ook de leeraren en
leerlingen van het Wellington College wa
ren in grooten getale opgekomen. De ar
beidende stand was bijna volledig tegen
woordig. Ook Pat, en Antoine en. Antol
met z'n vrouw waren present. Tot aller
verbazing verscheen ook Steen, volkomen
nuchter. Markley was niet te zien; zijn
vrouw zat op haar gewone plaats. Bij
den kansel1 was een platvorm voor het
koor getimmerd, en daar ook was Marie
Markley. Het koor was 50 man sterk
en Prof. Tilly had al verscheidene dagen
met hen geoefend. De koorleider stond
naast Rutledge, toen de vergadering met
aangrijpend enthousiasme den voorzang
inzette
„Voorwaarts Christ'nen., voorwaarts tot
den krijg"
Terwijl' Allan ontroerd luisterde en de
opgetogen zamglustigen beschouwde, twij
felde hij al niet meer aan den uitslag:
dit was reeds de overwinning in kiem.
snam Ka nifl BR Ui
(wordt vervolgd,:
fc- ;M I- fel k