kbank alver©* Dinsdag 8 Februari 1916 30e Jaargang l\o. 110 n EFFECTEM OUPOHS lEEKBAMKEft o loie POfWIY, irb eider mdknecht Verplegers Dienstbode, Meid Feuilleton. OVERWINNING. De Groote Oorlog. RG. DEE MINN®. :oqh ;öoh (machines en jstmoeder. :oof slit of aankomende Watersnood. t :t w 2 |0 >ïe der Eftak ea Kar op vooron Bureau „De Zeeuw" 173. 16 Maart ran liaar larzen, 14 maeuudéu 'OOLSE Pz., Seroos >rg- en Woensdag flL, Kerspel. Spriagstier, P. VERMEULEN, lölder. art of Mei ndknechf iegen is met paarden POUWER, Araemm toning, bij K. DINGE- R. 74. Maart j. DE VOOGD, Oost iet Mei legen is met paarden CE VAAL, Boschzicht, Mei K. STOUTJESDUK, lag „Bloemendaal" te worden geplaatst ligen leeftijd en instem- en grondslag der Ver .tiën worden ingewacht V-Directeur )ER, Houtkade 16, te tegenwoordige met Mei Wed. P. BROUWER, let Mei Iken kan, bij A. KODDE, Uitgave van de. Naaml. Venn. LUCTOR ET EMERGO gevestigd te Goes. Hoofdbureau te Goes: LANGE VORSTSTRAAT 210. Bureau te Middelburg: FIRMA F. P. DHUIJ - L. BURG. Drukkers: Ctoeterbaan Le Cointra - Goes. VERSCHIJNT ELKEN WERKDAG. Abonnementsprijs: Per 3 maanden fr. p. post. ƒ150 Losse nummers0.05 Prijs der Advertenttën 15 regels ƒ0.50, iedere regel meer liet. 3-maal plaatsing wordt 2-maal berebeed. Bij abonnement voordeelige voorwaaiden. Familieberichten van 110 regels f 1. iedere regel meer 10 ct. Mét dankbaarheid maken we melding van de volgendo ingekomen giften ten behoeve van de door den watervloed be rooide men.sc.hen-. M. N. te Goes f 1„Niemand" te Goes f'1.50; opbrengst eener collecte gehouden op de Geref. Jonge!. Ver. „H. F." te Middelburg f6.35i/o; A. v. H. te Geers- d'ijk f 1.50; M. M. te Nisse f5; D. E. D. te Slkasi f25; wed. J. d. H.d. R. te blusjg. f2.50; door tiisschenkomst van do fiïrrïa, F. P. Dhuij van mej. K. f0.50. 'fataal met inbegrip van de reeds vroe ger verantwoorde bedragen f 1125.74. SeWermonnlkoog. ta dank ontvangen door bezorging van den beer Le Cointre, van mej. "de B. f 1; S. f2.50; Een werkman f0.25; Ida B. te Goes Verzameld met een prikkaart fö; A. R. te Middelburg f 1M. te Goes1 f 0.50 ..Ntetmand" te Goes fl; \V. de J. JZ. te 0. .fl; Een landbouwer te Goes f2.50; ran JK.. te Middelburg f 1 Itateal met het vorige f 102.541/2. Wij rijn dankbaar- dat wij namens „Zeeuw", lozere reeds meer dan f 100 kunnen afdra gen. Wijtl echter de. behoefte nog zeer groot is, en mede van uw steun het al of niet blijven, bestaan der school afhangt, o tezler, gaan wij voort met te vragen voor Schiermonnikoog. Dé moreele kant. De moeizame arbeid onzer Kiesveree- nigingdn, met name van de bestuursle den der Kiesvereenigingen heeft ook nog een zedelijken ethischiep. of moreelen kant. De besturen hebben niet. alleen voor de richtige bijhoud ing der Kiezerslijsten, en voor de uitbreiding vair het ledental der Kiesvereenigingen te zorgen, maar ook een zeker staatkundig-sociaal toe zicht te houden op' de leden, en op de geestverwanten buiten de Kiesvereeni- ging; meer nog zij hebben ook te zorgen voor persoonlijke voorlichting der vain- verre-staonden. Vooral1 in de dorpen mogen onze vrien den we! hun best doen. Daar vooral' zijn nog vele kiezers' dio bij ons behooren, doch nimmer bewerkt zijn; meerderen, die Idealer zouden) kunnen worden, doch nog nooit hiertoe zip aangespoord geworden, of op weg geholpen. Daar heerschen, vooral in het noorden en zuiden onzer provincie, teni aanzien van onze beginselen en de uitwer king er van nog tal van wanbegrippen, tengevolge van eenzijdige voorlichting door de vrijzinnige pers; daar wandelt de leugen of de halve-waarheid hetgeen nog erger is! nog maar al te veel tloor de straten; daar wordt van de anti these (tegenstelling) op staatkundig ge- bied nog o, zoo weinig bespeurd. Daar loert het socialisme om den ontevreden arbeider te vangen met schijnschoon® re denen, en hem a£ te voeren van de pa den van Gods Woord. Doch ook daar heenscht onverschilligheid ten aanzien van de rechtspositie van den. arbeider- gevoelloosheid in betrekking tot zijn toe komst; of gemis aan waardeering voor hetgeen hij als mensch en werkman presteert. Daar is zoo velerlei, waarvoor het be stuur eener Kiesvereeniging beeft te wa ken, Waartegen het moet opkomen, waar mede het moet rekening houden, Wan neer het de stille propaganda voor de Een verhaal uit het kerkelijk leven van Noord-Amerika. door v. d. M. Nadruk verbaden. anti-revolutionaire beginselen en de anti revolutionaire partij naar eiscli wil voeren Zij moeten als Noach predikers der gerechtigheid zijn. Zaaiers, die het goede zaad uitstrooien dat later ontkiemen en wortel schieten, opwassen en vrucht dragen zal, wanneer de Heere het mocht gelieven te zegenen. Zoekers en jagers, niet naar ijdele eer, of eer van eikanderen, maar naar de zwakken en onwetenden tot op de uiterste grenzen, en in de donkerste schuilhoeken, om. hen bekend te maken met hunna roeping en hen te doen gevoelen en ge- looven, en ervaren aan 'teind, dat ook zelfs de geringste een noodzakelijke plaats inneemt in het groote raderwerk der maat schappij, en nuttig bezig is of wezen kan in 't landsbelang, wanneer hij zich, bij ons aansluit. Een twijfelachtige bekeering. Wij hebben wel eens tegen de vieze' liedjes van Speenhoff geprotesteerd, zon der te vermoeden dat. de man nog eens veranderen zou. Speenhoff is, naar sommige Roomsch» bladen met, 'zekeren ophef verziekenen, „be keerd". Hij betreurt dat hij wel eens schun nige liedjes heeft gezongen, wel eens te gen die Roomsche Kerk heeft geageerd, nota, bene nog wel z ij n kerken nu heeft hij beloofd nimmermeer iets te zul len dichten wat met zedelijkheid strijdt of zijn kerk smaadheid aandoet. Hij gaat nu geregeld ter misse en zijn dochtertje doet met Baschen haar communie. Dat alles heeft hij, blijkens een ver haal in de NieuWe Haarlemsohe, in een vraaggesprek aan een Roomschen journalist verteld. Nu weten wij natuurlijk niet of deze bekeering echt is. Mij weten alleen dat de bekeering van een mensch zich onder meer kenmerkt door schuldbesef en schuldgevoel, en een zich verklaren tot den grootste der zondaren, die niet probeert zijn zonden I te verbloemen of te vergoelijken, en al lerminst de schuld op een ander te schui ven. En zie van het, eerste ontdekken, wij in dezen bekeerling weinig, en van het laatste juist heel veel. Hij werpt de schuld op zijn kameraad in de hoosheid Nap de la, Mar, en op de Variété's, de schunnige comedies die hem, voor weinig geld nog wel, in hun dienst genomen hadden, en hij vraagt verschooning voor zijn Verkochte zoute loosheden op de Roomsche Kerk, want hij deed het voor zijn boterhammen! Bo vendien het schunnigste van allehet tooneelstuk „Zijn Edel Achtbard" waar van o.a. door den burgemeester van Delft, het Eerste-Kamerlid prof. v. d. Berg de opvoering was belet was niet van hem, Speenhoff, maar van De La Mar! Is 't wonder als men aan de echtheid van dien man zijn geestelijke beterschap aanvankelijk nog twijfelt. En dat te meer wanneer mien; de ver wijten leest welke, zijn vroegere vriend, De la Mar, thans in De Tijd tegen hem richt. Deze Wrijft hem onder meer onder den neus: „Waarom beschuldig je mij, dat ik „in het 'bijzonder" je „opdrong" „de meest schunnige liedjes te fabriceeren" 1 Koos, het valt je misschim moei lijk, - maar wees ems eerlijk, heb jij, vóór ik je compagnon was, en nadat wij elkaar verlieten, altijd 131 Neen," zei de arme moeder, „wij allen dachten dat zij ongeneeslijk blind was „Neen, dat geloof ik nog niet. Het is waarschijnlijk maar een cataract. Ik,zal vanavond nog naar Des Moines en om den oogspecialiteit Br. Reuff telegrafee- ren. Er is maar een eenvoudige operatie noodig. Morgenmiddag kan de dokter hier' zrfn." Alvorens te vertrekken, knielde Rut ledge neer en bad. 'tWas geen gewoon gebed dacht Marie; het was haar als sprak hij 'met God als met een vriend. Hij vroeg 's Heercn zegen voor allen die in deze hut leefden, en met ontróerenden een voud besloot hij: „O God, open de oogen van dit kind!" Den volgenden middag kwam Dr. Reuff. Ds. Rrtledge ging met hem naar' het huisje der Steens, en ook Marie ging mee. Met nieuwe hoop vervuld, had de arme moeder haar woning van onder tot boven met uiterste zorg schoongemaakt, ja, zelfs waren de groezelige gordijnen voor de kleine vensters door nieuwe ver vangen. Na zorgvuldig onderzoek bevestigde Dr. Reuff Rutled ge's diagnose, en na een kor te, door allen met spanning bijgewoonde operatie, was Marie in staat, haar moeder en God's schoone natuiur te zien. Heel even maar' mocht dat eerst, en terstond daarna kreeg ze een doek voor de oogen Eenige dagen daarna, op een Zaterdag, bezocht Rutledge de Sterns weer eens. Marjorie vloog hem bij de deur juichend tegemoet. „O vader riep ze, en leidde den do- miné tot vóór haar dikken, ruiwen vader, „dit is nu de meneer, die aan Jezus ge vraagd heeft mij: te genezen." ftWas de eerste keer, dat Allan Steen ontmoette. >>Hot ma^kt u het?" vroeg hij harte lijk. „De kleine Marjorie kan nu zien wat. een mooien dikken vader ze heeft hè?" „Il'r is aan mij niet veel moois te kijk", bromde de arme man, op wiens „fatsoenlijke" liedjes gezongen? Ben jij, zonder mij, .altijd braaf geweest, heb jij nooit op dr. Kuyper een mop ge tapt, of andere stoute dingen gedaan? Heb je nooit gezongen van jongetjes, meisjes, de liefde? Koos, Koos. stel me niet aan het publiek voor als een Méfisto, die jou tot booze daden heeft verleid! Ik vind het zoo naai-, Koos Speenhoff, dat jij je eigen mooie kunst de modder intrapt, door te verklaren, dat je jezelf ten je cunst voor „luttel bedrag gelds" verkocht aan „Variétés". Je was een man, van wien teen dacht, dat hIj liedjes zong volgens zfn overtui ging. Je was een figuurWat blijft er nu van je over? En was dat „be drag gelds" zoo erg „luttel"? Na jaren kom je nu verklaren, dat, Wat je schreef, niet je overtuiging was, toaar alleen ter wille van het geld werd neergepend. Vergeet niet, dat eeni ge van je beste liedjes ook van ze kere zijde zijn aangevallen .Wat „Zijn Edel Achtbare" betreft, dat je mij dat op mijn hals wil schui ven, begrijp ik niet; je weet,, evengoed als ik, dat noch jij, noch ik ,,ZEd. Achtbare" schreven. Alleen gaven wij samen in Nijmegen het idee, na het gebeurde te Helmond. Jij bent dus even „schuldig" als ik! Koos, waarom, heb je, indien je in „Zijn Edelachtbare" zooveel slechtheid vondt, nog ft vorig jaar Maart bij je jubileum, mij 'niet alleen verzocht „Zijn Edelachtbare", met 'je te spelen in den Stadsschouwburg te Amsterdam, maar mij zelfs gevraagd, om: nog méér voor stellingen te geven? Je „bekeering'' komt wel plotseling, Koos; vreemd, dat die nu pas komt, nu je van zekere zijde wordt aangevallen. Vriend Speenhoff, waarom waai je met alle winden mee? Waarom laat je je bij je jubileum door den heer Spiekman aanspreken als„\yaarde par tijgenoot" en zing je enkele dagen la ter 'n lied ter verheerlijking van het koningschap? Waarom was je in „Do Wore Jacob" (toen je er nog aan ver bonden was) vrij sterk pro-Duitsch, en tapte je, toen je in het geval „Barha- rossa" een voordeeltje zag, uit een an der vaatje? Wil je ook dat niet eens aan- het publiek mededeelen? Ik heli je niet „opgedrongen" schunnige lied jes te zingen en verzoek je beleefd, deze beschuldiging in te trekken. Tot slot een raad, Koos, als oud vriend. Indien je geweten bezwaard is door 'het geld, verdiend met de jou door mij opgedrongten schunnige lied jes en met het (volgens jou) door mij geschreven „beruchte" „Zijn Edel Acht bare", geef dan jou aandeel in de winst aan het Watersnood-comité of andere liefdadige instelling. De boeken zijn er nog, we kunnen het precies uitreke nen. Als je dat doet, Koos Speenhoff, dan zal ik je gelooven, dat je werkelijk an ders bent geworden, uit volle overtui ging. Nu geloof ik het niet!" Hier kan de vriend het voorloopig mee doen. Misschien leidt het smadelijk openlijk verwijt van zijn ouden kameraad in de zonde den dichter tot meerder zelfiiv keer. De geschiedenis gewaagt van 'bekeer lingen uit de heidenen, die al hunna schatten met toovenarijea en anderszins verdiend en al hunne materialen waarmee zij den duivel gediend hadden verbrand den. geteekend gelaat AlLan wroeging lezen kon. „Ik weet niet wat hem scheelt", zei1 juffrouw Steen, die ook binnen geko men Was. „Gisteren, toen ik Marjorie den doek afnam, was hij zoo blij en schreide als een kind. Na eenigen tijd werd hij somber, en viel ten slotte in slaap. Eten wil hij niet, en hij is den ganschen dag de deur nog niet uit geweest".. „Steen", zei Allan met plotselinge har telijkheid, „kom morgenavond eens ter kerk. Wij beginnen dan met onze Evan- gelisatio-bijeenkomsten. Kom nu en ga nu om Marjorie's wil' een nieuw leven beginnen". Steen greep ruw de uitgestrekte hand van Rutledge en zei: „Ik hoop het te doen!" Rutledge keek den man flink in de oogen en Voegde er nog aan toe: „Steen, je kunt nog een man van je zelf maken. Je hebt hetin je. Ik zal opletten of je er morgenavond bent. „Ik zal er zijn", zei Steen, en hij hield woord. VI. Niet lang na dén dag der verkooping Jan Luijken betreurde diep zijn vorige zonden, vernietigde al zijn verzen voor zijn bekeering in den dienst der wereld gedicht, en wijdde gansch zijn verdere leven aan den dienst en de eere Gods die hem uit de duisternis getrokken had tot Zijn Wonderbaar licht. Moge ft zoo ook met Speenhoff zijn of worden! Maar nu schijnt de man zóó ver nog met. Bofcnopt overzicht van den toestand. 't Gaat weer den slakkengang op de slagvelden. Weinig nieuws uit 'tOosten, weinig nieuws uit 't. Westen. Wel wordt van het Westelijk front mel ding gemaakt von verhoogde activiteit der artillerie, maar een meer dan plaat selijke beteekenis hebben de waarschijn lijk zeer verliesrjjke gevechten hier nog niet. Voorloopig is de toestand nog deze, dat de wederzijdsche legers vastgeloopen zijn en alle pogingen, om in deze toe stand' wijziging te brengen zijn tot dusver mislukt. Zoo is ft ook op het Oosterfront en op het Italiaansche front, terwijl op' het Zuid-Oostelijk oorlogstooneel, waar men alleen in Albanië nog van oprukkende legerafdeelingen hoort, de toestand wel eenigszins anders is, omdat hier na de vernietiging van Servië en Montenegro de vijandelijke legers nog geen voeling met elkander hebben. Maar practisch is toch de toestand niet veel anders. Noch de entente-troepen te Saloniki, noch de Bulgaren met hun bondgenooiten vertoonen eenige neiging om den aan val te wagen. De Russen beweren nog wel, dat zij voortgaan „druk uit te oefenen" op het Kaukasus-front, waar de Russische troe pen voort heeten te rukken door diepe sneeuw en in een koude van 20 gr. R., terwijl in Perzië in de streek van Hamedau de vijand weer eens teruggeworpen heet. Maar dit zijn de gewone frazen, die, wan neer er geen nadere en juiste bijzonder heden bij aangegeven worden, aanvaard worden als de vermelding, dat de toe stand onveranderd is. Ondanks al die onbewogenheid en al die rust blijft het toch op de fronten steeds even bewogen en rusteloos. De vliegers roeren zich gedudht; ver kenners halen stoute stukjes uit, enz Men weet, dat Engeland gedreigd heeft verscherpte blokkade-maatregelen te ne men tegenover Duitschland. Een te Berlijn gevestigd correspondent van Amerikaan-sche bladen heeft nu een onderhoud gehad over deze aangelegen heid met den stafchef der Duitsche mar rine. Deze verklaarde, dat een effectieve blok kade door Engeland onmogelijk zou zijn. Engeland zal den handel in de Oostzee niet kunnen stopzetten. Sinds 4 weken hebben de Engelschen de werkzaamheid hunner duikbooten aldaar verminderd; de Russische vloot ligt vastgevroren in de havens. De verscherping der blokkade, meent hij, is te beschouwen als een bluf zonder eenig ernstig gevolg, want Duitsch land bezit voor ettelijk© jaren al Wat het tot voortzetting van den oorlog noodig heeft. De chef erkende, dat bijna 25 pCt. der Duitsche duikbooten vernietigd is, bij Stanford, zei diens broeder op zeke ren morgen tot zijn vrouw: „Mary, wij hebben gisteren op de ver gadering gtespannen oogenblikken gehad". Gretig ging zijn vrouw hierop in en vroeg hem: j,Vertel er mij van Samuel!" Zij was een van die eenvoudige zielen, die door hun kalm overleg en rustig), vertrouwen, zooveel doen om het pad van- hun naaste te verlichten, al wordt hun stille arbeid niet opgemerkt. Met haar man koesterde zij hoóge achting voor en groot vertrouwen in Dy. Rut ledge, die er nog wel eens aanliep om het avondeten mee te nuttigen. „Wij hebben", zoo vervolgde Stanford, „den l'aatsten keer Markley geducht zijn minderheid laten voelen, maar ik vrees dat hij den dominé het betaald zal zet ten. Hij is zoo altoos gewend geweest, de heele gemeente te regeeren". De vergadering, waarop Stanford doelde, was er een geweest van alle leidende personen in de gemeente, en door Allan belegd, om een „voorwaartsche beweging" voor te bereiden. Op deze vergadering ook had hij de Evangelie-samenkomsten voorgesteld, iets waarvan men te Wel lington in geen jaren gehoord had. „De vergadering zoo vervolgde de doch hij bestreed het afdoende van d. Engelsche maatregelen tegen deze vaar tuigen. Meer dan een duikboot, zeide hij, ging door de barricades en netten heen ea het feit, dal de duikbooten 1.300.000 to*, koopvaardijschepen vernielden bewjjst, welk een kostbaar wapen deze vaartuigen voor Duitschland vormen. De vliegende Duitscher. George Quelly, de dokter aan boord Va* de „Appam", heeft volgens den correSpon dent van de „Daily News" te New-Yorü het volgende verteld: I D© Duitsche kaper werd te Kiel. uitga rust en verliet de haven onder Zwecdsche vlag in den aanvang van dit jaar. Hjj gin# om Schotland hoen naar den AtlantjsChe*; Oceaan, verschillende Britsche 'kruisers ontmoetende, die hij salueerde. Het schip ziet er keurig uit en lijkt, op een jacht Het meet ongeveer drie duizend ton. Het heeft twee kanonnen voor, ik mem va* 4.7 inch of daaromtrent. Wat hutten op het hoofddek: leken, waren verbórgan zsjj batterijen van 3 en 4 zeer zware kanoe nen en twee lichtere. Rails liepen lang» het dek, zoodal de kanonnen oogénMii!- fcelijk in iedere richting .konden worde* gebruikt. Ook had de kaper torpedobuizie*: voor en achter. De bemanning bastoon* uit ongeveer 350 uitgelezen mannen. Kra nen waren niet te zien, ofschoon, het schip zich als koopvaarder voordeed. Voor zijn grootte Was het een buitengewoon krachtig schip. De bevelvoerende officier, luitenant Berg, was bijzonder welwillend en heeft alles gedaan wat in zijn vermogen was om de passagiers op hun gemak .te, ztette» en het hen aangenaam te maken, maar' hij gaf. hen te verstaan, dat hij niet do geringste luidruchtigheid of ongehoorzaam heid aan boord duld». Hij had een groote bom laten plaatsen in de machinekamer en een andere op de brug, die gemakke lijk met electrictteit tot ontploffing kop'-' den worden gebracht. Korte Oorlogsberichten. De redactie van een EngeJisch blad teekent bij een ingezonden stuk aan „Wegens den beperkten voorraad .papier dringen wij er bij onze inzenders! op aan om hup stukken zoo kort. mogeljjk te maken. In Pruiton moeten de landstorm- pl'ichtigen, die in Januari j.l. 17 jaar zijn geworden, zich bij de militaire overheid aanmelden. Te Aken isi een vereeniging ge sticht, die gelden inzamelt voor cava- leriepaarden die in den oorlog gekwetst zijn geworden, te verzorgen. Door de autoriteiten te Aken is bekend gemaakt dat men per petroleum - kaart slechts eenmaal in de maand 1 liter petroleum kan krijgen. Door de Duitsche regeering worden via Servië massa's spoorwagens naar Tur kije overgebracht, die voor den Anato- lisehen spoorweg bestemd zijn. Te Elberfeld worden in het doof stommen instituut ruim 300 soldaten ver pleegd, die door het trommelvuur aan het front doofstom zijn geworden. De „Appam". Het is thans uit gemaakt, dat luitenant Berg, die de „Ap« pam" naar Amerika opgebracht heeft de kapitein van de Duitsche handelsvloot Fionz Berg uit Appënrade is, die tevens reserve-luitenant is van de Duitsche ma.- rine. diaken was zeer druk bezocht; men scheen wel' op iets bijzonders gerekend te hebben. Ds. Rutledge vroeg mij met gebed te openen, en lichtte vervolgens! zgn plannen toe. .Ouderling Markley was da eerste die daarna sprak. Op onaangena- men toon zei ttxij: Ik gelóóf niet, dominé dat. wij die buitengewone bijeenkomsten noodig hebben. Wij zijn nu ver genoeg „voorwaarts." gegaan. Met van geestdrift tintelende oogen hernam dominé: Behoort niet de kerk voorwaarts te gaan om redding te bren gen, waar Christus stierf om voor allen redding mogelijk te maken? Als' de goti sche kerk een leger ter redding wetrd, zorJ dan de wereld niet spoedig gered zijn? Maar Markley antwoordde snibbig: H brengt te veel' nieuwigheden in da kerk". „Ik erken hernam Rutledge dal ik houd van, en geloof in nieuwe me thoden, ate zij Voor onze kerk noodig zijn. Ik heb steeds gepoogd den weg te effenen voor alles wat ons Christen-zijjn kan bevorderen". (Wordt vervolgd./ -1 L ,'l'J :vgj L O

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1916 | | pagina 1