iVo 78**
Zaterdag 1 Januari 1916
30e Jaargaii3
DERDE BLAD.
De Groote Oorlog.
Landbouw en Veeteelt.
Gemengd Nieuws.
Hoofdbureau te Goes.
Bureau te Middelburgs
(FIRMA F. P. DHUIJ L. BU ftö
r
ru§-
Uitgave van
de Naaml. Venn. LUCTOR ET EMERGO
gevestigd te Goes.
i-AN 3E VORSTSTRAAT 210
Drukkers:
9osterbaan Le Cointre - Goes
VERSCHIJNT ELKEN WERKDA»
Abonnementsprijs
Pes B maanden fr. p. post
losse nummers
n».06
Beknopt overzicht van den toestand.
Wederom is een veelbewogen jaar
ten einde.
Een jaar van schrik én* ontzei ting, dood
en ellende, leed en droefheid.
Reeds vijftien maanden lang wordt over
een groot deel der aarde de oorlogsfakkel
gezwaaid, en wordt er dood en verderf
gezaaid.
Wat zal 1916 geven?
Wij weten het niet, doch slaan het oog
naar Boven en bidden van den Heer, dat
1916 een jaar des yredes moge worden,
in hetwelk' liet verstrooide mensdhdom
'tot rust en bezinning moge komen.
Onwillekeurig vraagt men zich af, of
de tijd nog niet rijp is voor vredesonder
handelingen. Reeds een jaar geleden
mochten wij van vredesgeruchten melding
maken, doch het schijnt wel, alsof 'we
verder dan ooit van den vrede af zijn.
Letten we op alle teekenen, dan moe
ten we inderdaad zeggen, dat onze ver
wachtingen nog- niet hoog gespannen zijn.
De Zeit schrijft, dat de omtrekken van
den vrede nog piet zichbaar zijn, maar
er vertoonen zich voor he.t speurend oog,
zoo schrijft het blad, toch teekenen, dat
de vrede nadert. De Entente koestert de
verwachting door een groot offensief in
het voorjaar, den .oorlog een wending
te haren gunste te kunnen doen némen.
Misschien krijgt, als deze verwachting on
gegrond blijkt, het verlangen naar vrede
meer uitzicht op vervulling.
Hoe vaag, en onzeker, sober en koud I
In de „Neue Freie Presse" schrijft graaf
Andrassy, dal de wijze, waarop de vredes-
debatten te Berlijn en Boedapest in Enge
land en Frankrijk zijn ontvangen, leert,
dat den centralen, om vrede te verkrijgen,
slechts twee mogelijkheden openstaan, na
melijk óf de voornaamste tegenstanders
een verpletterenden slag toe te brengen,
óf zich met succes tot het defensief te
bepalen om hun vijanden te overtuigen,
dat de uitslag van den tot dusver gestre
den strijd niet meer te veranderen is.
Dus eerst nog hevige strijd, en dan
pas vrede. Vrede, ach, wanneer?
Het menschdom smacht naar Vrede. Wij
moeten het gelooven, doch liet is opmer
kelijk dat de uitvinders van nieuwe ver
woestingwerktuigen en de verfijners van
de wreede moderne oorlogstechniek met
grooter enthousiasme ontvangen worden
clan de mannen des vredes.
Denk maar aan de vredes-expeditie van
Ford, welke met een hoongelach begroet
werd.
De man is thans krank naar lichaam.
En zijn ziel' weent bij de gedachte aan
de treurige ervaringen, die hij, eens zoo
vol heerlijke vredes-idealen, heeft opge
daan.
En de mannen, die hun talenten be
steden in dien dienst van Mars?
Het gaat hun vrij wat voorspoedige®,
en hun pad telt minder doornen.
Uit de Vereenigde Staten komt al weer
een bericht over een öensatiemakende nieu
we oorlogsuitvinding. Ditmaal is het een
Zweedsche Amerikaan, die met zijn won
der voor den dag komt. Hij heet Edward
Hanssen, woont in Cleveland en beweert
niet minder dan een nieuw oorlogsschee,ps-
type uitgevonden te hebben. Het moet een
combinatie van dagschip1 en onderzeeboot
zijn en Hanssen noemt het daarom een
(onderzeeslagschip. Het gevaarte wordt
voortbewogen door petroleum motoren en
is 600 voet lang. Het is gewapend met
zware kanonnen, die in pantsertorens zijn
opgesteld, welke, wanneer een schot af
gevuurd zal worden, door hydraulische
kracht uit het water worden opgeheven
In Amerika ziet men in Hanssen's uit
vinding algemeen het .oorlogswapen der
toekomst. Er is daar ook reeds patent
genomen op de uitvinding, terwijl er met
verscheiden Europeesche regeeringen re
laties zijn aangeknoopt.
Eer en gunst zijn het deel van dezen
Amerikaan. Ford werd uitgelachen.
Marconi houdt zich bezig met weten
schap on modorne oorlogstechniek
'Zijn pad is vol rozen.
Cruglielmo Marconi heeft zich te Parijs
tegenover een journalist over den invloed
der wetenschap op de moderne oorlogs
techniek uitgelaten. Hij is er van over
tuigd, dat de oorlog van morgen nog in
veel hooger mate wetenschappelijke vor
men zal aannemen, dan die van heden
reeds bezit.
Ik geloof in 't bijzonder, ging hij voort,
dat de electriciteit ons nog de grootste
verrassingen zal bereiden ,des te meer,
omdat deze als vernielingswapen thans
nog niet tot haar recht gekomen is. Een
slagveld zonder geweren, kanonnen en
projectielen, dat nieu bij den tegenwoor-
digen stand van zaken nog geneigd is
in de practijk voor onmogelijk te houden,
is theoretisch zeer goed denkbaar. Wan
neer het ons gelukte apparaten uit te
vinden, die ons in staat stelden over
groote afstanden krachtige electrische gol
ven voor ontploffingsdoeleinden af te zen
den, zouden wij de wonderlijkste dingen
beleven: heele vloten, die in de lucht
springen; projectielen, welke in den loop
der kanonnen van vijandelijke zijde door
electrische werking uit de verte tot ont
ploffing gebracht worden, en evenzoo de
patronen in de patroontasschen. En zou
dan niets meer overblijven, dan het ge
vecht met de blanke wapenen.
Wie durft daar over vrede spreken?
Neen, als we het gewumi van de
menschen gadeslaan, vervullen weemoed
en droefheid ons hart en. zouden wij
gevaar loopen twijfelmoedig te worden,
ware het niet, dat de Heer der Heeren
de beslissing in handen heeft.
De wetenschap, dat Hij' regeert en alles
op Zijn wenken veranderen kap, geeft
troost en bemoediging.
Door Hem bemoedigd treden we de toe
komst moedig tegjen.
Zalig, Zalig allen die gelooven!
Is de Lente heengesneld,
Wijkt de Zomer met zijn rijpe schoven,
Blaast de Herfst door 't stoppelveld,
Moog' de Winter met zijn hagels
[snijden
Boven 't wissl'en van de Jaargetijden,
Zien ze omhoog een Zonne staan,
Die niet weet van ondergaan.
Zalig, zalig allen die daar hopen I
Hun Ad vents-tijd duur' een poos,
Eens zij weten 't gaat de Hemel
[open
't. Wachten duurt niet eindeloos.
Zalig, zalig allen die daar leven
't Leven dat niet sterven zal!
't Wordt ook óns geboden, 't is gegeven,
Hier reeds in het schaduwdal',
Laat dan nieuwe jaren, oude jaren,
Schemerschij n sol's, komen, henenvaren,
Waar Gods Leven binnendrong,
Alles nieuw en eeuwig jong!
Korte Oorlogsberichten.
Franse he troepenlandin
gen op de Klein-Aziatische kust.
Aan de Grieksehe regeering is meegedeeld,
dat detachementen 'Fransehe troepen op
het eiland Kosteloriso (een eilandje vlak
bij de Zuidkust van Klein-Azië) zijn geland
om de actie der geallieerden tegen Adalia
te vergemakkelijken.
De Grieksehe regeering heeft geprotes
teerd.
Een gevecht in de Adriati-
sche Zee. Een Fransch communiqué
meldt: Een Oostenrijksche vloot-divisie,
welke van Cattaro was uitgevaren om
Durazizo te bombardeeren, stiet op esca
drilles der geallieerden.
De Oostenrijksche torpedo-vernieler „Li-
ka" werd door mijnen vernield; de Oos
tenrijksche torpedo-vernieler „Triglar",
van hetzelfde type, werd door de schepen
der geallieerden vernietigd.
De andere vijandelijke oorlogsbodems
vluchtten, achtervolgd door onze sche
pen, naar hun basis terug.
Een A merikaansch uitvoer
verbod van wapenen? De parti
euliere correspondent yan het Wolff bu
reau te Washington seint draadloosNaar
men uit ashington verneemt, is de be
weging i oor een wettelijk verbod van
uitvoer van oorlogsmateriaal zoozeer toe
genomen, dat de voorzitter van de com
missie van buitenlandsche zaken in het
huis van afgevaardigden, Flood, besloten
heeft onmiddellijk na, de bijeenkomst van
het congres de commissie samen te roe
pen om over deze kwestie van gedachten
te wisselen.
Twee Fransche soldaten, die den
dag voor de slag in Champagne begon
zich ziek meldden en wegens abcessen
in het hospitaal werden opgenomen, zijn
door een krijgsraad ter dood veroordeeld,
omdat gebleken was dat zij de abcessen
kunstmatig hadden verwekt om zich aan
den strijd te onttrekken.
Naar Wolff uit Malmö seint heeft
de strenge koude den toegang tot Ar
changel eerder gestremd dan mén dacht.
Daarbij komt voor Rusland fte groote
teleurstelling, dat de nieuwe haven, dicht
bij de Noorsche grens, waarheen ook een
spoorweg is aangelegd, in dezen stren
gen winter niet ijsvrij is gebleken. On
der deze omstandigheden zal het Rusland,
zegt Snallposten, dubbel onaangenaam
zijn, dat Engelands onrechtmatig optre
den ten opzichte van de Zweedsche post,
het stopzetten van de pakketpost van en
naar Rusland door Zweden ten gevolge
heeft gehad..
De operaties in Frankrijk
Het Engel'sclie hoofdkwartier deelt me
de: Gisteren hebben 16 van onze vlieg
machines het station van Comen gebom
bardeerd. Behalve liet station werden ook
de spoorlijnen en de nabijgelegen lood
sen getroffen.
Tien onzer vliegers deden een aanvat
op het vliegterrein van Herviley en ver
oorzaakten aanzienlijke schade.
Beide eskaders keerden ongedeerd te
Gedurende den nacht nam de vijand
onze loopgraven ten Zuiden van Fricourt
hevig onder vuur. Een klein aantal Duit-
schers geraakte in een van onze voorste
loopgraven, maar zij werden er onmid
dellijk wee,r uitgedreven.
Het Petit Journal heeft een brief
kaart van burgemeester Max ontvangen;
die meldt dat hij den 27sten November
naar Cello in Hannovier is overgebracht
en dat zijn nieuwe verblijf veel beter is
dan het vorige.
Oostenrijk en de Vereenig
de Staten. Mjen verneemt uit Weenen;
Het antwoord van Oostenrijk-Hongarijie
op- de tweede „Anoona"-nota zal voor het
einde der week verzonden worden. Naar
vernomen wordt zal hét antwoord nau
welijks aanleiding geven tot verscherping
van het conflict.
Uit Griekenland. De lichting
1892 zal den löden Januari naar huis
gezonden worden. Tegelijkertijd zullen do
tot dusverre niet geregistreerde manschap
pen van drie lichtingen opge.roepen wor
den.
JI o of d be stuurs verg. Z. L. M.
Betreffende de gisteren gehouden ver
gadering meldt men ons nader uit Mid
delburg
In de commissie voor de verbetering
van het varkenras werden gekozen de
heeren: M. C. Steendijk voor den kring
Schouwen-Duiveland, Tholen en St. Phi-
lipsland; H. A. Hanken voor Walcheren,
Noord- en Zuid-Beveland; Jos. Breijaart
voor Westelijk Zeeuwsch-Vlaanderen en
Chr. Briesbrouck voor Oostelijk Zeeuwsch-
Vlaanderen, verder zullen de R.-K. Boe
renbond en de Chr. Boerenbond ieder
ook een lid aanwijzen en zal de secre
taris der maatschappij als secretaris der
commissie optreden.
Dank werd verder door den voorzitter
gebracht aan de commissie belast met
het onderzoek van de voederwaarde van
ingekuilde suikerbietenkoppen en -blade
ren en de waarde daarvan voor de bemes
ting; en werd deze commissie ontbon
den. De heer Hanken wees op het groote
aandeel dat de heer Zwagerman aan het
werk dezer commissie had en hem komt
daarvoor een groot deel van den dank
toe.
De voorzitter deelde mede, dat de uit
voer van suikerbieten naar België aanvan
kelijk moeite ondervond, maar dat daar
in door samenwerking tusschen den mi
nister en de maatschappij verbetering is
gekomen.
Vervolgens werd overgegaan tot de
Rondvraag.
De heer De Feijter sprak de hoop uit,
dat binnenkort 'de aardappelen, althans
eenige soorten, weder zullen mogen wor
den uitgevoerd.
De voorzitter zeide, dat bij den mi
nister berichten waren ingekomen, dat
er in Nederland niet te veel aardappe
len voor het hinnenlandsoh gebruik zijn.
Daar men deze meening niet deelt, zal
daarop de aandacht van den minister
worden gevestigd.
De heer Hombaoh zegt, dat de afdee-
ling Hulst meent, dat de provisie toege
kend aan de handelaren in kunstmest
te hoog is.
De voorzitter en de heer I. G. J. Ka
kebeeke meenen, dat de minister dat nu
niet kan veranderen.
De heer Mol wijst erop, dat er reeds
handelaren door aanbiedingen blijk ge-
met minder provisie tevreden te zijn.
De heer Hom.ba.ch meent, dat de provi
sie gerust op 60 pCt. der tegenwoordige
kan worden gebracht.
De heer W. Kakebeeke meent, dat men
zich nu er toe moet bepalen met den mi
nister erop te wijzen, dat er te veel toe
gekend wordt.
Naar aanleiding van een wensch uitge
sproken door den heer De Feijter om
meer landbouwverlof, wees de heer Welle-
man erop, dat men billijk moet zijn en
dat er ook bedrijfsleiders buiten den land
bouw zijn, die gaarne verlof willen heb
ben en dat met recht. Deze spreker komt
terug op de aardappelenkwestie, het staat
niet vast, dat er aardappelen te veel zijn,
alleen dient gezorgd te worden dat eerst
de minderwaardige aardappelen worden
verbruikt.
De heer D.o Feijter meent, dat er in
Zeeuwsch-Vlaanderen beslist te veel aard
appelen zijn, de aardappelen ziillen voor
veevoer gebruikt moeten worden.
De heer Van Dixhoorn meent, dat de
aardappelhandelaren zich hebben kunnen
voorzien.
De heer Welleman meent, dat men den
minister moet waarschuwen voor de spe
culanten en dat de wensch voor opvorde
ring van aardappelen tegen billijken prijs
onder de aandacht van den minister moet
worden gebracht.
De heer Mol brengt ter sprake de lage
prijzen van het door de regeering opge
vorderde hooi. Men krijgt f44 en particu
lieren bieden f60.
De voorzitter zégt, dat hij getracht heeft
tusschenbeide te komen als burgemees
ter, maar dit is niet gelukt. Het adres
van Walcheren is doorgezonden. Beslo
ten wordt ook namens deze vergadering
nog eens aan den minister van oorlog
te schrijven.
De heer Snijder vraagt of de uitgetrok
ken f 600 bestemd zijn voor een afdeelings-
t-entoonstelling en op het bevestigend ant
woord stelt hij voor, de op het secreta
riaat bespaarde f400 te bestemmen voor
eersten grondslag voor een tentoonstel
lingsfonds en om de benoemde statuten
commissie op te dragen ook deze kwestie
te regelen. Dit werd goedgevonden.
De heer van Langeraad bespreekt de
wenschelijkheid dat de commissie ook
overweegt de mogelijkheid van aansluiting
der dorpsvereenigingen. De voorzitter zegt,
dat dit zeer zeker in de bedoeling ligt.
De heer van Oeveren besprak de wen
schelijkheid zooals reeds schriftelijk is
betoogd door den heer Lindenbergh dat
thans een nieuwe regeling van den ver
koop van vaste goederen wordt ingevoerd
zooals destijds met de notarissen is over
eengekomen.
De heer Stevens bepleitte de oprich
ting van eene commissie, die namens de
Z. L. M. onderhandelt met. de suikerfa
brikanten.
De heer Welleman meent, dat men de
bietenverbouwers moet brengen naar de
coöperatie en hen niet den weg moet
vergemakkelijken naar de particuliere fa
brikanten.
De heer I. G. J. Kakebeeke meeint,
dat men wel degelijk de verbouwers moet
helpen om goede bepalingen met de fa
brikanten te kunnen maken, het is nu de
tijd om goede voorwaarden te bedingen,
hetzij door een commissie of een vereeni-
ging-
De heer W,. Kakebeeke meent, dat niet
leder in de naaste toekomst naar de
coöperatie toe kan, en men daarom ook
de leden moet helpen, die dat niet kun
nen. Zeker moet iederdie kan en dia
zijn belang begrijpt bij de coöperatie ko-
jnen. De boeren moeten zich sterk ma
ken om met die fabrikanten samen te
werken in de kwestie van gewicht en
suikergehalte.
De heer Va,n Oeveren en ook de heer
Hanken zijn het met den heer Welleman
eens, dat men te weinig op de leden
kan vertrouwen. Er zal geen commissie
worden gevormd.
Hierna sloot de voorzitter de verga
dering, de hoop uitsprekende, dat de ge
nomen besluiten mogen blijken te zijn
in het belang van den landbouw.
Ongelukken. Te Witmarsum is
een 13-jarige knaap onder de stoomtram
geraakt; beide voeten werden hem af
gereden. Te Zuidhorn is een vrouw
in de Vaart verdronken. Onder Odoora
is een 23-jarige arbeider verdronken.
De 63-jarige vrouw van een timmerman
te Reeuwijk is nabij haar woning ver
dronken. De walbaas W. C. van B.
te Rotterdam, in dienst van Bus' Stoom
boot Maatschappij: op Haarlem, is aan de
Wijnhaven, door het kantelen van een
kist, waarop hij stond, van de motorboot
Wilhelmina. V, in de Wijnhaven gevallen
en verdronken. Te vergeefs is naar zijn
lijk gedregd.
Schipbreukelingen gered
Kapitein C. van Benthem Jutting, van
het op 25 December binnengekomen s. s
„Nederland", rapporteert op 3 en 4 De
cember de bemanning van een tweetal
sloepen te hebben opgepikt van het be
oosten Malta in den grond geschoten
stoomschip „Umeta".
Te 8 u. 30 namiddag van den 3n Dec,
werd een rood schitterlicht bespeurd, dat
blijkbaar het s.s. „Boeton' 'opriep. Te
10 u. 30 werd. wederom een rood licht
gezien en bij dit laatste gefluit en hulpgel
roep vernomen. Direct werd gestopt en
bijgedraaid en het bleek toen, dat hel
licht afkomstig was van een der red
Prijs der Advertentièn
115 regels ƒ0.50, iedere regel meer 10 ci
B-maal plaatsing wordt 2-maal berekend
Bn abonnement voordeelige voorwaarden,
Familieberichten van 110 regels f 1,—
iedere regel meer 10 ct.
dingsbooten van het door een onderzee
boot op 1 December in den grond ge
schoten Engelsch stoomschip „Umeta"
van do British India Steam Navigation
Company. De bemanning, bestaande uit
2n officier, 3n machinist en 22 Lascaren,
werd aan boord genomen en verzorgd.
Bij het aanbreken van den dag werd aan
de kim een sloep ondekt, de „Boeton"
stoomde daarheen en pikte te 8 uur des
morgens de tweede sloep van de „Umeta"
op, bevattende 3n officier, hoofdmachi
nist, 2n machinist, klerk en 22 Lascaren,
Het ss. „Boeton" zette naar Malta koers
en ontscheepte de schipbreukelingen,
waarna de reis werd vervolgd.
Te Londen vernam de gezagvoerder ten
kantore der B. I. S. N. C„ dat de opva
renden van de nog vermiste sloepen te
Algiers en te Port-Said waren aangebracht,
en da.t slechts één Lascaar bij de ramp
het leven heeft verloren.
Oud en niet arm. Het bestuur
van de Rijksverzekeringsbank deelt mede,
dat op 27 December j.l. onder omslag,
gestempeld Scheveningen, werd ontvan
gen een met de initialen A. P. B. ge-
teekend schrijven, waarbij werd overlegd
f200 aan bankpapier, als terugstorting
van genoten ouderdomsrente, weJke rente
naar het oordeel van den schrijver ten
onrechte zou zijn ontvangen.
Men meldt uit Berlijn aan de N. Ct.:
Bij het begin van den oorlog studeerde
aan de hoogeschool alhier een jong Neder
lander, Gerard Loeber. Door de oorlogs
geestdrift dier dagen meegesleept besloot
hij dienst in het Duitsche leger te nemen.
Hij liet zich neutraliseeren en trad als
vrijwilliger onder de wapenen, en in den
veldtocht tegen de Russen is hij bij Mitau
gesneuveld. De te Hilversum levende
ouders van den overledene hebben thans
te zijner nagedachtenis aan de hooge
school te Berlijn een kapitaal vermaakt,
van welks renten elk jaar een jong stu
dent in de kunstgeschiedenis zal worden
ondersteund, aan te wijzen op den da
turn, waarop hun zoon is gevallen.
De Kerstboom op> den Bal
kan. Ook de Balkan-bewoners hebben
hun Kerstboom, deze wordt echter niet,
zooalis bij-ons, in de kamer gezet en van
brandende lichtjes voorzien, maar op den
heiligen avond in het bosch geveld en daar
verbrand. In Servië bijv. gaan de boeren
jongens naar het bosch en zoeken een
mooien jongen ©ik uit. De bijldrager zinkt
hiervoor op -de knieën en bidt. Daarna
trekt hij handschoenen aan, want geen
menschelijk© hand mag den gewijden boom
aanraken, slingert korenhalmen tegen den
stam om zoo de vruchtbaarheid van het
veld, met die van het woud te vereeni-
gen, omarmt den boom en zegt: Goeden
dag en gelukkige Kerstmis. De bijl wordt
dan op een bepaalde plaats ingeslagen,
geen spaander mag op den grond vallen;
gehandschoende handen vangen ze op en
dragen ze naar huis. Deze spaanders be
zitten nl. de kracht de melkproductie van
de boerderij te vermeerderen. De moede®
heeft intusschen aan beide zijden van de
deur brandende kaarsen geplaatst; de va
der trekt eveneens handschoenen aan en
draagt den heiligen boom over den drem
pel', waarbij een plechtig gezang weer
klinkt. Dan wordt de eik op het vuur
gelegd en verbrand tot op een stuk, dat
tot na Nieuwjaar bewaard wordt. Het laat
ste einde wordt in het voorjaar om den
bjjenkorf gedragen en Reeft dan de too-
verkracht een overvloed van honig; te ver-
leenen.
De verkeerde deputatie. Een
deputatie van de Engelsche Labour Party
was door het legerbestuur uitgenoodigd
om het leger in Frankrijk te bezoeken,
teneinde te aanschouwen onder welke con
dities hun kameraden in het bevriende
land werkten.
In afwachting van hum aankomst bega
ven eenige stafofficieren zich naar de ha-
Ven om de heeren te verwelkomen.
Toen de boot gemeerd lag, vroeg een
van hen: „Zijn de heeren van de arbei
derspartij1 aan boord" ,en op het beves
tigend antwoord werden ze gehaald, har
telijk verwelkomd en moesten ze in ge
reedstaande auto's plaats nemen.
In het hoofdkwartier werden ze offi<
cieel ontvangen en ma een korte toespraak
zei de woordvoerende hoofdofficier:
„En nu heeren, heb ik last u naaï
den Commander-in-Chief te geleiden."
„Wie is dat?" Vroeg een van de heeren,
die de leider scheen te zijm.
„Wel", zei de officier verbaasd, „Sir
John French, natuurlijk".
„Ik geloof niet, dat we hem hoeven
te spreken", zei de leider op zijn beurt
verbaasd. „Mijn ploeg is uit Engeland
overgekomen, om de havenhoofden te
herstellen". En de stafofficieren renden
terug naar de boot om de eigenlijke de-
puf a tie af te halen. Hbl,