Binnenland.
Reclames
Uit de Provincie.
alle handelsrelaties met personen uit hun
minder sympathieke landen trachten te
verbreken en die ook wel in ons nuch
tere land, gelukkig in kleinen getale wor
den aangetroffen, met ongekende vreugde
zal worden begroet.
Het heeft. n.l. in tweede lezing een
wetsontwerp aangenomen ter uitbreiding
van de wet tegen het handeldrijven met
den vijand.
Tot nog toe werd voor de Engelsche
wet iemand, die in het buitenland woont,
geacht van de nationaliteit van dat land
te zijn.
Zoo is er in dezen oorlog handel ge
dreven tusschen Engelsche firma's en
Ihiitsche, die in onzijdige landen waren
gevestigd. Daaraan wil de wet een einde
maken.
Het plan om de geboorte over do na
tionaliteit te laten heslissen, is opgege
ven. omdat Duitsche firma's licht onzij
dige a.ls tusschenpersonen zouden kunnen
gebruiken. Besloten is ten slotte tot helt
stelsel van het wetsontwerp, n.l. om een
Izwarte lijst op te maken van firma's
in onzijdige landen, die min of meer als
vijandelijke firma's beschouwd kunnen
worden. Gaandeweg zal die lijst worden
aangevuld. Jlet de firma's, die op do
lijst staan, mag geen handel worden ge
dreven. Een uitzondering wordt toegelaten,
wanneer een ban, in een bepaalde streek
of stad over dergelijke vijandelijke firma's
uitgesproken, den Engelschen handel te
zeer zou benadeelen.
Deze laatste zin vooral is zeer merk
waardig.
Geen handel met moffen, gebiedt Albion,
rpaarmaarals we door opheffing
van een ban mooie winsten kunnen ma
ken. moeten we wat door de vingers
zien...
Doet dit ons niet herinneren aan den
ban, waarmede een exentrieke Hollander
laatst een Duitschen wijnhandelaar dacht,
te treffen?
Een sterfbed
Een corr. ran het „Hdbld." in Italië
heeft bet hospitaal be Turijn bezocht.
Welke treffende tooneelen. Ze toonen, zegt
hij, zich nauwelijks tegen het uniforme
wit der muren, de monotone opvolging
vam bedden en gezichten. Ik herinner
me alleefL een beeld van steeds weder-
keerende droefheid, den dood van een
jongen man van 25 jaren. Een zekeren
Franchelli.
Hij had zelfs geen vrouw en kinderen,
gelijk zoovele anderenalleen een zuster,
een van de wijs gebrachte b'oerin, dio
onbeweeglijk bleef zitten naast het bed
van den stervenden broeder, niet. vretende;
wat te doen, zich schamend over haar
smart, die ze met het instinct van een
gewond dier trachtte te Verbergen. Op
elk woord, dat men tot haar sprak, ant
woordde ze eerbiedig, gedienstig; bij! het
binnenkomen van wie ook haastte ze zich
op te staan en bleef ze wachten zonder
weer te durven gaan zitten. Maar geen
blik wendde ze af van het gelaat van
den broeder, wien ze van tijcl tot tijd
smeekte: „Beweeg u niet, blijf toch rus
tig 1" „Wiaar denkt ge dat ik 'heen zal
giaan, ben je bang dat ik de plaats poets",
antwoordde hij dan glimlachend, ,,ik be
loof je jd,at ik me niet zal verroeren 1"
Maar hij heeft zijn belofte niet gehouden.
Hij is heengegaan voor goed.
Die doodstrijd had iets onwezenlijks. De
onsamenhangende gesprekken van den
stervende in zijn ijlen hadden zelfs een
poëtische klenr.
„Dat is de oorlog nu eenmaal!" zegt hij
even voor het sterven na een lange stilte.
„Denk'daar toch niet aan!" fluistert hem)
iemand toe. ,,Ik vind het goed; het is dus
de vredeen zijn lippen gaan vookt
zich te bewegen zonder geluid te geven en
vervolgen het gesprek tusschen de ziel en
het onbekende.
„De vrede", zegt zachtkens een liefde
zuster, „mijn arm kind, gij zult. hem web
dra hebben!" De ijzige vrede des dood»
krwam dan ook waarlijk met den avond
binnen, het kleine vertrek met zijn huive
ring vullend. De liefdezuster stak twee
kaarsen aan, wier flikkerend licht een
ïaatsten glimlach wierp op het mooi ge
laat van den jongen soldaat.
(Wie sprak dien armen man van den
vrede zijner.ziel? Wie verkondigde hem
«Ie genade Gods in Christies Jezus?
Luchtdruk hij infanterie-achoten.
ia den oorlog hoort men dikwijls van
gevallen, waarbij soldaten gewond zou-
den zijn door de luchtdruk, veroorzaakt
door een voorbijsuizenden infanteriekogel
Volgens een artikel in de Deutsche Me
dizinische Wochenschrift is dat echter be
slist onmogelijk. Reeds in 1911 is daar
onderzoek naar gedaan. Men plaatste liier
voor in een vertrek 5 brandende kaarsen
en beschoot deze met infanteriegewereri
De kogels, die deels door de vlam, deels
onmiddellijk er langs gingen, deden slechts
tweemaal het licht uitgaan en dat al
leen, omdat de kogel de pil raakte. Ook
werden twee bladen schrijfpapier op 5
o.M. afstand van elkaar opgehangen. Toen
de kogel er tusschen door ging, raakte
bot papier nauw- merkbaar in beweging.
Het mensehelijk organisme is niet ge
voeliger dan licht of papier. Iemand ver
klaart, dat op een afstand van slechts
3 o.M. een kogel hem voorbijsuisde, zon
der dat hij iets bemerkte. De luchtdruk
zou nog geen mug dooden. De luchtdruk
hj) detonatie, bijv. hij het afschieten van
one geweer met het oor dicht aan den
loop is natuurlijk veel sterker, maar dat is
heel ander geval.
Het laatste graf.
Wij zijn in de Argonnen. In het woeste
wood, waar de dood loert achter eiken
•Haom, waar in het struikgewas nog menig
lijk onbegraven ligt, waar soms een en
kei mcnschenbeen tusschen de takken
hangt, daar heengespat bij do uitbarsting
van een granaat te midden van een sol-
datengroep. De dood knaagt en woedt
fcn moordt daar langzaam aan. Heden tien,
morgen twintig jonge levens. Het is een
bosch, waar de boomen get eld worden
en graven er voor in de plaats komen.
Er is een kerkhof aangelegd. Een archi
tect onder de soldaten heeft hot plan
gemaakt en het mee uitgevoerd. Een hof
tegen een helling, goed omrasterd, kunstig
aangelegd. Het zal nog na jaren spreken
Van den vreeselijken krijg. De architect
heeft er lang over nagedacht. Nu is het
werk gereed en overziet hij het. Zijn kun
stenaarsoog is niet het eenige. dat getrof
fen wordt door den aanblik. Zijn hart is
vol weemoed, nu hij een vréde in lijnen
heeft willen brengen te midden van het
werk van den dood, nu hij over de ver
woesting heen een werk van harmonie
en kunstzin heeft gebouwd. Hier i3 het
vrede. De Franschman ligt er naast den
Duitscher, ver van zijn geboorteplaats.
Hier hebben zij niet meer den handgra
naat of voeren niet meer de bajonet. De
dood heeft de bitterste Vijanden vereenigd.
Waar hun zielen zijn?
De architect overziet zijn werk, dat
nu af is.
Daar giert het door de lucht. Daar
komt schel fluitend een granaat aanstor
men. Zijn richting is het kerkhof. Hij
slaat er dichtbij in den grond en woelt
er een graf. En zware splinters spatten
daar rondom heen. Een er van treft den
architect, die doodelijk gewond neerzijgt.
Een oogenblik later nadert de genees
heer. ,,'t Is afgeloopen," zegt hij. De dood
hoeft hem in dezen vredesarbeid verrast.
Het laatste graf is voor den architect.
En nu is zijn werkt voltooid.
Korts Oorlogsberichten.
'De Fransche Bond van onderwijs
heeft ieen plechtige vergadering gehouden,
waarin president Poincaré de groote eere-
medalje van den bond heeft uitgereikt
aan dr. Langlet, den heldhaftigen burge
meester van Reims, als uiting -van bewon
dering voor de hooge burgerdeugden, waar
van hij sedert de beschieting van de stad
blijk gegeven heeft. Zooals men weet, is
burgemeester (Langlet óndanks liet hevige
bombardement, waar zijn stad voortdu
rend 'aan heeft blootgestaan, op zijn post
gebleven.
Bij het aanvaarden van de onderschei
ding van den onderwijs-bond heeft de bur
gemeester gezegd, dat hij deze beschouw
de als een huldiging van al zijn mede-
stadgenooten.
Een correspondent van de Engelsche
p-ers hij het Fransche leger, schrijft, dat
aan een stuk van het Westelijk front,
waar hij pas was geweest, op een linie
van iets meer dan 10 mijl (10 K.M.)
iets meer dan 234 mijl loopgraven
liggen, en er worden er 46 mijl bij
gegraven. Hiernaar schat de schrij
ver en hij gelooft stellig beneden
de werkelijkheid te blijven dat er 20
mijl loopgraven op elke mijl front is,
zoodat het Fransche en Engelsche leger
op het front van Zwitserland tot de Noord
zee tenminste over 10,000 mijl (16,000
K.M.) loopgraven hebben te waken.
De s t r ij d in Mesopotami
In het Lagerhuis las Chamberlain een
telegram voor van generaal Townshend,
waarin gemeld wordt: Den 12en een lievig
geweervuur op het Noordelijk front, dat
verscheidene uren duurde, maar do Tur
ken poogden in deze streek geenszins
te avanceeren. Een hevigo aanval op het
dorp op den rechteroever van de rivier
werd afgeslagen. Den 13en was alles rus
tig. Voortdurend worden versterkingen
stroomopwaarts gezonden
De s t r ij d in P e r z i De „Lo-kal
Anz." verneemt uit KonstantinopelDe
Russisch-Engelsché troepen werden dooi
de Perzen in Kermanscha en Keniadar
verslagen en verloren 1000 man aan doo
den en gewonden en veel oorlogsmate
riaal. In een ander gevecht tusschen Kor-
manscha en Sine overwonnen de Perzi
sche krijgers van den heiligen oorlog de
Russen onder commando van generaal
Samanoff volkomen.
Bevroren soldaten. Een
Duitseh correspondent vertelt, dat tot voor
korten tijd geleden eeil groot aantal Rus
sen hel slachtoffer is geworden van de
heerschende kou aan het Strypa-front. In
één stelling vond men 300 lijken van
bevroren Russen. De bewoners van het
dorp Dobropak verhalen, dat de Russen
daar 800 bevroren soldaten hebben be
graven. De dooden waren allen nog in
zomcrkleeding gehuld; er was bijna niets
aanwezig, dat noodig is voor een winter-
veldtocht.
Ford's vredesschip. Het stoom
schip „Oscar", met Ford en zijn vredes-
gezelschap aan boord, is te Kirkwall aan
gekomen
- D e Balkan-oorlog. Het Weeni-
sehe stafcommuniqué luidt
De van Plewlje uit -oprukkende Oos
tenrijk-Hongaarscho troepen van generaal
Von Kövess namen gisteren ook de Mon-
tenegrijnsche stellingen ten Zuiden van
de Vrana Gora over haar volle breedte.
Een koloune drong bij de achtervolging
tot do Tara-ravijn door en sloeg bij Gli-
baci ieen vijandelijk bataljon uiteen. An
dere troepen kwamen tot Grab op de
hoogten, onmiddellijk ten Oosten van Be-
rani. Naast onze afdeelingen strijden ook
Moslims en Albaneezen tegen de Mon-
tenegrijnen. Gisteren zijin 340 soldaten en
150 yil.ienstplichtigen gevangen genomen.
Tit Saloniki: De moeilijke oo-
gonblikken van den Engelsch-Franschen
terugtocht zijn thans voorbij. Het geheelo
plan is tot volkomen voldoening der gene
raals uitgevoerd.
Volgens de ^overeenkomst tusschen de
enfentemiogeaidheden en Griekenland is
het terugtrekken van de Grieksehe troe
pen uit Saloniki en de zóne tusschen
Saloniki en Doiran dezen morgen begon-
men.
Het gros der Grieksehe troepen in Sa
loniki wordt verplaatst naar Sagoritsch en
Koshani, in Grieksch-West-Macedonië, ter
wijl de Grieksehe divisie in Langadha
naar Seres is verplaatst. Zoodoende is
feitelijk geheel Grieksch-Oost-Macedonië
aan de geallieerden overgelaten en in de
'kringen der geallieerden is men over de
ze hulp zeer voldaan.
Aan het Sue zik anaal. De
„Volks Ztg." verneemt van een neutralen
zegsman, die 'door het Suez-kanaal ge-,
varen is, dat de Engelschen door inlanders
en soldaten aan beide oevers van zes
tot zeven loopgraven achter elkaar laten
maken. Hel. meest wordt de Westelijke
oever van het kanaal versterkt. Een aan
tal steden zijn tot sterke vestingen om
gebouwd.
De „A nc o na"-n o t a. De Oosten—
rijksche zaakgelastigde te Washington had
een langdurig onderhoud met Lansing be
treffende de „Ancona"-nota. De toestand
is ^eedgespannen. Men verzekert, dat de
Oostenrijksche zaakgelastigde op het punt
zou staan zijn paspoorten te vragen.
De correspondent van de „New1-York
World" te Washington meldt, dat het
kabinet Wilsons positie ten opzichte van
Oostenrijk ondersteunde, en het er over
eens was, pat de diplomatieke betrekkin
gen moesten worden afgebroken, indien
Oostenrijk in gebreke blijft aan de Ameri-
kaansche leischen tegemoet te komen.
French als opperbevelhe b-
bor afgetreden. Het Engelsche mi
nisterie van oorlog meldt: French heeft uit
eigen beweging het opperbevelhebberschap
neergelegd en is tot veldmaarschalk-op
perbevelhebber van alle troepen van liet
Vereenigde koninkrijk benoemd. De koning
maakte hem vicomte.
Douglas Ilaig is tot opvolger van veld
maarschalk French benoemd als opper
bevelhebber van het leger in Frankrijk
en Vlaanderen.
Minister Piey te.
In parlementaire kringen loopt het ge
rucht, waarvan wij echter onder eenig
voorbehoud melding maken, dat de minis
ter va.n Koloniën, de heer 'Pleyte, zijn
functie niet meer zal aanvaarden, doch
over eenige li tijd zal aftreden. Zekerheid
hieromtrent bestaat er natuurlijk niet,
maar bet werd ons uit de Tweede Kanier
medegedeeld. (Tel.)
De mail a. 'b. v a n d e „F r i s i a".
Te Deal is aan boord van de „Frisia"
van de Kon. Holl. Lloyd door Engelsch©
autoriteiten de mail weggehaald.
Regel is, meldt de „N. Ct.", niet do
schepen der Kon. Holl. Lloyd, evenals
met andere scliepen trouwens, dat ze wor
den aangehouden, maar hetgeen thans met
de mail is geschied, is voor de eerste
maal gebeurd.
Die mail is voorzoover bestemd voor
Nederland en voor andere neutrale lan
den van boord gehaald (de mail voor
Duitschland en Oostenrijk bleef onaan
geroerd) en niet teruggegeven. Deze laat
ste omstandigheid maakt het nog nood
zakelijker, dat spoedig een officieele me
dedeel ing verschijnt over hetgeen in ver
hand met deze gebeurtenis vanwege onze
regeering is geschied Jiesluit het blad
Onze neutraliteit.
De New-York World publiceerde heden
ochtend een telegram uit Den Haag, waar
in de volmaakte onzijdige houding onzer
regeering in dezen oorlog wordt geschetst-
De correspondent van het Amerikaansohe
blad had gelegenheid zijn telegram vóór
de Verzending voor te leggen aan onzep
minister van buitcnlandschc zaken, dio
de door hem gegeven voorstelling als ge
heel juist karakteriseerde.
Nederland, zoo verzekert de correspon
dent. tegenover de beweringen van hot
tegendeel in een deel der buitenlandsehe
en der Amsterdamsche pers verschenen,
is geen duimbreed afgeweken van het
onzijdige standpunt, waarop het zich in
'het begin van den oorlog heeft gesteld
en zal deze positie ook niet verlaten
tenzij de onzijdigheid van het land door
derden wordt geschonden. Zoo dikwijls
door eenige daad van de oorlogvoerenden
zijn rechten als onzijdige zijn geschon
den heeft de regeering zonder aarzieling
geprotesteerd.
De correspondent doet dan uitkomen,
dat deze volstrekt onzijdige houding het
noodig maakt leger en vloot nog immer
'gemobiliseerd te houden.
De bewering, die is gedaan, dat, om
dat er goederen naar Duitschland worden
gesmokkeld tegen uitvoerverboden en an
dere belemmeringen in, de 'Nederlandsche
politiek een van de oorlogvoerende par
tijen zou hebben begunstigd is ten oenen-
male onjuist. l
Daarin ligt zoomin een aawijzing van
de buitenlandsehe politiek van Nederland
als het misdadig werk, dat in andera
landen door bepaalde elementen wordt
gedaan de buitenlandsehe politiek dier
landen vertegenwoordigt.
De correspondent gewaagt dan van het
wetsontwerp, dat is ingediend om een
eind aan het smokkelen te maken e.n
geeft van de voornaamste bepalingen een
overzicht.
Ook de gevangenneming van den heer
Schroder wordt in dit telegram vermeld,
daar men van dit feit heeft willen maken
een bewijs, dat onze regeering een poli
tiek zou voeren ten gunste van een der
twee partijen.
Die vervolging, zegt de correspondent,,
werd ingesteld op vermoeden van schen
ding van de Nederlandsche wet, de be
trokken journalist had door zijn heftigo
artikelen in het buitenland den indruk
gemaakt, dat onze regeering niet langer
onzijdig is, „daar die blijkbaar den clair-
destienen uitvoer naar Duitschland begun
stigde".
De gevangenzetting van den heer Schro
der was evenwel aldus de corres
pondent, Joseph W. Grigg - een daad
van de rechterlijke macht, niet van de re
geering en de bewering in de Britsche
pers gedaan, dat deze vervolging een ge
volg zou zijn van Duitschen druk is een
volstrekte onwaarheid. ,(N. Ct.)
lie M il i ti e.
Ingediend is een wetsontwerp betref
fende het langer in dienst houden van
ingelijfden bij de militie.
Ter toelichting merken de Ministers van
Oorlog -en van Marine o. a. op, dat de
reden, welke heeft geleid tot de wet van
29 Juli 19Ï5 thans opnieuw verlenging
van den dienst voor sommige groepen
van dienstplichtigen doet noodig achten.
De sterkte van de in werkelijken dienst
zijnde en nog. in werkelijken dienst te stel
len landstormklassen zal het' mogelijk ma
ken, het naar huis zenden van andere
dienstplichtigen te doen uitstrekken tot
lichtingen die thans nog tot de militie
behooren, niaar in gewone omslandigheden
reeds naar de landweer zouden zijn over
gegaan.
Voordat die lichtingen met verlof kun
nen worden gezonden zal haar overgang
moeten zijn tot stand gekomen, omdat
de beweegreden van do wet van 31 Juli
1915 (Stbld. no. 345) enkel spreekt van
liet met verlof laten gaan van landweer
mannen.
Wordt het wetsontwerp tot wet verhe
ven, dan zal geen verdere verlenging van
militiedienst worden gevorderd van de
dienstplichtigen der lichting 1906, die in
1914 Ten van die der lichting 1907 .die
op 1 Augustus 1915 voor overgang naai
de landweer aan de beurt waren.
De thans voorgestelde verlenging zal
zich alzoo bepalen tot de ingelijfden bij
do onbereden korpsen der lichting 1908
en tot hen, die ingevolge art. 99, twee
de lid, der Militiewet niet naar de land-
jweer overgaan, te weten:
van de breden korpsen, de lichtingen
1906 en 1907van de torpedisten en
de pantseifort-artillerio, de lichtingen
1906, 1907 cm 1908; van de zeemilitie
de lichtingen 1909 en 1910.
De Landweer.
Ingediend is pen wetsontwerp betref
fende het langer in dienst houden van
dienstplichtigen bij de landweer.
Ter toelichting merkt de Minister van
Oorlog op dat de dienstplichtigen van
de landweerlichtingen 1907, 1908 en 1909
(militie-lichtingen 1899, 1900 en 1901) hij
'het eindigen van den termijn gedurende
welken zij ingevolge de wet van 29 Juli
1915 nog tot de landweer behooren, op
31 December 191-5 uit den dienst bij de
landweer zouden moeten worden ontsla
gen en vervolgens tot. den landstorm ko
men te behooren.
Aan de dienstplichtigen der lichtingen
1907 en 1908 is, voor zoover zij zulks
wenschten, reeds voorloopig (klein) ver
lof verleend en het laat zich aanzien,
dat op genoemden datum ook de tot de
lichting 1909 behoorende personen, die
zulks wenschen, met zoodanig verlof ver
trekken en daardoor aan den dienst bij
den troep onttrokken zullen zijn. lichtm
is het van groot belang hen voorloopig
in het bezit ,'te laten van wapenen en
van kleeding- en uitrustingstukken. Om
dit te kunnen doen, zal het noodig zijn
hen nog niet naar den landstorm te doen
overgaan, doch voorshands bij de land
weer te behouden.
Aldus te handelen, zegt de Minister,
is v enschelijk, ook om voor de voor ver
lof in aanmerking komende dienstplich-
gen de gelegenheid te behouden desge-
wenscht voorloopig bij den troep aan
wezig te blijven.
Dr. Kuyper.
Naar de „Standaard" meld Nis aan dr.
A. Kuyper volgend telegram gezonden
„Het Moderamen van het 'Provinciaal
Comité van Antirevolutionaire kiesvereeni-
ginjen in de Provincie Friesland, in ver
gadering te Leeuwarden bijeen, zijn aan
dacht wijdende aan Leider en Leiding
in de Antirevolutionaire Partij, gevoglt
behoefte om uiting te geven aan zijn onge
schokt vertrouwen in U als leider jure
suo van onze Partij. Het wenscht, dat
aan U onverkort de leiding blijve.
Het dankt God, nog steeds achter U te
mogen optrekken en bidt l' des Hoeren
zegen toe."
Dr. Kuyper antivoordde
„Te veel mag ik op Uw van trouw
getuigend telegram niet zeggen. Toch dit
ééne. Het was een druppel balsem op de
wonde. Laat mij U en de andere broederen
daarvoor dankzeggen."
„Onze Klaroen."
De Nea. Bond van Chr. arbeiders en
arbeidsters in de Kleedingindustrie en aan
verwante vakken heeft nu ook zijn orgaan.
Dezer dagen verscheen het eerste num
mer van „Onze Klaroen." Bureau voor
redactie en administratie: W. Kok', De
la Reijkade 75, den Haag. Aan het artikel
„De intrede' ontleenen we het volgende:
„Onze Klaroen" kan niet zijn en
mag niet zijn' het werk van één man. Zij
moet het orgaan van den bond zijh en
wij doen dan ook een dringend beroep op
allo afdeelingen en leden om in te zenden
al wat hun voor het Orgaan en het orga
nisatieleven belangrijk voorkomt. Belang
rijke plaatselijke of gewestelijke correspon
dentiën zullen gaarne worden geplaatst.
Van (tietgeen door onzen Rond en door
den arbeid van Hoofdbestuur en vrijge
stelde tot stand kwam, hoopt het orgaan
geregeld modedoeling te doen. Maar ook
zal het als krachtig propagandamiddel
moeten worden gebezigd."
Moge de arbeid van Bond en Orgaan
nog velen ten zegen worden.
Op de doodenlijst.
Op de doodenlijst voor het jaar 1915
behoort nog de naam geschreven te wor
den van J. Louvverse to Serooskerko.
Lange jaren ging hij onder ons en niet
ons als een type van zijn tijd, als een
kenmerkende verpersoonlijking van zijn
tijd.
Toen, een halve eeuw geleden, het met
vele zonen gezegende huisgezin van don
landbouwer Louwerse te Grijpskerke zich
over Walcheren ging verspreiden, was het
wel to voorzien, dat uit deze zonen kerke
lijke mannen groeien zouden. Meerderen
onder hen waren, naar een zekere vage
volks-opinie tot. ouderlingen gepraedesti
neerd. Hun theologische en kerkelijke ont
wikkeling baande hun daartoe als van
zelf den weg.
En alzoo is het ook geschied.
Bij het heengaan van den Ïaatsten dei-
velen van zijn geslachl, die de Gerefor
meerde Kerken in Walcheren hebben ge
diend, wordt meer in 't bijzonder door
velen uit zijn omgeving de aandacht ge
vestigd op zijn persoon en op zijn aan
deel in het publieke leven.
Louwerse was een kerkelijk man. Daar
lag zijn kracht in en op dat "terrein zijn
erkende gaven.
Altijd en altijd weer werd hij door zijne
collega's in kerkeraad, classis oil provin
ciale synoden als afgevaardigd© aange
wezen. En dat bleef zoo tot hot einde
zijns levens, ondanks de veelvuldige lot
wisselingen en verschuivingen in het Ge
reformeerd kerkelijk loven. Geen ander
of geen jonger werd waardig gekeurd heni
te vervangen.
Louwerse was een zoon der Scheiding,
van vreemde smetten vrij.
De naam van zijn kerk werd gaande
weg kleiner, en haar zielental en haar
beteekenis in het leven, in uiterlijken zin,
steeds grooter.
Eerst Christelijk Afgescheiden Gerefor
meerd verloor zij in 1869 een derde van
haar naam, de middelmoot, maar won
de Kruisbroeders. In 1892 hij de vereeni-
ging met de Ned. Geref. Kerk (dolee-
rend) ging opnieuw een derde van haar
naam te loor. Het werd nu Gereformeerd
tout court, en vele, vele vreemde een
den niet zelden druk kwakende -
kwamen in haar bijt.
Dal inkrimpen van haar naam, en dat
vermeerderen van de familie, kon Lou
werse, zonder euvel of hinder, meê ma
ken, omdat hij de gave der waardeering
bezat, en onderscheid wist te maken tus
schen de groote lijnen, die loopen tot
de eeuwigheid, en de prikkeldraadversper
ring op de kerkelijke grenzen, die tijde
lijk is.
Zoo zwaar als zijn gang door het le
ven was, zoó rotsvast was zijn overtui
ging. Reeds in zijn uiterlijke verschijning
vertoonde Louwerse een buitengewone
mate van massiviteit of stabiliteit, een
natuur van zeldzame evenwichtigheid. Het
sterk sprekend flegmatisch temperament
ihem, als zoovelen zijner standgenooten
op Walcheren, eigen, -openbaarde zich bij
ihem, gepaard met een zekere nuchtere
levensopvatting en gemengd met een
eigenaardigen humor oftewel sarcasme.
In meer dan één opzicht was hij de
Jozef onder zijns vaders zonen.
En zoo is dan ook weder voor dezen
tijdgenoot het graf gedolven. Hij zal niet
wederkeeren en evenmin z ij n tijd. Want
ook de starste conservatief en do vurigste
lofredenaar op den goeden ouden tijd, zal
altijd ervaren, dat het woord van den
Heer der lleeren: Ziet, Ik maak alle
dingen nieuw (Openb. 21:8) een le
vensles is voor alle tijden, allo volken,
alle instellingen en alle personen.
.Middelburg. P. J. DE KRUIJTER.
De Koningin heeft met 1 Jan. a. s.
benoemd lot opperhoutvester en jager-
meester voor Gelderland, den heer G.
E. H. Tutein Nolthenius te Apeldoorn,
vroeger te Vlissingen.
De Staatscourant bevat de Statuten
van de Boerenleenbank te Axel.
Middelburg. Door de gepneente-politio
alhier is tezamen met een gemeente-veld
wachter uit Koudekerke in een woning
alhier aangehouden de milicien J. v. A.,
verdacht van verduistering van een rij
wiel. De militair had zonder verlof zijn
garnizoen, Koudekerke, verlaten.