Binnenland. Reclames Uit de Provincie. alle handelsrelaties met personen uit hun minder sympathieke landen trachten te verbreken en die ook wel in ons nuch tere land, gelukkig in kleinen getale wor den aangetroffen, met ongekende vreugde zal worden begroet. Het heeft. n.l. in tweede lezing een wetsontwerp aangenomen ter uitbreiding van de wet tegen het handeldrijven met den vijand. Tot nog toe werd voor de Engelsche wet iemand, die in het buitenland woont, geacht van de nationaliteit van dat land te zijn. Zoo is er in dezen oorlog handel ge dreven tusschen Engelsche firma's en Ihiitsche, die in onzijdige landen waren gevestigd. Daaraan wil de wet een einde maken. Het plan om de geboorte over do na tionaliteit te laten heslissen, is opgege ven. omdat Duitsche firma's licht onzij dige a.ls tusschenpersonen zouden kunnen gebruiken. Besloten is ten slotte tot helt stelsel van het wetsontwerp, n.l. om een Izwarte lijst op te maken van firma's in onzijdige landen, die min of meer als vijandelijke firma's beschouwd kunnen worden. Gaandeweg zal die lijst worden aangevuld. Jlet de firma's, die op do lijst staan, mag geen handel worden ge dreven. Een uitzondering wordt toegelaten, wanneer een ban, in een bepaalde streek of stad over dergelijke vijandelijke firma's uitgesproken, den Engelschen handel te zeer zou benadeelen. Deze laatste zin vooral is zeer merk waardig. Geen handel met moffen, gebiedt Albion, rpaarmaarals we door opheffing van een ban mooie winsten kunnen ma ken. moeten we wat door de vingers zien... Doet dit ons niet herinneren aan den ban, waarmede een exentrieke Hollander laatst een Duitschen wijnhandelaar dacht, te treffen? Een sterfbed Een corr. ran het „Hdbld." in Italië heeft bet hospitaal be Turijn bezocht. Welke treffende tooneelen. Ze toonen, zegt hij, zich nauwelijks tegen het uniforme wit der muren, de monotone opvolging vam bedden en gezichten. Ik herinner me alleefL een beeld van steeds weder- keerende droefheid, den dood van een jongen man van 25 jaren. Een zekeren Franchelli. Hij had zelfs geen vrouw en kinderen, gelijk zoovele anderenalleen een zuster, een van de wijs gebrachte b'oerin, dio onbeweeglijk bleef zitten naast het bed van den stervenden broeder, niet. vretende; wat te doen, zich schamend over haar smart, die ze met het instinct van een gewond dier trachtte te Verbergen. Op elk woord, dat men tot haar sprak, ant woordde ze eerbiedig, gedienstig; bij! het binnenkomen van wie ook haastte ze zich op te staan en bleef ze wachten zonder weer te durven gaan zitten. Maar geen blik wendde ze af van het gelaat van den broeder, wien ze van tijcl tot tijd smeekte: „Beweeg u niet, blijf toch rus tig 1" „Wiaar denkt ge dat ik 'heen zal giaan, ben je bang dat ik de plaats poets", antwoordde hij dan glimlachend, ,,ik be loof je jd,at ik me niet zal verroeren 1" Maar hij heeft zijn belofte niet gehouden. Hij is heengegaan voor goed. Die doodstrijd had iets onwezenlijks. De onsamenhangende gesprekken van den stervende in zijn ijlen hadden zelfs een poëtische klenr. „Dat is de oorlog nu eenmaal!" zegt hij even voor het sterven na een lange stilte. „Denk'daar toch niet aan!" fluistert hem) iemand toe. ,,Ik vind het goed; het is dus de vredeen zijn lippen gaan vookt zich te bewegen zonder geluid te geven en vervolgen het gesprek tusschen de ziel en het onbekende. „De vrede", zegt zachtkens een liefde zuster, „mijn arm kind, gij zult. hem web dra hebben!" De ijzige vrede des dood» krwam dan ook waarlijk met den avond binnen, het kleine vertrek met zijn huive ring vullend. De liefdezuster stak twee kaarsen aan, wier flikkerend licht een ïaatsten glimlach wierp op het mooi ge laat van den jongen soldaat. (Wie sprak dien armen man van den vrede zijner.ziel? Wie verkondigde hem «Ie genade Gods in Christies Jezus? Luchtdruk hij infanterie-achoten. ia den oorlog hoort men dikwijls van gevallen, waarbij soldaten gewond zou- den zijn door de luchtdruk, veroorzaakt door een voorbijsuizenden infanteriekogel Volgens een artikel in de Deutsche Me dizinische Wochenschrift is dat echter be slist onmogelijk. Reeds in 1911 is daar onderzoek naar gedaan. Men plaatste liier voor in een vertrek 5 brandende kaarsen en beschoot deze met infanteriegewereri De kogels, die deels door de vlam, deels onmiddellijk er langs gingen, deden slechts tweemaal het licht uitgaan en dat al leen, omdat de kogel de pil raakte. Ook werden twee bladen schrijfpapier op 5 o.M. afstand van elkaar opgehangen. Toen de kogel er tusschen door ging, raakte bot papier nauw- merkbaar in beweging. Het mensehelijk organisme is niet ge voeliger dan licht of papier. Iemand ver klaart, dat op een afstand van slechts 3 o.M. een kogel hem voorbijsuisde, zon der dat hij iets bemerkte. De luchtdruk zou nog geen mug dooden. De luchtdruk hj) detonatie, bijv. hij het afschieten van one geweer met het oor dicht aan den loop is natuurlijk veel sterker, maar dat is heel ander geval. Het laatste graf. Wij zijn in de Argonnen. In het woeste wood, waar de dood loert achter eiken •Haom, waar in het struikgewas nog menig lijk onbegraven ligt, waar soms een en kei mcnschenbeen tusschen de takken hangt, daar heengespat bij do uitbarsting van een granaat te midden van een sol- datengroep. De dood knaagt en woedt fcn moordt daar langzaam aan. Heden tien, morgen twintig jonge levens. Het is een bosch, waar de boomen get eld worden en graven er voor in de plaats komen. Er is een kerkhof aangelegd. Een archi tect onder de soldaten heeft hot plan gemaakt en het mee uitgevoerd. Een hof tegen een helling, goed omrasterd, kunstig aangelegd. Het zal nog na jaren spreken Van den vreeselijken krijg. De architect heeft er lang over nagedacht. Nu is het werk gereed en overziet hij het. Zijn kun stenaarsoog is niet het eenige. dat getrof fen wordt door den aanblik. Zijn hart is vol weemoed, nu hij een vréde in lijnen heeft willen brengen te midden van het werk van den dood, nu hij over de ver woesting heen een werk van harmonie en kunstzin heeft gebouwd. Hier i3 het vrede. De Franschman ligt er naast den Duitscher, ver van zijn geboorteplaats. Hier hebben zij niet meer den handgra naat of voeren niet meer de bajonet. De dood heeft de bitterste Vijanden vereenigd. Waar hun zielen zijn? De architect overziet zijn werk, dat nu af is. Daar giert het door de lucht. Daar komt schel fluitend een granaat aanstor men. Zijn richting is het kerkhof. Hij slaat er dichtbij in den grond en woelt er een graf. En zware splinters spatten daar rondom heen. Een er van treft den architect, die doodelijk gewond neerzijgt. Een oogenblik later nadert de genees heer. ,,'t Is afgeloopen," zegt hij. De dood hoeft hem in dezen vredesarbeid verrast. Het laatste graf is voor den architect. En nu is zijn werkt voltooid. Korts Oorlogsberichten. 'De Fransche Bond van onderwijs heeft ieen plechtige vergadering gehouden, waarin president Poincaré de groote eere- medalje van den bond heeft uitgereikt aan dr. Langlet, den heldhaftigen burge meester van Reims, als uiting -van bewon dering voor de hooge burgerdeugden, waar van hij sedert de beschieting van de stad blijk gegeven heeft. Zooals men weet, is burgemeester (Langlet óndanks liet hevige bombardement, waar zijn stad voortdu rend 'aan heeft blootgestaan, op zijn post gebleven. Bij het aanvaarden van de onderschei ding van den onderwijs-bond heeft de bur gemeester gezegd, dat hij deze beschouw de als een huldiging van al zijn mede- stadgenooten. Een correspondent van de Engelsche p-ers hij het Fransche leger, schrijft, dat aan een stuk van het Westelijk front, waar hij pas was geweest, op een linie van iets meer dan 10 mijl (10 K.M.) iets meer dan 234 mijl loopgraven liggen, en er worden er 46 mijl bij gegraven. Hiernaar schat de schrij ver en hij gelooft stellig beneden de werkelijkheid te blijven dat er 20 mijl loopgraven op elke mijl front is, zoodat het Fransche en Engelsche leger op het front van Zwitserland tot de Noord zee tenminste over 10,000 mijl (16,000 K.M.) loopgraven hebben te waken. De s t r ij d in Mesopotami In het Lagerhuis las Chamberlain een telegram voor van generaal Townshend, waarin gemeld wordt: Den 12en een lievig geweervuur op het Noordelijk front, dat verscheidene uren duurde, maar do Tur ken poogden in deze streek geenszins te avanceeren. Een hevigo aanval op het dorp op den rechteroever van de rivier werd afgeslagen. Den 13en was alles rus tig. Voortdurend worden versterkingen stroomopwaarts gezonden De s t r ij d in P e r z i De „Lo-kal Anz." verneemt uit KonstantinopelDe Russisch-Engelsché troepen werden dooi de Perzen in Kermanscha en Keniadar verslagen en verloren 1000 man aan doo den en gewonden en veel oorlogsmate riaal. In een ander gevecht tusschen Kor- manscha en Sine overwonnen de Perzi sche krijgers van den heiligen oorlog de Russen onder commando van generaal Samanoff volkomen. Bevroren soldaten. Een Duitseh correspondent vertelt, dat tot voor korten tijd geleden eeil groot aantal Rus sen hel slachtoffer is geworden van de heerschende kou aan het Strypa-front. In één stelling vond men 300 lijken van bevroren Russen. De bewoners van het dorp Dobropak verhalen, dat de Russen daar 800 bevroren soldaten hebben be graven. De dooden waren allen nog in zomcrkleeding gehuld; er was bijna niets aanwezig, dat noodig is voor een winter- veldtocht. Ford's vredesschip. Het stoom schip „Oscar", met Ford en zijn vredes- gezelschap aan boord, is te Kirkwall aan gekomen - D e Balkan-oorlog. Het Weeni- sehe stafcommuniqué luidt De van Plewlje uit -oprukkende Oos tenrijk-Hongaarscho troepen van generaal Von Kövess namen gisteren ook de Mon- tenegrijnsche stellingen ten Zuiden van de Vrana Gora over haar volle breedte. Een koloune drong bij de achtervolging tot do Tara-ravijn door en sloeg bij Gli- baci ieen vijandelijk bataljon uiteen. An dere troepen kwamen tot Grab op de hoogten, onmiddellijk ten Oosten van Be- rani. Naast onze afdeelingen strijden ook Moslims en Albaneezen tegen de Mon- tenegrijnen. Gisteren zijin 340 soldaten en 150 yil.ienstplichtigen gevangen genomen. Tit Saloniki: De moeilijke oo- gonblikken van den Engelsch-Franschen terugtocht zijn thans voorbij. Het geheelo plan is tot volkomen voldoening der gene raals uitgevoerd. Volgens de ^overeenkomst tusschen de enfentemiogeaidheden en Griekenland is het terugtrekken van de Grieksehe troe pen uit Saloniki en de zóne tusschen Saloniki en Doiran dezen morgen begon- men. Het gros der Grieksehe troepen in Sa loniki wordt verplaatst naar Sagoritsch en Koshani, in Grieksch-West-Macedonië, ter wijl de Grieksehe divisie in Langadha naar Seres is verplaatst. Zoodoende is feitelijk geheel Grieksch-Oost-Macedonië aan de geallieerden overgelaten en in de 'kringen der geallieerden is men over de ze hulp zeer voldaan. Aan het Sue zik anaal. De „Volks Ztg." verneemt van een neutralen zegsman, die 'door het Suez-kanaal ge-, varen is, dat de Engelschen door inlanders en soldaten aan beide oevers van zes tot zeven loopgraven achter elkaar laten maken. Hel. meest wordt de Westelijke oever van het kanaal versterkt. Een aan tal steden zijn tot sterke vestingen om gebouwd. De „A nc o na"-n o t a. De Oosten— rijksche zaakgelastigde te Washington had een langdurig onderhoud met Lansing be treffende de „Ancona"-nota. De toestand is ^eedgespannen. Men verzekert, dat de Oostenrijksche zaakgelastigde op het punt zou staan zijn paspoorten te vragen. De correspondent van de „New1-York World" te Washington meldt, dat het kabinet Wilsons positie ten opzichte van Oostenrijk ondersteunde, en het er over eens was, pat de diplomatieke betrekkin gen moesten worden afgebroken, indien Oostenrijk in gebreke blijft aan de Ameri- kaansche leischen tegemoet te komen. French als opperbevelhe b- bor afgetreden. Het Engelsche mi nisterie van oorlog meldt: French heeft uit eigen beweging het opperbevelhebberschap neergelegd en is tot veldmaarschalk-op perbevelhebber van alle troepen van liet Vereenigde koninkrijk benoemd. De koning maakte hem vicomte. Douglas Ilaig is tot opvolger van veld maarschalk French benoemd als opper bevelhebber van het leger in Frankrijk en Vlaanderen. Minister Piey te. In parlementaire kringen loopt het ge rucht, waarvan wij echter onder eenig voorbehoud melding maken, dat de minis ter va.n Koloniën, de heer 'Pleyte, zijn functie niet meer zal aanvaarden, doch over eenige li tijd zal aftreden. Zekerheid hieromtrent bestaat er natuurlijk niet, maar bet werd ons uit de Tweede Kanier medegedeeld. (Tel.) De mail a. 'b. v a n d e „F r i s i a". Te Deal is aan boord van de „Frisia" van de Kon. Holl. Lloyd door Engelsch© autoriteiten de mail weggehaald. Regel is, meldt de „N. Ct.", niet do schepen der Kon. Holl. Lloyd, evenals met andere scliepen trouwens, dat ze wor den aangehouden, maar hetgeen thans met de mail is geschied, is voor de eerste maal gebeurd. Die mail is voorzoover bestemd voor Nederland en voor andere neutrale lan den van boord gehaald (de mail voor Duitschland en Oostenrijk bleef onaan geroerd) en niet teruggegeven. Deze laat ste omstandigheid maakt het nog nood zakelijker, dat spoedig een officieele me dedeel ing verschijnt over hetgeen in ver hand met deze gebeurtenis vanwege onze regeering is geschied Jiesluit het blad Onze neutraliteit. De New-York World publiceerde heden ochtend een telegram uit Den Haag, waar in de volmaakte onzijdige houding onzer regeering in dezen oorlog wordt geschetst- De correspondent van het Amerikaansohe blad had gelegenheid zijn telegram vóór de Verzending voor te leggen aan onzep minister van buitcnlandschc zaken, dio de door hem gegeven voorstelling als ge heel juist karakteriseerde. Nederland, zoo verzekert de correspon dent. tegenover de beweringen van hot tegendeel in een deel der buitenlandsehe en der Amsterdamsche pers verschenen, is geen duimbreed afgeweken van het onzijdige standpunt, waarop het zich in 'het begin van den oorlog heeft gesteld en zal deze positie ook niet verlaten tenzij de onzijdigheid van het land door derden wordt geschonden. Zoo dikwijls door eenige daad van de oorlogvoerenden zijn rechten als onzijdige zijn geschon den heeft de regeering zonder aarzieling geprotesteerd. De correspondent doet dan uitkomen, dat deze volstrekt onzijdige houding het noodig maakt leger en vloot nog immer 'gemobiliseerd te houden. De bewering, die is gedaan, dat, om dat er goederen naar Duitschland worden gesmokkeld tegen uitvoerverboden en an dere belemmeringen in, de 'Nederlandsche politiek een van de oorlogvoerende par tijen zou hebben begunstigd is ten oenen- male onjuist. l Daarin ligt zoomin een aawijzing van de buitenlandsehe politiek van Nederland als het misdadig werk, dat in andera landen door bepaalde elementen wordt gedaan de buitenlandsehe politiek dier landen vertegenwoordigt. De correspondent gewaagt dan van het wetsontwerp, dat is ingediend om een eind aan het smokkelen te maken e.n geeft van de voornaamste bepalingen een overzicht. Ook de gevangenneming van den heer Schroder wordt in dit telegram vermeld, daar men van dit feit heeft willen maken een bewijs, dat onze regeering een poli tiek zou voeren ten gunste van een der twee partijen. Die vervolging, zegt de correspondent,, werd ingesteld op vermoeden van schen ding van de Nederlandsche wet, de be trokken journalist had door zijn heftigo artikelen in het buitenland den indruk gemaakt, dat onze regeering niet langer onzijdig is, „daar die blijkbaar den clair- destienen uitvoer naar Duitschland begun stigde". De gevangenzetting van den heer Schro der was evenwel aldus de corres pondent, Joseph W. Grigg - een daad van de rechterlijke macht, niet van de re geering en de bewering in de Britsche pers gedaan, dat deze vervolging een ge volg zou zijn van Duitschen druk is een volstrekte onwaarheid. ,(N. Ct.) lie M il i ti e. Ingediend is een wetsontwerp betref fende het langer in dienst houden van ingelijfden bij de militie. Ter toelichting merken de Ministers van Oorlog -en van Marine o. a. op, dat de reden, welke heeft geleid tot de wet van 29 Juli 19Ï5 thans opnieuw verlenging van den dienst voor sommige groepen van dienstplichtigen doet noodig achten. De sterkte van de in werkelijken dienst zijnde en nog. in werkelijken dienst te stel len landstormklassen zal het' mogelijk ma ken, het naar huis zenden van andere dienstplichtigen te doen uitstrekken tot lichtingen die thans nog tot de militie behooren, niaar in gewone omslandigheden reeds naar de landweer zouden zijn over gegaan. Voordat die lichtingen met verlof kun nen worden gezonden zal haar overgang moeten zijn tot stand gekomen, omdat de beweegreden van do wet van 31 Juli 1915 (Stbld. no. 345) enkel spreekt van liet met verlof laten gaan van landweer mannen. Wordt het wetsontwerp tot wet verhe ven, dan zal geen verdere verlenging van militiedienst worden gevorderd van de dienstplichtigen der lichting 1906, die in 1914 Ten van die der lichting 1907 .die op 1 Augustus 1915 voor overgang naai de landweer aan de beurt waren. De thans voorgestelde verlenging zal zich alzoo bepalen tot de ingelijfden bij do onbereden korpsen der lichting 1908 en tot hen, die ingevolge art. 99, twee de lid, der Militiewet niet naar de land- jweer overgaan, te weten: van de breden korpsen, de lichtingen 1906 en 1907van de torpedisten en de pantseifort-artillerio, de lichtingen 1906, 1907 cm 1908; van de zeemilitie de lichtingen 1909 en 1910. De Landweer. Ingediend is pen wetsontwerp betref fende het langer in dienst houden van dienstplichtigen bij de landweer. Ter toelichting merkt de Minister van Oorlog op dat de dienstplichtigen van de landweerlichtingen 1907, 1908 en 1909 (militie-lichtingen 1899, 1900 en 1901) hij 'het eindigen van den termijn gedurende welken zij ingevolge de wet van 29 Juli 1915 nog tot de landweer behooren, op 31 December 191-5 uit den dienst bij de landweer zouden moeten worden ontsla gen en vervolgens tot. den landstorm ko men te behooren. Aan de dienstplichtigen der lichtingen 1907 en 1908 is, voor zoover zij zulks wenschten, reeds voorloopig (klein) ver lof verleend en het laat zich aanzien, dat op genoemden datum ook de tot de lichting 1909 behoorende personen, die zulks wenschen, met zoodanig verlof ver trekken en daardoor aan den dienst bij den troep onttrokken zullen zijn. lichtm is het van groot belang hen voorloopig in het bezit ,'te laten van wapenen en van kleeding- en uitrustingstukken. Om dit te kunnen doen, zal het noodig zijn hen nog niet naar den landstorm te doen overgaan, doch voorshands bij de land weer te behouden. Aldus te handelen, zegt de Minister, is v enschelijk, ook om voor de voor ver lof in aanmerking komende dienstplich- gen de gelegenheid te behouden desge- wenscht voorloopig bij den troep aan wezig te blijven. Dr. Kuyper. Naar de „Standaard" meld Nis aan dr. A. Kuyper volgend telegram gezonden „Het Moderamen van het 'Provinciaal Comité van Antirevolutionaire kiesvereeni- ginjen in de Provincie Friesland, in ver gadering te Leeuwarden bijeen, zijn aan dacht wijdende aan Leider en Leiding in de Antirevolutionaire Partij, gevoglt behoefte om uiting te geven aan zijn onge schokt vertrouwen in U als leider jure suo van onze Partij. Het wenscht, dat aan U onverkort de leiding blijve. Het dankt God, nog steeds achter U te mogen optrekken en bidt l' des Hoeren zegen toe." Dr. Kuyper antivoordde „Te veel mag ik op Uw van trouw getuigend telegram niet zeggen. Toch dit ééne. Het was een druppel balsem op de wonde. Laat mij U en de andere broederen daarvoor dankzeggen." „Onze Klaroen." De Nea. Bond van Chr. arbeiders en arbeidsters in de Kleedingindustrie en aan verwante vakken heeft nu ook zijn orgaan. Dezer dagen verscheen het eerste num mer van „Onze Klaroen." Bureau voor redactie en administratie: W. Kok', De la Reijkade 75, den Haag. Aan het artikel „De intrede' ontleenen we het volgende: „Onze Klaroen" kan niet zijn en mag niet zijn' het werk van één man. Zij moet het orgaan van den bond zijh en wij doen dan ook een dringend beroep op allo afdeelingen en leden om in te zenden al wat hun voor het Orgaan en het orga nisatieleven belangrijk voorkomt. Belang rijke plaatselijke of gewestelijke correspon dentiën zullen gaarne worden geplaatst. Van (tietgeen door onzen Rond en door den arbeid van Hoofdbestuur en vrijge stelde tot stand kwam, hoopt het orgaan geregeld modedoeling te doen. Maar ook zal het als krachtig propagandamiddel moeten worden gebezigd." Moge de arbeid van Bond en Orgaan nog velen ten zegen worden. Op de doodenlijst. Op de doodenlijst voor het jaar 1915 behoort nog de naam geschreven te wor den van J. Louvverse to Serooskerko. Lange jaren ging hij onder ons en niet ons als een type van zijn tijd, als een kenmerkende verpersoonlijking van zijn tijd. Toen, een halve eeuw geleden, het met vele zonen gezegende huisgezin van don landbouwer Louwerse te Grijpskerke zich over Walcheren ging verspreiden, was het wel to voorzien, dat uit deze zonen kerke lijke mannen groeien zouden. Meerderen onder hen waren, naar een zekere vage volks-opinie tot. ouderlingen gepraedesti neerd. Hun theologische en kerkelijke ont wikkeling baande hun daartoe als van zelf den weg. En alzoo is het ook geschied. Bij het heengaan van den Ïaatsten dei- velen van zijn geslachl, die de Gerefor meerde Kerken in Walcheren hebben ge diend, wordt meer in 't bijzonder door velen uit zijn omgeving de aandacht ge vestigd op zijn persoon en op zijn aan deel in het publieke leven. Louwerse was een kerkelijk man. Daar lag zijn kracht in en op dat "terrein zijn erkende gaven. Altijd en altijd weer werd hij door zijne collega's in kerkeraad, classis oil provin ciale synoden als afgevaardigd© aange wezen. En dat bleef zoo tot hot einde zijns levens, ondanks de veelvuldige lot wisselingen en verschuivingen in het Ge reformeerd kerkelijk loven. Geen ander of geen jonger werd waardig gekeurd heni te vervangen. Louwerse was een zoon der Scheiding, van vreemde smetten vrij. De naam van zijn kerk werd gaande weg kleiner, en haar zielental en haar beteekenis in het leven, in uiterlijken zin, steeds grooter. Eerst Christelijk Afgescheiden Gerefor meerd verloor zij in 1869 een derde van haar naam, de middelmoot, maar won de Kruisbroeders. In 1892 hij de vereeni- ging met de Ned. Geref. Kerk (dolee- rend) ging opnieuw een derde van haar naam te loor. Het werd nu Gereformeerd tout court, en vele, vele vreemde een den niet zelden druk kwakende - kwamen in haar bijt. Dal inkrimpen van haar naam, en dat vermeerderen van de familie, kon Lou werse, zonder euvel of hinder, meê ma ken, omdat hij de gave der waardeering bezat, en onderscheid wist te maken tus schen de groote lijnen, die loopen tot de eeuwigheid, en de prikkeldraadversper ring op de kerkelijke grenzen, die tijde lijk is. Zoo zwaar als zijn gang door het le ven was, zoó rotsvast was zijn overtui ging. Reeds in zijn uiterlijke verschijning vertoonde Louwerse een buitengewone mate van massiviteit of stabiliteit, een natuur van zeldzame evenwichtigheid. Het sterk sprekend flegmatisch temperament ihem, als zoovelen zijner standgenooten op Walcheren, eigen, -openbaarde zich bij ihem, gepaard met een zekere nuchtere levensopvatting en gemengd met een eigenaardigen humor oftewel sarcasme. In meer dan één opzicht was hij de Jozef onder zijns vaders zonen. En zoo is dan ook weder voor dezen tijdgenoot het graf gedolven. Hij zal niet wederkeeren en evenmin z ij n tijd. Want ook de starste conservatief en do vurigste lofredenaar op den goeden ouden tijd, zal altijd ervaren, dat het woord van den Heer der lleeren: Ziet, Ik maak alle dingen nieuw (Openb. 21:8) een le vensles is voor alle tijden, allo volken, alle instellingen en alle personen. .Middelburg. P. J. DE KRUIJTER. De Koningin heeft met 1 Jan. a. s. benoemd lot opperhoutvester en jager- meester voor Gelderland, den heer G. E. H. Tutein Nolthenius te Apeldoorn, vroeger te Vlissingen. De Staatscourant bevat de Statuten van de Boerenleenbank te Axel. Middelburg. Door de gepneente-politio alhier is tezamen met een gemeente-veld wachter uit Koudekerke in een woning alhier aangehouden de milicien J. v. A., verdacht van verduistering van een rij wiel. De militair had zonder verlof zijn garnizoen, Koudekerke, verlaten.

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1915 | | pagina 2