No. 36 Donderdag II November 1915 30e Jaargang De Groote Oorlog. Binnenland. Kortgene en Veere. Staten-Generaal Onze Vrije Universiteit. Uitgave van de Hxaaü. Venn. LUCTOR ET EMERGO gevestigd te Goes. Hoofdbureau te Goes: LAN 'IE VORSTSTRAAT 210. Bureau te Middelburg: FIRMA F. P. DHUIJ L. BURG. Drukkers: Oosterbaan Lo Cointre - Goes. VERSCHIJNT ELKEN WERKDAG. Abonnementsprijs Per 3 maanden fr. p. post Losse nummers ƒ1.35 Wij zoeken voor Kortgene en voor Veere actieve Berichtgevers. Red. „De Zeeuw". Eerlijke ruil. Reeds hebben enkele anti-revolutionaire bladen hun meaning gezegd over de grond wetsvoorstellen in verhand met onzen eisch in zake de Vrije School. In ons Persoverzicht van gisteren vindt mèn dien eisch zoo kras en zoo duidelijk mogelijk door De Standaard gefor muleerd. Wij gaan met dien eisch accoord. De financieele gelijkstelling van Staats- en Vrije School dient in de Grondwet te worden vastgelegd. Zij mag niet aan den gewonen wetgever worden overge laten. Waarom niet'? Staat er in de Grondwet dat deze gelijk stelling in oen gewone wot, bijvoorbeeld in de "Wet op het Lager Onderwijs zal worden uitgesproken, dan kan er met iede re volgend© periode een minister opstaan die, steunende op een vrijzinnig© of nog! erger meerderheid, het desbetreffend arti kel weer schrapt of wijzigt. En hiertegen nu dient gewaakt te worden. Het moet derhalve in de Grondwet staan. In de Grondwet, die immers om te kunnen gewijzigd worden, twee derden van het aantal stemmen der gezamenlijke Kamers noodig heeft. En dan mioet. het niet vaag in de Grond wet staan, niet voor tweeërlei uitlegging vatbaar. Maar duidelijk, in besliste for- muleeiing. Zooals De-Standaard .reeds aangaf Uit de publieke kassen zal aan de vrije school per 1 eer- li n g g e 1 ij k bedrag wo rden uit gekeerd als van overheidswe ge per leerling aan de o pen- bare school besteed wordt. Dit is de conditio sine qua non, de Voorwaarde zonder welke de ruil: gij al gemeen kiesrecht en wij de gelijkstelling, miet mag doorgaan. En .zulks te minder omdat wij van het principieel© algemeen stemreclit zeer alfkeerig zijn. Tweede Kamer. Treub krijgt niet zijn zin. "Weer die ééne stem! Een zout- en oliestel. Mi nister Pleyte zit voor een moeilijk vraagstuk. "Ons Lagerhuis heeft gisteren eerst de zoutkwestie opgelost. Men herinnert zich, dat de minister vrijdom van accijns wilde verleenen voor verpakking van goederen, die naai- het buitenland gaan. Maar er was een lid Gerretson, dat amendeerde, en den vrijdom voor slechts 3/4 wilde verleenen. En zoowaar, dit lid won het tegenover Z.Ex. Toen het amendement in stemming ge bracht werd, stemde een deel van links mede en zoo kwam het, dat Treub zijn zin niet kreeg. Een paar socialisten stemden afwijkend en hadden bijna (de stemming viel met 3332 vóór het amendement uit) de stem men van al hun overige partijgenooten ongedaan gemaakt. Hoe zit het daar in den rooden hoek met de discipline? Verder is lang gedelibereerd over de Djamhi-ooncessies. De minister kwam met een contract met twee maatschappijten, die ontginning der petroleum-Velden in Djambi (Z.O. hoek van Sumatra) Voor haar rekening zullen blijven nemen. Doch naast en over het regeeringsvoor- stel heen gaat het debat over den besten vorm, waarin de Djambi-ontginning kan geschieden en de besprekingen, die ge houden werden, zijn niet zonder perspec tief op het geheele vraagstuk .van de petroleum-ontginning (het verluidt b.v. dat Noord-Sumatra nog veel rijker oliehou dend moet zijn dan Djambi) en op de kwestie der Staatsexploitatie. tWas minister Plerjte's kortzichtigheid, die hem belette dit vooruit te zien. Nu zit hij met de gebakken peren en dreigt zijn wetje gekelderd te worden. Bossevain wil particuliere ontginning, Albarda én De Meester willen staats exploitatie. [Wat nu? Gisteravond had in de Gereformeerd» Deelt te Roes de aangekondigde bijeen komst plaats, waarin prof. dr. P. A. E. Sillevis Smitt, hoogleeraar aan de Vrije Universiteit, te Amsterdam, een rede uit sprak in het belang dezer Vrije Hooge- school. Nadat de heer Iv. Ie Cointre, die aan vankelijk de vergadering leidde, had la ten zingen Psalm 751, 4 en 6, en ge lezen had Spr. 8t14, opende -prof. Sillevis Smitt de bijeenkomst met gebed, waarop hij zijn rede aanving. Wat we hedenavond gaan doen, aldus spr., druisoht in tegen den geest van den tijdbidden voor de wetenschap. Het lijkt wel op beleediging Van de weten schap, tot welke men het liefst miet,le dige handen nadert. Welk verband kan er bestaan tusschen een school van wetenschappelijke mannen en een biddend volk? Welnu, juist in het verband hiertus- schen ligt onze grootste kracht. Een wetenschap, die de door God ge legde banden doorsnijdt, leidt tot de groot ste dwaasheden. Doch er bestaat gevaar voor ons. God heeft aanvankelijk ons gebed verhoord. AVe hebben onze Iioogeschool gekre gen, onze, die van het vrije, Gerefor meerde volk. Daar staat ze als een vrucht dragende boom! Maar hoezeer zijn we geneigd tot traagheid in het opmerken, tot verslapping in het hidden. We verla ten zoo licht de eerste liefde. AVe heb ben verlevendiging noodig, geestdrift voor alles waarbij de eere 'Gods betrok ken is. Nooit kan onze School buiten de wijs heid der kinderen Gods zijn. Spr. bepaalde na het laten zingen van Ps. 111:2, 5 en 6, zijn gehoor bij Tred. 913—18. Het zijn sombere tonen, die ons uit dit gedeelte van Prediker tegenklinken. Maar er is één lichtpunt. Koning Salomo heeft de wijsheid behouden. Zijn oog is voor de ware wijsheid opengegaan. Hij verhaalt daarvan in een gelijkenis. De kleine stad waardeerde de wijsheid van den armen man, ook al gedacht geen mensch hem. Zij bedacht, dat wijsheid beter is dan kracht, en daarom werd zij verlost uit de handen van den grooten Koning. :Ook wij zijn een kleine stad; er zijn maar weinige geloovigen, die ontzag heb ben voor Gods majesteit. Wij1, die belijden met het hart en de daad, zijn maar 'n kleine stad. Er is wel een toenadering van de Christenen van verschillende'rich ting. Op 't gebied van Staat en Maatschappij gaan we vooruit, Pers en Tribune begin nen meer en meer mede te werken, maar wanneer we gaan zoeken naar de geestes kinderen van Calvijn, naar de echte zo nen der reformatie, dan zijn we maar een kleine stad. Dit moet ons niet verdrieten, want 'tis iets zeer gewoons, naar den wil van onzen God. Het is naar den regel van het Koninkrijk Gods, dat zijn uitdrukking vindt in het mosterdzaad en -het zuur deeg. Een tweede gedachte is dezewij wor den ernstig bedreigd. Daar is een groot Koning, de Vorst der Duisternis,' wiens rijk is een groot rijk der schandedie arbeidt in de wereld, tot welke hij door den mensch komt. In het menschenhart klopt het hart der wereld. Velen in onze kleine stad bevroeden dat niet, omdat zij door dwaasheid bevangen zijn. Het eerste, dat geschieden moet, is wakker schudden, de blinddoeken wegnemen. Wie ernst maakt met de dingen, zich rekenschap geeft van de vraagstukken, die zich aan ons opdringen, die ziet de gevaren, die het volk des Heeren be dreigen. In allerlei gestalten treedt de zonde óp; valsche godsdienst, ijdele philosofie, ruw geweld, verfijnde beschaving, brutaal imperialisme, verlengende diplomatie, ge huichelde vroomheid, enz. enz. Hoe vree- selijk wanneer we de werken der onge rechtigheid gadeslaan. De theologie losgerukt uit z'n voegen, het recht ontwricht, de taal tot onheilig gebruik omgesmeed, de historie losge maakt van God, ons lichaam aangemerkt als ontzielde stof, de fundamenten zijn losgewoeld, onze stad is ondergraven. Onze literatuur is een uiting van den diep verdorven geest. Indien hier-werden samengebracht de boeken, bladen en pren ten, die op 'één dag otts volk verpesten, hoe zou de rook boven dit gebouw op stijgen. Die producten van lager 'allooi zijn uiting van den geest die in hooger sfe ren de wetenschap beheerscht. 'tls een uitvloeisel van de wetenschap, die tegeh Gods ordinantiën ingaat. Inderdaad, onze kleine stad wordt ernstig bedreigd. De derde gedachte is dezenu is er taaar één middel tot redding! Want de kleine stad wordt gered. Vreest niet, klein kuddeko. De God des Xredes zal den Satan welhaast verpletteren. Staat dus in het Geloof. Niet gered door een macht gelijksoortig aan die van den vij and. Onze wapenen zijn niet vlceschclijk. Do ecnigo redding ligt in de wijsheid, die heter dan kracht is. De door velen miskende wijsheid. Die wijsheid, die ons redden moet, is niet aan te loeren, ze is als een schij nende lamp in do ziel. Er zijn van die eenvoudige lieden, in wie men dadelijk wijze menschen her kent, die op eenmaal de dingen doorzien. Die wijsheid is de naflikkering van wat de mensch in hot Paradijs bezat. De wijs heid treedt in de Heilige Schrift nooit op buiten worlelverband met de vreeze des Heeren. Bij dat licht ziet ze het licht. De vreeze des1 Heeren js het ont waren van de tegenwoordigheid Gods, ze is het besef, dat, God rondom en in ons is; het trillen van de snaren der ziel voor den adem des Almachtigen. Die Vreeze des Heeren is van de wijsheid het beginsel. Der wijzen blik dringt door in heel de -schepping Gods. Om-dat de ware wijsheid midden in het leven staat wordt de mensch gerijpt door ervaring. Zoo speurt de wijze al wat onder den hemel geschiedt. Zijn ziel is bereid in de Schepping de groote gedachten Gods in zich op te nemen. Hij behoeft de gaven niet te hebben om het opgemerk te wetenschappelijk te verwerken, maar hij heeft een klare notie van het begrip der dingen. Als hij ziet naar bergen of in zeeën, dan zegt hij Looft den Heere en Zijne' werken; Looft den Heere mijn ziel. Hij heeft zijn vast oordeel over zonde, schepping en genade, zoodat niets verandering lean brengen in zijn ziels- overtuiging. AVadr hebben we nu die wijsheid te zoeken? Spr. wijst op do antithese, die er altijd geweest is en waarvan ons ook de Bijhei verhaalt. .Maar ook reeds vroeg wist men in AVien alle wijsheid gecon centreerd is, n.l. in onzen Heere Jezus Christus, in AVien alle schatten der ken nis verborgen zijn. Hij stort zijn wijs heid uit in Zijn gemeente. Bij dien éónen man, die de stad ver lossen zou, denk ik aan de genade-gaven, waarnaar Gods volk heeft te staan. Die wijsheid, die God in zijn gemeente gelegd heeft, die behoudt de kleine stad, die wijdheid moet onze School dragen en voeden. Onze V. U. zou er niet geweest zijn zonder die wijsheid. Moge onze school nooit de banden verbreken, die haar bin den met het volk van God. Het zijn geen geleerden die de School hebben gesticht; allen hebben het gedaan in hun qualiteit van geloovigen. Hoe werkt nu die- wijsheid? Ü.a. ook door het bouwen aan den tempel der wetenschap. Wijsheid en we tenschap moeten we niet met elk ver warren. 'tZijn twee gaven van Gods- ge nade. De wijsheid is het spontane, het in stinctieve. Dat kan de allereenvoudigste onder ons bezitten. De wetenschap gaat uit dit beginsel doordenken, moeilijke ave- gen bewandelen, langzaam bouwen. Ze heeft een taak Van eeuwen. De wijsheid is de blik van den architect, de weten schap is de taak der bouwliedende man van wetenschap moet dus een wijze zijin. De wijze behoeft daarentegen niet we tenschappelijk te zijn. De ware wijsheid geeft aan de wetenschap haar beginsel. AVie ©en dusgenaamde onbevooroordeel de wetenschap wil, die niet uitgaat van een dogma, die houwt zonder fundamen ten, het zij zonder de bedoeling om te krenken, gezegd. De moderne wetenschap verwerpt het geloof. Arm© jongelingen, die zelf moeten kiezen, welk fundament zij zullen nemen. Zij mogen slechts hun Overtuiging mee nomen. De twijfel blijkt dan hun funda. d anient. Daar mioet een luisteren zijn naar do faal van God uit het AV.oord. AVij brengen onze jongelui naar een school, waar zij niet behoeven te zoeken, maar waar zij vinden. AVij beoefenen de wetenschap niet om de- wetenschap, maar wij wenschen ter school© te gaan hij Jezus Christus. O, de tijd van studie is voor onze jongemannen zoo'n gewichtige tijd 1 Zij leven in den tijd Van het zaaien. In die gevaarlijke jaren moet in stilheid gehoord worden naar het Woord der Wijsheid. Di© wijsheid werkt dan in het leiven, ze staat midden 111 de wereld. De weten schap is er V001* het leven, dat God heeft geschapen. Onze Universiteit is daarom ook voor het leven. AVie is nu wijs onder ons door de genade Gods? AV.ie wijs is, die strijde miet ons ook Voor de V. U. miet z'n geestelijke wapenen, maar ook mot zijn stoffelijke gaVen. Laten de wijzen, die strijden in den Naam des Heeren. niet zijn als de stem des roependen in de woestijn. Laat ons al ler hart zich hemelwaarts- heffen, want, als 't er op aankomt, is or Eén, die de stad behouden kan, Christus, de Wijsheid Gods, clie in knechtgestalte gewandeld heeft op de aarde. We weten hoe onze Heiland de wereld verlost heeft, door het Kruis. Het AVoord van Christus' Kruis is het eenige middel der behoudenis. Geve God de genade om hij allen arbeid der we tenschap in stilheid te hooren naai' het Kruiswoord der wijsheid van Jezus Chris tus, en de stad zal behouden zijn. Nadat gezongen is Ps. 43 1, gaat spr. voor in dankgtehed, waarop als slotzang wordt aangeheven Ps. 66 3 en 10. Het getal der aanwezigen wordt op 120 geschat, o. w. ook enkelen uit nabu rige gemeenten als Ierseke en Heinkens- zand. De minder gunstige weersgesteld heid was wel oorzaak, dat niet meer be langstellenden waren opgekomen. Zij, die er waren, zullen intusschen geen spijt gehad hebben van hun wandeling, want het professorale betoog was hoogst belang wekkend, helder en logisch, onderrichtend en overtuigend. Beknopt overzicht van den toestand. 't Is wel eentonig iederen dag weer het zelfde te moeten schrijven, doch de fei ten zijn nu eenmaal niet anders. Er zijn nog steeds geen dingen te boe ken geweest, die van beslissend karakter waren. Geen oorlogsfeiten, die op een naderend einde wijzendie aan vrede doen denken. AA"el leven er in de strijdende partijen talrijke kleine idealende verovering van die stad, de vermeestering van dat le gerkorps, de vernieling van dat brugge- hoofd; doch als ze in vervulling gegaan zijn, ziet men, dat men nog evenver van het einde af is als vroeger. Wanóeër het groote doel de ver nietiging van den vijand bereikt is, kan niemand zeggen. En wat er gebeuren moet, om over vrede te kunnen spreken, wil niemand zeggen. Vandaar die ontzettende eentonigheid in het krijgsgebeuren, die wanhopen doet aan een spoedig einde. In Servië waar het belangrijkste drama zich afspeelt ontwikkelen de gebeuitenissen zich nog in het nadeel van de Serviërs. AVat zioh ten opzichte van den Harti- mansweilerkopf op het AVestelijk front heeft afgespeeld, speelt zich op het Zui derfront af ten opzichte van den Col di Lana Beide partijen beweren in het bezit van den berg te zijn. Straks zal wel blijken, dat elk een deel van den Col di Lana in bezit -heeft. Zij, die het Tiroolsche grensgebied be reisd hebben en in de Dolomiten geen vreemdeling meer zijn onder de Zeeu wen zullen er niet velen zijn, vermoeden we zullen zich dezen 2464 M. hoo- gen berg zeker herinneren. Helaas, het is niet de tijd meer, om van natuurschoon te genietenDe oor logsfakkel wordt er thans gezwaaid de dood waart er.rond... De Russen zetten op het Oostelijk oor logsterrein hun offensief tot bescherming van Riga en Dunaburg niet zonder suc ces voort. Ze weten verschillende klei nere voordeelen te behalen, waardoor zij niet alleen de verdediging van de Duna en haar steunpunten, welke men wel den Russiscben Yser zou kunnen noemen, [aan zienlijk verstèrken, maar ook de moge lijkheid tot een hernieuwd offensief voor bereiden. Vooral aan de monding van de Aa, waar ook het meer genoemde Schlock gelegen is, maken de Russen vor deringen. Zouden dit vorderingen zijn op 'den weg, aan het eind waarvan de vredes palm prijkt AVe twijfelen Korte Oorlogsberichten. Het op de uitreis zijnde Engelsche transportschip „Mercian" (4066 netto-toms) is in de Middellandsche Zee door het ka nonvuur van ©en vijandelijken onderzeeër aangevallen. Het schip zonk niet en kon die haven behouden bereiken. 23 Man -aan boord zijn gedood en 50 verwond. 50 Personen worden vermist. Gemeld wordt, dat het gouverne- meintsjacht „Irene" gezonken is. Dertien leden der bemanning zijn gered; 22 wor den venriist. 1 Gemeld wordt, dat in Damascus een legermacht van 90.000 man TurkSche troepen samengebracht wordt, die tegen de Engelschen in de streek van Bagdad zal vechten. Prijs der Advertentiën 15 regels ƒ0.50, iedere regel meer 10 ct, 3-maaI plaatsing wordt 2-maal berekend. Bij abonnement voordeelige voorwaarden. Familieberichten van 110 regels ƒ1. iedere regel meer 10 ct. De „Imparcial" en de „Heraido" melden, dat er in Gibraltar hardnekkige geruchten loopen, dat Engelsche kruiser* twee Duitsche onderzeeërs in de Straat van Gibraltar tot zinken gebracht heb ben. De U-booten in actie Ee« Lloydstelegram meldt, dat de Engelsche stoomboot „Clan Macalister" (3065 ton) gezonken is. Een Lloydstelegram meldt, dat de En gelsche stoombooten „Californian" (4038 ton) en „Moorina" (3159 ton) gezonken zijn. Uit New-York wordt gemeld, dat de stroom van goud, die New-York! is binnengevloeid, om de oorlogsrekemingen van do geallieerden te betalen, zoo groot is, dat de regeering geen raad weet. boe zij al dat goud moet versmelten an er Amerikaansche munt van slaan. Aan de bankiers is medegedeeld, dat de essay eurs van den staat voorloopig geen groote goudzendingen in behandeling kunnen ne men. Mr. van Bercke 1 f Te Nijmegen is op 68-jarigen leeftijd overleden mi'. A. H. M- van BerCkel, oud-kantonrechter en oud-lid van de Eerste Kanter voor Gelderland (1903 1908). Chr. Nat. Vakverbond. Het Chr. Nat. Vakverbond hield Dina- dag te Utrecht een buitengewone ver gadering met d© beambten der Chr. vak beweging en de Hoofdbesturen der Chr. VaM>ondien. De voorzitter, de heer H. Diemer van Rotter daan, herinnerde er in zijn ope ningswoord aan, hoe hij, nadat hij had bedankt als Verbondsvoorzitter, op ver zoek. van het Bestuur zich bereid ver klaarde nog tot Januari 1916 aan te blijven. Spreker memoreert, hoe de Chr. vak beweging in 1909 slechts vijf beambten had. Thans zestien, terwijl twee bonden tot aanstelling besloten, en twee gedeel telijk vrijgesteleden. Van d© zijde der mtoderne vakbeweging bestreed mien eerst onze beginselen. Nu niet meer, thans valt men onze tactiek aan, en neeanlt ons kwalijk, dat dikwijls onze maatregelen gelijk de hunne zijn. Een en ander is voor- Spr. reden te meenen, dat de Chr. vakbeweging èn wat beginsel èn wat tactiek betreft, op den goeden weg .is. AVij leven in crisistijden. Daarom zullen sociaal-democraten en wij dikwijls komen tot gelijke maatregelen. De omstandigheden leiden als vanzelf daartoe. Is er stof tot dankbaarheid, toch roe pen enkele belangrijke Vraagstukken nog steeds om oplossing. Spreker noemt de verzorging der werkloozen; hoe Verdere 'prijsstijging van onmisbare levensmidde len kian worden Voorkomen, en hoe naar Verlaging moet Avorden gestreefd; en ein delijk de vraag, of bij eventueele demo bilisatie de arbeidsmarkt niet zal wor den overvoerd met groote getallen werk loozen. Het is tot bespreking hiervan, alsmede van de propaganda, dat deze vergadering zal dienen. Spreker hoopt., met goede resultaten. Hierna verkrijgt de heer C. Smteenk van Arnhem'het woord tot het behande len van het onderwerp „Crisismaatrege len". Na alle genomen en te nemen crisis maatregelen besproken te hebben, spreekt, de heer Smteenk de hoop uit, dat de Christelijk'-sociale beginselen in cleZe cri sistijden steeds krachtiger zullen door werken, opdat veel ellende verzacht mag worden, en onze volkskracht straks niet verzwakt te voorschijn zal konten. Na een breed debat werd de volgende conclusie door de Vergadering aange nomen Conclusie. Het Christelijk Nationaal Vakverbond, in vergaderirlg met de Besturen der aan gesloten organisaties te Utrecht bijeen, spreekt waardeering uit Voor tal van maatregelen in dezen crisistijd genomen, zoowel door het particulier initiatief als door Staat en Gemeente"; acht noodzakelijk, dat vele militaire Ver goedingen worden Verhoogddat bij klein - verlof en eventueele demlobilisatie door de autoriteiten en ondernemers groote zorg worde besteed aan arbeidsbemidde ling, aan het Verschaffen van passenden arbeid en bevordering van nieuwe in dustrieën, dat aan werk] 00 ze verlofgan gers en gedemiohiliseerden, die Vóór de crisis tegen werkloosheid verzekerd wa ren, het recht op uitkeering krachtens de noodregeling, zonder wachttijd, niet worde onthouden;'

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1915 | | pagina 1