No. 3
Maandag 4 October 1915
30e Jaargang
O© Groote Oorlog.
flM
om
De Christelijke Organisatie
van Landbouwers.
Uitgave van
de N&ainl. Venn. LUCTOR ET EMERGO
gevestigd te Goes.
Hoofdbureau te Goes.
iAK IE VORSTSTRAAT 210,
Bureau te Middelburg:
FIRMA F. P. DHUIJ - L. BÜR6
Drukkers:
Oosterbaan Le Cointre Goes.
Ve Zeeuw
VERSCHIJNT ELKEN WERKDAG;
Abonnementsprijs
Per 3 maanden fr. p. post
Losse nummers
Prijs der Advertentiên
15 regels f 0.50, iedere regel meer 10 cl
8-maai plaatsing wordt 2-maal berekend
Bij abonnement voordeelige voorwaarden
Familieberichten van 110 regels f 1.
iedere regel meer 10 ct.
Onder dezen titel verscheen bij Jan
Haan te Groningen een geschriftje, waarin
do vraag wordt beantwoord: Waarom aan
fluiting?
Dit geschriftje 't kost blijkbaar heel
weinig behoort, vanwege de gulden les
sen die 't bevat, door alle Christenland
bouwers te worden gele zen.
Daar wij evenwel vreezen dat het mae-
rendeel der Christen-landbouwers dit wel
kouwelijkjes zullen laten, deelten wij in
korte saamvatting een en ander uit 't ge
schriftje mee.
Het boekje handelt over vier quaestiën,
te weten: Organisatie in het landbouw
bedrijf. De revolutie binnengehaald. Or
ganisatie naar Christelijk beginsel. Beswa
ren. De bond van Christelijke werkgevers
in het landbouwbedrijf.
Dit laatste is het puntje. Hierop komt
het aan. 1 1 i
Christelijke organisatie Van landbou
wers" klinkt foutief. Immers de organisa
tie is niet Christelijk. De organisatie is
de organisatie; en zij omtvat de Christen
landbouwers. Zooals op de laatste blad
zijde van dit geschriftje sprake is van:
,,d© bond van Christelijke werkgevers in
hef landbouwbedrijf."
Is nu zoodanig een organisatie noodig?
De vraag stellen is haar beantwoorden.
Als alles zich organiseert, behoort im
mers ook het landbouwbedrijf dat te doen
en dan behooren de Christen-landbouwers
niet in een neutralen of socialistischen)
Bond, maar in een Christelijk'en Bond,
een Bond die in zijne statuten rekenjng
houdt met Gods Woord. j I
Er is dan ook' tweeërlei organisatie in
het landbouwbedrijf, als1 in alle bèdrijfven.
De eene richt zich op het bedrijf als
zoodanig, en gebruikt als middel de coöpe
ratie om het bedrijf vooruit te brengen.
Dit is een organisatie die alle landbou
wers omVatten kan. Gezamenlijke inkoop
en distributie kan wel aan landbouwers
van verschillende kleur worden overgela
ten. Dat is de materieele zijdie Van het be
drijf en die is voor allen dezelfde.
Er is echter aan het landbouwbedrijf
ook een sociale zijde. De strijdvragen die
in hef maatschappelijk leven opkomen, be
roeren ook het landbouwbedrijf. Dat kan
niet anders. Immers er zijn patroons en
arbeiders, of zooals de moderne tijd ze
noemt, werkgevers en werknemers. Zij
hebben niet dezelfde belangen. Er is be
langenstrijd.
Ook laat het bedrijfsleven op nijfver-
heidsgebied zijn invloed op den landbouw
gelden. De nijverheid trekt meerder©
krachten uit den landbouw tot zich. Dit
heeft weer invloed op den loonstandaard.
De arbeiders organiseeren z:ich om! te
komen tot hooger loonen, minder lan
gen arbeidstijd. Daar - hebben zij trou
wens gelijk in. Zij moeten trachten be
tere levensvoorwaarden voor zich en hun
vrouw ein kroost te bedingen. Be werkman
moet behoorlijk van het loon voor zijn ar
beid kunnen leven, zijn plicht als gezins
hoofd, als kerklid eh als staatsburger kun-
neh vervullen.
Dit is trouwens ook weer in het be
lang van den landbouw, want deze heeft
behoefte aan een flink'en k'rachtigen ar
beidersstand.
Het is de fout der landbouwers ge-
wefest dat zij, wat aangaat hef hebben!
van een goeden loonstandaard niet met
hun tijd zijn meegegaan. Hadden zij dit
gedaan, er zouden niet zoovele flinke
krachten naar de fabriek's- en havenplaat
sen Verhuisd, en alzioo voor het landbouw
bedrijf verloren gegaan zijn.
Dit is nu eenmaal Zoo.
Maar laten de landbouwers zich dan nu
ook haasten om de organisatie van alle
Christenarbeiders te bevorderen, en zelf
zich ook te organiseeren.
Weil zijn er reeds enkele Chr.-arbei
ders-organisatiesdoch idie behooren
meer algemeen te worden. En ook de
patroonsorganisaties in het landbouw
bedrijf moeten vermenigvuldigen. Orga
nisaties die hare aandacht wijden aan de
sociale zijde van het bedrijf en aan de
lieginselen die daar behooren te heer-
schen.
Zijn er zoodanige?
Ook deze vraag stellen is haar be
antwoorden.
Men denke slechts aan de Zondags
rust in bet bedrijf. En zOo zijh er meer
dere.
Voor deze beginselen kan men in neu
trale en socialistische bedrijfsorganisa
ties niet ijveren. Dat moet in een aparte
organisatie geschieden. Dit geldt evenzeer
de landarbeiders als de landbouwers.
Het socialisme, zegt het geschriftje
terecht, is een kind van het liberalisme.
Beide willen in beginsel de ondermijning
van de Christelijke grondslagen van het
maatschappelijk leven. Slechts met dit ver
schil dat het liberalisme daarbij den hui-
digen vorm van het maatschappelijk leven
wil behouden, terwijl bet socialisme om
verwerping wil. Dit maakt dat liberalisme
en socialisme in maatschappelijke quaes-
ties meer dan eens tegenover elkander
komen t© staan. Maar komt er een begin-
selquaestie met ons aan de orde, dan
staan zij schouder aan schouder.
Nu worden in het landbouwbedrijf de
arbeiders georganiseerd op den grondslag
van het socialistisch ,de landbouwers op
den grondslag van het liberalistisch begin
sel. In den grond 'is dat hetzelfde. Op
deze wijze wordt in ons landbouwbedrijf
de revolutie binnengehaald.
Voor dit gevaar zullen bij lezing van
dit boekske de oogen opengaan.
De landbouwers beginnen zich bij wijze
van verweer tegen de revolutionaire actie
der arbeiders te organiseeren. Maar in
neutrale bonden. Vele Christelijke land
bouwers waren kortzichtig genoeg zich er
bij aan te sluiten. Tot groot genoegen van
het socialisme, hetwelk ze nu allen samen
vat onder den naam kapitalisten, en er
het motief aan ontleent tot het Voeren van
den klassenstrijd.
Daarom moet er komen -een beslist
Christelijke actie en organisatie voor den
landbouw, zoo landbouwers als arbeiders.
Dit wil zeggen dat beider consciëntie moet
worden gebonden aan Gods Woord.
Op het laatste blaadje in deze brochure
komt het aan. Daar vindt men de om
schrijving van doel en werken van een
bond van Chr. werkgevers in het land
bouwbedrijf.
Een Christelijke vereeniging van werk
gevers (wij zouden liever lezen een ver
eeniging van Christen-werkgevers) op
landbouwgebied in de provincie Groningen
bestaat reeds. Wie met haar doel eru(wer
ken op de hoogte wil komen, of zich wil
aansluiten, wende zich tot den secretaris
der vereeniging: F. H. Dyksterhuis, te
Mehsingeweetr.
Ons dunkt, wie een organisatie van Chr.
landbouwers wil bevorderen, een orga
nisatie van landbouwers en een van boe
renarbeiders naast en in sa'menstemrninlg
met elkaar wil bevorderen, die moet dit
geschriftje lezien.
Voor wie verdere inlichtingen verlangt,
herhalen wij het adres: F. H. Dyksterhuis,
Mensingeweer.
Beknopt overzicht van den toestand.
Dat er op het Westerfront huitenglewoon
verwoed gestreden wordt, moge ook blij
ken uit de brieven van de Duitsche oor
logscorrespondenten.
Zoo schreef een nian van het Berl.
Tagteblatt o. m. het volgende:
,,0p twee plaatsen van den Westelijken
vleugel, ten Zuiden Van het kanaal van
La Bassée, woedt het gevecht met onver
minderde hevigheid. Bij Souichez en Zui
delijk daarvan pogen de Franschen met
steeds meer verwoede aanvallen, onder
het gébruik van gas- en brandgranafen,
door te dringen ten einde de vlakte van
Lens te bereiken. Hun aanvallen maken
den indruk van w a. nho ops gevoch
te n. Buitengewone in s'panning
wordt van de Du/itsteh© troepen gevergd.
Ondanks de veelvuldige over
macht gelukte het aan de Duitsche
dappere regimenten voorwaarts te ko
men en de verloren gègane, beheers'chen-
de punten terug te winnen. De geVefehten
zijln hevig.
Noord-Westelijk van Lens en in een
bocht bijl Loos, Werpen de Engelschen
brigade op brigade in het vuur en pogen
te vergeefs de behaalde voordeelen vast
te houden. Zij worden van steunpunt
tot steunpunt teruggeworpen en verliezen
steeds meer grond. De hoogten no. 70 en
60 zijln weer in Duitsche handen. De
Engelschen zijn van den straatweg Lens-
La Bassée, welke zijl op eenige punten
hadden bereikt, teruggedreven.
Evenals de Franschen zijn ook de En-
getechen bewust van het gewicht dezer
gevechten;".
En aan heide zjjiden Wordt gerekend op
nieuwe en langdurige gevechten.
Sommigen meenen wel, dat de huidige
gevechten als narommelingen van het
groote offensief moeten worden be
schouwd, en daarmede in te nauw ver
hand staan, om als eefl hernieuwing1 van
dit offensief aangemerkt le worden, doch
over 't algemeen is men niet gerust op
de toekomst.
De munitie-voorraad der geallieerden
zal nog niet uitgeput blijken te zijn.
Nieuwe aanwijzingen voor de onmid-
delljjke voorbereiding van zulk een nieuw
offens'ef optreden der verbondenen heeft
men ook te zien in de actie der vliegers
van de verbondenen. In de laatste dagen
ontwikkelen dezen weder een ongewone
activiteit Mji het systematisch voorberei-
dingswerk door het bombardeeren van
de spoorwegen en kruispunten en bet
belemmeren daardoor van het zenden van
versterkingen of munitie-aanvoer.
We zullen er dus wel spoedig meer van
hooren.
Na 'eenige aandacht te hebben gewijld
aain de gebeurtenissen op het Weste
lijk oorlogsterrein, slaan we het oog op
den Balkan.
Even had het geschal der ovenvinnings-
fanfares van het Westen het dreigende
gerommel' op den Balkan overstemd, doch
het steeds geheimzinniger wordend Bal
kan-mysterie vraagt nu dringend onze
bel angstel ling.
Bulgarije is nog altijd onzijdig, en
Dfulitsehland, dat het reeds als bondgenoot
welkom geheeten heeft, kan zijln ontgoo
cheling nauwelijks verbergen.
Toch vertrouwt de Entente de zaak
nog niet erg, ondanks de vredelievende
verklaringen van Bulgarije, en Grey heeft
bet noodig geacht dezen staat eens ernstig
te waarschuwen, en tot voorzichtigheid
te manen, zoo men het niet met Engeland
aan den stok wiï hebben.
Het is de vraag of deze waarschuwing
van het machtige Al'b'ioa genoegzaam is
om de Bulgaren in toom te houden. Het
is een feit, dat de Duitsche invloed te
Sofia gedurig wassende is en er thans
niet meer op gericht is de neutraliteit
maar ,de gewapende hulp van Bulgarije
uit te lokken. En ware het niet, dat het
vreest Griekenland en Roemenië tot vrijl
anden te krijgen, het zou waarschijnlijk
reeds voor de Centrale Keizerrijken be
slist hebben.
Want het is zeker, dat Griekenland
zich door verdragen met Servië gebonden
acht, dit land bijl te springfen, zoo het door
Bulgarije aangevallen wordt. Deelneming
van Bulgarije aan den oorlog beteekent
oorlog op den heelen Balkan. De nationale
trots der Grieken zal nimmer dulden dat
een der Balkanstaten zich een leidende
plaats op het schiereiland verovert. Dat
heeft Venizelos duidelijk genoeg te ver
staan gegeven in de Grieksche Kamfer.
Maar hijl zeide ook, dat het gelukkig zou
zijln als beide rageeringen, de Bulgaarsche
feu Grieksche, tot onmiddellijke demobi
lisatie zouden kunnen hesluiten, waar
door de vrede bewaard zou blïjiven.
Dat zijln sehoone 'woorden, die den Griek
©eren, en een duidelijlfcen wenk inhouden
aan het adres van Bulgarije. Maar mis-
misschien is dat land reeds te ver gegaan,
heeft het zijn gewapende hand röeds weg
geschonken en kan het niet meer terug.
Mogen ze een zoodanige -uitwerking
hebben, dat deze gruwelijke, door niets
gerechtvaardigde oorlog niet meer uitge
breid worde.
Eigenlijk vormt de oorlog niet meer
één. strijld, doch is hij allengs tot vele
strijden verworden.
't Is zooals Het Vaderland dezer
dagfen opmerkte: De mogendheden streven
elk voor zich een ander doel na, en pogfen
elk voor zich een ander ideaal te ver
wezenlijken, zoodat intensive samenwer
king nauwelijks mogelijk is.
Albion strijdt met Germania om de
macht ter zee en het economisch over
wicht.
Frankrijk, dait piet gretige1 blikken, naai
den Elzas ziet, verdedigt nu eigen grond
gebied; Rusland, dat zijln militaire ver
wachtingen niet zag verwezenlijkt, heeft
thans zijh hoop gievestigd op het bezit van
Konstantinopel. De poging om het oude
Stamboel le veroveren, wordt door Enge
land geleid, dat ten slotte nimmer zou
kunnen dulden, dat Rusland heer en mees
ter werd over het Dardanellengebied.
Duitscldand voert een strijd om1 zijh be
staan, welke de kiemen in zich draagt van
de zucht naar de dominatie van eigen be
schaving en eigen economische kracht.
Het Wordt hierin gesteund door Oostenrijk-
Hongarijfe, dat het wederom op militair
gebied zijh hulp verleent, met het kenne
lijk doel om bij een eventueel© overwin
ning een nadere toetreding te bewerk
stelligen van de hem dank verschuldigde
dubbele monarchie.
In den Balkan zijln het nogmaals andere
aspiraties, die de landen tot daden zullen
leiden. Gebiedsuitbreiding, panslavisti-
sche, pan-helleensche en pan-roem!eensche
idealen. Een strijdt apart, ©en felle ras-
senstrijd van hartstochtelijke en veelal
weinig ontwikkelde volkeren.
Aan de Oostonrijkscbe grenzen staat
Italië, loerend op zijn prooi; Italië met
zijn irredentistiscbe politiek en met zijn
belangen, die ver uiteenloopen van die
der Entente, waarvan bet wederom deel
uitmaakt.
En ten slotte Japan, dat wacht, stil en
onbewogen, tot, de mieren in het woelige
Europa elkaar zullen hebben vernietigd,
om zijh slag te slaan.
Een Russisch ultimatum aan Bulgarije.
,De gezant van Rusland te S,ofia is
gelast om zonder uitstel aan RadoslaVof
een nota ;te overhandigen, waarvan de
vertaling volgt! j
De gebeurtenissen, welke thans in Bul
garije plaats hebben, wijzen op het de
finitief besluit der regeering van koning
Ferdinand om het lot van het land in
handen van Duitschland te stellen.
De aanwezigheid van Duitsche en Oos-
tenrijksche officieren op het ministeriel
van oorlog en bij de generale staven van
liet leger, de concentratie van troepen
in de raan Servië grenzende streek, de
groote financiëele hulp van onze vijan
den dooi- het kabinet te Sofia aanvaard,
laten geen twijfel over aan het doel dei)
huidige militaire toebereidselen der Bul-
gaarsche regeering.
De mogendheden der Entente, die do
verwezenlijking der verlangens van het
Bulgaarsche volk 'ter harte genomen heb
ben, hebben Radoslavof er herhaaldelijk
van verwittigd, dat iedere vijandige daad
tegenover Servië zou worden beschouwd
als tegen haar zelve gericht. De verze
keringen, door den Bulgaarschen minis
ter-president in antwoord op dez© waar
schuwingen gegeven, zijn in tegenspraak
met de feiten. i
Do vertegenwoordiger van Rusland, dat
inet Bulgarije verbonden is door de on-
uitwischbare herinnering aan de bevrijding
van het Turksche juk, kan niet door zijne
tegenwoordigheid de voorbereiding goed
keuren van een broedermoordenden aan
val tegen een Slavisch volk en bondge
noot.
De gezant van Rusland ontving daar
om het bevel, Bulgarije met geheel het
personeel der legatie en der consulaten
te verlaten, indien niet binnen vier-en-
twintig uur de Bulgaarsche regeering
openlijk breekt met de vijanden van de
ziaak del' Slaven en van Rusland en niet
overgaat tot de onmiddellijke verwijde
ring del' officieren; blehoorende tot dl©
legers van staten, die zich in oorlog be
vinden met de mogendheden der Entente.
Op Luisterpost.
Aan de Berliner Lokalanzleiger" is het
Volgende verhaal ontleend:
Dat er luisterposten zijn moeten, daar
over waren wij het allen eens. Maar
enkelen onzler waren de overtuiging toege
daan, dat het absoluut niet noodig was,
dat deze posten zoo ver van de eigen
stellingen lagen. Doch de posten waren
er nu eenmaal fen wij moesten zie bezetten.
Daar het punt, bepaald als onzluister
post 800 meter voor onze loopgraaf lag
en alleen te bereiken was door draad
hindernissen, dwars over weide, veld- en
bremstruiken, kwamen wij slechts lang
zaam vooruit. Vooral, omdat de vijand
raketten liet opstijgen en wij dan, volgens
Voorschrift, onmiddellijk op den grond)
moesten gaan liggen. Niettegenstaande
men alleen maar behoeft te blijven staan
in het schijnsel der raketten, om' niet
gezien te worden.
De 'mannen, die wij aflosten meldden,
dat er niets bijzonders gebeurd was.
Wij gingen in een gat in den grond liggen
en begonnen on'zén dienst, die 'hierin be
staat dat. wij zelf geen geluid geven en
letten op vreemde geluiden. Om dan on
middellijk handelend op te treden.
Voor ons luistergat, ongeveer op twin
tig meter afstand, liep het M.-kanaal.
Onzfe oever was volkomen kaal, de andere
over door de vijandelijke luisterposten be
ziet, begroeid met wilgen en hazelnoot
struiken. Over het smalle kanaal liep een
primitief bruggetje, dat vooral in de don
kere nachten door de luisterpatrouilles
gebruikt werd om' de o Verrijde te be
reiken.
De nacht whs buitengewoon stil. De rust
werd niet eensi verstoord door het ge
bruikelijke kanongedonder uit de richting
Van Y. Slechts af en toe schreeuwde een
vogel of klonk uit de! Verte 't rollen! van
Franschen auto. Langzamerhand wennen
oog en oor aan de duisternis en stilte
en zien en hooren wij tooneelen en ge
luiden, die te voren niet waargenomen
konden worden.
Aan den overkant schijnt zich een groot
dier te bewegen. Maar een dier kan
niet vloeken. Heel duidelijk hoor ik:
„Nom d'un ejiierf'. Eu dan een schadu w
en nog een.
De kameraden hebben het ook gehoord
en zonder iets te zeggen, alleen door
handbewegingen, spreken wij af, wat wij
te doen hebben. Wij grijpen naar de
handgranaten en wachten op den vijand.
Wij kunnen wel raden, wat hij1 in zijn
schild voert. Sedert wij hier liggen, heeft
hij gemerkt, dat het onschadelijk maken
van patrouilles onze specialiteit is. Zijn
patrouilles wagen het dus niet meer over
het bruggetje te gaan, doch trachten in
bootjes over het water te komen. Wij
hebben ons 'luistergat verlaten, het ge
weer om1 deu hals gehangen, in deplinker-
hand een granaat, in de rechter twee
granaten genomen en gaan kruipend naai
den oever.
Aan den overkant hoorden wij zacht
roepen: „Allons"Zes man in het kleine
bootje, kwamen zij spookachtig zachtjes
nader. Wij twijfelden er geen oogenblik
aan, dat zij het gemunt hadden op on
zen luisterpost om wraak te nemen, om
dat wij in den vorigen nacht een officiers
patrouille hadden afgemaakt.
Het spookschip was nog drie mteter
ongeveer van den oever. Toen floot een
der onzen, drie Duitsche handgranaten
suisden in het bootje, dan nog eens drie
en weer drie, alles bliksemsnel.
De boot vloog niet aan stukken, het
geen wij vermoed hadden. In rook en
vlammen gehuld kenterde het schip en vijf
lichamen dreven bewegingloos op het wa
ter. De zesde was niet te zien.
Snel kropen wij terug in onze granaat
trechter en nauwelijks waren we er aan
gekomen, of de projectielen van een
Fransch Machinegeweer floten oVer on
ze hoofden. Na tien minuten hield het
schieten op.
Korte Oorlogsberichten.
Een dappere verpleegster.
De Russische verpleegster, zuster Ivano-
va, die tijdens een verwoed gevecht aan
het noordwestelijk front onder het hevig
vuur van den vijand de gewond en ver
bond, ontdekte dat de commandant en alle
officieren van een Russisch bataljon wa
ren gedood. Volkomen het belang van het
beslissend oogenblik in het gevecht be
seffend verzamelde zij om zich heen de
overlevende soldaten, die door het verlies
van hun aanvoerders in verwarring waren
gebracht. Zij aanvaardde het bevel en nami
met de soldaten een vijandelijke loop
graaf waaruit de Duitschers werden ver
jaagd. Toen echter viel zij, door een kogel
doorboord. De Tsaar verleende aan de
doode Verpleegster op het slagveld de
orde van St. George.
Na 45 jaar.... Een Keizerlijke
'verordening maakt bekend, dat voor alle
gemeenten in Elzas-Lotharmgen, die tot
dusver een Franschen naam droegen, een
Duitsche naam is bestemd.
In de Zwarte Zee heeft een Russisch
eskader de herstelde gebouwen, behoo-
rende tot de kolenmijnen te Zonguldah
verwoest.
Op 2 October zijn twee Engelsche
monitors voor La Panne door het werpen
van hommen uit Duitsche watervliegtuigen
beschadigd.
De houding der B:a 1 kansta-
ten. Vijfduizend Maoedoniërs, gedwongen
om in het Servische leger te dienen,
overschreden in de laatste dagen op ver
scheidene plaatsen de grens om in het
Bulgaarsche leger dienst te nemten. Ook
uit het Grieksche leger zijn een aantal
Macedoniërs naar Bulgarije vertrokken.
Ongeveer 100 Servische soldaten en
2 officieren vluchtten naar Bulgarije; waar
zij ontwapend werden.
Een fantastisch verhaal.
P© „Königsberge'r1 Allg. Zeitung" pu
bliceert tover een vermeenden groeten zee
slag in de Golf van Riga een mededeie-
ling, wfaarin wiordt vérteld, dat in Peters
burg, korf n!a den zg. zeeslag in de Golf
Van Riga, de waarheid begon door te
dringen over de gebeu'rtenissien aldaar.
De Russen lachten of ergerden zich over
deze nieuwe, echt Russische „blamage".
Men vertelde d'at de voornaamste schuld
den broeder Van den Doeina-president,
Riodzianko, trof. Deze is geheimraad en
zeer Duitsch-vijandig. Hij commandeerde
laatstelijk ©en landweeïbataljon tel' Ver
dediging vian Pernan. Toen eenige Duit
sche oorlogsschepen voor de haven ver
schenen en drie handelsschepen tot zinken
brachten iom den Engelschen onderzeeërs
de vaart te bemoeilijken, deed Rodzianko
een zwaar geschutvuur openen. Toen de
Duitschers hun werk) hadden verricht, tele
grafeerde hij aan zijn broeder, dat hij de
Duitsche vloot in de zee had doen zinken