I\o. 888 Woensdag 8 September 1915 89e «laargang De Qroote Oorlog. f 1.25 „0.05 Uit de Pers. Zeeuwsche Stemmen. Uitgave van de Naaml. Venn. LUCTOR ET EMERGO gevestigd te Goes. Hoofdbureau te Goes; LAN IE VORSTSTRAAT 218. Bureau te Middelburg: FIRMA F. P. DHUIJ L. BURG. Drukkers: Oosterbaan Le Cointre - Goes. VERSCHIJNT ELKEN WERKDAG. Abonnementsprijs Per 3 maanden fr. p. post Losse nummers Prijs der Advertentiön 15 regels ƒ0.50, iedere regel meer 10 ct. 3-maal plaatsing wordt 2-maal berekend. Bij abonnement voordeelige voorwaarden. Familieberichten van 110 regels f 1. iedere regel meer 10 ct. De Brochure van Mr. Heemskerk. Eerst nemen we over het gedeelte, waarin Mr. Heemskerk uiteen zet, dat het, ondanks de bezwaren tegen de oor- logsbegrooting van Minister Van Rapperd, te verwachten was, dat deze begrooting zou worden aangenomen. De heer Heems kerk zelf verwachtte het ook. 1 1 In deze omstandigheden kwam nu op 20 Dec. 1907 de begrooting in debat. Rij1 mij was de bezorgdheid toegenomen. Ik vernam steeds va,n demoralisatie (en ontstemming in het leger; ik zag in deze inkrimping een ernstig gevaar voor onze onafhankelijkheidOok de gelden, bij dtaze hegrooting aangevraagd, zouden worden besteed voor een althans in dein eersten tijd verminkt en bedorven leger, en alle teekenen wezen er op, dat nu de zaak eenmaal niet meer in haar geheel was en wïj voor een voldongen feit waren ge steld, bij iedere nieuwe behandeling der vraag' dit voldongen feit alles zou behear- sohen, zoodat wijl nimmer meer- van de inkrimping af zouden komen. Het stem men voor de hegrooting Ireieekende voor mij het aanvaarden der medeverantwoor delijkheid voor die inkrimping, het mede werken daartoe en het medeplichtig zijln daaraan. Het was voor mijl dup niet twijfel achtig, dat ik moest tegenstemmen om redenen bujten de begrooting gelegen, het was het weigeren van gelden in verblind met de 'bestemming', aan die gelden te geven. Terwijl'dit mijn persoonlijke overtuiging was, die mïji buitendien ten krachtigste drong' om' nüjjne bezorgdheid uit te spre ken, lag dit ook, naar mijln meening op mijn weg. als voorzitter der anti-revolu tionaire Kamerclub, daar de anti-revolu tionaire partij als zoodanig, krachtens hare overtuiging omtrent den plicht tot liet Waken voor 's lands defensie, aan liet toebrengten van deze schade aan onze Weerbaarheid niet medeplichtig mocht zijn. Vandaar, dat ik sprak in de dag- en avondzitting op 20 Dec. 1907, om des ge wetens wil, en dat de Club in den och tend van Zaterdag 21 December 1907 tot tegenstemmen besloot, om des geveleris- wil. Alles alleen omdat deze begrooting in verband met hare uitvoering! een ge vaar opleverde voor onze nationale onaf hankelijkheid. Trouwens, precies diezelfde reden, waarom de Eerste Kamfer, de be grooting van generaal Staal had verwor pen, en waarom wïj:, btehalVe de heeren Talma. en Okma, in den nacht van Staal hadden tegengestemd. De heer Okma, in middels1 overleden, was vervangen door mr. De Vries; de lieer Talma, die altijd over de zaak juist zoo had gedacht als ik, was reeds van te voren tot het besluit gekomen, dat tegenstemmen plicht was. De bijzonderheid mag Wel vernield wor den, dat de heer Talma ©enigen tijd vroe ger, nog eer over die zaak tujsteobien hem en mijl een woord gewisseld was, Dr. Kuyper sprekende, aan deze zïjin voor nemen om tegen de begrooting te stem men, had medegedeleld. Niet alleen beoogde ik m|et mijn verzet tegen deze begrooting gjeen politiek doel, hetzij omverwerping van het Kabinet of een ander politiek resultaat, van Welken aard ook, ik verwachtte ook de Verwer ping der begrooting niet, en ik had ook geenerl'ei maatregel genomen om daarop aan te sturen. Ik had met name g©eni overleg gepleegd mlet de andere partijen der rechterzijde. De heer Lohnian stemde vóór de begrooting, de heer Kolkman, destijds voorzitter der Roomsch-Katholie- ke Kamerclub, was, naar verluidde, nog Zaterdagochtend .geneigd om vóór te stemmen. Verschillende andere Roomsch- Katholieken koesterden hletzlelfde voorne men. Zelfs indien de socia'isten tegen stemden zou de begrooting zijn aange nomen, indien niet tol ieders verbazing vier vrijzinnig-democraten hadden tegen gestemd alsmede de h|efer Thomson, en als slechts drie of vier Roomsch-Ka,tho- lieken hadden voorg'esteirid. Dat ©enige Ropmsch-Katholieke leden niet beslist tegeb de inkrimping van het blijvend gedeelte Waren, was genoegzaam bekend, en niemand verwachtte eenparig tegen stemmen van die zijde. Ik heb mtet hein geen overleg gepleegd, en ik heb' eerst dezer dagen, in Juli 1915, vernomen, dat de Roomsch-Katholieke Kaïnei'cluib, en wel in den namiddag van Zaterdag 21 December 1907, daarover bijeen is g'eweest en tolen heeft besloten tegen te stemmen. Rij de leden, die aanvankelijk vóór wilden stemmen, heeft niet den doorslag gegeven de inkrimping van hlet blijvend gedeelte, maar die wijZe waarop de Minis ter zJrjh begrooting verdedigde ejn die den indruk maakte van onvastheid. Hij ver klaarde o. a. het blijvend gedeelte aan de orde te zullen stellen èn door een ontwerp tot wijziging der begrooting, èn door een ontwerp tot wijziging der Milïtiewet; dan kon de Kamer kiezen. Terwijl ik de verwerping duis niet ver wachtte en niet kon verwachtenterwijl van den anderen kant tegenstemmen voor ons plicht scheen en geheel in de vroeger gevolgde gedragslijn der anti-nevolution- naire partij lag; terwijl ik niet door over leg met de andere partijen der rechter zijde het verkrijgen van letein resultaat had voorbereid en slechts mijn protest had ingediend', zonider verwachtingen aan gaande den afloop te koesteren en te kunnen koesterenterwijl ik voorts Vrij dag 20 December tot laat in den avond in beslag genomen Werd door het debat, was |er in deze zaak gtelen politiek 'moment, dat dringen moest tot overleg mtet Dr. Kuyper als extra-parlementair-leider der partij. Het verzet tegen de verzwakking der defensie lag in de lïjlnhet tegen stemmen door de anti-revolutionaire leden sprak eigenlijk vanzelf en kon niemand bevreemden of verrassen; de verrassing lag in de verwerping, waardoor eerst het politiek moment ontstond. Natuurlijk kan, wie deze twetedaagsche parlementaire episode niet heeft meege maakt, en het verrassende van den afloop niet heeft ervaren zooals Wij dit ervaren hebben, meenten, dat ik toch wel had moeten berekenen, dat de begrooting kon verworpen worden en bet Kabinet dan z'ijin ontslag kon aanbieden, en dat ik duis èn met den extra-parlementairen lei der der anti-revolutionaire partij; èn niet de parlementaire leiders der andere reeht sche partijen omtrent die gebeurlijkheden en wat ons dan te doen stond in overlag had moeten treden; maar dan juist ware onze handeling een daad geweest, van algemeen© parüjl-polititek en niet, wat ze nu was, een eenvoudig Verzet tegen een in ons oog verderfelijkcn ten voor onze nationale onafhankelijkheid gevaarlijken maatregel. Met berekeningen omtrent hetgeen ge schieden kan, vergist men zich trouWens niet zelden. Het komt ook in het poli tieke leven dikwijls anders uit dan men verwacht en bedoelt, -jod haalt Vaak door onze berekeningen een streep: En zelfs in het parlementaire leven is' het soms plicht een weg te gaan zonder dat men van te voren weet of berekenen kan tot welke gevolgen d.'e stap, dien mten doet, zal leiden. De verwerping dei begrooting van den generaal Van Rappard is niet het jetenig© voorbeeld van een Verrassend en niet verwacht resultaat. Nog heden meen ik, dat wïj onzlem plicht hebben gedaan, en dat w'iji niet vóór die begi'ooting mochten stemmen. Zoowel wat ik later omtrent militaire teischen heb vernomien, als de les, die 1914 ons heeft geleerd aangaande het hooge belang eener snelle mobilisatie voor het behoud onzer onafhankelijkheid, bevestigt mij in mijne overtuiging, dat wij recht hebben gehandeld. i Totizoover de feiten, schrijft Mr. Heems kerk. ïm srsi cm cn ft i 'j De genummerde driestarren, die zich in een steeds scherper persoonlijken aan val op mij toespitsen, nemen niiet de fei ten zooals ze werkelijk zijn, maar berus ten op eene voorstelling, die met de wer kelijkheid in lijnrechten strijd is. Sinds de hierboven beschreven gebeur tenis koestert Dr. Kuyper tegen mij eene bittere (grief, waaraan hij op allerlei wijze nu eens' meer, dan, bijl tusschtonpoozen, wat minder, maar in den laatsten tijd met Steeds toenemende scherpte en onwel willendheid uiting heeft gegeven. Hij is zoover gegaan, dat hij' in die driestarren voor wie lezen kan heeft verkondigd, dat ik te kwader trouw heb gehandeld. En dat is dan het uitgangspunt van zijne beweringen omtrent leem verzet tegen zijlne leiding, dat den schijn nadert van eten complot. Zoo Dr. K.uyper verzoening en overleg met mij bedolelt, dan m o t h ijl d a a r v a. n o p a n d ere w ij- ze doen blijken dan hij d o o r de zte driestarren heeft gledaan. - LIL Wje had kunnen vermoeden, dat de eerste Vergadering |van de stedelijke vroedschap, in haar tegenwoordige samen stelling, de gemoederen in beweging zou zetten Zeker, alleen reeds om de installatie van twee nieuwe rechtse he leden, had de Vergadering merkwaardig genoemd kunnen worden. Alleen daarom! had ik mijn schre den naar de Goesche raadzaal gericht, wlant het mag wel met gulden letteren in de historie boeken van Goes-rechtscli geboekstaafd worden, dat twee knappe koppen, bij rijk en arm, liberaal en anti, r.-k. en chr. historische gezien, de reeht sche fractie komen versterken. Helaas, dé heer Brants moest beginnen met de presentielijst blanco te laten. Ook niets voor een man van 't onderwijs, dacht ik. Of moeten we hem gelukkig prijzen om het feit, dat de Haagsehei bureaucraten met z'n pennissiebriefje zoo lang talmen? De teleurstelling Van een onaangename kennismaking met hen, met wie hij de Wangen der ge racen te gaat dienen, is 'hem tenminste: bespaard ge- bleVen. Links heeft 'zich niet van de liberaal ste z'ijde doen kennen. Na 't breedvoerige verslag, dat De Zeeuw gisteren publiceerde kan ik om trent de aanleiding tothet relletje kort zijn. Dunner vraagt iets aan da linksche frac tie, de voorzitter antwoordt met de beste bedoelingen bezield, maai' gaat met te antwoorden reeds z'n boekje te buiten, en zegt dan nog'dingen, die 'bijl uitstek ge schikt zijn om den politiek tesrgevoeligen mtensch te prikkelen; Dekker vat vlam en vuur natuurlijk want 's burgervaders woorden komen met al de kracht ervan op rechts aanstormen. Links zWïjgtweer een prikkel om, 'n conclusie te trekken, niet Vleiend voor de heeren aan de overzijde van de tafel. Want wie zwijgt stemt toe, of zoekt nog tevergeefs bijl 'zijn geheugen of bij z'n buurman naar tegenargumenten. Eindelijk vraagt Kakebeeke het Woord, gelukkig, Want het zlwijlgen deed allen pijn. En nu sprak "er nog iets als een drang naar hoffelijkheid die een antwoord op een beleefd geuite vraag ©isoht. Als het persoonlijke element misschien ten on rechte de kracht der bewering nu maar niet verminderd had. Als vader op z'n ouden dag teleurgesteld wordt, is een rechtgeaard zoon ook beleedigd. Jammer voor den heer Kakebeeke, dat die oude historie hem: zoo bang voor rechts gemaakt heeft, dat hij nu reeds als een booze nachtmerrie een reehtsche meerderheid in den Raad 'zich voor oogen stelt. Ziedaar het korte relaas van het vüur- (werkii waarmede de „nieuwe" raad z'n werkzaamheden begon. In den aanvang was 't. al de luister en bekoring van 't Bangaalsche vuur, later knallende voetzoekers en zevenklappers en Weet-ïk-wat-al-meer. 't Was .als een plotseling opkomende storm, waarbij alles kraakt en zwiept on der de slagten en rukken van den wind hoos. En dat al boven het hoofd van het nieuwbenoemde lid dat zich uit de stilte van zijin magazijnen als bij tooverslag in het rumoer van den woordenstrijd ver plaatst ziet. f)och stelt u genist nieuwe leden 't stormt er niet altijd. Er is thans schoon-sdhip gemaakt en daaiVan, ondervindt ge straks niede de voordeelen. 's Burgemeesters houding heeft jammer genoeg een toenadering niet dn de hand gewerkt. Instede van als een boven de partijen staande bemiddelaar links en rechts tot elkander te brengen, hetgeen! bij! een niets te veel, immers slechts collegialiteit ei schend© vraag van den heer Donner nog al gemakkelijk was, heeft hij een incident uitgelokt, dat beter voor komen ware. Hier was de taak! van leider niet gemakkelijk, hier was parlementair beleid noodig, kalmte' en tact, diploma tieke tussehenkomst. Toen het antwoord gegeven was op een niet tot hem gerichte vraag, een ant woord, dat voor de linksche collegialiteit naar de -.stembus durfde verwijzen en waarin de voorzitter een misschien goed bedoeld maar ©en averechtschen indruk makend loflied op de kundigheden van christelijke mannen had aangeheven, toen dat antwoord gegeven was, zeide ik, gingen de poppen aan liet dansen. De heer Dekker terecht verontwaardigd. Mij. dunkt, z'n overbuurlieden zeiven moe ten aan een „mop" gedacht hebben. Hadden nu de liberale heeren, die toch moesten Voelen, dat de burgemeester hier niet als hun woordvoerder mocht fun- geeren, maar aanstonds het ItilzWïj'gten verbroken, 'wellicht ware hun positie dragelijker gebleven, doch uit den heftigen en sissenden dialoog tusschen Hollmann en Kakebeeke werd veel te laat een speech geboren. En toen deze er Was, bleek ke veel te zWak, dan dat ze de zaak der vrijzinnige gemeentepolitiek door den voorzitter kWalijk gediend (dat moeten de heeren; zelf erkend Tiebben, naar 'ik hoorde) nog zou kunnen hooghouden. De heer Kakebeeke herinnerde aan de geschiedenis der Prov. Staten. Als ik daartegenover andere 'feiten wil stellen, ga ik echter niet eens 'zoo ver, doch put ik slechts gegevens uit het historieboekje van de Goesche gemeentepolitiek. Toen de heer de Jonge zijn intrede deed 't is zoo lang nog niet geleden, of men herinnert het zich nog wel Waren er al dadelijk een paar liberalen, die de wettigheid der verkiezing be streden. O, overmaat van collegialiteit. Het heeft jaren geduurd alvorens de heer De Jonge waardig gekeurd Werd zit ting te nemen in een der commissies. Dank misschien een woordvoerder, die rechts „met z'n nieuwe denkbeelden"! ook Wat gunde, 'kreeg hij eindelijk de minst eervolle, wijl de minst beduidende com missie, die voor strafverordeningen, Wel ker advies zelden gevraagd werd. Dan heb je het lid den Roer. Per gratie kreeg hij een 'zetel in de comlmissie voor den H. O., het meest impopulaire 'baantje, terwijl de finan cieel© en gascomlmissies en het college der Wethouders voor links gereserveerd bleven Zelfs toen de verhouding 76 was, dacht niemand er aan een a. r. wtefhou- der te benoemen. Dm op den Boer terugtekomen, om hem uit den Raad te knikkeren, gebruikte d© Goesche Courant als argument, dat het gerucht ging, dat hij als lid van de coml missie voor den H. O. zoo streng was tegen do kleine burgers. j Dus omdat hij zijne plicht deed, weid hiji uitgeworpen, en vervangen door Van der Leeu.W. En hoe stond het de laatste jaren? De heer Donner heeft 't reeds gezegd, hoe eerst 'kort geledon de deur op' een kier gtezlet is. i i Vandaar z'n vraag, of het zachtjesaan geen tijd is .'geworden, ornl de deur ge heel open te zetten. 't Is nu 85. i Laat men dat bedenken. Die 5 dertien- den yan den Raad laten niet met zich sollen. Nu niet en nooit. Dat wil echter niet zeggen, dat rechts niet de meeste collegialiteit zal in acht nemen en niet steeds aan de zijde van links zal staan als 't om 't heil der gemeente gaat. Men rzïj gerust op de toekomst, zelfs al brengt die een reehtsche meerderheid. Toen de heer Kakebeeke ach en wee riep en 'z'n partijgenooten bij de gedachte alleen al verbleekt waren, dacht ik] dan ook onwillekeurig aan het spreekwoord van dien Waard en z'n gasten. KEES VAN D'ER MEER. Baknopf overzicht van den toestand. 't Is vrij stil op het Oosterfront. Zelfs van het meest kritieke punt het front langs de Duna wordt èn van Duitsche èn van Russische zijde gemeld, dat de toestand hier onveranderd is. De Duitschers zullen zich waarschijnlijk met kracht voorbereiden om het succes, dat zij reeds behaalden door het vermees teren van de bruggehoofden Lennewaden en Friedrichstadt verder uit te breiden (en ook de Duna te forceeren. Bedoeld succes is niet gering te schat ten. ''II Zelfs de Times wees er op; dat de be- teekenis ervan niet ontkend kan worden. Immers Friedrichstadt is niet meer clan een goeden anderhalven kilometer van den spoorweg verwijderd, die (op den anderen oever van de Duna) in N. W. richting naar Rigaloopt en vandaar naar St. Pe tersburg en in tegenovergestelde richting naar Du na burg, vanwaar de lijn Oost- ivaarts naar Moskou gaat en Zuidwaarts naar Wilna. Deze spoorlijn kunnen de Duitschers reeds makkelijk onder vuur nemen en daarmede hebben zij een begin gemaakt ariet het afsnijden der verbindingen van Riga van het Zuiden uit. (Wat verder de ontwikkeling der ge beurtenissen op het Oostelijk oorlogster rein betreft, de grootste verandering is nog ingetreden ten Oosten van Grodno, waar de Russische troepen, die tenge volge van het lange standhouden in en bij die veste in min of meer moeilijke positie geraakt waren, zich vlug uit den neteligen toestand gered hebben en zich hebben aangesloten aan het overige front. Op 't Westfront is het stiller dan ooit. De militaire medewerker van de N. C. noemt die rust terecht opvallend; zóó, dat gij te denken geeft. „Waarom toch zoo schrijft hij 1 laten Engeland en "Frankrijk zoo goed als alle actie achterwege op een tijdstip, dat Rüsland, die het meeste noodig heeft? Is het, omdat zij bevreesd zijn, dat de bondgenoot tegen wil en dank het slui ten van een afzonderlijken vrede over weegt, hun klachten sparen om straks den aanval der Duitschers, die dan met „voller Wucht" tegen hen zal losbreken, te kunnen weerstaan? Dit zou wel de beste methode zijn om dien vrede te ver haasten. Of houdt men in Frankrijk zijn krachten intact, omdat men voorziet, dat het oogenblik niet verre meer is, dat het Russische leger voorgoed onschadelijk zal zijn gemaakt en de Duitsche legers zich daarna in overweldigende meerderheid te gen die der Westelijke bondgenooten zul len keeren «„Maar waarom dan niet gebruik ge maakt van de periode, waarin zij zeiven nog met overmacht tegenover de zwakke Duitsche strijdkrachten in het Westen staan? Of wordt nu eindelijk eens een groot© en verrassende „coup" voorbereid, die niet ais het welbekende „offensief van Joffre" maanden van tevoren als van de daken wordt uitgebazuind, doch in groote geheimzinnigheid wordt voorbe reid". Men laat er ons naar gissen. Dit zijn van die geheimen, die meestal eerst na den oorlog en dan nog slechts! teil deele worden ontsluierd. De berg des bloeds. De Italiaansche afgevaardigde Cicotti publiceert in de „Avanti" een interessante beschrijving van den Italiaanschen veld tocht, en geeft daarbij o.m. een beeld van de gevechten op den Col' di Lana. Sinds maanden aldus Cicotti, belegeren de Italianen den Col di Lana, Wielklem, 'zij reeds ontelbare malen met taaie hard nekkigheid trachtten te bekli mimen. Iedere poging vormt een hoofdstuk in de geschie denis van den bergoorlog, miet het bloed der dappere bestormers geschreven. De Oostenrijkers liggen onzichtbaar tusschen de rotsen en wachten tot de Italianen onder schot komen. Vanuit hun schuil plaatsen kunnen zij' dan rustig mikken, en ieder man, die onder hun bereik komt, neerschieten. Op de gesneuvelden volgen nieuwe troepen, maar hun lot is ge woonlijk niet heter dan dat hunner voor gangers. 's Nachts beklimmen kleinere kolones den berg. Maar dan mikken de Oosten rijkers als uit de verschansingen van een vesting, niet alleen niet de mausergelWe- ren, maai- ook met handbommen. Lawinen van rotsblokken rollen over de verschrik kelijke helling en sleuren de .bestormers 'mede. En toch geeft men het niet op. De on mogelijkheid om den tusschen de rotsen Verborgen vijand te naderen maakt de.Ita lianen Woedend en drijft hen tot Onge hoorde Waaghalzerij'. De beste Alpenjagers en ook gewon© infanteristen 'zetten hun klimpartij onder een orkaan van projec tielen ,'bomtaen en rotsblokken voort. Aan elke Vooruitstekende punt houden 'zlij zich met bloedende handen vast, terwijl 'ztij' zich met strikken omhoog trekken. En niettegenstaande dezen hardnekki- gen moed moeten zlij telkens terugkeeren, vaak beladen met de last van doode of z.Waar gewonde kameraden. De soldaten en officieren, die sinds twee maanden op dezen rampzaligen berg strijden, noemen hem Col di Sangue of Col di Ferro. En niet alleen figuurlijk. Want in werkelijkheid zijn deze rotsen met bloed gedrenkt, en tusschen de scher pe hoekige rotsblokken ligt meer ijizter, dan ooit. in een inlijfi kan gevonden wor den. i De bestorming van Novo-Georgiewsk. In het /(BerlinerTageblatt" komt een brief vodi' van ©en soldaat die aan de btes terming van Now© Geotflgiewsk heeft deelgenomen. „Het waren harde dagen, die van de belegering en bestorming van Novo Geor- giewsk. Pikdonkere mist- en regennachten moesten we in donkere loopgraven door brengen. (Dagelijks' kwamen we een stukje! dichterbij de veldbevestigingen. Dan moes ten wij meestal in harden grond nieuwe loopgraven en woonholen houwen, teTwijll de vijand ons met zijn artillerie- en infato terievuur beschoot. 'Nauwelijks was de loopgraaf ©enigszins bruikbaar of we gin gen weer ve'rdej*. Eeenige landstonnman- nen moesten hier in het gras bijten' Toen kwam een dag, waarop onze ge middelde en lichte artillerie de vijande lijke jsftellingen geweldig beschoot. De vij and ontruimde daarom zijn voorste stel lingen. Hij overstelpte ons met een bagej (Van projectielen. Dat geschiedde dies naldhts, Van tien tot twee uur. 'De onzioh- baie, maar daarom des te duidelijker hand van het legerbestuur voerde ons van het westen naar het noorden, in 't dal Van de Wirka. Tot gisteren had de vijand zich hier goed verdedigd. Thans ontruimd© hij zijn stellingen. En wat voor stellingen/ Hoog op den rand van den oever lagen de loopgraven met nauwelijks zichbare schiet gaten niet gewéldige draadversperringen ItWee achter elkaar. Zelfs de rivier is 'met draadversperringen bespannen. Als de vea?-

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1915 | | pagina 1