Zaterdag 31 Augustus 1915 39e Jaargang
A'o. 373
Fouilleton.
De Groote Oorlog»
Uit de Pers.
Een merkwaardig figuur uit
den wereldoorlog.
De Zeeuw
Uitgave van
de Naami. Venn. LUCTOR ET EMERGO
gevestigd te Goes.
Hoofdbureau te Goesi
LAN E VORSTSTRAAT 210,
Bureau te Middelburg:
FIRMA F. P. DHUIJ - L. BURS,
Drukkers:
Oosterbaan Le Cointre - Goes.
Help uw eigen volk aan werk!
Tot bevordering der Nederlandsche In
dustrie' wordt van alle zijden opgewekt.
Ook het HuJstersche Roomsohe blad Z e-
1 a n d i a doet dit in een artikel, waarvan
we hier een gedeelte laten volgen:
Maar weet gij dat niet?...
Te midden van den stikdonkere» nacht,
waarin de geweldige oorlog cte wereld
heeft gedompeld, doemen hier en daar
enkele lichtpunten op, die bemoedigend
zijn voor de toekomst.
Een dier lichtpunten is een ernstig stre
ven om: onze vaderlandsche nijjverheid
te ontwikkelen en tot meerderen bloei te
brengten.
Tegelijk komt daardoor de fout aan het
licht, welke zij begaan hebben, die de
Wetsvoorstellen tot herziening van ons
Tarief, tot een stormram maakten tegen
de Ministeriën-Kuyper en -Heemskerk.
Had men in 1905 en in 1913 de minis
ters Harte en Kolkman om hunne voor
gestelde Tariefherziening niet tot val ge
bracht, wij zouden thans, nu door den
oorlog de invoer van tal van artikelen
wordt belemmerd, in staat zijh ons ge
makkelijker en beter te helpen.
Een dwaze voorliefde voor het buiten
land, deed ten onrechte minachtend neer
zien op onze eigene, onze Nederlandsche,
onze vaderlandsche nijverheid.
Men betrekt, helaas!zoo gaarne uiit het
buitenland, Wat ook in ons land vervaar
digd wordt.
Men zegt, geheel bon onrechte, dat Ne
derland geen eigein industrie heeft, be
halve in Tilburg voor lakens en buskins,
in Twente voor katoen, in Dordrecht voor
brandkasten, in Eindhoven, Kampën,. Cu-
iemborg voor sigaren, in Utrecht, Roer
mond en Rotterdam voor kerk- en altaar-
sieraden.
Wanneer men dit zegt, dan weet men
niet wat men zegt, of wat ergejr is, men
wil het uit vurig eigenbelang niet
weten. Uit eigenbelang wil men hela,as:
dikwerf niet medewerken tot opwerking,
tot het bevorderen van den bloei onzer
eigene, onze vaderlandsche nijverheid.
Maar weet men dan niet, dat men door
in het buitenland te koopen, wat in ons
land verkrijgbaar is!, men ons goed geld
naar het buitenland brengt en. cmze .eigene
landskinderen, die in fabrieken en werk
plaatsen een behoorlijk bestaan zouden
kunnen vinden, het brood uit den mond
neemt?
Men zegt wel, ja voor enkele artikelen
kan men wel in ons land terecht, maar
niet voor alles en dan komt men in den
regel het allereerst aan met spoorweg-
materieel. Maar weet men niet, dat we te
Amsterdam en Haarlem groote, bloeiende
fabrieken voor sp o or weg materiele 1 hebben,
en dat deze fabrieken meermalen be
stellingen kregenuit bet buitenland.
Weet men dan niet, dat Leiderdorp en
Maastricht aard©W©rkfa(brieken hebben,
die klinken' als een klok?
Weet men dan niet, dat de Maaatrioht-
Een. oud-Zeeuw (Vr.) schrijft in de
Nieuwe Provinciale
Men kan zich bij het aanschouwen
van een worsteling als die, waarin thans
alle groote mogendheden van Europa
betrokken zijn, strikt neutraal houden
en elke daad van sympathie en antipathie
jegens de strijdende partijen vermijden;
maar men kan er niet voor, bewonde
ring of zelfs toegenegenheid op te vatten
voor sommige op den voorgrond treden
de figuren, en tegen andere min of meer
antipathie te koesten.
De bewondering, niet slechts van het
eigen volk, maar ook van neutralen en
tegenstanders, zal wellicht niemand der
„oorlogskopstukken" in zoo rijke mate
hebben geoogst als generaal veldmaar
schalk Paul von Beneckandorff und von
Hindenburg. Het schitteren van zijn
genie doet ook zijn eerlijke tegenstan
ders het hoofd ontbloolen en erkennen,
dat hij iets buitengewoons, iets gewel
digs presteert. Zijn groote daden zijn bet,
die zijn heldenfiguur in d© zachte be
lichting plaatst, waarin alle schittering
verdoft maar ook alle hardheid ver
dwijnt.
De slag aan de Masurische meren in
het laatst van Augustus 1914, het over
hoop werpen van hel Russische Njemen-
leger op 11 September d. a. v. het
keeren ran den Russischen vloed in
Polen in de laatste helft van November,
sche fabriek van glas, porcelein ejn kristal
een der belangrijkste is van dien aard
in geheel Europa
Weet men clan niet, dat we in Rotter
dam hebben een fabriek van brandspui
ten welke bewezen hebben, dat ze de
beste Engelsche brandspuiten in da scha
duw stellen.
Men zegt, dat door den oorlog de Engel
sche garens bijna niet meer te krijgen zijn,
maar weet men clan niet, dat we in
Leiden en Hengel oo garens maken, wel
ke in den handel Worden gebracht als....
Engelsch fabrikaat?
Weet men dan niet, dat electrische
motoren en dynamo's evengoed te Slik
kerveer worden gemaakt als in het bui
tenland
Weet men dan niet, dat electriscbe
verlichtingsartikelen beter en goedkooper
te Eindhoven en te H engel oo worden ver
vaardigd dan te Berlijn of te Weenen?
Weet men dan niet, dat Wij te Rotter
dam, Breda, Amsterdam en 's Ciraven-
hage meubelfabrieken hebben, welke ieder
die deze fabrieken bezoekt, doet inzien
dat men verkeerd doet zijne meubels uit
het buitenland te laten komen?
Weet men niet, dat we te Deventer,
Leiden en Rotterdam tapijtfabrieken heb
ben, welke zulle mooi en uitstekend werk
afleveren, dat de daar gemaakte tapijten
dikwijls voor echt Smirnasche worden
verkocht?
Weet mien dan niet, dat men linoleum
in het geheel niet uit het buitenland be
hoeft te betrekken, maar dat dit artikel
te Krommenie wordt vervaardigd?
Wij laten allerlei stoommachines en
motoren uit het buitenland komen, maar
Weet men dan niet, dat te Amsterdam,
Haarlem, Leiden, Ridderkerk, Kinderdijk
en Hengeloo fabrieken zijn, waar stoom
machines en motoren worden vervaardigd,
welke de concurrentie met de beste En
gelsche en Duitsche machines glansrijk
kunnen doorstaan?
WTeet men dan niet, dat men kantstof
fen evengoed te Hengeloo kan bekomen
als in bet buitenland?
Weet men dan niet, dat onze fabrieken
van linnens en pollens te Eindhoven en
Geldrop een Europeesch» vermaardheid
hebben
Weet men clan niet, dat te Leiden een
fabriek voor gedrukt katoen is, welke
zelfs aan Indië en de Kaap levert?
Men verlangt zeep en parfumeriën van
Rintoiel of Piver, maar weet men dan
niet da,t die artikelen evengoed, Zoo niet
beter, te Amsterdam, Leiden en Nijme
gen worden vervaardigd?
Voor den oorlog stookten we Belgische
steenkool, maar wist men dan niet, dat
België zoo slim was om die minder
waardige Belgische steenkolen uit te voe
ren om zelf onze betere -Limburgsche
steenkolen te stoken?
Weet men dan niet dat de Leidsche
lakens do beste Engelsche soorten verre
overtreffen? i
Men zegt, dat we tengevolge van den
oorlog zullen krijgen gebrek aan genees
middelen, maar weet men dan niet, dat
er te Amsterdam 'bestaat een fabriek van
het redden van den toestand in Zuide
lijk Polen en Galicië van 1319 Dec?.,
het afwijzen der tweede Russische be
dreiging tegen Oost-Pruisen van 1215
Febr. 1915 en vooral het overweldigend
offensief, waardoor de gansch© Russi
sche strijdmacht gedurende de laatste
weken wijkt en wankelt, het zijn alle
maal daden, die aan Von Hindenburg
een plaats verzekeren in het panthéon
der grootste veldheeren. Geen knagende
en krassende critiek kan den luister van
deze verrichtingen schaden. Wie zou het
hoofd hebben durven schudden indien
Von Hindenburg door den wierook, hem
gebrand, bedwelmd wane geworden? Niets
is den miensch met zijn ingeboren hoog
moed gevaarlijker dan lof, en een
m e n s c h is ook de generaal-veldmaar-
schalk Von Hindenburg.
Als echter de groote man, overstelpt
met huldebetuigingen in allerlei vorm
en op allerlei wijze, de schooljeugd te
Lodz toespreekt, zegt hij: „Ik dank u
voor uw vriendelijke waardeering van
datgene, wat ik voor het vaderland
mocht doen; maar vergeet het niet:
mij komt niet de eere toe; doch onzen
God, Die ons genadig heeft gezegend
en behoed, en van Wien ook voor do
toekomst onze troost en onze verwach
ting is."
Aan den vooravond van een grooten
slag zag men Von Hindenburg aan bet
hoofd Van zijn staf treden, den helm
afnemen en met de hand een teefcem
geven. Toen alles stil geworden was,
verhief hij zijn stein en smeekte over
luid de hulp en den bijstand des Aller-
hoogsten af.
Zie, zulk een houding maakt het hart
van ieder, die ook zelf geleerd heeft
pharmaceutische producten en verhand-
stoffen
Weet men dan niet, dat metselsteen,
welke aan de Waal, den Rijn en den
IJsol gebakken is, niet duurder is dan
Boomsche steen, en in ieder geval veel
duurzamer en mooier?
Men is zoo dwaas om steeds een bui-
tenlandsch merk te eisehen voor vulpen
nen, maar woet men clan niet clat een
Amsterclamschc |ahriek uitstekende en
zeer goedkoop© vulpennen maakt, doch...
onder een Engelsclien naam?
Weet 'men clan niet,- dat onze fabrie
ken van torenuurwerken en klokken te
Heiligerlee, te Aarle-Rixtel en te Asten
nog altijd den naam van den Nederlaad-
schen klokkengieter Hemony hooghouden?
Bij het groote gebrek aan vermicelli
en macaroni schijnt men weer niet eens
te weten, dat te Maastricht die artikelen
worden vervaardigd, welke uitstekend
Van kwaliteit zijn.
Weet men dan niet, dat de beste rij
wielen en automobielen worden vervaar
digd in Nederlandschen fabrieken?
Weet men dan niet, dat Wieden trot
toir- en terrazzotegels vervaardigd, zoo
goed als de beste buitenlandsche?
Weet men dan niet, dat men ©mailte-
vvaren (geleierde artikelen), niet uit het
buitenland behoeft te laten komen, maar
dat te Utrecht een fabriek bestaat welke
die artikelen vervaardigt
Weet men clan niet, dat briefhouders
te Tegelen, lak te Apeldoorn, inkt te Schier
dam, Deventer en Apeldoorn worden ge
maakt
Beknopt overzicht van den toestand.
De val van Nowo Georgiewsk, vroeger
Modlin geheeten, ten N.-Wl van Warschau,
is een nieuwe slag voor de Russen. De
geheele bezetting van deze sterke, "aan
de samenvloeiing van drie rivieren
Weichsel, N arew en Wkra gelegen
natuurlijke vesting bestond uit zes ge
neraals en meer dan 85.000 man, die
gevangen genomen zijn. Het getal buit
gemaakte kanonnen liep tot over de 700,
Men beidrijpt niet hoe deze verovering
zoo spoedig in „zijn" werk beeft kunnen
gaan.
Wij zullen ons maar niet in gissingen
Verdiepen, en stellen eenvoudig bet feit
vast, dat Von Besselër, de veroveraar
Van Antwerpen, in tien dagen tijds ook
deze vesting veroverd heeft, dooï een
wig te drijven tusscben de fortenlinie,
waarbij, hetgeen met Antwerpen niet het
geval was, de bezetting geen uitweg open
stond; zoodat zij zich wel moest over
geven. De Duitsche troepen, nu vrijge
komen, kunnen nu worden ingezet in den
beslissingsstrijd om de tweede Russische
verdedigingslinie, welke, door de verove
ring van Kovno, reeds begonnen was,
hun in handen te doen vallen.
De strijd begint er voor de Russen hoe
langer hoe slechter voor te staan. Zij
beginnen nu ook bij Wlodawa den rech
teroever van de Boeg te ontruimen. De
voor God te buigen, warm. Met terzijde
stelling van alle nationale en politieke
sympathiën of antipathie n, gevoelt de
belijder van de souveremiteit Gods zich
geestelijk verwant aan den kloeken be
lijder Von Hindenburg.
Zij, wier verlichting ver boven die van
het Christendom uitgaat, nemen aan ztulk
een belijdenis aanstoot.
't Komt volgens hen niet te pas, dat
een der leiders van een nooit gehoorde
mienscbenslachting den naam van God op
de lippen neemt.
'Daargelaten het eigenaardige van het
verschijnsel, dat juist zij; althans vooral
zij, die anders om God noch godsdienst
malen, hier zoo verontwaardigd worden
over het vermeende misbruiken van Gods
Naam, geeft deze uiting van groote op
pervlakkigheid, onu niet te zeggen van
onkunde, blijk'.
Immersde Christen ziet in de Over
heid Gods dienaresse. Die Overheid beeft
van God het ztwaard der gerechtigheid
ontvangen. Zij heeft dat zwaard te
hanteeren, tot straf dergenen die kwaad
doen. Dit houdt in, dat zij geroepen is
het recht te Verdedigen en te bescher
men. Niet alleen tegen binnen-, maar
ook tegen buitenlandsch geweld. Het aan
God ontleend gezag geeft haar het
recht, legt haar zelfs onder bepaald©
omstandigheden den plicht op, te be
schikken over de volle kracht der natie,
aan wier hoofd zij is geplaatst. De
handhaving van het recht, de verdedi
ging van .grond en haard, nuoge d©
natie een stroom van bloed en tranen
afpersen, niettemin blijven dië handha
ving en die verdediging het recht en
de plicht der Overheid en zal zijl, ids
ze recht staat voor God, Zijn hulp ook
sterkste stellingen gaan zij prijsgeven. Men
is geneigd te gelooven dat het hun in
derdaad aan alles, aan munitie, aan of
ficieren, aan moed begint te mankeeren,
en al hun weerstandskracht gebleken is.
Zij trekken nu achterwaarts om waarschijn
lijk steunend op Olita en Grodno te por
gen den druk van den vijand zoo lang
mogelijk tegen te houden en daardoor
het terugtrekkend centrum te beschermen.
Ossowiec is door de Duitschers weder
om heftig beschoten; de bezetting hier
biedt nog altijd krachtigen tegenstand. Nu
echter de Duitschers tusschen Ossowiec
en Bjelostok zich een overgang over de
Narew geforceerd hebben, zal die tegen
stand wel spoedig gebroken zijn, of door
een insluiting, met afsnijding van den
spoorweg naar Bjelostok nutteloos zijn
gemaakt.
Bjelostok wordt eveneens ernstig be
dreigd. de verbinding met Brest-Litovvsk
is reeds verbroken en van het Zuiden en
van het Noord-Westen dringen de vijan
den op. Ook Brest-Litowsk zelf wordt
nu met insluiting bedreigd. Hetgeen er
op wijst dat de Russische terugtocht voort
gang zal hebben. Maar of die, onder het
groote gevaar, dat dreigen blijft uit het
Noorden, waar de Duitschers alle krach
ten tot een doorbraak wel zullen samen
trekken, zoo zal kunnen verloopen, dat
de organisatie en de samenhang bewaard
blijven
Ook ter zee hebben de Russen eien
échec geleden. De Duitsche vloot heeft
blijkbaar een nieuwe poging gedaan om
de golf van Riga te forceeren en de
operaties tot bezetting van Riga ook van
zee uit te steunen. En het daarbij zich
ontwikkelend gevecht schijnt niet juist in
het voordeel der Russen verloopen. Dezö
toch melden, dat zij' zich, na het ge
vecht, tengevolge van de overmacht der
vijandelijke vloot, op meer nabijgelegen
positie terugtrokken.
Van Duitsche zijde zijn omtrent dit zee
gevecht geen nadere bijzonderheden nog
gemeld. Het is echter duidelijk, dat de
Duitsche oorlogsschepen een belangrijk
succes behaald hebben, en waarschijn
lijk er wel in geslaagd zijn om den toe
gang tot de golf van Riga te forceeren.
Het lot van dat deel der Russische
vloot, dat in de golf zich nog bevindt,
zou daarmede dan wel spoedig heslist
zijn, hetgeen den Duitschers het belang
rijke voordeel zou verschaffen van zee
uit de land-operaties in Koerland en Lijf
land door troepenlandingen of anderszins
te steunen.
De gevechten bij Lomza.
Dr. Steiner schrijft in de'„Lokal Anziei-
ger": De vijf dagen, die vooraf gingen
aan de verovering van Lomtzta, zijn wel
de heetste en bloedigste geweest van den
geheeten strijd op dit gedeelte van het
front. Va nbeide kanten spande men Zich
tot het uiterste in om meester te blijven
in den laatsten sector voor de 'vesting^,
werken van Lomza. Acht en veertig uur
lang zonder ophouden donderden langs
het g.ebcele front de zWare kanonnen.
Een ontzaglijke .massa staal hagelde neer
bij deze moeilijke en smartelijke plichts
vervulling inroepen. i j i
Nu willen we hiermee niet zeggen,
dat .Duitschland's zaak in ieder opzicht
recht is voor God. Wij zijn bevoegd,
noch geneigd, daarover een oordeel uit
te spreken. Maai' het Duitsche volk in
doorsnee en ook de legeraanvoerder
Von Hindenburg zijn er oprecht en ten
volle van overtuigd, dat zij een opge
drongen oorlog voeren, waarin bet voor
hun vaderland „er op of er onder" gaat.
En dat het gcloovige Duitsche volksdeel
zich in dien nood tot God wendt, is
eenvoudig een spontane uiting va'n het
Christelijk leven.
Van uit dit oogpunt bezien is ons d©
belijdenis van een veldheer als Von Hin
denburg zoo schoon. Het huigen van d©
grooten dezer aarde voor God is helaas
zulk een zeldzaam; maar ook zulk een
heerlijk verschijnsel. En een volk dat
biddende legerhoofden heeft, is een door
God bevoorrecht volk, welken naam het
dragen en welk gedeelte van den aard
bodem :het bewonen moge.
Een korte biografie van Von- Hinden
burg vinde hier ten slotte een plaats.
Von Hindenburg werd in 1847 in
Gosen, waar zijn vader nfajoor was,
geboren. In 1866 werd hij luitenant, hij
het 3e regiment te voet en vbcht hij
mee tegen Oostenrijk on Denemarken, in
1870-'71 tegen Frankrijk. In dezen laat
sten oorlog verwierf hij heit ijzeren kruis
en een zivvaardorde. Van 1873'76 be
zocht hij de hoogere krijgsschool en werd
daarna hij ,den generalen staf ingedeeld.
Vervolgens werd hij kapitein bij1 den staf
van het 2e legercorps, compagniescom
mandant bij het 58e regiment infanterie
en wederom stafkapitein, thans bijl het
VERSCHIJNT ELKEN WERKDAG.
Abonnementsprijs
Per 3 maanden fr. p. postf 1.25
Losse nummers0.05
Prijs der Advertentiën
1—5 regels /"0.50, iedere regel meer 10 ct,
3-maal plaatsing wordt 2-maal berekend,
Brj abonnement voordeelige voorwaarden
Familieberichten van 110 regels ƒ1.
iedere regel meer 10 ct.
in den lichten zandgrond van de Russische
stellingen. De vijand, het zij tot zijn eer
gezegd, hield zich heldhaftig en verweer
de zich tot het uiterste. Vreeselijk Waren
zijn verliezen, want op het heele lange
front Was geen vierkante meter oppervlak
te, die niet door de ztware Duitsche gra
naten was omgewoeld. Als papier snippers
vlogen de dekkingen in de lucht, levenden
en dooden onder zich begravende. De ver
vertakte draadhindernissen van de Russen
knapten af als touwtjes, wanneer de
scherpkantige splinters .van de granaten
ze aanraakten. Hier en daar brachten
stukjes deimebosch eenig leven in do
troostlooze zandwoestijn van het vijlan-
delijk slagVeld, doch ook deze poovere
schoonheid van de arme streek werd door
de granaten niet omgezien. Booinem bra
ken en hun kronen vlogen in duizend
stukken verscheurd in het rond. Gewel
dige stammen knapten, in het midden
getroffen, als lucifers af; en na twee
dagen toen de ondergaande zon de stuip
trekkende aarde bescheen, waren de bos-
schen verdwenen. Als doode soldaten la
gen de hoornen over het veld op den door
ploegden grond. De vijandelijke stelling
was rijp voor den storm en onZo infan
terie ging tot den aanval over. De zoo
vreeslijk door onze artillerie geteisterde
vijand hield echter nog steeds stand. Bijna
in alle loopgraven kwam het tot een moor
dend handgemeen. Wat van de Russen
niet bijtijds onder bescherming van de
verdragende kanonnen van Lomza vlucht
te, lag dood of gewond in de bestormde
loopgraven.
Japan en de oorlog.
De (te Londen uitkomende) Indépem-
dontce Beige bevat een artikel van onzen
landgenoot, H. van Kol, over Japan en
de oorlog, waarin de schrijver vooreerst
mededeelt, dat er in Japan volkomen
kalmte heerscht. De voornaamste bekom
mering van den Japanner is voor het
oogenblik om van de gelegenheid te pre-
fiteeren en den Duitschen handel te ver
dringen uit het verte Oosten, uit Ne-
derlandsch en Engelsch Indië, uit Austra
lië en zelfs uit Amerika, vooral uit Zuid*
Amerika. De schrijver vertelt dau ver
der, dat er in Japan een sterke strem
ming van Duitsche sympathieën bestaat
onder hen, die in Duitschland gestudeerd
of vertoefd hehhhen. Tot de gesCmanofie-
len behooren vooiral veel officieren, de
meerderheid van de geleerde wereld, pro
fessoren, geneeskundigen, ingenieurs, che
mici, voorts ook wel industrieelen, koop
lieden en bankiers. Toch hebben deze
menschen de inneming Van Tsingtao goed
gekeurd, omdat zij, zooals de heer Van
Kol het noemt, meer vaderlandslievend
dan Duitschgezind zijn en meenem, dat
het een algemeen belang is om te belet
ten, dat eenige buitenlandsche mogend
heid een operatie-basis heeft zóó dicht
bij de Japansche eilanden. Zij! gelooven
aan de eind-overwinning van Duitschland,
of, in elk geval gelooven zij niet aan
een volledige nederlaag van dat land.
De Japansche marine en de koopvaardij
voelen meer voor de hondgenooten, even-
3e legercorps. In 1889 kwami hij aan een
der departementen van bet ministerie van
oorlog. TIi§ bleef hier tot 1893, toen hij
commandant werd van het 91e regiment
infanterie. Van 1896—1900 was hij chef
van den generalen staf van het 8e leger
corps, van 19001903 voerde hij het
bevel over de 28e divisie en van het
laatstgenoemde jaar tot 1911 stond hij
aan het hoofd van het 4e legercorps. In
1911 ging hij met pensioen, naar de booze
„men" fluistert, omdat hij bij een groote
manoeuvre den Keizer gevangen geno
men had en daardoor in een ongewensch-
te verhouding tot Zijne Majesteit was
komen te staan.
Ho© dit zij, hij aarzelde niet, bij het
uitbreken van den oorlog zijn krachten
en gaven ter beschikking van zijn vader
land te stellen en de Keizer aarzelde
niet dit aanbod van zoo groote waarde
te aanvaarden.
Dat het oorlogsvuur de wig, die den
Keizer en Von Hindenburg heette te
scheiden, indien zij werkelijk bestond,
tot asch heeft doen vergaan, weet ieder,
die de ontzaglijke gebeurtenissen onzer
dagen Volgt.
Het David heeft zijn tienduizenden
verslagen" wekte den naijver van den
Germaanschen Saul niet op; integendeel,
hij is de eerste oirm den overwinnaar
van den Russischen Goliath te huldigen.
En het Duitsche volk, den geest van Von
Hindenburg kennende, zingt:
„Ortelsburg en,Gilgenburg
Daar overwon Von Hindenburg.
Drie burgen dus bijeen,
De vierde volgt meteen.
Hij maakt des vijands macht ten spot:
Een raste turcht ie onze God."-