Aö. 336 Vrijdag 9 Juli 1915 39e Jaargang 12,- 12,- 11,30 11,30 11,30 11,30 f 1.25 „0.05 (Jit de Pers. Feuilleton. Napoleon's terugkomst in 't Elysee. na Waterloo. De Groofe Oorlog. Waarom ik deivloo filet noem? Maar dat is een dierbaar huisdier geworden. Die wiS toch ook teven. Een erge plaag zijn de vliegen. Houdt mien het venster dicht, dan kan men de lucht niet uithouden. Staan de ramen open, dan staat men mach- I I t d i e n s t IELB.—ROTTERD. nde plaatsen. 315. lerd des Zondags, 7.15, van Middel van Rotterdam t d i e n s t .OTTERDAM gen plaatsen. 315. 9- 9- 9- 9- Woen21 Oond.22 inrijd. 23 Sater. 24 5ond. 25 Maan. 26 10, Dins. 27 10, Woen28 7,— Dond 29 7,30 Vrij 930 8,— 2ater31 9, 11,30 12,- 1- 10,30 il achter den datum rikzeehet tweede in Rotterdam. Imbootdienst op l-SCHELDE. iet 31 Juli 1915. |sche tijd. Maandag 24 Mei en nm. 6; op andere |m. b 4.30. Woensdag 12 Mei ehalve 13 Mei vm. Zondagen en Maan- e6.op andere d 3.15. tdentie van den te Rosendaal aan- l van den te Goes In d a a 1 aangekomen en van Goes 9.53 laai vertrekkenden I van Goes. 5.29 nm. I vertrekkenden trein; lo e s 8.17 nm. naar Ikkenden trein. )TDIENST -HANSWEERD. Vlake op het spoor In op den tram. lienstregeling. (nadere aankondiging, ische tijd. lijks. kaar Hansweert vm. 3.45, 7.—. |iar Walsoorden vm. 5.58, 8.48. 3W EERTVL AKE [iar Vlake vm. 6.38; 7.30. lansweert vm. 8.0S, p.5, 8.30. GENT NAAR JZEN. lo Maart is de dienst 1 geregeld als v olgt brtrek vm. 8.55, nam. |vert. Vm'. 9.34, nam. vm. 10, nam. 3 en Ihe tijd.) vm. 9.25, nam. 2.25 nam. 2.35 en 7.35; nam. 2.44 en .7.44; 9.48, nam. 2.48 en 19.51 ,nam. 2.51 en vm. 10, nam. 3 en i 6 en 11. nam. 4; 11.18, nam. 4.08; 1.11 en 11.21, natn. |ö.l5 en 11.25, nam. rt.'vm 6.35 en 11.44, listerdamsche tijd. vm. 7.20 en nam. tr. Vm. 7.50, nam. impoort) aank. vm. 16.28, alles Duiteche finkelijkheid aan zijn overvloedige hulp weerstand tegen de •winning'. De laatste ailitaire maatregelen [mderstedling, dat de zouiden worden |e terugkeeren. Frank- vire elementen dan leele wereld, en toch [en, dat hijl afdankte loslaat, dan laat) Üan verklaart het moedigt dien Vijand |d wil, dat de Keizer vrees". sproken had, scheen [re ministers terngge- doten hunne dien den jvei'zer toe te dit oogiemblik kwam Imer, dat ze op voor- ten de pnafhankelïjk- rei'gjd lachteinde, hadl ig om de Vertegen.- |ten, als hoogverraad jirlijk besefte de Kei- et kritieke van den lieden vóór mijne huiswaarts moeten» nu is alles verloren, 't verderf storten". Uitgave van de N&aml. Venn. LUCTOR ET EMERGO gevestigd te Goes. Hoofdbureau te Goes: LAN3E VORSTSTR AAT 219. Bureau te Middelburg: FIRMA F. P. DHUIJ - L. BURG. Drukkers: Oosterbaan Le Cointre - Goes. VERSCHIJNT ELKEN WERKDAG. Abonnementsprijs Per 3 maanden fr. p. post Losse nummers Prijs der Advertentiën 15 regels ƒ0.50, iedere regel meer 10 et. 3-maal plaatsing wordt 2-maal berekend, Bij abonnement voordeelige voorwaarden. Familieberichten van 110 regels ƒ1. iedere regel meer 10 ct. Gemeenteraadsverkiezingen. De Zeeuw steunt de eandidaten der antirevolutionaire kiesvereeniiging, der halve in Middelburg III Mr. L. VAN ANDEL en J. A. VERTREGT. Vertrouwd, of ontslagen. In een reeks van 52 driestarren heeft ,.De Standaard" de politieke geschiedenis van de laatste jaren beschreven. Het slot artikel is door Dr. Kuyper onderteekend. Het luidt aldus: Daar de redactie van „De Standaard" in de driestarrenreeks, die hiermede sluit, zich niet kon onthouden van critiok ook op personen, zij 't mij vergUnd in deze laatste asterisk ook zelf persoonlijk tei spreken. Dat de politieke verhoudingen in onze Antirevolutionaire partij' sinds 1907 steeds meer in het ongeroo.de zijn geraakt, acht ik niet voor tegenspraak vatbaar. Er heeft zich, onder voorgang van den sinds 190S destijds opgetreden Minister-President, al- meer een streven geopenbaard, om mijn leiderschap te ondermijnen, en feitelijk te niet te doen, en Iele „Rotterdammer" heeft, bedoeld of njiet bedoeld, hierbij feitelijk dienst gedaan als orgaan. Mag nu als bekend verondersteld, wat ik sinds 1870 gedaan heb, om onze Anti revolutionaire partij te organiseeren en tot parlementaire krachtsludting te bekwa men; als'mede hoe ik steeds het mijne deed, om'een Antirevoltuitionaire pers le helpen scheppen, die thans een kracht in 't land bleeken (daarenboven hoój ik voor de hoogere leiding een, Universiteit in het leven hielp roepen, ten voor da juridische faculteit dier stichting den effóc- tus civilis wist te veroveren, die zal 't verstaan, wat bittere toleiu'stelling het mij - berokkende, toen ik ontwaarde 'hoe dit nooit onderbreken Werk van bijna een halve eeuw, thans in gevaar geraakte. Eerst heb ik toen gepoogd, zonder na men te noemen, tegen dit dreigend gevaar te waken en Ie waarschuwen, maar niets hielp. Dit noodzaakte mijl tenslotte namen te noemen en op feiten te Wijzen. Hiertoe ben ik dan ook in deze drie starrenreeks overgegaan, en wel, gelijk' van meet af duidelijk werd uitgesproken, met het eenig doel om voor wat achter ons ligt verzoening Jtje zoeken, en uit sluitend op waarborg voor de toekomst bedacht te zijln. Zekere groep in onze partij heeft blijk baar tegen mijn optreden als leider aller lei grief. Welnu, dat men die grieven dan noerne, duidelijk omschrijve, en precieselijk aan- geve, hoe men de roeping van een leider in onze partij wenscht te verstaan. Gepaard zal hiermede moeten gaan de poging, om ten deele jeon reorganisatie van onze partij in het leven te roepen. Zelf wees ik in. „De Standaard" reed^ op deze noodzakelijkheid1. Ook ons Iprogram zal zekere re/vjaiq moeten ondergaan. En vermoedelijk zal tiet den weg op moeten, dat we een raad van advies instellen, waarin dei verschil lende elementen telken jar© over cle han gende vraagstukken en opkomende geschil- (Slot volgt 111. (Slot.) Nog ééne poging om tot een vergelijk te komen, achtte hij mogelijk. En hij zond .Regiiault naar de Kamer der Gedeputeer den en Carnot naar den Senaat met de keizerlijke boodschap, dat hij met zijnet ministers en de Kamers in overleg wenscli- (te treden, teneinde 'het leger in ieder óp- zicht. de noodige.weerstandskracht te bren gen en de daartoe noodige maatregelen te treffen. Voor overleg der beide machten wasech ter de tijd (reeds voorbij. De Gedeputeer den des Volks .hadden geen ander antwoord voor hun Keizer, dan dat de ministers terstond in de Kamers moesten verschij nen om rekenschap omtrent den toestand te komen geven. Het klonk als een persoon lijke beleediging voor ,den Keizer, en toch hield Napoleon zich in. Zelfs zond hij de ministers niet een nieuwe keizerlijke boodschap en kreeg ,zij;n broeder Luci aan de opdracht (hen als Commissaris- Generaal1 te vergezellen. i Eén oogenblik van gemoedsstrijd nog oor Napoleon. Toen hij, biji 't sluiten der v ergadering, met Luciaan den tuin van 't -tysee inging onn wat frissche lucht in punten van gedachten kunnen wisselen. Tot elke schikking in dien trant, die onze partij ten goede kan komen, ben ik niet alleen van harte bereid, maar ik wil er zelf het initiatief toe nemen. Op dit oogenblik kan ik lot mijn leed wezen hierop niet verder ingaan. Ik mag de kuur in Lahmann's Sanatorium niet oVerslaan. Wat ik deze 50 jaren deed, heb ik alleen kunnen doen door mij" des zomers een (niet te korte 'vacantie tct jgunnen, en de kuur iu Weiiszer Hirseh mag ik daarom niet prijsgeven. Doch 'bon ik straks terug, dan durf ik vertrouwen, dat deze poging om tot accoord en tot ver zoening te geraken, zal kunnen slagen. Ik zou hot schade voor den Christen- naam achten, zoo deze verwachting mij teleurstelde. La,at, men Maar en üdiujdelpc zeggen, wat men als plicht en roeping van den leider in onze partij beschouwt. Zooveel ik voor God geoorloofd acht, ben ik be reid hierin toe te geven. Maar ook, mócht men bedingen stelten, die, naar mijn innige overtuiging, met het oog op het beginsel en de toekomst van onze partij, niet door mijl mogen aanvaard worden, dan zal ik niet aarzelen, de Deputa,ten vergadering in de (gelegenheid te' stellen, mij ba vervangen. Do keuze staat tussohen vertrouwen of ontslag. Het zou mij toch een conscientiezaak worden, zoo ik ooit oorzaak van tweespalt in den boezem onzer partij! bleek te zijn. Het is miji meer leed dan ik zeggen kan, dat het niet meer onder ons is, gelijk het in de jaren van 18701900 onder ons bloeide, zóó bloeide, dat zelfs de buiten- Wacht een Amen gaf op 't woord van den Psalmist: ,,Ai ziet, hoe goed, hoe lieflijk is 't, dat zonen van 't zelfde huis als, broeders samenwonen, waar 't liefdevuur niet wordt gedoofd". - Kon die broederzin nu onder ons niet herleven, tenzij de druik van Kappeyne terugkeert, dan moet wat Groen van Prin- sterer is aangedaan, mij zeer ernstig tor waarschuwing zijn. Ook tegen Groen van Prinsteirer's lei derschap kwam van 1869 af gelijksoortig verzet op. Wie, gelijk 't mij te bejurt viel. in die ges laatste jaren van Groens leven, zijn vertrouwelijke uiting over deze gmartei- fijko ontrouw beluisteren kon, voelt on verbiddelijk, da); bij terugkper van g,o< lijken jammer, tijdig terugtreden voor mij onafwijsbare plicht zou zijn. Men liet Groen ten slotte met zijn drietal eandidatenKenchenius, Kuyper en Van Otterloo, alleen staan. Niet ondier „de Moyne luyden", maar wel onder hen die den toon aangaven. Beets voorop. Groen heeft zich toen met zijn Neder- landscbe Gedachten zoo goed als geheel uit de binnenlandsche politiek .moeten terugtrekken »n is zich gaan bezighouden toet breed© vertoogen van historischen aard en over bujtenlandsche politiek. Maar toe weinigen zijln ze geweest, die Ihtet) ziele lijden--van Groen verstaan hebben dót in deze pijnlijke retirade lucht zocht. Ten slotte zelfs heeft wat Groen hier onder leed, hem lerwfijfe overmeesterd, dat hïjl niet zoolang' vóór zijn sterven zelf de vrijie school prijsgaf, en sprak van. terugkeer tot de pplenb'are e-chool, mits ing'cdeelcl naar de gezindheid. Denk n nu in, hoezeer Groen overmand moest zijln, om niet in 1850, neen, maar in 1875 met een voorstel te komen, dat te ademen, weerklonk het „Vive l'Empe- reur!" der volksmenigte, die (bijl den lagen tuinmuur stond te Wachten om haar afgod te zien en ,to huldigen. „Deze menschen heb 'ik toch niet met geld en eereanibten overladen", zei Napoleon tegen Benjamin ,ii01,1S"^'nt "Wait hebben ze mij te danken? laat hen even arm achter, als ik ze ge- londen heb. Maar 't instinct zegt hen, wat gebeuren moet; door hen spreekt de stem des volks. Wis ik wil, bestaat de op- roerige Kamer geen uur meer. Maar ik beu met van (Elba teruggekeerd, oma de stiaten van Parijs met bloed te overstroo- meii Had Napoleon den zin zijns broeders gedaan, hij zou den strijd met do Ver tegenwoordiging door zijne soldaten be slist hebben. Want ,t.oen Luciaan des avonds uit de .Kamer terugkeerde, had hij geen andere .meening' dan 'dat het over 24 uren óf met den Keizer óf met cle Ver tegenwoordiging zou gedaan. Kamer en Senaat hadden ieder evenveel afgevaar digden tot een© commissie van 10 leden benoemd. Zoo geschiedde tot 3 uur in .den ochtend, maar met geen noemens waard gevolg. Het woord„Laat den Kei- zer afstand doen!" .was niet meer van de lucht. „Alleen aan Napoleon", had de af gevaardigde. Lacoste in de Kamer uitge roepen, „heeft Europa den oorlog ver klaard!" Duidelijker "kon liet niet. 'Luci aan zelf, die nog den 22sten had gezegd „waag het toch!" daarmee bedoelende, uiteraard bij de toenmalige veldwinning vjan het modernisme in de Hervormde Kerk, weinig anders zou gegeven hebben dian nu de door minister Bosboom ontwor pen veklprediking onder de gemobiliseer- den gaf. Het was jammerlijk, Green's klacht des tijds laan te hooren, en 'niet, minder jammer lijk 't aan te zien, (hoe Groen zelf tem slotte zich geheel (fto'frgtrok. Een dacapo hiervan is thans ondenk baar. Is men in de Antirevolutionaire partij van oordeel, dat een ander. Staatsman de verkoren© moet rijm. aan wien thans do leiding zal zijn toe te vertrouwen, dan ben ik aanstonds bereid om plaats Ja maken Vertrouwen is voor een leider volstrekt onmisbaar. Heb ik dit verbeurd, laat men van mij dan geen hinder voor de toekomst duch ten. Dan trek ik mijl met mijn blad op particulier eif terug. Opbouwende critiek zal dan m'ijjn taak worden. En slaagt mijn opvolger er pin beter in, cle eenheid! en door de eenheid de kracht van onze partij' te sterken, zoo reken© hij vaste- l'ijlk op mijn steun, mits hij nimmer de grens overschrijlde, welke door da lijn die van oins beginsel uitgaat, om heel ons partijl'even moet getrokken blijven. ZEKERHEID IN GOD. Wie iets zoo zeker weet ©n vast. Dat hijl het haast, mot handen tast. Het voor zijln oög gebeuren ziet, En dan bedenkt: het is zoo niet, Dip voelt zich zeer bedroefd om moe, Die twijfelt aan het óf en hoe, Die wanhoopt aan liet al of niet. Van allo dingen die h'iji ziet; Die is op 't eind de zekerheid Van alle zijn en niet-zijn kwijt. ill Dien morgen Sprak ik op mijn reis Tot m'jjne ziel op jfhïza wijs: „De domheid, die ik straks beging. Was, dat ik aan een vlottend ding', Da.t zelf geen ruist of vastheid had. Der dingen ruist en vastheid mat. Dus zoek', indien gij twijfelt aan Uw eigen vastheid of bestaan, Te midden van Wat vloeit en vlot, M'ijh ziel, pw zekerheid in God, Het eenig, eeuwig vaste punt, Waar gijl den blik op richten kunt". JACQUELINE E. VAN DER WAALS „Rott." Beknopt overzicht van den toestand. Naar Warschau! heette het gisteren. En 'twas alsof de centralen met onge looflijke snelheid liet effen pad naar deze stad zouden afleggen. Doch zoo. effen is de weg niet. Wie do Russen kent of wie eenig benul heeft VaU hun tactiek zal begrijpen, dat ze 'tden verbondenen niet gemakkelijk zul len maken. Zoo hebben ziji au, hetzij van anderé fronten, hetzij uit hun geweldige voor raden van nieuw menschen-materiaal, weer nieuwe troepen gevormd en naar bet meest bedreigde punt gezonden. Daar; houden zij nu den opmarsch der bonjd- genooten tegen op de lijn, die van Josa- „verilaag toch de Kamer", begon nu Van „afstand cloen" te spreken.. Den 22sten echter, toenxde tijding kwam dat in België weer >60.000 man troepen krijgsvaardig stonden, was er nogmaals hoop voor Napoleon; en Davout kreeg in opdracht, aan do Kamer deze bemoedigen de tijding te gaan overbrengen. Maar zijln mededeel'ing werd met hoongelach ont vangen. „Afstand, doen", moet Napoleon; hij moet „als landverrader aangeklaagd en gevangen genomen worden!" Eindelijk bedaarde de storm een „Weinig en nu werd een voorstel1 van Duchesne aangenomen: „clen Keizer in naam van 'tyvelzijin van den Staat omizijn^heengaan 'te verzoeken". Men gaf hem, één 'uur tijd om te beslissen. En nu kwam de oiule nepubl'ikeinsoh- gezmde generaal' 'Solignac, die j»eds onder het directoire Kamerlid .geweest, maar onder 'tconsultaat in ongenade gevallen, met eenige collega's naar 't Elysee en sprak vriendelijke woorden tot den Keizer om hem tot spoedig, afstand doen te be- u ogen, en Napoleon gaf zijn woord van te zullen terugtreden. Hij heeft het ge- houden, niet zonder zwarea strijd in zijn nnnenste, want het,waren „Jacohijinen, warhoofden en eerzuchtigen," (die 'them aandeden. Maar hij dicteerde zijn broeder Luciaan eene verklaring aan het Fransche volk, waarhij; hij afstand vdeed ten behoer e van zijn zoon - dien hij onder den naam van Napoleon II tot zijn opvolger be noemde en daarmee zijn politieke' loop- fow. aan cle Weichsel, om Urshendow, Bychawa, Tarnogora (aan de Wieprz) tot Gruheschow aan de Boeg zich uitstrekt. Hel krachtigst schijnen de Russen op te. Ïtreden ten N.O. van Krasnik, waar het front den b'ondgenooton een voor uitspringenden hoek vormt en dus bij een defensief veel gevaren met zich brengt. 't. Is de vraag of do Russen den op marsch kunnen stuiten, doch we moeten niet vergeten, dat do Duitschers hier niet meer op eigen terrein vechten, dus in veel ongunstiger condities verkoeïen dan in Galicië. Hoe het zij, 'tis in ieder geval waar, dat in het. gouvernement Lublin de ge beurtenissen het meest spannend hoogte punt naderen. Slagen de Russen er b.v. niet. in om de bondgenooten tegen te houden, dan is de bezetting van den spoorweg hvan- gorod-LublinCholm zoo .goed als ver zekerd. En dan zijh de gevolgen voor .de .Russen niet te overzien. Op de andere fronten is niets van groot belang voorgevallen. Ya.n den zee-oorlog sprekende, maken We met een kort woord melding van het vergaan van den Italiaanschen kruiser „Amalfi". Volgens de Italiaans oho legatie is het zóó gebeurd Een verkenningstocht met verschillende schepen werd gisternacht in volle zee ondernomen in de Adriatische Zee. De kruiser Amalfi" die er aan deel nagn wterd hij het aanbreken van dien dag getorpedeerd door een Oosten rijksche on derzeeboothet schip helcle dadelijk sterk naar links over. De commandant riep, alvorens de be manning te bevelen rich in zoo te wer pen: „Leve de koning, leve Italië", met welken kreet door de geheele bemanning, welke zich bewonderenswaardig ordelijk en gedisciplineerd op het achterschip be vond, werd ingestemd. De commandant verliet het laatst het schip, door zich te laten glijden langs (de rich nog bovenl water bevindende zij'de van het schip. Kort; daarop zonk de kruiser. (Bijna de geheele bemanning en de officieren wer den met eigen hulpmiddelen gered. Het vergaan van den kruiser heeft in Italië zelf grooten indruk gemaakt. Men betreurt het algemeen, dat Oosten rijk in de duizenden bochten tusschen cle Dalmatische eilanden even zoovele schuilplaatsen heeft voor zijn schepen, terwijl de Italiaansche kust geen vloot- basis bezit. Zwijgen en onzichtbaar zijn. „Un mobilisé", die geregeld in de „Ma- tin" schrijft, vertelt in zijn laats ten brief het volgende: Onlangs bezocht een minister het front en vroeg .een bataljonscommandant wat hem wel de grootste moeite kostte om van zijn menschen gedaan te krijgen. „Dat zij zwijgen en zich onzichtbaar miakeii", antwoordde de officier. Het onzichtbaar maken beginnen we 'al heel aardig te leeren, schrijft de „moi- jrilisé"we kruipen op den buik en loo,- pen op handen -en vcfetón als de besten. We kunnen ons in aardkluiten of boom bladeren veranderen en weten ons prach tig dood te houden. Wiat een allervreemdst iets moet dat zijn voor vliegers, die over, onze linies en kantonnementcn zweven. baan als geëindigd beschouwde." De oog getuigen van deze wereldhistorische ge beurtenis waren diep '■geroerd; Carnot schreide als een kind. Toen de Vertegenwoordiging ,de inede- deeling van 's Keizers besluit ontvangen had, hield Fouchlé een gehuichelde en Reg'- nault. een diepgevoelde lofrede op de ge vallen grootheid, en er werd een commisi- sie benoemd om Napoleon te gaan bedan ken voor ziijjn offer aan de onafhankeffijlk- beicl en 'tgeluk van het Fransche volk! Flóury du Chaboulon, de voorzitter der commissie, kweet zich van zijne taak, en Napoleon antwoordde, maar niet zlon- der de hoogheid zijner beteekenis te laten doorklinken. Zijn heengaan zou tot geluk van Frankrijk strekken? Hij: hoopte het, maar vreesde het tegendeel', want nu was de Staat zonder (hoold en leidsman. „De tijd, die nu (verkwist is aan allerlei get gevens onni mij ten val' te brengen, hacl besteed 'kunnen worden om Frankrijk in staat te stellen, den,(vijand te verpletteren. Ik druk die Kamer bp het hart, onverwijld het leger te versterken. Wie den vrede Wil', moet zich op den oorlog, voorberei den." Met nog een paar woorden om zijn zoon en in hem zijne dynastie aan Fran krijk aan te bevelen, besloot de afgetre>- den Keizer. En hiermee was. zijne rol' afgespeeld. Do Kamers dachten er niet aan, een Kei zer Napoleon II" te aanvaarden, maar benoemden de afgevaardigden Carnot. Zoolang het dag is, vertoont zich geen levend wezen op Jvelden of wegen. De gehuchten en dorpen schijnen uitgestor ven. Een heel enkelen kber loopt iemand- snel, vlak tegen de huizen gedrukt, voort of ziet men een eenzamen wielrijder-or donnans ijlings voortpeddelen. Maar dat is ook alles. Troepen, ruiters, trein, artil lerie, alles in den grond verdwenen. Maar zoodra de zon ondergegaan is en de duisternis valt, keert alles tot hot leven tertig. Uit de loopgraven rijzen schimmen op, die zich uitrekken en de stijfgeworden ledematen bewegen. In de dorpen duiken uit alle hoeken en ga ten geheimzinnige wezens op. die rich verzamelen, aantreden, been en weer lom pen, op de wegen verschijnen auto's en w,agens en Marren en weldra i.s het. een en al leven en beweging. Rijst de zon weer aan den herwon, dan verdwijnt dat alles opnieuw iu den grond en schijnt alle leven weet" gestor ven. Het zwijgen dat is een andere quaes- tie. Dat te leeren is heel moeilijk. Wij zijn geboren babbelaars, de nakomelin gen van de soldaten van de revolutie en het keizerrijk, die juichend ten strijde trokken en schertsend en boertend het vuur ingingen. „Zij daarentegen zijn echte zwijgers. Toen zij ons land binnenvielen, brachten zij niet alleen hun talrijke draag bare zoeklichten mee en hun lichtbom men, maar ook him luistertoestellen. Met die microphoons, welke zij overal aan brengen, hebben zij vaak de meest verr Bassende successen behaald. Een dubbelpost of veldwacht is ergens 's nachts in bedekt terrein opgesteld. Niet© zichtbaars verraadt de aanwezigheid der Franschen, geen menscbelijk oog kan ze ontdekken. Toch plotseling worden ze overvallen. Eenig geluid heeft hen ver raden de mannen hebben zich volkomen» onzichtbaar gemaakt maar zij hebben niet kunnen zwijgen. Zij hebben gepraat en hun stem is door den op enkele K..M, afstand geplaatsten microphoon otpigevan» gen. i - Een kolonne begeeft zich 's nachts Op weg om een troep in de loopgraven al te lossen. Zij marcheert onder het ge boomte of door een greppel of drogol gracht. Plotseling wordt zij door een mi trailleur beschoten. Wederom heeft het geluid hen verraden: een hevel, een uit roep, het geJUikketik van een bajonet was voor den microphoon voldoende om do komst der onzichtharen te rapporteeren. Korte Oorlogsberichten. Jacht-avontuur. Uit een offi- ciersbrief: t Op jacht te kunnen gaan, is nu on getwijfeld een schoon ding. Maar* op (jacht te' moeten gaan, is Waar lijk geen genoegen. Met de (wandluizen ieii, (kkederluizein zijln we begonnen. (Die hebben wé bij all© com pagnieën afgemaakt. De kamers in ons Poolse li kwartier werden leeggehaald, d© muren met chloorkalk bestreken, de vloer toet lysol overgoten 'en de reten in het bed volgestopt. Na acht (dagen was het. gedierte uitgeroeid, f.1 Fouché en genera,al' Grenier, benevens de pairs Caulaincourt en Quirlctte tot een provisioneel©regeering, en Fouché werd voorzitter. De honderd dagen,van het her stelde keizerrijk waren ten einde, de gunst van den eens zoo machtigen heerschar had geen waarde meer, de zalen van 't Elysee zagen de gunstelingen heneingaan. Toen geschiedde, wat voor Napoléon een zeer diepe vernedering moet zijln ge weest. Zijin oude belager miet het masker van schijin,vriendschap kwam tot hem, den ex-keizer, om hem in 't belang zijner eigene veiligheid te 'verzoeken, ten spoe digste Parijs te (verlaten. Natuurlijk door zag Napoleon „ook nu den „Hertog van Otranto", en dat ,de voorl'oopige regeering de onmetelijke populariteit van den afge treden Keizer vreesde. Maar hij wist ook, dat Fouchó hem, desnoods toet geweld, zou Verwijderen. Er kwam bijl, dat cle na,- derende Engellschen en .Bruisen hem niet ongemoeid konden laten, ;al was hij ook van het staatstooneel .afgetreden. En dus besloot hijl Parijs (te verlaten. Tegen 12 uur Van' dien 25sten (Juni 1815 stond er voor de achterpoort van 'het El'ysee een rijtuig stil', en 'Napoleon stapte jn, oml te Malmai- son, waar hij eenmaal' aan de Zijde vati Josephine gelukkig was .geweest, in wee moed het rertedene Se gedenken. C e n t r u m

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1915 | | pagina 1