No. 313
Zaterdag 13 Juni 1015
30e Jaargang
De Grooie Oorlog.
Buitenland.
Staten-Seneraal
IJlt da Pers.
Uitgave van
de Naaml. Venn. LUCTOR ET EMERGO
gevestigd te Goes.
Hoofdbureau te Goes:
LAN 5E VORSTSTRAAT 219.
Bureau te Middelburg:
FIRMA F. P. DHUIJ L. BURG.
Drukkers:
Oosterbaan Le Cointre Goes.
Beknopt overzicht van den toestand.
Het jongste St. Peterburgsche communi
qué komt bevestigen, dat de Russen nog
krachtdadige actie voeren; hetzij dat ze
inwendig nog onverzwakt zijn, hetzij dat
ze met den moed dier wanhoop strijden,
ziende, da.t het er op of |er onder gaat,
ze doen zich nog als een gedachten vijand
voelen.
Gelijjk we reeds kortelijks meedeelden,
konden de verbondenen zich op den linker
Dnjester-oever Mji Surawno niet verder in
het terrein uitbreidlen, en wierden zij' na
een verbitterd gtevecht tusschen den spoor
weg en de rivier teruggeworpen.
Doch ook daar kondén zijl het al
thans blijkens het Russische stafbericht
niet houden.
In dien loop van Donderdag wisten de
Russen in een heldhaftigten strijd aanzien
lijke vijandelijke strijdkrachten, die bij
Surawno naar den linkeroever waren over
gestoken, en zich tuisschen die stad en
Sifki verspreidden, met zware verliezen
naar den rechteroever terug1 te drijVeu.
Mag men Petrograd gelooven, dan ver
overden de Russen 17 kanonnen en 49
mitrailleurs en maakten z'ijl 188 officieren
en ongeveer 6500 man van die Duitsch-
Oostieinrijiksche troepen krijgsgevangen.
Onder de gevangenlen zon zich een ge-
heele compagnie van hiat regiment Prui
sische garde-fusiliers bevindlen.
Tuisschen Dn jester en Pruth hebben de
Russen, die door de doofbraakspoging van
von Ljnsingjen in een uiterst kritieken
toestand dreigden te geraken, zich zoo
tijdig kunnen terugtrekken dat dén
Duitsch-Oostenrijikschen troepen leen bei-
slissend voordeel onthouden Werd.
Om nu het effect van genoemde door
braaiaspog'mg te neutraliseeren oefenen de
Rujssen een krachtigten druk uit op het
Duitsche front ten W. van Surawno.
En al kunnen zijl nog niet op positieve
resultaten bogen de gevangenneming
van die 6700 man uitgezonderd alles
wijst lev op, dat zij zich weer zoodanig her
steld hebben, dat de Duitsch-Oostenrijkri
ecbe troepen niet dan mlet de grootste
krachtprestaties zich den weg naar hem
berg zullen kunnen banen.
Die Serviërs willen nog altijld een uitgang
naar de Adriatischo Zee.
Het koste wat bet wil.
Nauwelijks 'zijn ze van de jongste neder
lagen 'bekomen of ze rukken Albanië bin
nen en bezetten El basan, de stad om
den befaamden Essad-pasja, in het binnen
land ter hoog le ongeveer t usphen Dutazzo
en Valona.
Servië laat zich du,s in zijin streven niet
weerhouden door "mogelijke toezeggingen,
welke de En lente-mogenclheden aan Italië
hebben gedaan.
Integendeel, hot ingrijpen van Italië in
den oorlog, waarvoor het ook de vrije
hand in Albanië zou verkrijgen, schijnt
den Serviërs juist aanleiding; te hebben
gegeven om te pogen den nieuwen Itali-
aanschen bondgenoot voor te zijin, en te
voorkomen, dat deze, die zich reeds te
Valona vastzette-, ook in Noord-Alhanië
vasten voet zal kfijlgen.
Intuissehen, men aanvaarde cle berichten
niet dan onder het noodige voorbehoud.
Ze zijn van eenzijdigheid niet vrij te plei
ten. Zoolang we dus niet meer gegevens
hebben omtrent het diplomatieke spel, dat
zich hier afspeelt, zullen we voorzichtig
zijin met ons oordeel.
Volkshartetochten.
Een landgenoot, die de Anti-Duitsche
lelletjes te- Milaan heeft bijgewoond,
schrijftuit Lugano aan de ',,N. R. Ct."'
's Avonds op het Domplein meende men
een verdacht licht op een gebouw!
hotel vroeger toebehoorend aan een Duit
se be gezien te hebben. D-© kranten
meldden reeds hoe dit gebouw, toen ge
plunderd Werd. Dat was de aanvang van
een algemeen© plundering en vernieling
van alle Kaken, die door Duitschers of
vroeger door Duitsobers gedreven wer
den. Ik zag opgeschoten jongens, die met
de Italiaansche vlag, door den grootstan
gedragen, voorop, de straten doorgingen
en aan wie, z.ooals ik vernam, heeren, die
een lijst met namen van Duitsche of
Oostenrijksche bezitters hadden, aanwe
nen, welke zaken, zij moesten vernielen.
Die bezitters waren natuurlijk reeds lang
afgereisd vele zijn 'hier in Lugano
maar hadden dan somtijds de zaak over
gedaan. Toch was zulks geen reden om
niet al het meubilair uit de zaak te dra
gen, op straat stuk te slaan en dan in
brand te steken.
Overal zag ik brandjes op straat, de po
litie stond daar kalmi naar te kijken. Per
train doorkruiste ik de stad. Overal too-
neeltjes van vandalisme.
Ik hoorde in de tram een paar Italiaan
sche- dames hun misnoegen hierover uit
drukken, doch een heer zeide: „Wij doen
niet anders als wat men in Engeland ook
gedaan heeft."
Bij 't Duitsche consulaat was de straat
bedekt met papier en zia,g men verschei
dene personen, die enkele brieven van
dat consulaat in de hand hadden. Al de
inboedel was daar ook uitgedragen, ge
deeltelijk verbrand en gestolen.
's Avonds werd de toestand nog veel
erger toen n,l. de verlichting uit
vrees voor een aanval uit de lucht
niet ontstoken werd.
Ik waagde het toen ook per tram een
tochtje te doen, maar moet bekennen,
dat ik mij onveiliger gevoelde als ge
durende het bombardement van Antwer
pen, dicht b'ij die stad. Opgeschoten jon
gens liepen met knuppels door de straten,
roepende „ai Tedeschi", los op de Duit-
schers
Den volgenden morgen dus nadat
Veel vernield Was :z:a.g' men proclama
ties. dat de orde door militairen gehand
haafd zou worden. Vele zaken hadden
gedrukte billetten op de vensters, waarop
stond: „Italiaansche zaak", of: „Eigenaar
Franschman, Zwitser", enz. Tevens wer
den de reeds vernielde panden nu be
waakt, en zooveel mogelijk op orde ge
bracht en met planken dichtgespijkerd.
Ik deed nog een uitstapje naar Varese,
doch in den trein moesten de gordijntjes
dicht blijven, uit vrees, dat men iets
van de militaire bewegingen zou gade
slaan.
Verschillende publieke gebouwen in
Milaan werden voor hospitaal ingericht.
Men 'zag dan sporen door de straten leg
gen, om gewonden, die met den trein aan
kwamen, zonder overdragen in andere
wagons door de stad te kunnen ver
voeren."
De Amerikaansche nota aan Ouitschland.
De Amerikaansche nota aan Duitseh-
land is in den meest beslisten toon op
gesteld. De Vereenigde Staten hernieuwen
op zeer ernstige en plechtige wijze hun
uiteenzettingen in de vorige nota gedaan.
Zij verklaren, dat de „Lusitania" on
bewapend was, en geen contrabande of
troepen, vervoerde.
De Vereenigde Staten kunnen niet toe
staan dat de proclamatie van een oorlogs
zone ook maai' in eenig opzicht de Ame
rikaansche rechten Zou kunnen schaden.
De nota Wijst er met nadruk op, dat
de „Lusitania" een schip- Was op de eer
ste plaats bestemd voor het vervoer van
passagiers, die buiten den oorlog' gtonden,
en dat mannen, vrouwen en 'kinderen
van het leven wierden beroofd in omstan
digheden, zlooals de moderne oorlog ze
nog niet kende, en verder dat meer dan
(1.00 Amerikaansche burgers zijn omgeko
men.
De Amerikaansche regeer-ing wijst de
Duitsche op haar ernstige verantwoorde
lijkheid en op het vast© princiep waarop
die verantwoordelijkheid rust.
De nota wijst er met nadruk op "dat
de Vereenigde Staten nergens, anders naar
streven dan de heilige rechten der taenscth-
heid te handhaven, welke door geen lenkelio
regeering mogen miskend worden.
Alleen wanneer de „Lusitania" tegen
stand had geboden, kon zulks het optre
den van den U-commandant, hebben ge
rechtvaardigd, zelfs wanneer daardoor
de levens van passagiers in gevaar wer
den gebracht.
De Vereenigde Staten, staan op de
handhaving van dit beginsel van interna
tionale wetgeving.
De nota besluit: De Vereenigde Staten
verwachten dat Duitse,hland maatregelen
zal nemen om deze beginselen in practijfc
te brengen, en de veiligheid der Ameri
kaansche burgers en schepen te eerbiedi
gen. Zij vragen de verzekering dat zulks
zal geschieden.
"Het martelaarschap van Polen.
In het Journal de Genève komt een ar
tikel voor over Polen, als, de historische
Lijderes van Europa,
De oorlog aldus de schrijver
Bti-ekt zich uit over driekwart Poolscheu
grond. Het onmetelijk front van de. Maz;u-
rische meren tot aan de uitloopers der
Kar pat hen loopt uitsluitend over Polen.
Tweederden van het land met 13 millioen
zielen zijin bezet door Oostenrijkers en
Duitschers. Men spreekt van 5000 ver
woeste, gebombardeerde, geroosterde dor
pen en 200 op dezelfde wijze behandeld
Steden. In de departementen Kielce, Ra-
dom en Lublin vindt men geen sporen
van leven meer.
In Galicië heeft het voor de Russen
terugtrekkende leg'er de petroleumvelden
en fabrieken vernield; in Russisch Polen
werden de 'kolenmijnen onder water gé-
zet. Spoortreinen rijden niet meer, de
handel ligt lam geslagen, de industrie is
dood. Overal ellende, honger, besmettelijke
Ziekten. Menschen, die derwaarts gingen
oin hulp te vcrleenen, verklaren, dat do
verliezen der burgerbevolking grooter zijin
dan die op de slagvelden.
Ten einde aan de- bombardementen te
ontkomen, zijin alle'bewoners in de Gali-
cische Karpathenstreek in de door hen
gedolven onderaardsch© holen gevlucht,,
waarin zij den winter doorbrachten. Meer
dan een millioen menschen zijn uit Gali
cië geëmigreerd. Velen gingen naar Mora-
vië, Stiermarken. De sterfte is verschrik
kelijk, vooral onder de kinderen.
Andere volken, zegt de Zwitsersche
schrijver, maken op dit oogen'blik zware
beproevingen door, maar zij worden ten
minste gesteund door eenzelfde .gevoel
en eenzelfde hoop. Zij welen wie hun
vijand en „waar hun vlag is. De Polen
evenwel, verdeeld onder de drie oorlog
voerende legers, zien aan hun ellende Iele
onzekerheid en den twijfel toegevoegd.
Hoe kunnen zij de nederlaag van hun
eigen troepen wcnschen? Sinds de 150
jaar oude verdeeling tusschen de omlig
gende Staten voelde Polen zijn lot nooit
zoo pijnlijk als thans.
De overwinning van Duitschland en
Oostenrijk zou voor Polen de handha
ving der verdeeling beteekenen en de
altijd nog in het hart der natie levende
hoop vernietigen. Zoo Rusland wint. heeft
het beloofd, de Poolsche centra te herstel
len, doch onder het schild van 'den Tsaar.
Maar voor het oogenblik lijden de Po
len zonder zelfs dezen laatsten troost te
hebben: de zekerheid, dat 'zij lijden voor
het vaderland.
Korte Oorlogsberichten.
E ie n a a n s 1 a g o p dencom m a n-
dant van Innsbrüek. Uit Salzburg
wordt, gemeld: Eergisteravond Werd een
aanslag' gepleegd op den korps-comman
dant van Innsbrüek, veldmaarschalk-luite
nant Daniël, die ter inspectie hier is aan
gekomen. De aanslag werd gepleegd door
een 1,os-werkman, die drie steenen zo»
groot als een vuist naar den commandant
wierp, zonder hem echtujg te treffen. Hij
werd door de menigte geslagen en kreeg
twee sabelhouwen op het hoofd. De dader
werd gearresteerd.
Naar het fro 111. Koning Pater
van Servië en kroonprins Alexander zijin
naar bet front vertrokken.
Duitsche vliegers bijl de
Dar d an e 11 en. Duitsche vliegjers ver
ontrusten hevig 'de rugwaarts'che verbin
dingen van de Engefecfa-Fransche landings
troepen ,op de eilanden door dagtelijlksc lie
aanvallen.
Drie dagen geledien wierpen Duitsche
vliegtuigen hommen op de haviem fr,an
Mudrois, die ontploften en in de opslag
loodsen brand veroorzaakten.
Russische torpedojager
gezonken. Bijl een gevecht, dat'gister
nacht, in de Zwarte Zee geléverd werd,
heeft de Turksche kraisisr „Midilli" een
grootón Ruissischen torpedojager in den
grond geboord.
De kruiser is onbeschadigd terugge
keerd.
ITet offïciëele onderzoek inzake de
„Lusit>ania"ramp zal Dinsdag te Londen
beginnen.
Die Russische blaft „Thomasina"
werd op de uitreis uit Londen getorpe
deerd. De bemanning is te Queenstown
aan land gebracht.
V— De Russische vliegenier, die bom
men op Lantenburg wierp, is door de
Duitschers naai* beneden geschoten.
De prachtige parochiekerk te West-
malle is geheel afgebrand. Oorzaak on
bekend.
De h a nde 1 s Oio r 1 o g. De Zweed-
'sche stoomboot „Otago" (1410 ton bruto)
getorpedeerd. De bemanning is te Shields
aan land gezet.
Het Russische stoomschip „Dania"
(2645 ton bruto) komende van Archangel
is in de Noordzee door een onderzeeër
tot zinken gebracht.
Canadeesche troepen. Uit
Toronto wordt gemeld, dat de Canadee
sche minister van defensie opnieuw 35000
Vrijwilligers heeft opgeroepen. De nieuwe
contingenten zullen uit 27 regimenten in-_
fanterie bestaan, met inbegrip van 4 Hoog
land-regimenten, en 6 batterijen artillerie!
Hierdoor zal bet totaal aantal troepen uit
Canada voor den actieven dienst dan tot
over de 150.000 man stijgen.
De Temps zegt van betrouwbare zijde
te vernemen, dat de Turksche troepen,
die zich nog in het Zuiden van Palestina
bevinden, niet meer dan 3000 man sterk
zijn. Het meerendeel der troepen die te
Bir-es-Seba kampeerden, is naar de Dar-
danellen gezonden tegelijk met het leger
korps uit Syrië.
Sedert, Italië aan den oorlog deelneemt
is alle verbinding met Syrië afgesneden,
waardoor de nood er met den, dag toe
neemt.
De Times verneemt uit Rotterdam,
dat het Westelijk front van de Duitschers
binnen een week met een half millioen
soldaten, meerendeels versche troepen
uit Duitschland, versterkt zal worden.
Koning Albert en Koning
Victor Emmanuel. Uit Le Havre
wordt gemeld, dat Koning Albert aan den
Koning van Italië het volgend telegram
heelt gezonden:
Op het oogenblik dat Italië de zaak der
Geallieerden komt steunen door de kracht
van zijn wapenen, stel ik er prijs op,
Uwe Majesteit de vurige wenschen over
te brengen die de Belgische natie en ik
zelf koesteren voor het succes van de
wapenen en voor den roem en den voor
spoed van het Italiaansche volk.
(g.) ALBERT.
Gewonde k r ij g s g e v a n g e-
nen. Blijkens eeen bericht uit Rome aan
de Msb. is volgens de Corriene d' Italia
door bemiddeling van den Paus eien rege
ling getroffen met Zwitserland, volglens
Welke in een plaats van tlat land leen
groot aantal b.v. 10.003 gewonde Fransche,
Engtelsche en Belgische krijlgsgevangetien
zullen worden verplelelgd, terwijl in pen
andere Zwitsersche plaats leen zelfde ge-
lal Duitsche en Oostenrijksche gevangenen
verzorgd worden. Verschillende der be
trokken Regeeringen moeten zich reeds
bereid hebben verklaard met deze rege
ling genoegen te nemen; anderen meenden
er geen bezwaren tegen te hebben. De
gevangenen zullen op kosten van de lan
den waar zijl fbans worden verpleegd»
verzorgd worden. Zwitserland zal zorg
dragen, dat zij' niet ontvluchten en dé
herstelden weder uitleveren aan het land
dat hen krijgsgevangen maakte.
Voor de gevangenen, die niet naar Zwit
serland kunnen 'worden gezonden, zooals
zijl die in Rusland, Turkije en Servië wor
den gevangen gehouden, overweegt de
Paus andere hulp.
Te Dresden is overleden Prins Karl
Ernst von SchönburgWaldenburg. Hij
was geboren 8 Juni 1836, en was dus
79 jaar en een dag oud geworden. Hij
huwde 1863 met Helena van Stolberg
Wernigerode, die in 1908 overleed. Gok
zijn eenige zoon Frederik, was hem 1910
in den dood voorgegaan. Twee dochters:
Thekla en Mathilde overleven hem.
Tweede Kamer.
Minister Pleyte en de In
dische leening. Het vuur
hem aan de schenen gelegd.
Een motie van wantrou
wen
De heer Van Vuuren heeft minister
Pleyte het vuur na aan de schenen ge
legd inzake de Indische leening.
Zelfs heeft hij1 bij repliek, nadat de
minister meende zijn zaak onweerlegbaar
gemaakt te hebben, talrijke punten opge
noemd, waarop de minister feitelijk on
gelijk erkend heeft.
Het gezicht van Z.Ex., toen hiji aan
slot verklaarde, dat 'them niet alleen
dankbaar stemde, dat de leening een suc
ces is geweest, maar ook dat de heer'
Van "Vuuren hem in de gelegenheid ge
steld' heeft over deze zaak het volle licht
te doen opgaan, was dan ook als van
een Toer, die kiespijn heeft.
En zichzelf troostende, citeerde hij een
tweeregelig versje van BalthasUr Huyde-
coper, dat zijn vader hem als een goede
les had meegegeven op den levensweg:
Hoort gij die klaagt, niet die verweert,
Al doet gij recht, gij doet verkeerd.
Wat de heer Van Vuuren alzoo had
te constateerein
Primo, dat de minister de lA/g pro
cent provisie zelf heeft aangeboden, even
als de optie, zonder dat daarom door
de groep was gevraagd.
Secundo, dat de motiveering van den
eisch, dat de namen der inschrijvers op
de biljetten zouden moeten worden ver
meld, .onvoldoende is.
Tertio, dat het fetit, dat Indië als ere-
dietneemster geen zekerheid biedt gnoote
teleurstelling moet wekken.
Verder, de minister geeft toe, dat het
minder juist w'as een koers van 95 en
97 pCt. te nemen, een koers, die den
pari-koers naderde.
.Ook erkent de minister, d!at het hem
in de eerste plaats te doen was om
geld, niet om de vestiging van een In
disch crediet, 'al stak hij die erkentenis
VERSCHIJNT ELKEN WERKDAG.
Abonnementsprijs
Per 3 maanden fr. p. postf 1.25
Losse nummers„0.05
Prijs der Advertentiën
15 regels ƒ0.50, iedere regel meer 10 ct.
3-maal plaatsing wordt 2-maal berekend.
Bij abonnement voordeelige voorwaarden.
Familieberichten van 110 regels 1.
iedere regel meer 10 ct.
ook in het kleed van een bestrijding
van interpellant.
Dan is den heer Van Vuuren in 't ge
lijk gesteld, waar hij beweende, dat de
resolutoire conditiën niet veel betoeketn-
den.
En vernier dient er op gewezen, dat
het preferentierecht is toegekend in strijd
'met de voorwaarden van uitgifte, volgens
welke de toewijzing pondspondsgewijze
zou geschieden.
'Doch genoeg.
Het heeft geen zin deze gecompliceerds
financiëele kwesjtife jiier (haarfijn uitte-
pluizen. We zijn het met den heer Platijn
eens, dat de minister er niet van ver
dacht mag worden geknoeid te hebben.
Sommige uitlatingen in de perscritiiek,
b.m. het artikel van een der voornaamste
bladen, „Aan de strijkstok blijven hangen"
en een plaat in de „Nieuwe Amsterdam
mer", de Minister afbeeldend, knikkend
tot een bekend financier om het zoete
winstje dat er behaald was, moeten zeer
betreurd worden.
Wel echter bewijst de geschiedenis van
de Indische leerling, dat we terecht;
geen bewonderaars zijn van het finan
ciëele beleid van den lieer Pleyte.
Moge de door den heer Van Vuuren.
zeer terecht ingeleide besprekingen, waar
bij de minister als het lijdend voorwerp
uitkwam, dit tengevolge hebben, dat hij1,
(de heer Pleyte) in 't vervolg meer open
kaart speelt en handelt op een wijze, zoo
als van een wijs financier verwacht mag
worden.
Nu zal 'tnog wel afloopen zonder mo
tie van wantrouwen, doch een tweeden
keer niet méér.
Eerste Kamer.
De anti-rev'. moesten tegen
stemmen. Drie gelukkige
ministers.
Nadat minister Orfc zijn ontwerp-voor-
waardelijke veroordeeling krachtig doch
voor de onK'en niet overtuigend verdedigd
had, is het aangenomen met 52 tegen 9
stemmen. De anti-revolutionairen konden
niet meegaan, waar 't een zoo principieel©
kwestie gold.
Zelfs het feit, dat omtrent het lot van
het ontwerp sinds lang geen twijfel meer
bestond, mocht voor hen geen aanleiding
zijn met de meerderheid meetegaan.
Minister Lely smaakte het genoegén
zijn Maas-kanalisatie-aifaire een stap in
de goede richting te zien gaan.
De schrik voor de millioenen-uitgaven
was ei' uit gegaan.
Eindelijk werd ook de verhooging van
hoofdstuk X (economische maatregelen)
zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd
na een onbelangrijke discussie tusschen
dé hoeren Van Lanschot en Polak over
de levensmiddelencirculaires die eerstge
noemde weinig gelukkig achtte, doch door
den ander werd geprezen.
Minister Posthuma was dus ook binnen.
Tot zijn blijdschap kon hij er op wijzen,
dat de verschaffing van bruin-brood thans
een succes is geweest.
Tegen het vloeken.
In „De Standaard" lezen we:
Het zial een goeden indruk maken, dat
de Minister van Oorlog aan zijn onder
geschikte machthebbers een epistel tegen
het vloeken heeft laten uitgaanen
vooral moet het op prijs gesteld, dat hij
met name de heeren officieren uitnoo-
digt, er zich voortaan aan te spenen.
Nu zal men zich herinneren, dat in
de Tweede Kamer, toen dit onderwerp,
aan de orde kwam, gewezen is op een
verbod tegen ,het vloeken in de weit
op de krijgstucht. Op zich zelf lijkt 't der
halve wel eenigszins vreemd, dat 'een
Minister nog al de superieuren vriendelijk
maant, om die wet niet te schenden.
Zelfs zou me tl vragen mogen, of de gang
'der gedachten in zijn epistel wel cor
rect was.
Hij kwiam toch tegen het vloeken op,
niet omdat in dat vloeken Gods heilig©
naam misbruikt wordt, maar lo. om
dat het zoo ruw en ongemeen klonk,
en 2o. omdat men er de gelooivigen mee
ergerde. f i 1
Deze twee motieven nu zijn op zichzélf
uitstekend. Wat laag en gemeen is, ont
siert het uniform. En zijn mede-soldaat
te ergeren in wat hem heilig is, kan ér
nooit mee door.
Doch tal erkennen we dit, toch valt
al wie op de hoogte van deze quaestiie
is, dat het vloeken in de eerste en voor
naamste plaats het eeren van 'Gods hei
ligen Naam raakt, en dat hetgeen 't fat
soen en 't mijden van ergernis aangaap
toch altoos steeds bijkomstig is.
Het Onze Vader vraagt als eerste