39e Jaargang ,\o. 178 Vrijdag 30 April 1915 De Groot© Oorlog» Staten-OenBraal PRINSESJES VERJAARDAG. I Uitgave van -<.<a de Naaml. Venn. LUCTOR ET EMERGO ^Éj|lpÉpH»k. ÉÊÊÈÊ00& gevestigd te Goes. Hoofdbureau te Goes: jëw »K3 JËÊ^rjÈL j^ÊlÊÈÈ^^ ^^Wr-1 ÈlÉf'jÊÈ MËËÊIl LAN aE VORSTSTRAAT 219. B MFjÊ M Bureau te Middelburg: j^W ËjÊsÊr^^ eI& Jw sE Jb JSË PlRMA F. P. DHUIJ - L. BURG. M Eff^y ffBL if* M iiffiff xfÊ JW Drukkers: M Hf jf Ir 1 IT ■VlP' ■Fl Oosterbaan Le Cointre Goes. Zonneschijntje, Zonnebloem Bloemelijntje, Prinsenkijndje, Nassaurcem Juliana van Oranje, Lentevreugde, Vreugdekind Allen, allen honden van Je. Als geen kindje wordt bemind. Zonneschijntje, Oogenlust Holland's Kleintje, Cherubijntje, Slaap gerust Allen, allen droomen van Je. Nederlands geluksgewin Juliana van Oranje, Eenmaal onze Koningin. Zonneschijntje, Zoo bemind; Rijksrobijntje, Volksfestijntje, Koningskind Juliana van Oranje, Heele Hollands schatten waard, Allen, allen hopen van Je Dat Je naar Je 'Moeder aardt. („Rotterdammer".) Dl'. F. Rut ten. Leve de Prinses! Heden, 30 (April, Julianadag. Alle kin deren in Nederland zingen liederen en houden de vlaggetjes hoog voor Prinses Juliana. Doch ook de ouderen doen mee. En liet deel dat God vreest gaat in de binnenkamer en legt zijn smeekingen voor den Genadetroon van Neerlands God voor het behoud, voor een rijk gezegend leven, voor de bekeering van onze eenige Prin ses Juliana. Nu is zij nog klein; gaat zij nog op in hare Jrinderlijke spelen, toeft zij. nog het meest en het liefst in Kinderkamer of Tuin. Doch straks, zij het spade, zal haar' plaats zijn op den troon, zal de Koninginnekroon haar slapen drukken. Zal het Nederlandsche volk opzien tot de jeugdige Landsvrouwe," en haar omrin gen met zijn trouw. Blijve het, ïpok dan, gelijk nu, reeds sinds een eeuw aaneen, de ervaring: Ne derland en «Oranje bij elke lotswisseling één. Leve de Prinses Leve de Koningin! Leve de Koningin-Weduwe! Leve de Prins der Nederlanden! Niet Ouitschland alleen. Terecht heeft De Ro11erdammer er op gewezen dat het niet aangaat de schuld van dezen oorlog alleen op een der oorlogvoerende mogendheden te wer pen. De geschiedenis zal dit moeten uitwij zen. i Ook mag niet worden voorbijgezien dat, indien al bewezen kon worden dat Duitschland den oorlog gewild heeft, En- gelands naijver en Oostenrijks ultimatum aan Servië niet zonder bedenking waren, dan mag toch ook wel bedacht worden dat in de Fransche natie de wrok over het verlies van den Elzas bijna een halve eeuw lang is levendig gehouden zelfs door Frankrijks beste en meest oprechte vredesapostelen. Als voorbeeld noemt de redactie den „prins onder de vredesmannen" d'Estour- nelles de Constant, den pacifist Serrigny en den bekroonde met den Nobel-vredes-- prijs Fred. Passy, die alle drie de oplos sing van de „revanche-quaestie" aanbe velen in dien zin dat Elzas-Lotharingen eerst moet worden teruggegeven. .Waar zelfs deze grooten nog zoo er over denken, hoe moeten dan de klei nen. wel niet gezind zijn 'Wie weet of, zoo beschouwd, wel een mogendheid vriji uitgaat; of 'het moest het kleine, dappere België zijn, van het welk èen Belg nog dezer dagen verklaar de dat het vrij uit zal gaan, wanneer straks Clio haar oordeel zal hebben uit te spreken. (Dus ook hier een rustig wachten op het oordeel der Geschiedenis. Clio toch, een der negen zanggodinnen, was de muze der 1 geschiedenis en van het heldendicht. (Zij wordt afgebeeld met een laurierkrans om het hoofd, een ba zuin in de rechter- en een beek in de linkerhand). Engeland en Nederland. De eerste vijandelijke ontmoeting tus- schen Engeland en Nederland had plaats ondeff Cromwell. In 1651 vaardigde deze, in saamwer king met het Parlement een wet uit, bekend onder den naam van Acte van Navigatie (scheepvaartwet). Deze wjet w.as uitsluitend gericht tegen de Nederland- sche scheepvaart; de En.gelschen toch wa ren jaloersch op de enorme 'vlucht van onze vrachtvaart. Dat het er om te doen was onzeh. handel te fnuiken, werd volstrekt niet onder stoelen of banken gestoken. Engel- scho reeders hadden aan het Parlement hun nood geklaagd dat zij grootelijks be lemmerd werden door het groote vertrou wen dat in Engeland zelf, en vporal in de Engelsche koloniën, de Nederlandsche vrachtschippcr genoot; en dat dientenge volge de Engelsche vrachtvaart kwijnde, terwijl de Nederlandsche bloeide. Dit was do aanleiding tot. de uitvaar diging der Acte van Navigatie, welke be paalde, dat vaartuigen van vreemde na tiën geen andere voortbrengselen dan die van hun eigen land in de Britsche ha vens mochten invoeren, en dat bijgevolg waren uit vreemde werelddeelen en uit Europa zelf, alleen op Engelsche sche pen in Groot-Britannië en in do Engel sche volksplantingen mochten worden bin nengebracht. Deze wet zou menschelijkerwijs den doodsteek toebrengen aan onzen handel. Zij wekte hier te lande dan ook groote verontwaardiging, en .was het sein tot den Eersten Engolschen Oorlog (1652 1654). De verontwaardiging richtte zich het meest tot den Lord Protector zooals hij' in Eng'eland heette, den Koningsmoorde naar, zooals hij1 in Nederland genoemd werd, wegens den moord gepleegd op Koning, Jvarel I den schoonvader van wij len onzen stadhouder Willem II. In dezen oorlog werd den vijand groota schade toegebracht door onze branders, een uitvinding van een Italiaan, die in 1588 bij de verdedigers van Antwerpen tegen de Spanjaarden was. Er bestaan nog' afbeeldingen van deze Voel gebruikte brandende vaartuigen, die met ontplofbare stoffen voorzien tegen de vloot des vij- ands aangestuurd werden en die in brand staken. Eigenaardig is dat de Nederlandsche handel na dezen oorlog veel meer nog dan vroeger is gaan Jiloeien. Zou deze Eerste 'Engelsoh—Nederland sche oorlog zich in onze eeuw moeten repeteeren als een Eerste EngelschDui.t- sche -oorlog? ■Dan heeft de geschiedenis zich wel op treffende wijze herhaald. 'Want do oorlog .1652 begon, met een voor ons nadeeligen zeeslag; terwijl ook deze van 1915 met p©en voor 'Duitschland nood- 1-ottigen zeeslag begon, waarbij o.a. de „Blticher" verloren ging. Beknopt overzicht van den toestand. Laatst werd opgemerkt, dat we een „gezegenden" oorlog meemaakten. Im mers, alle partijen zijn aan de winnende hand en beroemen er zich op, dat ze groote successen behaalden, dat de geest onder de troepen niets te wenschen laat, en dat zij van de zege zeker zijn. We hebben ook te doen met een oorlog der tegenspraken. Een der gevolgen van het feit, dat de generale staven van alle legers zon der onderscheid de nieuwsgierige neuzen van oorlogscorrespondenten onverbidde lijk van de fronten weren en zich zelf 't monopolie van eerste-handsche en dei- waarheid getrouwe oorlogsberichten toe geëigend hebben, is, dat de legerbestu ren voortdurend met elkaar overhoop lig gen o-ver de waarheid. En de komische ijver waarmede zij eikaars rapporten tot in de nietigste en onbeduidendste punt jes corrigeeren, z.ou vermaak wekken, als het niet zoo'n ernstige zaak betrof. Wei hebben gisteren reeds staaltjes ver teld van dit gekibbel. Over Hartmannsweilerkopf is men het niet eens. Evenmin over het bezit Van Het Sas en over den omvang van den buit. Men blijft elkander voor leugenaar uit maken. En wat is de waarheid? Het fijne van de zaak weten we niet, doch zooveel is wel duidelijk, dat aan het Westelijk front de bordjes weer hce- lemaal verhangen zijn en het offensielf Van de Duitsohers in de handen der ge allieerden is overgegaan. Zoowel in Vlaan deren als in Champagne, aan de Maas en in de Vogezen, vallen de Franse-hen aan. Bij Yperen wordt het een echte loop gravenoorlog. Beide legers z-ijn ijverig be zig zich in den grond te graven. Straks gaat 't dus weer den ouden slakkengang. Van de Dardanellen komt weinig be langrijk nieuws, 't Is nog een zeer twij- felachtige zaak of het thans aan leger en vloot zal gelukken klaar te spelen wat de vloot alleen niet vermocht. Even groote moeilijkheden als do vloot to be kampen heeft zal het leger op zijn weg naar Konstantinopel ontmoeten. De Tur ken zijn terdege voorbereid en hebben hun beste troepen, circa 200000 man sterk, onder aanvoering van Duitsche officieren1-, aan de Dardanellen bijeengebracht. Wat de bondgenooten daartegenover Ikunnen stellen, is' slechts vaag bekend, en de opgaven variceren van 80000 tot 250000 man. Een woord van koningin Elizabeth. De „Illustration" publiceert een arti kel van den bekenden schrijVer Pienv. L-oti, waarin deze over zijn bezoek aan. de koningin der Belgen verhaalt. Ik herinnerde mij', aldus Pierre Loti, dat de jonge, zoozeer beproefde koningin een Beiorsche prinses was, en wees er haar op, dat de Beieren van het Duitsche leger verontwaardigd waren over de ver volgingen tegen de koningin van België, uit hun ras gesproten. Maar de koningin hief haar kleine hand op en met een geste, die iets onherroe pelijk definitiefs aanduidde, sprak zij met zachte, maar ernstige stem dit wooirdl ilit, dat in die stilte weerklonk met dei plechtigheid van egn doodvonnis. „Tüssch/en hen en mijl is alles uit; een ijzeren gordijn is tussch-en ons neerga- vallen voor altijd". Uit het Fransche communiqué van gistermiddag In België handhaven de Franschen zich sedert drie dagen op het herwonnen ter rein. In verbinding met de Belgische troe pen vorderen zij voortdurend naar het Noorden. Op den rechteroever van het Yserkanaal hebben de Franschen 150 krijgsgevangenen gemaakt en twee ma chinegeweren genomen. In de Argonnen is bij Marie-Thérèse een poging tot aan vallen van den vijand onmiddellijk door het Fransche vijur gestuit. Bij Eparges schieten de Duitschers met kanonnen, maar vallen zij niet meer aan. Hetzelfde is het geval op den Hartmannsweilerkopf. De Duitschers beschieten den top met een hevig vuur, maar vallen niet aan. In den loop van Dinsdag hebben Fran sche vliegtuigen 32 bommen laten vallen op het station te Bollwiller en 300 op het station te Chambly, waar zij brand stichtten in een munitiedépot. Het sta tion te Armaville en het knooppunt van den spoorweg ChamblyThiaUcourt zijn in den nacht van Woensdag' gebombar deerd. Een Fransch vliegtuig heeft zes bommen geworpen op de luchtschiploods te Frie- drichshafen. De vlieger zag een rookwolk uit het dak van de loods opstijgen. Fran schen hebben 21 bommen laten vallen op het station en een fabriek te Leopolds- hölie. Tijdens het bombardement viel een Fransch vliegtuig binnen de Duitsche li nies. In den loop van den dag zijn vier Duitsche vliegtuigen door een Fransch vliegtuig achtervolgd en geraakt. Een viel er bij Brimont in vlammen binnen do Duitsche linies. Twee andere zijn neer gekomen bij de Fransche Joopgraven, een in Champagne, het andere in de buurt van Angre. Ze waren door het Fransche geschut vernietigd. Het'vierde landde bin nen de Fransche linies te Muizon ten Westen van Reims. Twee ongewonde Duit sche vliegers zijn gevangen genomen. Het vaandel. Een officier vertelt o.a.: Wij werden van drie kanten aangeval len. Wij zonden om, hulp, maar deze kou niet vroeg genoeg komen en wijt moesten ons zoo goed het ging in onze stellingen verdedigen. Onze kerels- vochten als dui vels. Waar er één viel, sp-rongen er twee in zijn plaats. Zij vochten met een moed, alsof het leven een ding was, dat mien in den winkel om den hoek koopen kan. En het duurde niet lang, of wij hadden den vijand zulke zware verliezen toege bracht, dat hij in groote wanorde begon zich terug te trekken. Waarschijnlijk hield' hij ons,voor veel sterker, dan wij waren. Hij liet veel bij, ons liggen: honderden dooden, gewonden, geweren, uniformstuk ken. Maar het vaandel namen zij mee. Wij verzamelden onze zeer gedunde ge lederen en begonnen de achtervolging. De achterhoede was zwak en ongeordend, en bood geen ernstigen tegenstand. Wij waren er spoedig midden in. De helft vluchtte, de anderen gaven zich o-ver. Het kwam tot een handgemeen. Wij sloe gen ons met de kolven van de geweren een steeds breederen doorgang. En toen kwam het gevecht om het vaandel. Mijn dappere kerels sloegen met de kolven, dat. de botten kraakten, staken en stieten om zich heen, schreeuwden zelfs nog in hun woede, wanneer zc tegen den grond lagen. En boven dit h-elsch tooneel zwaaide en zweefde, nu eens omlaag getrokken, dan weer in de hoogte gestoken, uit een stervende hand steeds weer door een levende gerukt, de geha vende tricolore met de insignes van het regiment. Alle eerbied voor de Franschen! Zij hebben zich dapper geweerd. Toen kwa-m plotseling de kleine luite nant Merkel met zijn soldaten. Hij was geen woesteling, maar nu was Zijn goed, rond jongensgezicht geheelvertrokken. Ilij schreeuwde zijn mannen iets toe en dan ging het op de kluwen los. Met de rechterhand sloeg hij den Fransc-hmaiq die het vaandel droeg, de sabel op het hoofd; met de linkerhand trok hij de kostbare zijden lap tot zich. Maar toen viel hij neer, getroffen door drie, vier, 'vijf slagen. Twee van zijn soldaten droe gen hem weg. De anderen vochten verder. En toen kregen wij het vaandel. De vij and vluchtte in wilde wanorde. Wij gin gen hen niet achterna. Wij waren ook zoo goed als in de pan gehakt. Maar wij hadden het vaandel. Toen de ver sterking kwa-m, waren wij reeds bezig met de dooden en gewonden te zoeken, alleen dapperen, Beiersche jongens. Tegen een doornenhaag leunde de kleine luitenant Merkel. Ilij ademde nog. Zijn uniform was doortrokken van het bloed, dat hem uit borst en mond vloeide. Wij1 konden hem niet meer transporteereni Toen knielde ik naast hem neer en ver telde- hem van de overwinning van ons bataljon. Hij kneep met groote moeite de oogen iets dichter en toen begreep hij mij. Plotseling keek hij vroolijfc. Maar on middellijk daarop scheen hem iets te drukken. Hij greep naar een paar man om hem en zei moeilijk: „hebben jul lie het vaandel?" en stierf. Hij zei: Hebben jullie het vaandel! En hij vroeg dit op denzelfden toon, alsof hij in de kazerne vragen zou: Hebben jullie ook je geweren schoon gemaakt? Hij zei niet: „Drinken" of „Help mij" of groet mijn moeder en Lilly van me". En' toch heeft hij van zijn moeder en zijn Lilly gehouden. Hij vroeg, wetend dat hij1 weldra sterven moest: Hebben jullie het vaandel? Wij. allen heseffen het. wat het zeggen wil te weten, dat men sterven moet. Korte Oorlogsberichten. Te Aken worden stalen ringen ter herinnering aa.n de Duitsche zegepralen verkocht. Ze kosten 50 pf. Op de ringen staat gegrift „Deutsches Reich 1915". Van dei Yserlinie kwam te Aken een trein met 600 zwaargewonde Duitsche militairen aan. Toen men de gewonden begon uit te laden kwam men tot de treurige ontdekking; dat van Luik tot Ak-en er reeds 37 overleden wanen. De typhus in Bosnië neemt steeds gr-ootere afmetingen aan. -De broodprijs steeg in Engeland tijdens den oorlog van 51/2 a 6 tot 8 Va a 9 pence de vier pond. Aan den ande ren kant heeft een groote maalderij 300 perc. meer .winst gemaakt dan verleden jaar. In Dorchester is de graanprijs hon ger dan sinds den Krimoorlog het geval was. I De universiteit van Odessa heeft grootvorst Nicolai Nicolajevitsch en ko ning Albert van België tot eeredoctoren benoemd. De predikant Bruas te Weissenstein in dei provincie Reval is wege|ns zijn Duitschgezind -optreden gearresteerd. Het Hamburgschie broodcomité be sloot Zusatzbrotkai'ten'uit te reiken aan hen, die veel arbeid in de open. lucht moeten verrichten. Van de Duitsche gre ns. De zer dagen ontvluchtten uit het gevangen- lager te Munster acht Russische officieren. Enkelen werden weldra in de nabijheid van Munster weer gevat. D-e zevende w!erd eergisteren te llheine gevangen ge nomen -en de achtste werd gistermorgen in burger gekleed op 20 meter van de llollundsche grens bij: Losser dooi- een Duitsche patrouille doodgeschoten. De Hollandsche patrouille zag, het lijk van den -officier gistermorgen 'om acht uur nog ongedekt in het veld'liggen, ter wijl het voorval om Zeven uur plaats had. -Een zeeslag? Men .meldt uit Vlissingen Onafgebroken zwaar kanongebulder is hier hoorbaar uit de richting) van het lichtschip „Noord-Hinder'''. Men acht het hier waarschijnlijk dat een zeeslag aan den gang is. De sociaal-democratische „Chem- nitzer Volkstimme" klaagt er oyer, dat de Fransche socialisten er maar niet voor te vinden zijn met socialisten der andenel oorlogvoerende landen, die niet met Frankrijk verbonden zijn, in overleg te VERSCHIJNT ELKEN WERKDAG, Abonnementsprijs Per 3 maanden fr. p. post1.25 Losse nummers0.05 Prijs der Advertentiën 15 regels ƒ0.50, iedere regel meer 10 ct. 3-maal plaatsing wordt 2-maal berekend, Bij abonnement voordeelige voorwaarden. Familieberichten van 110 regels ƒ1. iedere regel meer 10 ct. treden. Bij hen schrijft het blad is geen spoor te vinden van bereidwil ligheid 0111 spoedig een verstandigen vrede te verkrijgten. .Ook Jieeft 'het Fransch© partijbestuur geweigerd, deel te nemen aan d© zitting van het internationaal bu reau, als er Duitsche partijgenooten bij zijn. Een zelfde besluit hebben ook de Engelsche socialisten genomen. De Duit sche leiders vernamen dit 'eerst te 's Gra- venhage, zoodat zij onverrichter zake moesten terugkeeren. Te Tauberbisschofsheim (Baden) zijn twee Fransche officieren gevangen geno men, die den vorigen dag uit de Vesting Mariënbetrg in Würzlmrg op vermetele wij ze waren ontsnapt. Samen met een der den krijgsgevangene hadden zij- uit koor den -een touw gemaakt, waarmee zij1 zich 's nachts .over de liooge muur van de vesting lieten zakken. Toen de derde man) aan de beurt was brak het touW eu de officier brak bij den sprong zijn been. 's Nachts vond hem een patrouille eil bracht hem (fterug in de vesting. Zijn) beide kameraden werden in bet botel „Zum weiszien Ross" te Tauberbisschofs heim gèvat en ook weer naar iViirzburg gebracht. De „Léon Gamb e11a". Naar officieel© schatting zijn met (de „Gambetta" 600 -opvarenden omgekomen, 0. w. d© sch-out-bijl-nacht en zijn staf. Tweede Kamer. Een blijde dag voor Aal- berseHij gaat naar de Eers'e Kamer. Een inter pellatie. Een slecht inge licht interpellant. Alen kent den uitslag. Het ontwerp Aalberse tegen de oneer lijke concurrentie is aangenomen met 67 tegen 6 stemmen. Vier vrij-lib-eralen, de heeren Ter Spill, De Beaufort, Tydeman en Drion, één Unie-liberaal de heer Van Doorn en één Katholiek de heer De Stuers, hebben tegen gestemd. Er Waren vele leden afwezig, zoo de heer Lohman, die stellig ook zijn „voor" aan het ont werp zou hebben geweigerd, maar het succes van den heer Aalberse is inder daad verrassend. Volgens' het Reglement van Ord-e wordt nu de verdediging van dit uit het initia tief der Kamer voortgekomen wetsvoor stel' in Eerste Kamer opgedragen aan den voorsteller, terwijl deze mag meebrengen wie hij wil. Do heer Aalberse zal echter alleen gaan, om in het Hoogerhnis zijn zaak, zoo noodig, nog eens te bepleiten. Enfin, die taak zal hem ook aan de overzijde wel licht gemaakt worden, want zijn werk heeft de sympathie van het gros der Kamerleden. Na dezen uitslag vinden we het niet noodig nog lang stil te- staan bij het debat van gisteren, evenmin 0111 nog eens diep 'in te gaan op de principieele bezwa ren tegen dit ontwerp en de weerlegging daarvan. Aalberse heeft in ieder geval kranig werd geleverd. Dit moet erkend, hoe men overigens ,ook tegen het ontwierp staat. De voorsteller beweerde, dat men met het burgerlijk recht alleen een middel waartegen hij- geen bezwaar had er nooit zou komen (tenzij men onzen rech ter een even buitensporige macht gaf als den Franschen), omdat dit niet alleen, duur is, maar ook zeer langdurige en omslachtig© procedures meebrengt. Nu wist hij wel dat o-ok dit voorstel niet alles zou omvatten, dat onder het begrip oneerlijke concurrentie is te bren gen,'en ook hij was, met de heeren Schim van der Loeff en Mendels, ervan over tuigd dat er teleurstelling' zou heeTschen over de werking van de wet. Doch dat zou, volgens hem, het gevolg zijn van wat stellig is te voorspellen: dat de wer king hoofdzakelijk eene preventieve zou Wezen en dus niet onder cijfers te bren gen, terwijl voor den rechter alleen de twijfelachtige gevallen zouden komen. En; daarin zou, te oordeelen naar de traditie van onze Rechtspraktijk, dan vaak vrij spraak volgen. Maar al wat door dit wetsartikel zou worden voorkomen dat zou men niet zien. En dat zal onzen goeden naam in het buitenland en aan de bevrediging van ons eigen rechtsgevoel ten goede komen, dacht hij'. We hopen met hem, dat de teleurstel lingen zullen uitblijven. Na afhandeling van deze kwestie was aan de orde de interpellatie van den heer Albarda over het weigeren dooi den Minister van Oorlog, voor extra landbouwverloven aan bezitters van klein© stukjes grond.

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1915 | | pagina 1