Zaterdag 27 Februari 11115 29e Jaargang i\o. 126 EMMWwmmwmwmbwmmmwm ui mim wnmii Uitgave van de Naaml. Venn. LUCTOR ET EMERGO gevestigd te Goes. Hoofdbureau te Goes: LAM i E VORSTSTRAAT 219. Bureau te Middelburg: FIRMA F. P. DHUIJ - L. BURG. Drukkers: Oosterbaan Le Cointre - Goes. Stateri-Generaal Tweede Kamer. Economisch allerlei. De mi'.jsler duizelt er van. Bij de groot© verscheidenheid, die het Kamerdebat de laatste dagen te aanschou wen gaf, is 'hot ondoenlijk op alle kwesties diep in te gaan. Vooral zal men dit be seffen, als men 'bedenkt, idat schier bij iedere eenvoudige vraag of opmerking "n economisch vraagstuk of principe om do deur kijkt. Zooals men weet gaat hot om een ver hooging van het hoofdstuk L. H. on N. ten behoeve van de economische maat regelen, in verband met den buitengewo nen toestand met f3.312.000. Van dit bedrag is 21/2 millioon noo- dig wegens verlies op graan- en meel- aankoop, 6 ton voor het steuncomité, 2 ton voor levensmiddelen, 12 mille voor de uitvoering dor beurswet, en 1 milli- oen voor bijdragen aan werkloozenkasscn der gemeente. 't Spreekt vanzelf, dat Minister Posthui- ma, die nog 'n weinig to groen is in de ministerieële ipractijken, het niet afkan en het grootste deel der verantwoording aan z'n grooten voorganger overliet ol! zal overlaten. Bepalen we ons tot enkele aanteeke- ningen uit het debat van gisteren. Do heer Duijmaer van Twist (a.-r.) vroeg of de geregelde aanvoer van levensmidde len verzekerd is en of die voortdurende prijsstijging er van kan worden tegen gegaan; of niet geëindigd moet worden mot het afmakingssysteom ter bestrijding van de veeziekte. .Spreker drong aan op eon luitvoerverlof voor inferieure boter en geperst hooi, terwijl hij de regeering hulde bracht voor het oprichten van 'n centraal bureau voor visscherijzaken. De heer De Jong (u.-l.) verdedigde de) vaststelling van do maximum-prijzen en bepleitte het verbod of tot het beperken van uitvoer van varkensvleesch en groen ten niet moet worden overgegaan De hoer Van Nispon tot Sevenacr (r.-k.) (Nijmegen^) vroeg betere voorlich ting der Kamer door de regeering. Spreker vroeg of het volk niet tot meer zuinigheid moet worden aangespoord, en of niet het gebruik van oorlogsbrood moet worden voorgeschreven. Ook bevordere de regoering den craanblouw. Hij vroeg ten slotte of voor credietbehoevende kleine middenstanders geen maatregelen als in Den Haag getroffen zijn. De heer Beumer (a.-r.) critiseerde ver schillende regeeringsmaatregclen en wenschto dat de regeering optrad tegen burgemeesters, zooais die van Meppel, die de maximum-prijzen aldus opvatte, dat beneden die prijzen niet verkocht mocht worden. De heer Tydoman (u.-l.) achtte het oogenblik voor critiek op het algemeen! r eg eerings beleid over de economische maatregelen nog niet gekomen. Hij hul digde do regeering voor haar doortastend en snel optreden aan het begin der crisis tot nu toe en verheugde zich, dat dd regeering het met hem eens is dat zij zich ha de crisis binnen de kringen harer nor male bemoeiingen moet terugtrekken. De heer Tydeman vroeg of het geregeld aanvoeren van maïs verzekerd was, daar bij prijsstijging van maïs het uitvoerver bod van varkensvleesch geen resultaat zou hebben. De socialistische afgevaardigde Spiek man besprak de hulp van het Ned. Steun comité, verleend aan de werkloozt-n; hij zou gaarne zien, dat de verdeeling wat billijker was. Niet zoo, dat de een over vloed beeft en de ander gebrek lijdt. Onze a.-r. algevaardigde Brummelkamp vroeg waarom de Steuncomité's niet va ker inlichtingen vragen bij de kerkelijke diaconiën, die goed op de hoogte zijn van den toestand in de gezinnen. De heer Kleerekooper (s. d.) sloot de Dj met een reeks opmerkingen over, of lievor aanmerkingen op de ondersteunin gen, zooals die in onze hoofdstad plaats vinden. Voor al deze vragen ziet de minister zich nu gesteld. Gelukkig voor hem echter was het reeds te laat, om nog te antwoorden. Nu heeft hij althans tot Dinsdagochtend den hjd om orde te brengen in den chaos, en om zich voor to bereiden voor een antwoord uit één stuk en, zoo noodig, een fermon dupliek. Minister Posthuima zal nu weten, dat 't ei' op aan komt. Gr©©!© Oorlog. Lucht- an dulkboofenoorlog. Schout-bij-nacht Degouy geeft in de ovue des Deux Mondes een belangwek kende beschouwing over bovenstaand on derwerp. De Zeppelins-actie tegen Engeland beieft volgens schrijver niet veel uitgewerkt, maar wel aangetoond, dat duisternis geen beletsel voor de luchtvaart is. Tot dusver zijn enkel verdedigende maatregelen tegen den luchtoorlog geno men, maar dit is niet voldoende. De schrijver komt, op grond van een en ander, tot de conclusie, dat men niet alleen Zeppelins zelf moet aanvallen, maar vooral hunne operatiebasis en wel op het oogenblik; dat zij in den hangar verblijven. Dat de tot nu plaats gehad! hebbende aanvallen betrekkelijk weinig resultaat hebben opgeleverd, is toe ttei schrijven aan de omstandigheid, dat uit het zich bewegende vliegtuig geen gere geld vuur kan worden onderhouden en onder den geringen omvang van het doel. De verdedigingsmaatregelen moeten wor den aangewend met aanvallen op de operatiebasis door bestuurbare luchtsche pen met zoeklichten en ondersteund door groote aeroplanes, of, wanneer het aan vallen dicht bij de kust betreft, door wa tervliegtuigen. Het mag niet ontkend worden, dat de Duitschc onderzeebooten don laatsten tijd een (groote activiteit getoond hebben. Men weet, hoe moeilijk het is voor schepen',, welke zich aan de oppervlakte van het water bewegen, om ondanks de grootste activiteit, een onderzeeboot te belietteni, een smal water als het Kanaal, over te steken. Die afstand kan geheel onder water afgelegd worden. Aan de onderzee- booten te beletten ten Noorden van Schot land om te varen, kan zelfs niet gedacht worden. Om zich van de onderzeebooten te be vrijden, moet men daarom hare1 basis! vernietigen. Dat de basis Zeebnigge nog bestaat, zooals waarschijnlijk is, kan ver wondering baren, ook voor wat betreft die taan de Duitsche kust, welke door een krachtigen aanval der Engelsche vloot tij het begin der operaties, gemak kelijk geforceerd hadden kunnen worden. Doch 'hier dient men rekening te houden met quaostics van hooge politiek, waar over eerst later licht zal worden ontsto ken. In elk geval blijft het een open vraag en de oplossing is op het oogenblik ze ker moeilijker dan zij' was op 4 of 5 Augustus. Zij schijnt zelfs onmogelijk te zijn. Het feit is, dat wij thans tegenover een strijdwijize staan, welke principieel wel te verdedigen is: de verstikking van den vijand door middel van een blokkade. De Engelsche regeering en de admiraliteit houden hardnekkig daaraan vast en 't schijnt, dat de critiek, welke in de plaats van deze „methode Collingwood", de „methode Nelson" (het met toenemende kracht aanvallen) wil stellen, weinig kans heeft, haar zin te krijgen. En dat zal wel niet veranderen, tenzij de Duitsche onderzeeërs er in mochten slagen, de voedselvoorziening van Groot Brittannië aan banden te leggen, of hare verbinding met Engeland te bedreigen. Zoover zijn wij nog niet. Ook is het mogelijk, dat het gros van de natie heter het belang van een spoedige oplossing van het con flict zal begrijpen, wanneer Engeland 100.000 soldaten meer aan het front zal hebben. Eerder zou dit nog het geval zijn, wanneer in Engeland de loting be stond en geheel zeker, wanneer het dienst plicht had. Maar zoover zijn we evenmin. Do Duitschers in België. Naar de „Echo Beige" verneemt, blijven de hardnekkige pogingen der Duitschers om den diamanthandel te Antwerpen te doen helieven zonder eenig succes. Do groote handelaren zien er van af zlaken te doen, en er bestaat zeer weinig ver trouwen in de Duitsche plannen, zelfs ander de aanwezige Oostenrijkers. Slechts enkele onbeduidende zaken worden ge daan voor rekening van Amerikaansche huizen. Hetzelfde blad meldt, dat te Iloboken, bij de werf van Cöckerill, de Duitschers een geweldige brug over de rivier slaan, welke moet dienen om de zware artil lerie in staat te stellen de Schelde ovetf te steken. Natuurlijk moet Antwerpen de kosten dragen. De „Echo Beige" verneemt verdei-, dat Seraing waar een bom gevallen is, om deze reden getroffen is met een boete van 50.000 Mark. De burgemeester over tuigd dat geen enkele inwoner in de ge legenheid was geweest, zulk een aan slag voor te bereiden of te begaan, wei gerde te betalen, indien geen onderzoek werd ingesteld. Buitendien verklaarde een dame onder eede gezien te hebben, dat een Duitsche soldaat een bom wierp uit een in be weging zijnden trein. Of men hier met kwaadwilligheid te doen heeft, of met onvoorzichtigheid, of wel met een door gestoken kaart, dat weet men niet, maar de boete is gehandhaafd. Uit do Karpathen. Een poggetujge, een Hongaar schrijft on der meer: De (nieuwste overwinning der Duitschers is van voorlreffelijken invloed op den geest van het in de Karpathen vechtende; O.-H. leger. Op den den Februari trachtten de Rus sen, zoo werd mij verteld, de Oosten rijkers bijl de verdediging van den Dukla- pas te overrompelen. De Russen moesben roeiende met hunne armen tot over del borst in de sneeuw waden tot zij aan den voet van den heuvel Kastelnikprich kwamen. De Oostenrijkers hadden de top pen, 'den overgang van den eenen terg naar den anderen, met prikkeldraad, pa lissaden en balken versperd. De Russen die storm liepen, werden door een hevig! vui.il- ontvangen en bleven bij honderden, vasthaken in het ijzerdraad cn werden neergeschoten. Maar die aanval in het front, was slechts een schijnbeweging om den te beteren aanval in de l'lank uit le voeren. De 0.-II. troepen geraakten daar door in groot gevaar om van den top van 'den berg te worden weggedrongen. Daar die top herwonnen moest worden, ontstond er een hevige worsteling met bajonet 'en geweerkolf. Van de woede van het gevecht getuigden later de aan flarden gescheurde uniformen 'en de splin ters van de kolven, die op het veld la gen. Het waren do regimenten ,uit Stier marken, die de spits hadden moeten af bijten en de Russen tenslotte verdreven. Vele vijandelijke kompagnieön werden door de Stiermarkers gedecimeerd. Even als bij de Tirolers zijn bij de lui uit Stiermarken het klimmen op de bergen, het schieten en 'het „raufen" (vechten) nationale eigenschappen. Dit is voor hen het grootste plezier. Die transportmiddelen en het uiterlijk van ue soldaten ondergaan gedurende zoo'n winterveldtocht in de bergen een radikale verandering. Voor de artillerie moeten de straatwegen schoongeveegd worden en voor het voetvolk trappen in de bevroren berghellingen worden gehakt. Buiten de wegen ligt de sneeuw ,zoo hoog, dat een mensch er bij'na in wegzinkt. De wagens van den trein krijgen sleden onder de wielenop de muildieren worden al lerlei benoodigdheden gepakt en het eten in kook'kisten geborgen om het warm te houden. Talrijke afdeelingen loopen op sneeuwschoenen en dragen witte mantels om niet al te veel van de sneeuw af te steken. Zij zijn begeleid door Sint Ber nard's honden, die do sleetjes met pro viand voorttrekken. De soldaten zitten in loopgraven die Van boven toegedekt zijn en waarin binnen een kacheltje staat. In de sneeuwhoopen voor die kuilen steken machinegeweren en liggen de draden om de mijnen te laten springen. Dit alles wordt beschermd door een omheining van prikkeldraad, waarin signaal-klokjes han gen. Voor dat al die dingen in de nieuwe stelling in orde gebracht-zijn, heeft de soldaat erg van de kou le lijden, zoodat er velen bevroren raken. Zoodra zij' zich echter hebben ingegraven is het ergste voorbij. Door deze gevechten wordt veel grof wild uit de bosschen opgejaagd, zoo- dat wilde zwijnen en zelfs wolven ge schoten zijn. De gezamenlijke vijand. Dezer dagen moet volgens „Het Han delsblad" het volgende gebeurd zijn: Een Russisch soldaat is van zijn re giment afgedwaald; hij komit in ©en der dichte bosschen terecht, daar aan de duis tere grens, van Polen. Hij dringt al zoe kende steeds verder. Hij durft niet te roepen, omdat de vijand in de buurt inoet zijn. Hij hoort eenige takken kraken. Hij1 staat stil, loert, spiedt. Het is een Duitsche soldaat. Beiden ontdekken elkaar op het zelfde oogenblik. Zullen ze op elkaar af stormen Maar geen van tweeën heeft patronen in de tasch. En in plaats van de blanke wapens te 'trekken, bedenken ze zich. Ze bevinden zich in eenzelf den toestand, beiden zijn verdwaald. Waarom zullen ze elkaar hier in het eenzame bosch vermoorden? En nu gaan ze gezamenlijk op den zoek naar een uitweg, om den zoom van het bosch te bereiken. Ze slagen er echter niét in. Het begint te duisteren; de nacht valt snel. Van wat takken weten ze zich een soort van schuilplaats te bouwen, dim den nacht door te brengen. Want helt is koud. Dus zal de een de wacht hou den, terwijl de ander slaapt. De Rus heeft het eerst de wacht. Hij staat daar nog geen half uur terzijde van zijn rustig slapenden kameraad, of hij ziet vreemde lichtjes in het dichte duister flikkeren; het zijn er vele, van alle kanten gaan en komen de vreemde lichtvonkjcs. En ineens weet de soldaat wat het zijn: de wolven naderen! Hij wekt den slapenden Duitscher, deelt hem met enkele woor den het -gevaar mede. Maar ze hebben immers geen patronen meerl Dan neemt de een zijn geweer, en de andeffle trekt de sabel. En zoo stéllen zie zich te weer. De wolven hebben een kring gevormd om de plaats, waar de twee mannen staan. Eén der roofdieren is vooruit gespron gen. De bajonet dringt het dier in de borst; huilend tuimelt het temidden der andere. Die storten zich nu gezamenlijk op th.un prooi. Maar woedend vechten de twee soldaten om hun leven; en zóó slaan ze om zich heen, dat de wolven weer tot op een behoorlijken afstand terug deinzen. Do Duitsche soldaat is gewond, één der wolven heeft hem de tanden in den arm geslagen; de Rus verbindt de wond met zijn zakdoek, terwijl de ander zijn wapen op den dreigenden kring gericht houdt. Zoo brengen de twee sol daten den nacht door, slapeloos, de her nieuwde aanvallen der wolven afslaand. Maai- zc redden elkaar telkens weer het leven. Tot de ochtend langzaam gaat glo ren. Dan trekken de wolven terug, slui pen het bosch in. Do twee verdwaalden leiden daaruit af, welke richting ze moe ten volgen oni uit het bosch te geraken. Eindelijk bereiken ze den woudzoom. Nu zijn ze weer vijanden, Rus tegenover Duitscher. Maal' ze reiken elkaar- de hand. De één, wendt zich naar links, do an der naar rechts, om hun loopgraven weer te bereiken. Straks gaan ze elkaar be schieten. Korte Oorlogsberichten. Een Duitsch Universiteitsdocent heeft een 'middel uitgevonden, om uit slroo oen voortreffelijk voedingsmiddel te be reiden. Deze uitvinding moet gewichtige gevolgen kunnen hebben. De honger begint zich blijkbaar to doen gevoelen. Keizer Wilhelm en Von IIi 11- d e n b u r g. Het in aanzien staande Turk- sche blad „Terschumani Hakikat", bevat een hoofdartikel, waarin gezegd wordt: Het verloop van den oorlog tot nu toe toont twee gestalten, die hoog boven de internationale verwikkelingen van den wercldschokkenden strijd uitrijzenKeizer Wilhelm en veldmaarschalk Von Hinden burg. De keizer houdt voortdurend het oog op de ontwikkeling der oorlogsgebeur tenissen en leidt de operaties. Tegelijker tijd rast echter de verantwoordelijkheid voor het bestuur van het groote rijk op zijn schouders. Alomtegenwoordig van het eeno eind van het Keizerlijk tot liet andere, is hij het toonbeeld van den modernen vorst. V011 Hindenburg is de strateeg bij uit nemendheid, daar hij niet door de over macht izijncr troepen, maai- alleen door zijn krijgskunde, zijn veldheergenie de schitterendste overwinning van alle tijden behaalde. Beide mannen zijn echte voortbrengse len der tweehonderdjarige ontwikkeling van een hoog begaafd ras. Zij zijn de zin nebeelden van lichamelijke en geestelijke krachtsontplooiing. Gelukkig het volk, dat zulke mannen bezit! De Engelsche admiraliteit publiceert de volgende opgave betreffende de aan komst en uitvaart van schepen van meer dan 300 ton in Britsclhe havens sinds 31 December: In de week van 31 December tot Ja nuari: Aangekomen 605, vertrokken 575; van 7 tot 13 Januari: aangekomen 632, vertrokken 723; van 14 tot 20 Januari: aangekomen 821, vertrokken 763; van 21 tot 27 Januari: aangekomen 823, vertrok ken 680; van 28 Januari tot 3 Februari r aangekomen 677, vertrokken 743; van 4 tot 10 Februri: aangekomen 754, vertrok ken 644; van 11 tot 17 Februari: aan gekomen 752, vertrokken 686van 18 tot 24 Februari: aangekomen 708, ver trokken 673. Sinds 18 Februari zijn de Duitschers, ten spijt van hun bombastische dreige menten er slechts in geslaagd zeven Brit- Sche schepen te torpilleeien. Te Herzogenrath wordt aan de bevol king van af heden slechts 300 gram brood per persoon uitgereikt. Volgens een bericht uit München zou Duitschland voornemen zijn binnen kort twintig onderzeebooten naar Oosten rijk te zenden. Uit Pola wordt bericht, dat de stuk ken van drie nieuwe onderzeebooten daar zijn aangekomen en dat de booten on middellijk in elkaar zullen worden gezet en voltooid worden, teneinde gebruikt te worden niet alleen in de Adriatische Zee, doch ook in de Middellandse!» Zee voor 't torpedeeren van transportschepen, on verschillig van welke nationaliteit. VERSCHIJNT ELKEN WERKDAG. Abonnementsprijs Per 3 maanden fr. p. post1.85 Losse nummers0.05 Prijs der Advertentiën 15 regels /"0.50, iedere regel meer 10 ct. 3-maal plaatsing wordt 2-maal berekend, Bij abonnement voordeelige voorwaarden. Familieberichten van 110 regels ƒ1. iedere regel meer 10 ct. Fransche to>rpedoboort ge zonken. Officieel wordt gemeld, dat de Fransche torpedoboot „Dague", welke een convooi levensmiddelen voor Montenegro escorteerde, voor Antivpïi op een Oos- tenrijksche mijn geloopen en gezonken is. 38 man worden vermist. Het aan land brengen van levensmiddelen werd voort gezet. Het convooi is zonder verdere moei lijkheden te ondervinden teruggekeerd. De Engelsche brigade-generaal John Edmund Gougli, die Zaterdag j.l. gewond werd, is aan de gevolgen bezweken. Gough had veel gevochten, aan den Nijl, in Zuid- Afrika, in Somaliland, enz. Schout-bij-nacht Schlieper schrijft in het „Berliner Tageblafct" over de eerste week van den duikboot- en mijn-oorlog. Hij zegt dat de Duitschers er zich zeer goed van bewust zijn geweest dat de uitvoering van hetgeen zij hebben aan gekondigd geen kinderspel is en dat er reeds van tevoren tegen is gewaarschuwd niet van 18 Februari af onmiddellijk bui tengewone dingen te ver-wachten. Hij is intussohen tevreden met wat er is vol bracht. Na te hebben opgesomd wal "de U-booten tot dusver hebben gedaan, zegt Schlieper, zich met den besten wil niet te kunnen voorstellen dat de Engelsoh- man bij al hetgeen er is gebeurd maar altijd zijn „never mind!" tar beschikking heeft. Hij verwacht, dat na de bekend making detr vernietiging van het Engel sche transportschip (welke is tegengespro ken) do Engelsche „soldeniers" niet meel» mét zooveel geestdrift naar het vasteland zullen gaan en wijst ook op de storin gen in het Engelsche postverkeer. Op de uitwerking komt het aan, meent Schlie per. De Engelsche bladen van Donderdag publiceeren de namen van officieren en bemanning, die bij het vergaan van de*. Britschen hulpkruiser „Clan Mc Naugh- ton" zijn om het leven gekomen. Geen der opvarenden van dit schip, omtrent welks lot men het rechte niet weet en wellicht nooit zal weten, bracht er hef leven af. Het waren 20 officieren en 260 minderen. Een Engelsch predikant deelt in de „Times" iets mee uit een brief van een matroos, die zich aan boord van een slagschip op de Noordzee bevond. Deze merkte op een gegeven oogenblik een on gewone onrast op onder de meeuwen die zicli in de nabijheid van het schip op hielden. Zij vlogen in kringen 0111 een klein voorwerp in het water, dat bleek de periscoop van een Duitsche onderzee boot te wezen. Aldus op het gevaar op merkzaam gemaakt, kon liet Engelsche slagschip, aan boord waarvan do brief schrijver zich bevond, nog tijdig zijn maat regelen nemen. Volgens de ;,Indépendanc© Beige" vertoeft thans de oudste zoon van Koning Albert, de veertienjarige prins Leopold, hertog van Brabant, aan het front. Na het beleg van Antwerpen was hij niet zijn broeder en zuster naar Engeland ge gaan, doch heeft net zoo lang gesmeekt om naar het front te mogen vertrekken tot zijn ouders toestemming gaven. Binnenland. Geen Duitsch luchtvaar tuig. Naai- aanleiding van het vermoeden van de Nederlandsche regeering, dat in den nacht van 19 op 20 Januari j.l. Duit sche luchtvaartuigen zich over Neder- landsch grondgebied hadden bewogen, is bij onderzoek gebleken, dat de juistheid van bedoeld vermoeden geheel uitgeslo ten is. J Z ond agsrust. Men meldt aan het Centr. Aan de tarwerneelfabrikanten, die thana voor rijksrekening tarwebloem fabricee- ren, is door den minister van landbouw; de wensch te kennen gegeven, om voortaan des Zondags in afwijking van den in den laatsten tijd gevolgden regel niet te malen, tenzij bijzondere omstandigheden dit noodzakelijk mochten maken. Een zeegevecht? Het s.s. „Maasstroom" van de Holland- sche Stoombootmaatschappij, dat gister morgen te Amsterdam aankwam uit Lon den, heeft Donderdagmiddag twaalf uur in noórdelijkle richting op de Noordzee kanongebulder gehoord, dat ongeveer een kwartier aanhield. Te voren had de be manning eenige Engelsche torpedojagers met groote snelheid in Noordelijke rich ting zien stevenen. Verkeer tusschen Engeland en Nederland. Het Haagsch Correspondentiebureau meldt Tot gisterenmiddag half vijf was er al-

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1915 | | pagina 1