I\n. 100 Donderdag 38 Januari 1915 39e Jaargang De Groote OorSog. Uit de Pers. Uitgave van de Naaml. Venn. LUCTOR ET EMERGO gevestigd te Goes. Hoofdbureau te Goes: LAN *E VORSTSTRAAT 219. Bureau te Middelburg: FIRMA F. P. D HU IJ - L. BURG. Drukkers: Oosterbaan Le Cointro - Goos. Mond- en Klauwzeer. Zoodra deze booze ziekte' weer was uitgebroken, hebben wij ons gehaast op het beproefde, ongeveer een kwarteeuw oude middel van wijlen Kneipp de aan dacht te vestigen. Ook bestaan er zeer gunstig werkende homoeopathische middelen. Voorts is het ons bekend Idat meer dan een landbouwer in onze omgeving al zijn koeien heeft aangetast gezien, doch dat al hun vee door toepassing van een bekend middel van een eenvoudig land bouwer, of van andere middelen herstelde en weer opbloeide. Dit brengen wij in berinnering nu weer van meer dan een© zijde tegen het afmaakstelsel door minister Posthuma, en ook door vorige ministers, ook door mi nister Talma toegepast, geprotesteerd wordt. Afmaken en in den grond stoppen moge een afdoend middel zijn niemand spreekt tegen dat wanneer maar de laat ste koe in den grond gestopt zal zijn, het mond- en klauwzeer zal uitgewoed hebben het is toch een hoogst scha delijk middel; voornamelijk voor hen, dj© een heel menschenleven hebben gewerkt om hun veestapel te verbeteren, en die als loon voor hunnen moeizamen, duren arbeid, zoodra zich deze ziekte ook maar aanvankelijk bij een enkel beest vertoont, onthaald worden op onteigening en afma king van al hun sohoone herkauwers. En het is ook stuitend, in dezen tijd, nu het vleesch duur is en schaarscher wordt. De bezwaren zijn meest aan onzen kant uitgesproken. Thans wij meldden dit reeds zal de heer Lieftinck, het Ka merlid, de regeering omtrent de moge lijkheid van andere maatregelen ©enige vragen stellen. Voorzorg. De Standaard maakt de volgende zeer juiste opmerking: „In oorlogstijd, gelijk nu, moest ons land zich, zoolang de invoer nog vrij is, een voo rraad aan voedsel weten aan te schaffen, dat, ook al sleepte men ons in den oorlog, en ook al werd alle toe voer ons dan afgesneden, we uit de in geslagen provisie ten minste een half jaar in aller behoeften aan voeding voor zien konden". Zoo is het. Zoo zijn er meerdere voor zorgen die men bereids moest kunnen nemen. De overhaaste vlucht der Mechelaars en Antwerpenaren naar Holland was ge volg van een paniek veroorzaakt door de kogels die onverwachts den verschrik ten burgers om de ooren floten of suis den, terwijl zij .geen andere schuilplaaLs hadden dan de onveilige kelders. Het zou derhalve overweging! verdiend hebben in bepaalde 'gemeenten waar dit kon, onder-de-grondsche schuilplaatsen te graven, opdat de bevolking, een mogelijke nadering des vijands met minder onge- rastheid dan evengenoemd© ongelukkige,n kon tegemoet zien; zij zou dan immers weten, waarheen in tijd van nood te vluch ten. Ook zou 'tin sommige steden, vooral in|Zeeland, overweging verdiend hebben, om de verschillende onderaardsch© gan gen, uit Reigersbergh of Smallqgang© be kend, na te zien. en publiek te maken, of bij plots,elingen overval dez© gangen een afdoend middel ter ontkoming zou den kunnen bieden. Wanneer de burgerij haar overheid op zoodanige wijze in actie ziet, vermeerdert dit de kalmte en rustigheid, die noodig zijn, en het tegendeel zijn van laksheid en vafsche gerustheid. De minister heeft 't deze week nog tref fend gezegdwanneer de oorlog komt, zal hij ons overvallen met ijzige zeker heid. Als een dief in den nacht is hij in Augustus gekomen, heeft hij België be sprongen, en zou hij ook ons kunnen verrassen. Daarom juichen wij het toe, dat de lichtingen nog langer onder de wapenen zullen blijven. Wij voelen mede het leed en den spijt dier teleurgesteldendoch zij de algemeen© dank der natie hun t°t troost, en de wetenschap dat God voor hen zorgt hun tot steun. Artsen monopolie. De vervolging van zeker soort men- schen die aan geneeskunde doen, zonder wettelijke bevoegdheid nu laatst weer van den „wonderdokter" De Haas, geeft ons aanleiding om nog eens te wij zen op de onbillijkheid van het monor hee 0nzer (meest allopathische) genees- Ruim ©en jaar geleden, bij een dergelijk leit, wees De Standaard er op dat De Zeeuw VERSCHIJNT ELKEN WERKDAG. Abonnementsprijs Per 3 maanden fr. p. postf 1.25 Losse nummers ,0.05 Prijs der Advertentlên 15 regels /"0.50, iedere regel meer 10 ct. 8-maal plaatsing wordt 2-maal berekend. Bij abonnement voordeelige voorwaarden. Familieberichten van 110 regels ƒ1. iedere regel meer 10 ct. er tal van menschen zijn die bij de gier neesheeren geen baat vinden, en genef zen worden door dergelijk© „onbevoeg den". In plaats van hiervoor dankbaar te wezen, vervolgen de artsen dergelij ke „kwakzalvers", en rusten niet voor de rechter hun de gelegenheid om wèl te doen aan den lijdenden evenmensch heeft benomen. De vrouw in Lukas 8 had ook al haar geld tevergeefs aan geneesheeren uitgege ven, de Heiland genas haar en ware er in Palestina, zegt De Standaard ongeveer, terecht, een wet geweest als de hedendaagsche malle Nederlandschei deze vrouw had geen heul of heeling bij den Heiland mogen zoeken, en de Heiland zelf zou voor de door hem ver richte genezing zijn gestraft geworden. Laten toch, zoodra de oorlog uit is, onze wetgevers eens zinnen op een mid del om aan dergelijke misstanden een einde te maken. In het geval van Lukas 8 ligt be wijs dat er niets onredelijks in ligt zoo iemand die door de gediplomeerde medi cijnmeesters van den wal in de sloot geholpen wordt, zich door een ander, gediplomeerd of niet, uit de sloot laat uittrekken. To meer verdient deze opmerking de aandacht, dewijl het van algemeen© be kendheid is dat het onder de attsen al net eender gaat als onder de predikanten en de advocaten. Er zijn profeten hij en martelaars zeg twintig procent van elk en de overige zestig procent zijn tusschenstaanders. En ook zelfs die tot de eerstgenoemden behooren tasten nog wel eens mis. Is 't dan niet jammer dat iemand, die slag voor slag derzulken werk verbetert, met boete of erger soms gestraft wordt En bovenal hier nemen wij een ar gument van De Standaard over „heeft de Overheid het recht om tot stij ving van der artsen beurs het publiek aan hun monopolie over te geven, waar toch ieder weet dat juist concurrentie het van zelf geboden middel is om de prijzen, van medicatie te doen dalen en de me dicatie zelve op het hoogste peil te bren gen." Mits p i' o t e s t n i e.t u i t b 1 ij v e. De „Standaard" driestart: Van meer dan één kant is men den heer, wethouder en Kamerlid, Vliegen, hard gevallen over zijn uiterst onvoor zichtige uitlating over zijn Collega uit den Elzas. Openlijk partij kiezen voor de Fran sche en tegen de Duitsche politiek liet zich niet denken. Het lieek tergjen ten tarten. En het liet zich uitnemend verstaan, hoe in toeer dan één orgaan tegen zulk ©en taal, als hier over de lippen kwam van een publiek persoon, en wel publiek in dubbele hoog© qualiteit, niet enkel pro test uitging, maar zelfs beduchtheid rees, of 'zulk een uitlating in Duitschland geen kwaad bloed zou zetten. Toch ga men hierin niet te ver. In Duitschland is men zoo kleinzielig niet, en men weet ook op onze Ooster- grens sinds jaren, wat over de lippen van een Sociaal-Democraat alzoo ongezoutens komen kan. Bovendien, sympathieën zijn nu een maal niet te smoren. Van oudsher werkten hier steeds alzij dige sympathieën voor het Fransche ele ment, met name voor de Fransche litte ratuur, voor de Fransche mode en voor da Fransche kunst. Weer op andere wijk kwam sympathie voor het Fransche ele ment hier onder de Refugiés binnen. En twat jn 1795 hier te lande (beleefd is, heugt nog de ouden van dagen. Zelfs nu nog ils voor ieder die er de gelden voor over heeft, een bezoek aan Parijs het groote Durado van het jonge leven. Daarnaast ontwikkelde zich met name in de Residentie, en onder den adel, ongemeen sterk© voorliefde voor de High life, en onder de Zendingsvrienden voor de Engelsche missie. Want hier aan Engelsche Romans verslonden werd, valt nauwelijks te gissen. En hier nu staat tegenover, dat het Duitsche sociale doen hier weinig ingang vond, en dat, hij' alle respect voor Duitsch- lands hooge wetenschap', toch het zich versmlelten met het Duitsche leven in tal van kringen hier minder vlot toeging. Het verleden werkt hier nog altoos na, en Parijs met Londen boden altoos meer uitlokkender bëeld dan Berlijn. Men kan er zich dan ook allerminst over verwonderen, dat, nu hier de invasie van België bijkwam, het sentiment in onze burgerkringen veelal een koers naar het Z. W. koos. Dat dit Mji den heer, Vliegen nu nog verder, ja, te ver ging, betreuren ook wij natuurlijk, maar bevreemden kan het ons niet. En ook, het herinnert niet. Mits onder één beding, en dit beding is, dat even luid en breed tegen al (zulk© extra-vagantiën het protest der bezadig- den uitga. Zulk een uiting als van Vliegen mag nooit anders dan omgekegeld door de publieke opinie op de publieke markt liggen. Landgenooten en Vreemdelingen moe ten aanstonds merken: Die heer Vliegen is een Einspanner! Naar hem moogt ge Nederland niet afmeten. Welnu, dit protest dook dan ook ter stond van allen kant op. Haast kon het niet luider, noch alge- meencr. De heer Vliegen heeft ten slotte dan ook alleen, zijn eigen reputatie als be zadigd Staatsman geschaad, en voorts de holheid en voosheid van zijn gronddenk beelden ten toon gesteld. lEn zóó nu genomen, gaf dit incident ten slotte niets dan een kleine opschud ding, die meer dan één in stilte fluiste ren deed: Nu viel Vliegen, voor een man op zijn jaren en van zijn positie, ine' toch hitter tegen! Beknopt overzicht van den toestand. Het weer is omgeslagen en derhalve de actie op het Westelijk oorlogsterrein verlevendigd. Het spreekt vanzelf, dat droog weer van grooten weldadigen invloed is op het terrein en op bet humeur van de strijders. Uit de jongste communiqués blijkt ,dat vooral de Duitschers krachtig offensief op verschillende punten optraden, en dat de geallieerden zich hoofdzakelijk lieten gelden, wanneer het er op aankwam, ge leden verliezen weder te. herstellen en verloren gegane terreinstrooken te her winnen. Vooral tusschen Béthune en La Bassé© was het Duitsche offensief het heftigst. Zooals men weet hadden zijl daar den Iaatsten tijd het meeste voordeel behaald en boog daar de linie zich dus het meest te hunnen gunste vooruit. Aan de beide oevers van het kanaal tus schen beide plaatsen is verwoed gevoch ten. Op den N. oever (bij Givenchy) mis lukte de aanval, maar op den Z, oever (hij Qwinchy) slaagden zij er in de En gelsche posities te nemen en een paar krachtige steunpunten te' veroveren. De Fransche en Engelsche communi qués bevestigen deze voordeelen op> ver schillende wijze. Niet alle even onomwonden, doch na wikken en wegen en overwegen komt men tot deze slotsom. Wat zullen de mannen met opgewekt heid den verjaardag van hun keizer ge vierd hebben I In den Elzas zouden, volgens de Fran sche berichten, d© Duitschers Sennheim oftewel Cernay gebombardeerd hebben. Hieruit valt dus op te maken, .dat die plaats door hen ontruimd was. 't Blijft dan nog de vraag, of zij de Oostelijke zijde van de hoogte 425 bezet houden, of 'dat de hoogte nu geheel in het bezit der Franseben is, die op bet punt staan Sennheim's poorten binnen te treden. Allerlei geruchten over plannen, di© gesmeed worden, duiken op. Het ©ene al even geheimzinnig als het andere. Met stelligheid wordt zelfs gemeld, dat een Engelsch leger van 700.000 sol daten in Frankrijk geland is, en dat in het voorjaar een tweede leger van onge veer gelijk© sterkte zal volgen. De aan komst van deze Engelsche strijdmacht heteekent zoo heet het dat de bond- genooten .opnieuw tot een algemeenen aanval zullen overgaan. De Russen kondigen een beweging van alle Russische legers aan, welke tie we reld met verbijstering zal slaan. Aan de Servisch-Roemeensche grenzen wordt een Duitsch leger van minstens 250.000 man saamgetrokken, waarvoor weet men nog niet. Verder wordt er druk gepolemiseerd in de pers der groote mogendheden over in de lucht hangende vredesplannen en vredesvoorstellen. Mien vleie zich echter niet te vroeg met vredesgedachtenEr doen wel geheim zinnige geruchten de ronde, doch het heeft er veel van, dat men zich nogmaals voor bereidt op een ontzettende worsteling, zooals nog nimmer aanschouwd is. Eer we zes maanden verder zijn zal ongetwijfeld nog heel wat bloed vergoten worden. De vredesgeruchten wekken aan stonds goede hoop, doch men gelooft dikwijls al te zeer, wat men hoopt, en dan volgt vaak teleurstelling. Onze verwachtingen zijn dan ook niet hoog gespannen. Gisteren waren de Duitschers in den geest hij hun jarigen Keizer. Met gemeng de gevoelens is deze dag natuurlijk ge vierd. Naar aanleiding van den geboortedag van Z. M. is er een omvangrijke amnestie voor alle deelnemers in het actieve leger uitgevaardigd. Disciplinaire straffen, zoo mede alle geld- en vrijheidsstraffen bene den 6 maanden, werden kwijt gescholden. Waar een gerechtelijk onderzoek tegen deelnemers aan den oorlog nog niet inge leid was, is dit in don meest ruime mate opgeheven. Deze amnestie is ook op Beijeren, Baden, Saksen en Wurtemberg van toepassing. De Keizer hield voor het 28ste leserve- infanterie-regimient, dat bijna uitsluitend uit Keulenaars bestaat., een aanspraak, waarin hij ze prees voor hun moed en uithoudingsvermogen, die zij maandenlang onder zwaar artillerievuur hadden getoond, en hij- sprak de verwachting uit, dat zij ook verder hun ouden roem zouden handhaven. Ten slotte zei de Keizer: „Ik vertrouw, dat de Koulsche jongens het hunne zul len doen om den vijand volkomen te on derwerpen. Als de lieve God, zooals ik hoop en vertrouw, ons ter overwinning zal hebben geleid, verwacht ik dat gij, Keulscho jongens, met opgeheven hoofd in uw oude beroemd© stad kunt binnen trekken en dat de Keulsche meisjes trotsch op u zullèn zijn." Een artillerie aanval. Een Engelsch artillerie-officier schrijft: Eergisteren heb ik den gebeelen dag in de loopgraven doorgebracht, omdat ik de uitwerking van een houwitser-batterij moest vaststellen. Dat heeft wat voeten in de aard gehad, voor ik er was. De loop graven liggen onder een heuvel en men kan er alleen inkomen of uitgaan, ials men door do duisternis beschut is. Daar om ging ik om 5 uur 's morgens op stap. Ik was tot ongeveer 75 Meter van onze loopgraven verwijderd en nog een 200 meter van de eerste Dnitsche stellingen, toen eensklaps bel opflitste het magne siumlicht. De Duitschers moesten mij nu gezien hebben en daar ik van mijn kant had waargenomen, dat zij een machinege weer hadden opgtesteld, op den weg, waar op ik mij bevond, liet ik mij alsdan haas vallen en kwam in een moddersloot te recht, waar ik niet dan na groote moeite weer uit kwam. Nauwelijks had ik mij la ten vallen of daar gierden de kogels reeds. Gelukkig was alles weldra weer stil en zoo kwam ik geheel bemodderd, doch behouden in onze loopgraven, waar ik mij! op mijn gemak gevoelde. Wij hadden twee waarnemers, die 't vuur controleerden en een trigade-officier, die de telefoon bediende. Juist als de dag zou aanbreken, werden luide com mando's in de loopgraven doorgegeven en de bajonet werd opgezet. Een machine geweer begon onheilspellend te ratelen... Dat was te veel voor de Duitschers, die in allerijl naar him alarmposten snel den en hun loopgraven bezetten. Daar was bet ons nu juist om .te doen, want wij voelden in het geheel gaan lust onze veilig© loopgraven te verlaten. Onze hou witsers begonnen hen te bestoken... De twee eerste granaten vielen niet ver ge noeg en wierpen massa's aarde op. Doch de twee volgenden harstten midden in hun loopgraven. De granaten vielen nu kort na elkaar in de Duitsche posities en woelden daar de aarde om, veldlen de bezetting bij tientallen neer. Toen kwamen hun ver bindingswegen achter hun loopgraven aan de beurt. Die waren ook weldra verwoest. Zonder lastig gevallen te worden konden wij inu onze positiès beter in orde bren gen en de loopgraven versterken. Die waren flink nat geworden door den voort- durenden regen en onze mannen hebben aan niets zulk een hekel als aan natte voeten. De Duitschers in België. Tegen Victor Delille, den redacteur van ,,'t Getrouwe Maldegbem", dat sinds de bezetting van Maldeghem door de Duit schers hier werd uitgegeven, is, wegens smaadschrift tegen de Duitschers een ge vangenisstraf van vier jaar geëischt. De journalist, vooral ook bekend als uitge ver van den Duimpjes-bundel, bevindt zich thans te Hannover. Door den militairen commandant der Duitschers is streng yerhoden, dat de vrou wen van de Duitsche landweermannen, die aan die grenzen staan, nog in België komen. Het is namelijk reeds vaak ge beurd, dat Duitsche vrouwen over de grens kwamen om hare mannen op te zoe ken. De commandant acht dit echter niet in het moreel belang der troepen ©n heeft er een gevangenisstraf opgesteld van min stens een maand. Slinds een paar weken gaat het te Stroo- brugge sommige dagen zeer goed om met de Belgen te spreken en zaken-offertes over t© geven. De soldaten gaan zelfs gemoedelijk met de burgers om. Sommi gen, di© voor de Duitschers koopen of er het een of ander aan verdienen, ge dragen zich zelfs reeds zoo wat als halve Duitschers. Volgens een bericht van den commandant, zouden heden of morgen alle uhlanen van het dorpje Middelburg! naar het front vertrekken. Zij zullen ver vangen worden door oude landweerman nen of marine-soldaten. De uhlanen ge droegen zich hier als echte banjerheeron. Op de wijk Den Hoorn onder de gemeente Moerkerke waren de opeischingen zóó hoog, dat sommige hoeren zooveel moes ten opbrengen, als hun erf in twee, driej jaar kon opbrengen. Den mees te tl werd slechts ©en oud paard of leen magere ko© gelaten. „Msb." De zaeslog bij Helgoland. Een verhaal van een Engelschen oog getuige behelst, dat de Engelsche vloot in den nacht was uitgestoomd en op zee zich bij de klein© kruisers en torpedo booten had gevoegd. Het smaldeel was den geheelen nacht onder stoom. Het ge rucht deed toen de ronde, dat de vijand buitengaats was en" Beatty gezworen had hem te pakken te krijgen. Wij allen, zeide deze zegsman, hunkerden er naar hem de geschiedenis van Scarborough betaald te zetten. De vliegtuigen zagen den vijand om 8 uur in den morgen. Het eerste schot van de „Lion" viel te kort bij. Het twee de trof de „Blücher". Toen begon de pret. De Duitschers vuurden alle kanon nen af en troffen de „Lion" en de „Ti ger". Vijf Duitsche groote schepen stoomden zoo op, dat zij de kanonnen op het achterschip op de „Lion" alleen richtten. Een salvo van de „Prinsess Royal" maakte een eind© aan het bestaan van de „Blücher". Intusschen waren ook de torpedobooten in het gevecht betrokken. De torpedo's schoten rond de schepen heen. Toen Beatty na de jacht op de Duit schers aan boord kwam van de „Prin cess Royal", ontvingen de manschappen hem met de kreet: Goed gedaan, Da vid 1 Het weer was helder geweest en de zee kalm. Toen de „Blücher" aan den voorsteven zonk, vuurde zij van den ge schutstoren op ijaar achterschip nog een salvo af. De bewering in het blad de „Scotsh man", volgens welke een Zeppelin kwam opdagen en bommen wierp op de Engel sche bemanning, die de overlevenden van de „Blücher" redde, wordt door de an dere verhalen niet bevestigd. De „Lion" werd, toen zij het anker uitwierp, door de andere schepen ver welkomd. Onschuldige slachtoffers. De „Tagliche Rundschau" ontleent het volgende aan een brief van een vrijwil liger: „Dat de oorlog van ons, soldaten, offers eischt, spreekt vanzelf. Dat echter de arme onschuldige inwoners van het land ook niet verschoond blijven, daarvan wil ik iets vertellen. We lagen vlak bij het dorpje P. in de loopgraven. Het plaatsje was door het vijandelijke artillerievuur hevig toege takeld, maar toch was het nog niet geheel ontruimd door de inwoners, die een armoedig bestaan in de kelders leidden. Daar de vijand zich eenige dagen stilge houden had, waagden zij het weer voor den dag te komen en dit zou hun ongeluk worden. Op een nacht begon de vijand ons met zware artillerie te beschieten. De granaten vlogen over ons heen en barstten in het dorp. Eén trof er ©en hoeve, die dicht achter ons lag. Een kleine pauze, dood'sche stilte plotseling drong een ontzettend gekerm en gejammer tot ons door. Het projectiel had ontzettend huis gehouden. Toen wij even later op de plaats van het ongeluk aangekomen waren, zagen wij een vreeselijk tooneel. In de slaapkamer van het huis, waarin de granaat ontploft was, lagen drie onkenbaar verminkte lij ken. Een vierde menschelijke gedaante hurkte bebloed in een hoek. Zij leefde nog. Het was de moeder van de drie on schuldige kinderen, die het noodlot ten offer gevallen waren. De granaat was voor ons bestemd geweest, maar de Franschen hadden hun eigen landgenooten getroffen. Het oudste van de kinderen was een beeldschoon meisje. Ieder van ons had de kleine Emilie met haar donkere oogen en zware vlechten gekend. Zij was ook niet bang voor ons, barbaren. Zij knikte altijd

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1915 | | pagina 1