en Koe, m. 09 Oude Keien, Bakkersknecht neclit Woensdag 27 Januari 1915 29e Jaargang TOEBES. De Groote Oorlog. ing de voor- K ff gevraagd AAK n Vischwaren, zaak. JUR woning met irriepaard, ide Knecht gevraagd •sknecht, rling of ende Knecht ensfbode. Uit de Pers. Statsn-Generaal j ijoen bij OP: rwater, en tevens RAATSTEEN. WANDEL, Aan- rk (Zeeland). OP: vosbles Merrie- ek. 27 Febr., mak o, bij A. KODDE r C. H., Bureau OP: en Boogkabinet n Kleerkist met f. rma F. P. D'HUIJ alf, bij A. KODDE, >f. ige, thans bewoond ZANDEE Az., OP alle tuig, 9 jaar EDEN, Vrijdoms- ei USSER, „Dolfein" DEN AMEELE, of Mei -VERSE, Gapinge. srstond of met Me1 Jrijpskerke. om terstond in Mei •ij werkzaam ge- LMolenstraat, f April A.NSENS, Bakker, ei a. s. )IJK, 's-HeerJHen- ;dienst CLB.—ROTTERD. ide plaatsen. 1915. uitgezonderd des ;en vm 6.20 van ;n van Rotterdam les Maandags van rijdags geen dienst. Uitgave van de Naaml. Venn. LUCTOR ET EMERGO gevèstigd te Goes. Hoofdbureau te -Goes: LAN E VORSTSTRAAT 219. Bureau te Middelburg: FIRMA F. P. DHUIJ - L. BURG. Drukkers: Oosterbaan Le Cointre - Goes. VERSCHIJNT ELKEN WERKDAG. Abonnementsprijs Per 3 maanden fr. p. post Losse nummers ƒ1.25 0.05 Prijs der Advertentiën: 15 regels, 0.50, iedere regel meer 10 ct. 3-maal plaatsing wordt 2-maal berekend. Bij abonnement voordeelige voorwaarden. Familieberichten van 110 regels ƒ1. iedere regel meer 10 ct. B5H Engeland en de vrijhandel, ie N e d e r 1 a n d e r schrijf L De voorstanders van den vrijhandel heb ben zich steeds op Engeland, beroepen. Al werd met de feiten in de hand aange toond, dat Engeland dat stelsel heeft in gevoerd, na vooraf door zijn zeemacht den concurreerenden naties eene loyale1 concurrentie onmogelijk te hebben ge maakt, tegenover de betoogien der Engel- sche vrijhandelaars moest elk „man van intellect", d.w.z. elke vrijzinnige, ten on zent eerbiedig zwijgen. Van niets had ons intellect grooter afkeer, dan van kunst matige bevordering onzer nijverheidzelfs werd langen tijd bijna alles wat wijl voor 's lands defensie noodig hadden, buitens lands vervaardigd, omdat men daar goed- kooper kon leveren. Aanwakkering van eigen industrie met .'s larlds penningjen was uit don booze, zelfs daar waar ver dienste voor ons werkvolk de ©enige troost zou geweest zijn voor de zoogenaamd „improductieve uitgaven" voor onze de fensie. En thans? De concurrentie van het vrijbandellievende Engeland tegen de be schermde en prachtig gedreven industrie van Düitschland was steeds moeilijker vol te houden. Van verzwakking van ener gie en initiatief, steeds door de vrijhan delaars als noodzakelijk gevolg van pro tectie genoemd, bleek niets. Engeland poogde wel ten bate van eigen industrie een zedelijken dwang uit te oefenen door een maatregel, gemeenlijk door bet beken de made in Germany aangeduid. Maar de wees voor de oviervlougelingi door de Duilsche industrie bleef aanhou den. Thans hebben wij den oorlog. Düitsch land moet worden uitgehongerd, zijne in dustrie warden geknakt.En nu reeds be reikt ons liet volgende "bericht: De pogingen van Engelsche zaken- monschen om zich van den Duitschen handel meester te maken, omvatten ook een plan om zoo spoedig mogelijk een tentoonstelling te houden van g o ed ere n, die voor den oorlog uit Düitschland en Oostenrijk in Engeland werden ingevoerd en nu in het land zelf worden gemaakt. In het comité van voorbereiding zit ten o.a. de lord-mayors van Londen, Birmingham, Newcastle, Leeds, York en Nor wiek. Voor de tentoonstelling, die waar schijnlijk in Central Hall (Westminster) zal worden gehouden, zal ©en beroep op het publiek worden gedaan om een waarborgfonds van 10.000 bijeen te brengen. Geen protectie, maar wel oorlog om. de industrie te trekken naar eigien land! De oorlog een voordeeltje voor handel en in dustrie! Onder leiding cier groobo „za- kenmenschen", de „lord-mayors" van de groote Engelsche steden! Wat zouden die Engelschen een plezier hebben, als ze de schoon© redevoeringieii konden lezen van onze brave, vérziende, vrijzinnige economisten Gelukkig voor ons kennen ze onze bar- barentaal niet. Tweede Kamer. Mr. Pieter Jelles de f-pel breker. - Eird goed. al goed Wat de{ministers zeiden „De wetsontwerpen tot 'het langen- in dienst houden der militairen zijn gisteren ^®eds z. h. s. goedgekeurd. Nu, dat z:e met vlag en wimpel er door zouden komen, stond vast als een paal boven water, ook al had men uit den rooden hoek gedreigd met een onwelwil lende ontvangst. Meester Pieter Jolles was natuurlijk de spelbreker. Ofschoon hij wist, dat het streven van de soc.-dem. Kamerfractie op niets zou uitkropen, wist hij tot het laatst toe zijn wantrouwende houding te bewaren, terwijl hij bijl voorbaat de re geering de verantwoordelijkheid wilde op leggen voor eventueel tegenstemmen van de soc.^dem. Kamerleden. Doch releveeren wij eerst Wat andere sprekers in het midden brachten. De heer Tydeman, de vrij-liberale af gevaardigde voor Tiel, kon zich er van ganscher harte mee vereenigen, dat de regeering het comitégfeneraal heeft afge wezen vooral met het oo,g op den indruk in het buitenland vond spr. dit volkomen juist en ook de heer De Meester (u.-l., Den Helder) legde er zich gaarne bij neer. De heer Bos, de vrijzinnig-democrati sche afgevaardigde voor Winschoten, moest echter even zijn tanden laten zien. Ilij was het volstrekt niet eens met den heer Tydeman ten aanzien van de taak der Kamer, doch hij drong, niet aan op het geven van inlichtingen in co mi té-gene raal, omdat hij toch niet geloofde' de noo- dige gegevens te zullen krijgen. Niet -allen wilden echter hun meening zoo grif ondergeschikt maken aan die van de regeering. Do heer Troelstra had nog heel wat noten op z'n zang, alvorens het tot stem men kwam. 'tWas blijkbaar een zware gang voor hem geweest, naar de Kamer, waar andermaal zijn vertrouwen wepd gevraagd. Ofschoon hij verklaarde volstrekt niet door wantrouwen geleid te worden, kwam er toch een motie op de proppen, 'die niet bepaald vleiend voor de regteeningl was. Natuurlijk werd het ding verworpen; de 14 aanwezige sociaal-democraten ver mochten niet de zaak in de war te stu ren. Zelfs toen bij de stemming over arti kel 1 de heer Bichon van IJsselmonde zoo'n wilde hebben we nog nooit ge zien den socialisten bijviel, was het vechten tegen de bierkaai. Het geheel© ontwerp werd dus z. h. s. goedgekeurd. Het edele vijftiental moet zich wel met beschaamde kaken teruggetrokken heb ben. Nog -een enkel woord oiver de ministie- rieele redevoeringen. Minister Bosboom heeft nog eens krach tig gezegd, waarop 't aankwam. De Regeering verlangt en acht het noo dig dat bet leger op zijn volle sterkte en in organieke samenstelling', gereed zal blijven om zijn nationalen en internatio nalen plicht te doen. De motieven daar voor heeft de Minister uiteengezet in de beide nota's zoover hij gaan kon. De Regeering staat als een veldheer tegenover den vijand. Hij heeft zijln be sluit te nemen, staande over vele vraag stukken, over feiten beschikt hij slechts in geringe mate. De Regeering: staat vaak precies zoo tegenover haar maatregelen. Zij kan als mededeelingen slechts geven de feiten die zij kent. Wat zou het geven in comité-generaal meer te zeggen dan dat? De veldheer beeft zijn weifelingen, doch moet besluiten en hij mag niet naar buiten laten zien dat hij weifelt. Dat de Regeering geen weifelingen zijn bespaard, is duidelijk. Zij vraagt het ver trouwen van de Kamer en van het volk. Ter illustratie van de moeilijkheden die zich kunnen voordoen en waarop besliste maatregelen moeten genomen worden, geeft de Min. één voorbeeld. In één der bladen vari 28 Juli verscheen een artikel „Ter geruststelling", waarin de idraalc werd gestoken met ©enig© maatregelen der Regeering. „Willen de Europeesohe staten vechten, werd gevraagd, is het u onbekend dat Frankrijk niet in staat is te vechten, dat Rusland niet gereed is, dat Engeland de handen vol heeft met de Ulster-quaestie? Welnu, is het dan niet duidelijk, dat er van een oorlog niets; zal komen. Het zal zoo'n vaart niet loo- pen, de berg is bezig een muis te ba ren!" Dit werd geschreven op 28 Juli, drie dagen voor het uitbreken van den oorlog'. Als op 31 Juli vergadering van de Ka mer was geweest, had men misschien een comité-generaal gevraagd om de te nemen maatregelen te motiveeren. Vertrouwen, en nogmaals vertrouwen. De regeering 'heeft niets anders nondig. Motie's als van Troelstra kan ze dan ook niet aanvaarden. Dat is een ondubbel zinnig bewijs van wantrouwen. Op de vraag of er geen andere organi satie mogelijk is, 'waardoor de oudste lich ting naar huis gezonden kan worden, moest de minister Iz'n groote verbazing! te kennen geven. Weet men dan niets van de moeilijk heden van organiseeren Toch klonk het als een welwillende concessie Wanneer de lichting 1915 gereed is en sterk genoeg is om de gapingen aan te vullen, dan kan wellicht het oogenblik komen dat de oudste lichting naar de depots gezonden kan worden. En dan is het wellicht mogelijk de lichting naar huis te zenden, doch als landweer ter beschikking te houden. Over de verloven kon de Min. niet veel zeggen. Verschillende raadgevingen heeft hij van de leden gekregen; als hij alle rubrieken voor welke verloven zijn ge vraagd, bij 'elkaar telt, schiet er haast niemand over. De Minister somde op wie al zoo verloven hebben gekregen. Hem is ook verweten, dat hij van de adviezen van den directeur-generaal van den ar beid is afgeweken, doch hij zeide nog maals, dat hij in de eerste plaats als mi nister van oorlog heeft te beslissen. Voor de tuinbouwers, voor dé landbouwers, voor alle categorieën wil de Min. zorgen. Ook de veehouders zullen niet ongetroost naar huis gaan. Er is voorloopig dus alleszins reden tot dankbaarheid. 't Is den minister heusch ernst. Minister Cort legde er o.a. den na druk op, dat de regeering omtrent de gegevens, die zij wil geheim houden, het debat weigert en 'wjel hierom, ornjdat een volkomen opening van zaken, wil ze vol ledig zijn, vertrouwelijke mededeelingten en besprekingen zou omvathen, diei de Regeering niet het recht heeft mede te deelen; omdat zij moet omvatten feiten waarvan de mededeeling in strijd zou zijn met het landsbelang. „Toen de oorlog dreigde, aldus de pre mier, was de Regeering zich er van be wust dat ;er in onze 'internationale po sitie vele kwetsbare plekken waren. Toen de oorlog uitbrak waren wij gereed en wisten wij dat het volk en de volksver tegenwoordiging achter ons stonden. De erkenning van dit feit heeft niet weinig er toe bijgedragen, dat ons land buiten den oorlog is geweest. Dat feit had een machtige preventieve werking. In menig tijdstip was er meer gevaar dan menig een zich bewust 'was en de Regeeringl had tal van netelig'e vraagstukken to be slissen. Is het nu geweest de voortreffe lijke leiding der Regeering, die bet succes bracht? Neen, hoe langer hoe meer ves tigde zich de overtuiging, dat de ïieigee- ring streefde naar een ongerepte neutrali teit, dat haar aanzien naar het buitenland, was: dat van een krachtig volk, eensge zind en vastberaden". „Nog zijn >er kwetsbare plaatsen. Is het dan nu gewenscht dat aanzien te ver minderen „Eien tweede overweging is deze: op het oogenblik is er in den grooton worstel strijd stilstand, een toestand van even wicht en 't schijnt ajtof dit gerustheid! geeft aan ons land. Ieder oogenblik kun nen zich echter incidenten voordoen, die de volle beschikking, over onze v'olle weer macht noodig maken. De Min. zegt dat niet om ongerustheid te voeden, doch alleen om aan te toonen, dat men uit hetgeen er heden is niet mag afleiden wat er morgen zal zijn. Het geldt hier een strijd van naties, die strijden op leven en dood. De strijd kan zich heel licht verplaat sen naar het gebied der neutral© naties. Het oogenblik 'der beproeving kan oiver ons komen met plotselinge en onverdach te hevigheid. Daarom is het van het hoog ste belang te blijven beschikken over de machten waarover wij kunnen beschik ken". Onnoodig te zeggen, dat dit kernachtige en bescheiden, ernstige en gedocu.menteejr- de betoog niet naliet diepen indruk te maken. Inderdaad, de nationale gedachte wordt niet gediend door woorden, doch door diaden. Beknopt overzicht van den toestand. Nogmaals het zeegevecht Liji Helgoland. Men iis nog steeds niet leens omtrent den om'vang der gevolgen van dien En- gelsch-Duii'tschen zeeslag in de Noordzee. Engeland beweert bijl kris en bij kras, dat het niets verloren beeft bijl de scher mutseling en van Duitsche zijide wordt even pertinent volgehouden, dat de Brit sche admiraliteit wel degelijk verliezen te boeken heeft. De „Kölnische Zeitung" bevat een stuk, getiteld: „De waarheid omtrent het ver- Loop van het gevecht in de Noordzee," waarin o.m. gezegd wordt: Het Engelsche officieele bericht, en de Engelsche offi cieel© bewering, dat geen Engelsch schip is verloren gegaan, is evenzoo weinig verrassend als bewijskrachtig. Het is niet de eerste maal, dat de Britsche Admira liteit Britsche verliezen verzwegen beeft. Het blad herinnert aan het geval van het vergaan van de „Audacious" en schrijft verder.- In het geval van het ge vecht in de Noordzee zijn voor de be wering in liet Duitsche officieele bericht vele getuigen op onze zijde en daarom moet, naar uit betrouwbare mededeelingen blijkt, vastgehouden worden aan het be richt, dat een der Britsche slagkruisers gezonken is. Ons geschutvuur had het schip reeds ernstig beschadigd, zoodat het overhelde en daarna heeft een Duitsch0 torpedo het door twee torpedoschoten tot zjnken gebracht. Dit feit is zoowel door aan het gevecht deelnemende' Duitsche schepen en door de desbetreffend© tor pedoboot alsook door een Duitsch lucht schip, dat zich in de 'nabijheid bevond, vastgesteld. Verder gelooven wijl te kunnen aannemen dat ook twee Engelsche torpe dobooten zijn vernield. De Engelsche pers daarentegen wijst er op, dat Düitschland nooit een verlies w;il erkennen zonder de positie van den vijand in een minder gunstig licht te stellen. Verder noemt men het zeegevecht een eerlijke open strijd, zonder gebruik making van verraderlijke onderzeeërs of vliegtugien. Wat de „Blücher" betreft, zoo is dit een zeer merkwaardig schip, bezien uit een maritiem oogpunt. Toen in 1905 dia Engelsche marine-autoriteiten besloten tot den bouw van een nieuw groot slagschip van nieuw type, lokte dat geheim spoe dig uit en betoonde Düitschland zeer groote belangstelling in dat voornemen. Zóó groot, dat ion 1906 op een Duitsche werf ook de kiel gelegd werd voor een Dreadnought van het grootste type. Zelfs bouwde Düitschland er spoedig nog twee. Maar weldra bleek, dat die nieuwe schepen geen aanwinsten waren. De „Blü cher", één daarvan, werd langzamerhand een nachtmerrie van d© Duitsche admi raliteit. Zij had b.v. twaalf 8.2 duirns kanonnen, omdat de Engelsche Dread nought acht 12 duims kanonnen had en meer dergelijke technische fouten wer den gemaakt, doordat men Engeland wilde overtreffen. Deskundigen volgden de loop haan van de „Blücher" met belangstelling als een soort gewaagde proefneming. Thans, nu het schip van circa 12 millioen op den bodem van de Noordzee ligt, is er aan oordeelvellingen geen gebrek en men zal in marinekringen nog heel wat hooren over dit schip, dat uitgerust was met alle denkbare verbeteringen en de 'beste artilleristen aan boord had. De „Blücher" voer niet sneller dan 25,3 knoopen d.w.z. zij was de langzaam ste in vergelijking met de Engelsche „Lion", die 28 knoopen kon loopen. Imtusschcn, met dit al is de zaak nog niet opgelost. Met spanning zien we het oogenblik tegemoet, dat licht verschaft. We kunnen ons haast niet voorstellen, dat de Duitsche staf het vertrouwen, dat (trien 'tot nog toe in z'n 'berichten had, beschaamd gaat maken. Voor bijzonderheden van de oorlogsvel den verwijzen we naar de berichten, die geenaanleiding gaven tot het schrijven van een overzicht. Uit een soldatenbrief. Aan een brief van een genie-soldaat in de Argonnen ontleent de „Norddeutsche Allg Ztg" de ..volgende beschrwving van een geslaagden sap'penaanval „Wij begonnen met drie sappen voor ons (front uit te graven, die zoo diep zijln, dat men er gehukt in kan loopen. Toen wij; mét een sappe ongeveer tot 8 M. van de loopgraaf van den vijiand! genaderd waren, lieten de Franschen aan den pnderen kant een stuk .van wel 10 M. in de lucht vliegen. Gelukkig donder iemand te deren. Wij lieten ons echter niet ontmoedigen, maar zetten ons werk met verdubbelden ijver voort, om nieuwe nieuwe aanvallen te voorkomen, üp den 19deh waren wij' zoo ver, dat wij konden hopen, tegen den avond onze ladingen in de sappe te kruinen plaatsten. (Heli lukte .boven verwachting. De bestorming was op den 20sten 's ochtends om 7 uur 45 minuten bepaald. Het regende dat het göot. Daar gaven wij niet om, alleenj was het ten gevolge van bet sombere weer langer donker dan op andere dagen. De bestorming' moest in de ochtendsche mering ,Lïji wijze van overrompeling van den vijiand geschieden. Om 7 uur'50 mi nuten kon ik melden, dat alles klaar was. De kleine vertraging was een gevolg ge weest van het lang donker blijven en van tie wleinige ruimte, die er in de loop graaf Was. Men wachtte tot het nog wat lichter geworden was, om beter te kun nen zien. Daarop vlogen om kwart over achten de drie mijnen door een druk op den knop van het electrisch© ontstekings toestel met een donderend geraas in de lucht. Siteenen zoo dik als teen vuist vlo gen honderden meters ver. Wijl hadden ons zeiven door het afdekken van <de loopgraven daartegen beschermdSlechts een van onze manschappen kreeg, toen hij door een steen -werd getroffen, |»en bezwijming, maar kwam weer spoedig bij. Nadat de mijhen ontploft waren, renden de stormkolonnes uit de sappen te voor schijn. Pioniers, zooals altijd, met hand granaten vooraan. De vijand was volkomen verrast en onder dén voetgeloopen. De loopgraaf van den vijand, die geducht versterkt was, was in ongeveer een kwar tier in ons bezit, daarna gingen wij den vluchtenden vij'ancl achterna en die< hoogte werd geheel bezet. Wij kwamen onge veer 1 K.M. vooruit en maakten 200 ge vangenen, onder wie 4 officieren, 1 kapi tein, namen 4 machinegeweren, ©en re volverkanon, een schansmortier, enz. Onze infanteristen waren opgetogen over het. succes en de hulp van de glenie. Ook' ik was 'trotsch op het succes, daar het slagen van de bestorming vooral van het slagen van de ontploffing afhing. Uit een onder zoek bleek, dat de Franschen reeds con tramijnen hadden aangelegd en onze loop graven in de lucht hadden willen latenl vliegen. Maar Wij; konden het weer eene beter >en zijn hun voor geweest." Kort» Oorlogsberichten. Naar Siberië. Het „Berliner Tageblatt" publiceert een opzienbarend bericht omtrent het lot van burgermeester Hasselb'latt uil Wasa in Finland, die in hechtenis genomen en naar Siberië gede porteerd werd, omdat hij in een gesprek als zijn meening zou hebben to "kennen) gegeven, dat Düitschland overwinnen zou. De gedeporteerde kregen gedurende 79 dagen slechts eenmaal warm eten en moesten 14 dagen lang met bloedende en bevroren voeten mare hoeren. Duitsch communiqué. Het groot hoofdkwartier meldt: De vijand nam gisteren, gelijk gewoonlijk, Middelkei'ke en Westende-bad, onder vuur. Een groot aan tal inwoners werd doof dit bombardement gedood of gewond, o.a. ook de burgemees-, ter van Middelkerke. 'Onze vferliezten van gisteren zijn heel gering. .Aan weerszijden van het kanaal van lm Bassée deden onze troepen een aanval op de stellingen der Engelschen. Terwijl de aanval ten Noorden van het kanaal, tusschen Givenchy en hot kanaal wegens sterke flankeeringen niet leidde tot ver overing der Engelsche stellingen, liad de aanval der Beieren, ten Zuiden van het kanaal een volkomen succes. Hier werd de Engelsche stelling over een frontbreed- te van 1100 meter stormenderhand ge nomen, twee sterke steunpunten veroverd, 3 officieren en 110 manschappen gevan gen genomen en 1 kanon alsmede 3 ma chinegeweren buit gemaakt. Do Engelschen poogden de stellingen, die dadelijk door ons waren gereedge maakt, tevergeefs te heroveren; zij wer den met zware verliezen teruggeslagen. Onze verliezen zijn naar verhouding giering. Op de hoogten van Craonne, ten Zuid- Oosten van Laon leverden onze troepen succesvolle gevechten. In liet Zuidelijk deel der Vogezen wer den alle aanvallen der Franschen afge slagen. Wij namen meer dan 50 gevange nen. Voorschriften in geval van ee n luéhtraid. Alle schoolhoofden in Londen, zoowel vrouwelijke als manne lijke, hebben een bericht ontvangen van regeeringswege, waarin zij jiitgenoodigdl worden, betrekking hebbende op de moge lijkheid dat Zeppelins een aanval zul len wagen op de stad, de kinderen 't vol gende voor oogen te honden: De mogelijkheid van een luchtaanval is niet groot. Indien zij er al is, dan echter maar voor korten tijd, want maatregelen won den genomen. Direct gevaar leveren de bommen op, die uit de lucht geworpen worden en die uit stukken geschut. De kinderen moeten in de school gere geld aan den gang gehouden worden. Voor al mogen zij niet voor de ramen zich laten zien. De kinderen moeten over de verschillende verdiepingen der gebouwen verdeeld worden. Zoolang er gevaar voor handen is voor een luchtaanval krijgen de leerlingen geen vrij. De Duitsche verliezen in Polen. De „Daily Chronicle" bericht uit Kieff, dat de Russen sedert den aanvang van den oorlog veroverd hebben: 54 ka nonnen, 120 mitrailleuses, 950 ammunitie- wagens, 132.000 geweren, 132.000 machi nes voor het graven van loopgraven, 9 vliegmachines, en gevangen genomen 19 generaals, 5300 officieren, en 199.681 sol daten. De Oostenrijkers be toonen groote activiteit aan de oostelijke passen der Karpathen. Bij Borjimof hebben de Duit- sobers een van onze vooruitgeschoven loopgraven veroverd. De Russen verover den een loopgraaf der Duitsc/heirs, maak ten machinegeweren buit en vernielden een gepantserden automobiel der Duit- sohers. De Duitsche Bondsraad heeft bepalin gen goedgekeurd, volgens welke vanaf 1 Februari in beslag zullen worden genomen' alle voorraden tarwe, rogge, alsmede tarwemeel, roggemeel, haver- en gerste- rneel. - De regeering der Ver. Staten heeft aan de Duitsche regeering een formeele nöta overhandigd, waarin zij verklaart! bereid te zijn de noodige schikkingen te treffen met de Duitsche militaire autori teiten voor het voortzetten van den oon-

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1915 | | pagina 1