De Groote Oorlog.
1
Binnenland.
een overwegenden invloed op de be
slissing van de Staten-Generaal met
haar tegenover het land en het Ne-
derlandsehe volk te dragen heeft.
Naar mijn innige overtuiging hangt
van de thans te nemen beslissing voor
de economische, intellectueele en poli
tieke ontwikkeling van ons volk in de
naaste toekomst ontzaglijk veel af.
De heer P a t ij n, lid der Tweede Kamer
voor Zierikzee, een der knapste financiers
van Links, is niet op zijn gemak.
Ziehier, wat hij vreest:
De strijd over de wijze van dekking
der oorlogskosten dreigt bedenkelijke af
metingen aan te nemen. Vele overtuigde
voorstanders van 't „delging in eens"
beginsel zullen geen kamp geven;
er Valt anderzijds niet op te rekenen,
dat de Regeering alsnog het eenmaal
ingenomen standpunt zal laten varen.
Zoo is de mogelijkheid niet uitgesloten
van een conflict zooal niet tusschen
de Regeering en de meerderheid der
Kamer dan toch tusschen de Regeering
en 'n zeer belangrijk deel der linker
zijde.
i i r: r1ii
Dat zou politieke jammer voor de Lin
kerzijde misschien ook voor Rechts!
beteekenen en, wat erger isnationale on-
eenigheid op een tijdstip, dat we deze
't slechts kunnen hebben.
Daarom komt de heer P a t ij n met
een soort bemiddelingsvoorstel voor den
dag, dat we hier zonder nadere waardee
ring overnemen.
Kort samengevat zou de oplossing,
die mij voor oogen staat, hierop neer
komen
beperking van het bedrag der lee
ning tot 150 millioen;
van deze som ten laste van Neder-
landsch-Indië te brengen het bedrag,
dat thans aan schatkistpapier ten laste
van Indië loopt;
dekking van het deel der leening,
dat voor rekening van het Moederland
blijft, uiterlijk in drie jaren.
De heer Patijn licht dit dan in het
„Vaderl." uitvoerig toe.... te uitvoerig
dan dat we er hier melding van kunnen
maken.
Het politiek bestand.
Onder dit opschrift lezen we in de
„Maasbode"
Voor den politieken wapenstilstand gaat
het er minder gunstig uitzien.
Immers de groote leening wordt tot
voorwerp ingemaakt van een agitatie, wel
ke men tegen de Regeering op touw zet.
Dat dit verbreken van het bestand ge
schiedt van een zijde, die de regeering
nauw verwant is, mag des te meer ver
wonderen.
Dichter toch dan de rechterzijde staat
de sociaal-democratie bij het linksche Ka
binet, voor welks bestaan het door de
portefeuille-weigering verantwoordelijk is
en voor welks aanblijven de roode partij
bereid bleek offers te brengen.
Toch worden door het sociaal-demo
cratische partijbestuur een aantal mee
tings belegd om tegen het leeningsvoor-
stel van minister Treub te protesteeren.
Dit ontwerp wordt aldus in den poli
tieken maalstroom getrokken, heb wordt
in een manifest met de gewone, van ouds
bekende socialistische argumenten be
streden.
In haar voorstel heeft de regeering
getracht „kleurloos" te wezen en o.i. is
zij er in geslaagd het vraagstuk van de
delging der oorlogslasten grootendeels
naar later te verleggen.
Zij is het dus niet, die den vrede ver
stoort.
Wij moeten minister Treub bijvallen,
wanneer hij in de toelichting van zijn ont
werp schrijft
„Zijn er onder die (politieke) groepen,
die deze zaak te diep ingrijpend achten
om het over zich te kunnen verkrijgen,
ter wille van den stilzwijgend gesloten
politieken wapenstilstand, er van af te
zien voor eigen denkbeeld den strijd met
andersdenkenden op liet stuk der finan-
cieele politiek aan te binden, dan zal
het principieele debat bij deze gelegen
heid wel is 'waar niet geheel zijn te ver
mijden, maar dan draagt de regeering ten
minste niet de verantwoordelijkheid van
het te hebbm ontketend."
Inderdaad komt de volle verantwoor
delijkheid daarvoor niet op het Kabinet
maar op de sociaal-democratische en
vrijzinnig-democratische regeeringspartijen.
De vrijzinnig-democraten zullen zich
vooral niet minder dan de roode heeren,
verantwoorden moeten.
Immers nog vóór de socialistische agi
tatie werd ingezet, is door den heer
Bos c. s. het ontwerp gebracht voor de
politieke organisatie der vrijzinnig-demo
craten.
Van hen is dus de eerste verbreking
van het politiek bestand uitgegaan.
Van onze zijde is er reden om in den
aanvang reeds op de verbintenissen te
wijzen, welke uit een agitatie kunnen
voortvloeien.
Wenschen de leiders ook voor de ge
volgen te staan, welke de thans begon
nen beweging voor de regeeripg hebben
kan?
De tweemanschap Bos-Troelstra moge
herdenken, dat het afwijzen van verant
woordelijkheid, zoo als ten vorigen jare
na de verkiezingen is gezien, toch moei
lijk kan herhaald worden.
Het wil veel zeggen, een regeering, die
door de eendrachtige samenwerking van
alle partijen eenigermate het karakter
van een nationaal Kabinet verkreeg, het
vertrouwen in zoo gewichtige zaak op te
zeggen.
Wanneer dit ernstig genoeg wordt door
gezet, ook in de Kamer, zal het Kabinet
te overwegen hebben, of het zijn ondank
bare taak, de redderaar te zijn van don
linkschen desolaten boedel, nog verder
waarnemen kan en mag.
Wat men zich van links zelfs in deze
tijden, wier ernst voor ons land niet over
schat kan worden, veroorlooft, is dus niet
gering.
Denk u een oogenblik, dat een richt-
sche regeering aan het bewind was op
dit moment. Wat zou de politieke ellende
al niet lang in gang zijn.
Links is het immer, dat zich het meest
veroorlooft. Ook nu weer.
Beknopt overzicht van den toestand.
„Toestand onveranderd".
Menig overzicht is reeds met deze uit
drukking aangevangen en er komt 'maar
geen gang in.
Niets komt de ondankbare taak een
dagelijksch overzicht te schrijven zonder
gegevens verlichten.
Laat ons echter niet te hard spreken.
Is het niet, alsof de Duitschers iets in
hun schild voerenalsof zij in Vlaanderen
binnen weinige dagen een nieuwe krach
tige poging willen wagen om door den
ring van vijandelijke loopgraven, die hen
omgeeft, eindelijk door te dringen, om
voor zich den weg naar Duinkerken en
Calais geopend te zien?
De Duitsche vliegers, die bedrijvig rond
vliegen, schijnen de vermoedens in dit
opzicht te bevestigen.
Al is het succes der geallieerden ook
slechts een gedeeltelijk succes, toch kan
de Fransche generaal-op pe rbe vel hebber
zeggen, dat de toestand in Noord-Frank
rijk als uiterst gunstig moest worden be
schouwt, en dat terwijl de geallieerden
irt de numerieke minderheid zijn.
Dit moet de Duitschers natuurlijk prik
kelen; vandaar dat zij alle pogingen in
het werk blijven stellen, om den gordel
te verbreken. Via Nieuwpoort, Dixmuiden
en Yperen gaat het niet. Dan elders ge
probeerd.
Von Hindenburg verricht nog wonderen.
Zijn plannen worden begunstigd door een
uitgebreid spoorwegnet, zoodat hij in een
oogenblik op een bepaald punt troepen
kan concentreeren, en met zijn strate
gische kennis weet hij meestal raad, doch
dit alles belet niet, dat de kansen zeer
ongunstig staan.
De Russische opmarsch is haast niet te
stuiten.
Met spanning wordt de uitslag van deze
reuzenworsteling verbeid.
Van Russische zijde zelf wordt de be
langrijke overwinning erkend, door de
Oostenrijkers in Servië behaald. Volgens
de Petrogradosche bladen zou minister
Sasonoff zich hebben uitgelaten over den
treurigen toestand, waarin Servië verkeert
en de in verband daarmede genomen
„maatregelen" om aan Servië een nieuwe
„verrassing" van de zijde van Bulgarije
te besparen.
Wel moet de toestand van Servië dan
ook ernstig zijn, dat dit land, blijkens
een ander telegram, zich door een „po
litiek van concessies" gedwongen heeft
gezien de welwillendheid van Bu'garije
af te koopen. Voor de houding van Bul
garije is dat ongetwijfeld ook van groot
belang, daar* deze toezegging de weife
lende stemming in dat land wel ten gunste
van een handhaving der neutraliteit zal
doen omslaan, nu men met „vreedzame"
middelen verkrijgen kan, hetgeen men an
ders door wapengeweld hoopte te ver
werven.
De Turken staan dan aan het Suez-
kanaal.
Volgens de Turksche berichten zijn ze
El Kantarah binnengerukt.
De Engelschen bewaren nog een hard
nekkig stilzwijgen over dit deel van het
oorlogsterrein.
De „Tanin" meldt, dat de Engelschen
krachtige maatregelen namen om den
overgang over het kanaal te verdedigen.
Langs het kanaal werden verschansingen
gemaakt van spoorwegwagons, zandzak
ken en prikkeldraadversperringen; in het
kanaal werden oorlogsschepen opgesteld,
en het Turksche blad maakt zelfs mel
ding van pantsertorens, die uit Engeland
ter verdediging van het kanaal zijn aan
gevoerd.
Op yelke moeilijkheden de Turken zul
len stuiten bij den overtocht over het
kanaal, kan van hier moeilijk worden
beoordeeld. Maar zoo de Turksche bla
den juist zijn, is het van het grootste
belang voor de verbinding van Europa
met Indië, dat aan het Suez-kanaal twee
vijandige legers tegenover elkander staan,
en dat aan de oevers versterkingen en
verschansingen worden opgeworpen.
Voor Portugal schijnt de maat einde
lijk toch over te loopen.
Vandaag of morgen kan men een nieu
we oorlogsverklaring tegemoet zien.
Terecht kan men reeds spreken van
een „wereldoorlog".
Wanneer zal het einde daar zijn?
Vredesvoorstellen
De „Daily News" laat zich uif Washing
ton seinen, dat binnenkort van Duitsche
zijde een poging kan worden verwacht
om den oorlog te doen eindigen. De cor
respondent, die zijn meening van goed
ingelichte zijde zegt te hebben, zegt dat
Duitschland inziet, den oorlog onmogelijk
met succes te kunnen voortzettenverder
zou Duitschland gelooven, dat ook de
Bondgenooten niet ongeneigd zullen zijn
om ter vermijding van verder bloedver
gieten, over vredesvoorwaarden te spre
ken.
Door Nedetlandsche bemiddeling
zouden in dezen zin wenken zijn gege
ven; en er zouden op het Witte Huis of
op het Amerikaansche Departement van
Buitenlandsche Zaken in het diepste ge
heim niet-formeele besprekingen zijn ge
houden.
Duitschland,zegt de correspondent,
vindt zich thans geplaatst voor de moge
lijkheid van een terugtocht zijner in Vlaan
deren staande legers. En het wenscht nu
de paniek welke zulk een terugtocht in
het eigen land zou wekken, te voorkomen
door het doen van vredesvoorstellen. Het
meent dat het beter af zou zijn, indien
de oorlog thans eindigde dan wanneer het
wacht totdat.het geheel is uitgeput. Daar
men de diensten van de Vereenigde Sta
ten niet ten tweeden male meent te kun
nen vragen, indien er niet beter omschre
ven voorstellen worden gedaan dan de
eerste maal, zou de Duitsche Regeering
aan andere neutrale Mogendheden hebben
verzocht om Amerika over te halen met
hen samen te werken tot het herstel van
den vrede.
In Amerika zou men echter niet ge
looven, dat de Bondgenooten eventueele
bemiddelingsvoorstellen zouden aanne
men, daar zij gelooven dat Duitschland
veel eerder uitgeput zal zijn dan zij
zeiven. „Vad."
Een laatste poging om Calais te bereiken?
De „Times"-correspondent in Vlaande
ren meent eveneens, dat binnen enkele
dagen een groote laatste poging door de
Duitschers zal worden gewaagd om door
de linie der verbondenen heen te bre
ken „op weg naar Calais". Dat dit
echterbij mislukken, ontwijfelbaar de
laatste poging zijn zal, maakt de corres
pondent op uit de toebereidselen om naar
het Oosten op Brugge, Gent en zelfs Brus
sel terug te trekken. Ontzettend sterke
posities zijn, naar gemeld wordt, om deze
steden in gereedheid gebracht en alle
maatregelen voor een spoedige verplaat
sing zijn genomen.
Wrft er ook in de volgende maand
gebeuren zal of de Duitschers hunne
positie in Vlaanderen zullen handhaven,
op Brussel zullen terugtrekken of den
aanval op Soissons zullen heropenen
de correspondent blijft van oordeel, dat
de einduitslag der komende weken voor de
verbondenen afhangt van het aantal man
schappen, dat zij in het veld kunnen
brengen.
De correspondent gewaagt dan verder
van de troepenverplaatsingen, waarom
trent ook hen tal van bijzonderheden ter
oore kwamen. Treinen, vol met troepen,
hebben Gent op weg naar het Oosten
verlaten28 passeerden Brugge, en 30
40 of 50 Werden er gezien te Bergen, Mau-
beuge en Brussel, alle op weg naar het
Oosten.
Andere treinen komen te Dixmuiden,
of het front bij Yperen of te Ostende aan
en brengen daar versche troepen in de
plaats van de vertrokkenen. Deze nieuwe
troepen zijn echter voor het meerondeel
mannen der klasse Van 1915, en tusschen
de 18 en 21 jaar oud. Waarschijnlijk
heeft de stand Van zaken in Oost-Pruisen
en Polen weer eens aanleiding gegeven
tot een dier groote verschuivingen van
legers, waarvoor de Duitsche strategische
spoorwegen zoo uitnemend geschikt zijn.
Uit goede bron verneemt verder de cor
respondent, dat de nieuwe troepen in
Vlaanderen onder bevel van den hertog
van Wurtemberg uit een vierde nieuwe
selectie beslaan, sedert den veldtocht aan
de Noord Zee. Eveneens verneemt de
correspondent, dat officieel de verliezen
der Duitschers tijdens den slag aan de Yser
op 200 000 man worden geschat.
De kanonnade der bondgenooten werd
gedurende de vorige week feitelijk niet
beantwoord. Weliswaar vielen enkele gra
naten in Rams apelle echter zonder erns
tige schade aan te richten en Vrijdag 1.1.
werd een poging gedaan door een vlieg
tuig om de staf hoofdkwart er. n te Pope-
ringhe te verwoesten. Veertien personen
wei-den gewond en één gedood door de
gevallen bom, doch alle s achtolfers wa
ren onschuldige burgers, die hunne we-
kelijksche inkoopen kwamen doen op de
markt.
Onder de verdere berichten van den
„Times"-correspondent valt nog op te mer
ken omtrent een nieuwe wijze van aan
vallen, welke de Duitschers van p an zou
den zijn in te voeren. Een groot aantal
gewapende motorbooten zouden worden
gebruikt op de kanalen in Bei.giBijzon
derheden over deze motorbooten kan de
corre p indent nog niet ve schaffen, doch
zij moeten voorzien zijn van zware ma
chines en van snelvuurkanonnen.
Korte OorlogstterirhDr..
Onlusten te Mexico. Ernstige
onlusten hebben gisternacht te Mexico
(stad) plaats gehad. De bevolking kwam
voor bet gebouw der volksvertegenwoor
diging samen, deed een aanval op de
winkels, maakte zich meester van wape
nen en schietvoorraad en ontwapende de
politie. De tramdienst is gestoord. Er zijn
eenige dooden.
Fransch communiqué van
gistermiddag 3 uur:
Van de Noordzeekust lot Yperen hebben
de Duitschers geen enkelen aanval gedaan.
Wij hebben terrein gewonnen tussche-"
Langemarck en Zonnebeke. In de nabijheid
van La Bassce hebben Indische troepen
de loopgraven, die zij den vorigen avoi d
hadden moeten ontruimen, h ruomen. Bij
Berry au Bac en in Argonne zijn wij
oenigszins opgeschoten. Te Béthincourt,
ten noordwesten van Verdun, is een aan
val der Duitschers afgeslagen. Een verzoek
van de Duitschers om een wapenschorsing
is geweigerd. Onze artillerie heeft Arna-
ville, in de buurt van Pont a Mousson,
beschoten.
Generaal von der Goltz, die de
troepen in de loopgraven had opgezocht,
zou, terugkeerende over een open veld,
door een vijandelijke kogel getroffen zijn.
Te Gefle in Zweden is een Rus als
spion jgevangen genomen.
Bijna alle deelnemers aan de Ober
en Unter-Ammergauer passiespelen zijn in
het leger. Eén heeft het IJzeren Kruis
le kl., acht het IJzeren Kruis 2e kl. ver
kregen.
De opstand in Albanië. Uit
Bari wordt gemeld, dat te Durazzo Essad
pasja's toestand steeds moeilijker wordt.
Een deputatie van burgers uit El Bassan
verlangde in den vorm van een ultima
tum de bevrijding van Kamil bei, dien
Essad verantwoordelijk had gesteld voor
een samenzwering tegen zijn regeering.
Men verwacht een opstand van de bevol
king van El Bassan. Ook te Tirana nemen
de onlusten een steeds bedenkelijker ka
rakter aan. De benden die tegen Durazzo
willen oprukken, worden steeds sterker.
De New-Yorksche effectenbeurs zal
Zaterdag geopend worden onder eenige
beperkende bepalingen.
Grootvorst Demetrius. Men
verneemt uit Milaan, dat grootvorst De
metrius in een gevecht met de Duitsche
cavalerie aan de Warta zwaar gewond zou
zijn. Grootvorst Demetrius, een jonge
man van 25 jaar, is de eenige zoon
van grootvorst Paul Alexandrovitsch, den
jongsten broer Van Alexander II. Groot
vorst Paul is door zijn tweede, morgana
tisch huwelijk bij de Czaar in ongenade ge
vallen en woont in Parijs.
Een oorlogs-anekdote. De vol
gende oorlogs-anekdote doet, volgens „Het
Volk" in de Duitsche pers de ronde:
Veertien dagen hadden wij in de loop
graven doorgebracht, dag en nacht zonder
rust, steeds waakzaam en bereid, ook
om doorkomende bevelen verder te ver
breiden en terug te melden. Dit doorgeven
van bevelen wordt ons tot een tweede
natuur. Op zekeren nacht kwam onze
kompagnie in reserve-stelling. Voor de
eerste maal bouwden wij ons weer een
tent en lagen, om ons te warmen, zoo
dicht mogelijk naast elkander en <j room
den. Ik zelf droomde van een middel,
om die schrikkelijke granaten onschadelijk
te maken en kwam daarbij1 tot een gunstig
resultaat: „Men moet de granaten inpak
ken!" riep ik, uit den slaap mij oprichtend
en ontwaakte. Doch ziedaar, dadelijk legt
zich mijn buurman op de andere zijde en
geeft slaapdronken het „bevel" verder:
„Men moet de granaten inpakken". En de
eene zegt het den andere na, de gehcele
rij in de lange tent langs. En de laatste,
die achteraan onder de uiterste baan van
het tentzeil als een egel ineengedoken ligt,
zegt terug: „bevel doorgeven". Ook dit
ging weer van man tot man terug tot het
andere einde, tot ten slotte een van allen
vraagt: „Wat voor bevel?" Dan wordt
alles wakker en als ik de verklaring geef,
lachen allen luid op.
Erger dan oorlog!
De „Amsterdammer" Chr. Volksdagblad
schrijft
Al wordt ons land niet in den wereld-
strijd betrokken, toch vreezen wij, als we
denken aan de toekomst van ons volk.
Erger dan oorlog is de ontkerstening
der natie.
Wie God verlaat, heeft smart op smart
te vreezen. 1
Aan die ontzaglijke waarheid werden
we vandaag herinnerd, toen ons van be
trouwbare zijde het volgende werd mede
gedeeld:
De vorige week bezocht onze Koningin
de Oranje-kazerne te 's Gravenhage, waar
juist de troep gereed stond om uit te
rukken. H. M. sprak de manschappen toe
en wees hen op den ernstigerï tijd, dien
wij beleven, hen bovenal wijzende op
Neêrlands God, Die ons volk tot op dit
oogenblik voor de ellende van den oorlog
bewaard heeft.
Daarop vroeg onze vorstin of er solda
ten waren, die eiken dag voor het vader
land en voor zichzelf baden. Helaas, nie-
•mand gaf antwoord! 1
Toen kwam de vraag van II. M., wie
van de manschappen wilde beloven om
dagelijks voor land en volk Gods genade
in te roepen. Acht, zegge acht soldaten
beloofden ditl
Bij het vernemen van dit verhaal wer
den wij eerst met dankbaarheid vervuld,
dat onze dierbare vorstin God zegene
haar! er telkens voor uit komt, dat zij
zich de Christelijke belijdenis niet schaamt
en hulp en bijstand, alleen van den Aller
hoogste verwacht.
Maai- daarna drong zich de droeve ge
dachte aan ons op, dat er slechts zoo
weinigen waren, die hun knieën wilden
buigen voor den troon der genade.
Met weemoed denken we aan het droeve
lot, dat ons volk wacht, als het niet met
onze Landsvrouwe zijn kracht zoekt in
het gebed en in den dienst des Heeren.
Beets, onze laatste dichter-profeet, zong
het reeds voor jaren:
Wat afvalt van den hoogen God,
Moet vallen.
Toch is er nog hope. Ook voor Neder
land. Dezelfde zanger heeft het eens uit
gejubeld
God zal met ons Holland zijn,
Zoo wij Hem need'rig eeren.
Och, dat ons volk dezen weg leerde
bewandelen 1
Op het voetspoor van onze lieve Ko
ningin!
Onder vrede-brengers in
Den II a a g.
Een meeting, eergisterenavond in Den
Haag gehouden, en waarop de heeren
Spiekman en Troelsfcra hadden gesproken,
had volgens het „Vaderland" het'vol
gende „fraaie" slot:
Er wordt gelegenheid gegeven tot debat.
De heer De Visser geeft zich op (He
vig gefluit.) Do voorzitter vraagt een
rustig debat. Inmiddels blijkt zich eerst
nog een katholiek te hebben opgegeten
en een ander, die zich noemt „vredes-
vriend".
De katholiek keurt het fluiten af. Ove
rigens acht hij heit thans waarlijk nog
geen tijd, de „internationale" te zingen.
Er zijn thans menschen, die zich op
offeren in den strijd, (lievig mm oer ont
staat in de vergadering zelve tusschen
voor- en tegenstanders van het laten door
spreken van den Katholieken redenaar).
Toen de redenaar zeide, dat ook so
cialisten zich aanmeldden als vrijwilligers
wordt het rumoer, het applaus en ge
fluit veel sterker.
De voorzitter wil den redenaar geen
gelegenheid geven over dit moeilijke punt
te spreken. Hij moet zich bepalen tot
het in eerste instantie aangevoerde.
De katholiek merkt dan op, dat men
toch niet over de sociale toestanden moet
spreken naar aanleiding van dezen oorlog,
welke den toestanden, zooals deze zijn
toch niet het aanzijn heeft gegeven. (Ap
plaus).
De voorzitter legt hem hamerend het
stilzwijgen op, hij verlaat het podium,
onder applaus van een groot deel der
hoorders.
Nu komt de lieer De Visser aan het
woord. Zijn klacht, dat or te weinig ge
legenheid wordt gegeven voor debat deed
reeds een helsch gefluit eg applaus ont
staan. Vele hoorders debatteeren met el
kaar.
Do heer De Visser noodigt de heeren
Troelstra en Spiekman uit onder gelijke
omstandigheden te debatteeren met hem
of een der voormannen van zijn partij.
(Hoongelach, applaus, verschillende uit
roepen, gefluit).
llij wil dan zien, twie of zich in dezen
oorlogstoestand het laakbaarst heeft ge
dragen (Rumoer). Het meeste schuld aan
den tegenwoordigen toestand heeft de S.
D. A. P. (Rumoer).
Een paar dames schreeuwen bedreigin
gen tegen den heer De Visser. Heel lidt
publiek staat op en schreeuwt, alleen
enkele militairen blijven kalm zitten en
onthouden zich van betooging.
De heer De Visser schreeuwt, dat men
niet tegen critiek kan. Het rumoer ver
dubbelt.
De heer De Visser verklaart nog een
maal te willen probeeren, of men ver
standiger wil zijn dan de beesten, die
alleen kunnen loeien. Hij begint weer:
„de eenheid yan het proletariaat.
Geroep: Die hebben jullie verbroken!
Do heer De Visser: Houdt nu toch
eeins jullie ellendige muilen 1"
Een dame uit het publiek„Houd je
bek!" (Gefluit, applaus).
Do heer De Visser verwijt den soc.-
dem. dat zij hebben geweigerd met de
georganiseerde arbeiders (sprekers par
tij) saam te werken „en nu janken zij
om samenwerking". (Herrie). Troelstra
heeft de arbeiders verraden en geknoeid
met do „Treupen".
Onder onbeschrijfelijk jumoer verlaat
de heer De Visser het podium en hét
wordt stil, toen de „Vredesvriend" aan
het woord kwam.
„Vredesvriend" is door de laatste
oogenblikken droef gestemd, hij waande
zich in pen arena! Hij beveelt zelfbe-
heersching aan en waarschuwt, dat men
niet met de psychologie van de massa
moet spelen, want het is een spelen met
vuur.
De heer Troelstra antwoordt. Hij zal
niet ingaan op de schimpscheuten van
don heer De Visser. (Helsch spektakel).
Do heer De Visser nadert het podium
en waarschuwt, dat, als dc heer Troelstra
schelden gaat, hij hem ook niet zal la
ten spreken. Een onderofficier der ja
gers stelt zich beschermend op he.t trapje
naar het podium tusschen den heer De
Visser en de bestuurstafel. (Onbeschrijfe
lijke herrie is (Laarvan het gevolg. Van
alle kanten wordt de onderofficier ge
scholden. Hij moet het jand maar gaan
verdedigen, de socialisten roepen het le
ger te hulp enz. De onderofficier
schreeuwt vuurrood daartegen in en
maakt gebaren.)
Door de herrie moet de heer Troetstra
van het woord afzien.
Te midden van het vreeselijk ge
schreeuw hoort men den heer Drees met
oen hamerklap de vergadering sluiten.
Schreeuwend gaat men langzaam uit
een, enkelen zingen socialistische liede
ren, maar het gezang komt niet tot zijn
recht.
Brieven naar België.
Voortaan worden geen brieven of brief
kaarten naar Brussel of andere plaatsen
in België, door tusschenkomst van het
departement van buitenlandsche zaken
verzonden. Men doet het beste de brieven
op de gewone wijze op de post te bezor
gen, met vermelding op het adres: over
Aken.
Voor het overmaken van geld blijft het
ministerie van buitenlandsche zaken op
den ouden voet zijn tusschenkomst ver
teenen.
Vrije geneeskunde.
De beer T. P. van Dieren te den Haag,
heeft aan H. M. de Koningin doen toe
komen een tweetal portretten van een