De Groote Oorlog. 1 Binnenland. een overwegenden invloed op de be slissing van de Staten-Generaal met haar tegenover het land en het Ne- derlandsehe volk te dragen heeft. Naar mijn innige overtuiging hangt van de thans te nemen beslissing voor de economische, intellectueele en poli tieke ontwikkeling van ons volk in de naaste toekomst ontzaglijk veel af. De heer P a t ij n, lid der Tweede Kamer voor Zierikzee, een der knapste financiers van Links, is niet op zijn gemak. Ziehier, wat hij vreest: De strijd over de wijze van dekking der oorlogskosten dreigt bedenkelijke af metingen aan te nemen. Vele overtuigde voorstanders van 't „delging in eens" beginsel zullen geen kamp geven; er Valt anderzijds niet op te rekenen, dat de Regeering alsnog het eenmaal ingenomen standpunt zal laten varen. Zoo is de mogelijkheid niet uitgesloten van een conflict zooal niet tusschen de Regeering en de meerderheid der Kamer dan toch tusschen de Regeering en 'n zeer belangrijk deel der linker zijde. i i r: r1ii Dat zou politieke jammer voor de Lin kerzijde misschien ook voor Rechts! beteekenen en, wat erger isnationale on- eenigheid op een tijdstip, dat we deze 't slechts kunnen hebben. Daarom komt de heer P a t ij n met een soort bemiddelingsvoorstel voor den dag, dat we hier zonder nadere waardee ring overnemen. Kort samengevat zou de oplossing, die mij voor oogen staat, hierop neer komen beperking van het bedrag der lee ning tot 150 millioen; van deze som ten laste van Neder- landsch-Indië te brengen het bedrag, dat thans aan schatkistpapier ten laste van Indië loopt; dekking van het deel der leening, dat voor rekening van het Moederland blijft, uiterlijk in drie jaren. De heer Patijn licht dit dan in het „Vaderl." uitvoerig toe.... te uitvoerig dan dat we er hier melding van kunnen maken. Het politiek bestand. Onder dit opschrift lezen we in de „Maasbode" Voor den politieken wapenstilstand gaat het er minder gunstig uitzien. Immers de groote leening wordt tot voorwerp ingemaakt van een agitatie, wel ke men tegen de Regeering op touw zet. Dat dit verbreken van het bestand ge schiedt van een zijde, die de regeering nauw verwant is, mag des te meer ver wonderen. Dichter toch dan de rechterzijde staat de sociaal-democratie bij het linksche Ka binet, voor welks bestaan het door de portefeuille-weigering verantwoordelijk is en voor welks aanblijven de roode partij bereid bleek offers te brengen. Toch worden door het sociaal-demo cratische partijbestuur een aantal mee tings belegd om tegen het leeningsvoor- stel van minister Treub te protesteeren. Dit ontwerp wordt aldus in den poli tieken maalstroom getrokken, heb wordt in een manifest met de gewone, van ouds bekende socialistische argumenten be streden. In haar voorstel heeft de regeering getracht „kleurloos" te wezen en o.i. is zij er in geslaagd het vraagstuk van de delging der oorlogslasten grootendeels naar later te verleggen. Zij is het dus niet, die den vrede ver stoort. Wij moeten minister Treub bijvallen, wanneer hij in de toelichting van zijn ont werp schrijft „Zijn er onder die (politieke) groepen, die deze zaak te diep ingrijpend achten om het over zich te kunnen verkrijgen, ter wille van den stilzwijgend gesloten politieken wapenstilstand, er van af te zien voor eigen denkbeeld den strijd met andersdenkenden op liet stuk der finan- cieele politiek aan te binden, dan zal het principieele debat bij deze gelegen heid wel is 'waar niet geheel zijn te ver mijden, maar dan draagt de regeering ten minste niet de verantwoordelijkheid van het te hebbm ontketend." Inderdaad komt de volle verantwoor delijkheid daarvoor niet op het Kabinet maar op de sociaal-democratische en vrijzinnig-democratische regeeringspartijen. De vrijzinnig-democraten zullen zich vooral niet minder dan de roode heeren, verantwoorden moeten. Immers nog vóór de socialistische agi tatie werd ingezet, is door den heer Bos c. s. het ontwerp gebracht voor de politieke organisatie der vrijzinnig-demo craten. Van hen is dus de eerste verbreking van het politiek bestand uitgegaan. Van onze zijde is er reden om in den aanvang reeds op de verbintenissen te wijzen, welke uit een agitatie kunnen voortvloeien. Wenschen de leiders ook voor de ge volgen te staan, welke de thans begon nen beweging voor de regeeripg hebben kan? De tweemanschap Bos-Troelstra moge herdenken, dat het afwijzen van verant woordelijkheid, zoo als ten vorigen jare na de verkiezingen is gezien, toch moei lijk kan herhaald worden. Het wil veel zeggen, een regeering, die door de eendrachtige samenwerking van alle partijen eenigermate het karakter van een nationaal Kabinet verkreeg, het vertrouwen in zoo gewichtige zaak op te zeggen. Wanneer dit ernstig genoeg wordt door gezet, ook in de Kamer, zal het Kabinet te overwegen hebben, of het zijn ondank bare taak, de redderaar te zijn van don linkschen desolaten boedel, nog verder waarnemen kan en mag. Wat men zich van links zelfs in deze tijden, wier ernst voor ons land niet over schat kan worden, veroorlooft, is dus niet gering. Denk u een oogenblik, dat een richt- sche regeering aan het bewind was op dit moment. Wat zou de politieke ellende al niet lang in gang zijn. Links is het immer, dat zich het meest veroorlooft. Ook nu weer. Beknopt overzicht van den toestand. „Toestand onveranderd". Menig overzicht is reeds met deze uit drukking aangevangen en er komt 'maar geen gang in. Niets komt de ondankbare taak een dagelijksch overzicht te schrijven zonder gegevens verlichten. Laat ons echter niet te hard spreken. Is het niet, alsof de Duitschers iets in hun schild voerenalsof zij in Vlaanderen binnen weinige dagen een nieuwe krach tige poging willen wagen om door den ring van vijandelijke loopgraven, die hen omgeeft, eindelijk door te dringen, om voor zich den weg naar Duinkerken en Calais geopend te zien? De Duitsche vliegers, die bedrijvig rond vliegen, schijnen de vermoedens in dit opzicht te bevestigen. Al is het succes der geallieerden ook slechts een gedeeltelijk succes, toch kan de Fransche generaal-op pe rbe vel hebber zeggen, dat de toestand in Noord-Frank rijk als uiterst gunstig moest worden be schouwt, en dat terwijl de geallieerden irt de numerieke minderheid zijn. Dit moet de Duitschers natuurlijk prik kelen; vandaar dat zij alle pogingen in het werk blijven stellen, om den gordel te verbreken. Via Nieuwpoort, Dixmuiden en Yperen gaat het niet. Dan elders ge probeerd. Von Hindenburg verricht nog wonderen. Zijn plannen worden begunstigd door een uitgebreid spoorwegnet, zoodat hij in een oogenblik op een bepaald punt troepen kan concentreeren, en met zijn strate gische kennis weet hij meestal raad, doch dit alles belet niet, dat de kansen zeer ongunstig staan. De Russische opmarsch is haast niet te stuiten. Met spanning wordt de uitslag van deze reuzenworsteling verbeid. Van Russische zijde zelf wordt de be langrijke overwinning erkend, door de Oostenrijkers in Servië behaald. Volgens de Petrogradosche bladen zou minister Sasonoff zich hebben uitgelaten over den treurigen toestand, waarin Servië verkeert en de in verband daarmede genomen „maatregelen" om aan Servië een nieuwe „verrassing" van de zijde van Bulgarije te besparen. Wel moet de toestand van Servië dan ook ernstig zijn, dat dit land, blijkens een ander telegram, zich door een „po litiek van concessies" gedwongen heeft gezien de welwillendheid van Bu'garije af te koopen. Voor de houding van Bul garije is dat ongetwijfeld ook van groot belang, daar* deze toezegging de weife lende stemming in dat land wel ten gunste van een handhaving der neutraliteit zal doen omslaan, nu men met „vreedzame" middelen verkrijgen kan, hetgeen men an ders door wapengeweld hoopte te ver werven. De Turken staan dan aan het Suez- kanaal. Volgens de Turksche berichten zijn ze El Kantarah binnengerukt. De Engelschen bewaren nog een hard nekkig stilzwijgen over dit deel van het oorlogsterrein. De „Tanin" meldt, dat de Engelschen krachtige maatregelen namen om den overgang over het kanaal te verdedigen. Langs het kanaal werden verschansingen gemaakt van spoorwegwagons, zandzak ken en prikkeldraadversperringen; in het kanaal werden oorlogsschepen opgesteld, en het Turksche blad maakt zelfs mel ding van pantsertorens, die uit Engeland ter verdediging van het kanaal zijn aan gevoerd. Op yelke moeilijkheden de Turken zul len stuiten bij den overtocht over het kanaal, kan van hier moeilijk worden beoordeeld. Maar zoo de Turksche bla den juist zijn, is het van het grootste belang voor de verbinding van Europa met Indië, dat aan het Suez-kanaal twee vijandige legers tegenover elkander staan, en dat aan de oevers versterkingen en verschansingen worden opgeworpen. Voor Portugal schijnt de maat einde lijk toch over te loopen. Vandaag of morgen kan men een nieu we oorlogsverklaring tegemoet zien. Terecht kan men reeds spreken van een „wereldoorlog". Wanneer zal het einde daar zijn? Vredesvoorstellen De „Daily News" laat zich uif Washing ton seinen, dat binnenkort van Duitsche zijde een poging kan worden verwacht om den oorlog te doen eindigen. De cor respondent, die zijn meening van goed ingelichte zijde zegt te hebben, zegt dat Duitschland inziet, den oorlog onmogelijk met succes te kunnen voortzettenverder zou Duitschland gelooven, dat ook de Bondgenooten niet ongeneigd zullen zijn om ter vermijding van verder bloedver gieten, over vredesvoorwaarden te spre ken. Door Nedetlandsche bemiddeling zouden in dezen zin wenken zijn gege ven; en er zouden op het Witte Huis of op het Amerikaansche Departement van Buitenlandsche Zaken in het diepste ge heim niet-formeele besprekingen zijn ge houden. Duitschland,zegt de correspondent, vindt zich thans geplaatst voor de moge lijkheid van een terugtocht zijner in Vlaan deren staande legers. En het wenscht nu de paniek welke zulk een terugtocht in het eigen land zou wekken, te voorkomen door het doen van vredesvoorstellen. Het meent dat het beter af zou zijn, indien de oorlog thans eindigde dan wanneer het wacht totdat.het geheel is uitgeput. Daar men de diensten van de Vereenigde Sta ten niet ten tweeden male meent te kun nen vragen, indien er niet beter omschre ven voorstellen worden gedaan dan de eerste maal, zou de Duitsche Regeering aan andere neutrale Mogendheden hebben verzocht om Amerika over te halen met hen samen te werken tot het herstel van den vrede. In Amerika zou men echter niet ge looven, dat de Bondgenooten eventueele bemiddelingsvoorstellen zouden aanne men, daar zij gelooven dat Duitschland veel eerder uitgeput zal zijn dan zij zeiven. „Vad." Een laatste poging om Calais te bereiken? De „Times"-correspondent in Vlaande ren meent eveneens, dat binnen enkele dagen een groote laatste poging door de Duitschers zal worden gewaagd om door de linie der verbondenen heen te bre ken „op weg naar Calais". Dat dit echterbij mislukken, ontwijfelbaar de laatste poging zijn zal, maakt de corres pondent op uit de toebereidselen om naar het Oosten op Brugge, Gent en zelfs Brus sel terug te trekken. Ontzettend sterke posities zijn, naar gemeld wordt, om deze steden in gereedheid gebracht en alle maatregelen voor een spoedige verplaat sing zijn genomen. Wrft er ook in de volgende maand gebeuren zal of de Duitschers hunne positie in Vlaanderen zullen handhaven, op Brussel zullen terugtrekken of den aanval op Soissons zullen heropenen de correspondent blijft van oordeel, dat de einduitslag der komende weken voor de verbondenen afhangt van het aantal man schappen, dat zij in het veld kunnen brengen. De correspondent gewaagt dan verder van de troepenverplaatsingen, waarom trent ook hen tal van bijzonderheden ter oore kwamen. Treinen, vol met troepen, hebben Gent op weg naar het Oosten verlaten28 passeerden Brugge, en 30 40 of 50 Werden er gezien te Bergen, Mau- beuge en Brussel, alle op weg naar het Oosten. Andere treinen komen te Dixmuiden, of het front bij Yperen of te Ostende aan en brengen daar versche troepen in de plaats van de vertrokkenen. Deze nieuwe troepen zijn echter voor het meerondeel mannen der klasse Van 1915, en tusschen de 18 en 21 jaar oud. Waarschijnlijk heeft de stand Van zaken in Oost-Pruisen en Polen weer eens aanleiding gegeven tot een dier groote verschuivingen van legers, waarvoor de Duitsche strategische spoorwegen zoo uitnemend geschikt zijn. Uit goede bron verneemt verder de cor respondent, dat de nieuwe troepen in Vlaanderen onder bevel van den hertog van Wurtemberg uit een vierde nieuwe selectie beslaan, sedert den veldtocht aan de Noord Zee. Eveneens verneemt de correspondent, dat officieel de verliezen der Duitschers tijdens den slag aan de Yser op 200 000 man worden geschat. De kanonnade der bondgenooten werd gedurende de vorige week feitelijk niet beantwoord. Weliswaar vielen enkele gra naten in Rams apelle echter zonder erns tige schade aan te richten en Vrijdag 1.1. werd een poging gedaan door een vlieg tuig om de staf hoofdkwart er. n te Pope- ringhe te verwoesten. Veertien personen wei-den gewond en één gedood door de gevallen bom, doch alle s achtolfers wa ren onschuldige burgers, die hunne we- kelijksche inkoopen kwamen doen op de markt. Onder de verdere berichten van den „Times"-correspondent valt nog op te mer ken omtrent een nieuwe wijze van aan vallen, welke de Duitschers van p an zou den zijn in te voeren. Een groot aantal gewapende motorbooten zouden worden gebruikt op de kanalen in Bei.giBijzon derheden over deze motorbooten kan de corre p indent nog niet ve schaffen, doch zij moeten voorzien zijn van zware ma chines en van snelvuurkanonnen. Korte OorlogstterirhDr.. Onlusten te Mexico. Ernstige onlusten hebben gisternacht te Mexico (stad) plaats gehad. De bevolking kwam voor bet gebouw der volksvertegenwoor diging samen, deed een aanval op de winkels, maakte zich meester van wape nen en schietvoorraad en ontwapende de politie. De tramdienst is gestoord. Er zijn eenige dooden. Fransch communiqué van gistermiddag 3 uur: Van de Noordzeekust lot Yperen hebben de Duitschers geen enkelen aanval gedaan. Wij hebben terrein gewonnen tussche-" Langemarck en Zonnebeke. In de nabijheid van La Bassce hebben Indische troepen de loopgraven, die zij den vorigen avoi d hadden moeten ontruimen, h ruomen. Bij Berry au Bac en in Argonne zijn wij oenigszins opgeschoten. Te Béthincourt, ten noordwesten van Verdun, is een aan val der Duitschers afgeslagen. Een verzoek van de Duitschers om een wapenschorsing is geweigerd. Onze artillerie heeft Arna- ville, in de buurt van Pont a Mousson, beschoten. Generaal von der Goltz, die de troepen in de loopgraven had opgezocht, zou, terugkeerende over een open veld, door een vijandelijke kogel getroffen zijn. Te Gefle in Zweden is een Rus als spion jgevangen genomen. Bijna alle deelnemers aan de Ober en Unter-Ammergauer passiespelen zijn in het leger. Eén heeft het IJzeren Kruis le kl., acht het IJzeren Kruis 2e kl. ver kregen. De opstand in Albanië. Uit Bari wordt gemeld, dat te Durazzo Essad pasja's toestand steeds moeilijker wordt. Een deputatie van burgers uit El Bassan verlangde in den vorm van een ultima tum de bevrijding van Kamil bei, dien Essad verantwoordelijk had gesteld voor een samenzwering tegen zijn regeering. Men verwacht een opstand van de bevol king van El Bassan. Ook te Tirana nemen de onlusten een steeds bedenkelijker ka rakter aan. De benden die tegen Durazzo willen oprukken, worden steeds sterker. De New-Yorksche effectenbeurs zal Zaterdag geopend worden onder eenige beperkende bepalingen. Grootvorst Demetrius. Men verneemt uit Milaan, dat grootvorst De metrius in een gevecht met de Duitsche cavalerie aan de Warta zwaar gewond zou zijn. Grootvorst Demetrius, een jonge man van 25 jaar, is de eenige zoon van grootvorst Paul Alexandrovitsch, den jongsten broer Van Alexander II. Groot vorst Paul is door zijn tweede, morgana tisch huwelijk bij de Czaar in ongenade ge vallen en woont in Parijs. Een oorlogs-anekdote. De vol gende oorlogs-anekdote doet, volgens „Het Volk" in de Duitsche pers de ronde: Veertien dagen hadden wij in de loop graven doorgebracht, dag en nacht zonder rust, steeds waakzaam en bereid, ook om doorkomende bevelen verder te ver breiden en terug te melden. Dit doorgeven van bevelen wordt ons tot een tweede natuur. Op zekeren nacht kwam onze kompagnie in reserve-stelling. Voor de eerste maal bouwden wij ons weer een tent en lagen, om ons te warmen, zoo dicht mogelijk naast elkander en <j room den. Ik zelf droomde van een middel, om die schrikkelijke granaten onschadelijk te maken en kwam daarbij1 tot een gunstig resultaat: „Men moet de granaten inpak ken!" riep ik, uit den slaap mij oprichtend en ontwaakte. Doch ziedaar, dadelijk legt zich mijn buurman op de andere zijde en geeft slaapdronken het „bevel" verder: „Men moet de granaten inpakken". En de eene zegt het den andere na, de gehcele rij in de lange tent langs. En de laatste, die achteraan onder de uiterste baan van het tentzeil als een egel ineengedoken ligt, zegt terug: „bevel doorgeven". Ook dit ging weer van man tot man terug tot het andere einde, tot ten slotte een van allen vraagt: „Wat voor bevel?" Dan wordt alles wakker en als ik de verklaring geef, lachen allen luid op. Erger dan oorlog! De „Amsterdammer" Chr. Volksdagblad schrijft Al wordt ons land niet in den wereld- strijd betrokken, toch vreezen wij, als we denken aan de toekomst van ons volk. Erger dan oorlog is de ontkerstening der natie. Wie God verlaat, heeft smart op smart te vreezen. 1 Aan die ontzaglijke waarheid werden we vandaag herinnerd, toen ons van be trouwbare zijde het volgende werd mede gedeeld: De vorige week bezocht onze Koningin de Oranje-kazerne te 's Gravenhage, waar juist de troep gereed stond om uit te rukken. H. M. sprak de manschappen toe en wees hen op den ernstigerï tijd, dien wij beleven, hen bovenal wijzende op Neêrlands God, Die ons volk tot op dit oogenblik voor de ellende van den oorlog bewaard heeft. Daarop vroeg onze vorstin of er solda ten waren, die eiken dag voor het vader land en voor zichzelf baden. Helaas, nie- •mand gaf antwoord! 1 Toen kwam de vraag van II. M., wie van de manschappen wilde beloven om dagelijks voor land en volk Gods genade in te roepen. Acht, zegge acht soldaten beloofden ditl Bij het vernemen van dit verhaal wer den wij eerst met dankbaarheid vervuld, dat onze dierbare vorstin God zegene haar! er telkens voor uit komt, dat zij zich de Christelijke belijdenis niet schaamt en hulp en bijstand, alleen van den Aller hoogste verwacht. Maai- daarna drong zich de droeve ge dachte aan ons op, dat er slechts zoo weinigen waren, die hun knieën wilden buigen voor den troon der genade. Met weemoed denken we aan het droeve lot, dat ons volk wacht, als het niet met onze Landsvrouwe zijn kracht zoekt in het gebed en in den dienst des Heeren. Beets, onze laatste dichter-profeet, zong het reeds voor jaren: Wat afvalt van den hoogen God, Moet vallen. Toch is er nog hope. Ook voor Neder land. Dezelfde zanger heeft het eens uit gejubeld God zal met ons Holland zijn, Zoo wij Hem need'rig eeren. Och, dat ons volk dezen weg leerde bewandelen 1 Op het voetspoor van onze lieve Ko ningin! Onder vrede-brengers in Den II a a g. Een meeting, eergisterenavond in Den Haag gehouden, en waarop de heeren Spiekman en Troelsfcra hadden gesproken, had volgens het „Vaderland" het'vol gende „fraaie" slot: Er wordt gelegenheid gegeven tot debat. De heer De Visser geeft zich op (He vig gefluit.) Do voorzitter vraagt een rustig debat. Inmiddels blijkt zich eerst nog een katholiek te hebben opgegeten en een ander, die zich noemt „vredes- vriend". De katholiek keurt het fluiten af. Ove rigens acht hij heit thans waarlijk nog geen tijd, de „internationale" te zingen. Er zijn thans menschen, die zich op offeren in den strijd, (lievig mm oer ont staat in de vergadering zelve tusschen voor- en tegenstanders van het laten door spreken van den Katholieken redenaar). Toen de redenaar zeide, dat ook so cialisten zich aanmeldden als vrijwilligers wordt het rumoer, het applaus en ge fluit veel sterker. De voorzitter wil den redenaar geen gelegenheid geven over dit moeilijke punt te spreken. Hij moet zich bepalen tot het in eerste instantie aangevoerde. De katholiek merkt dan op, dat men toch niet over de sociale toestanden moet spreken naar aanleiding van dezen oorlog, welke den toestanden, zooals deze zijn toch niet het aanzijn heeft gegeven. (Ap plaus). De voorzitter legt hem hamerend het stilzwijgen op, hij verlaat het podium, onder applaus van een groot deel der hoorders. Nu komt de lieer De Visser aan het woord. Zijn klacht, dat or te weinig ge legenheid wordt gegeven voor debat deed reeds een helsch gefluit eg applaus ont staan. Vele hoorders debatteeren met el kaar. Do heer De Visser noodigt de heeren Troelstra en Spiekman uit onder gelijke omstandigheden te debatteeren met hem of een der voormannen van zijn partij. (Hoongelach, applaus, verschillende uit roepen, gefluit). llij wil dan zien, twie of zich in dezen oorlogstoestand het laakbaarst heeft ge dragen (Rumoer). Het meeste schuld aan den tegenwoordigen toestand heeft de S. D. A. P. (Rumoer). Een paar dames schreeuwen bedreigin gen tegen den heer De Visser. Heel lidt publiek staat op en schreeuwt, alleen enkele militairen blijven kalm zitten en onthouden zich van betooging. De heer De Visser schreeuwt, dat men niet tegen critiek kan. Het rumoer ver dubbelt. De heer De Visser verklaart nog een maal te willen probeeren, of men ver standiger wil zijn dan de beesten, die alleen kunnen loeien. Hij begint weer: „de eenheid yan het proletariaat. Geroep: Die hebben jullie verbroken! Do heer De Visser: Houdt nu toch eeins jullie ellendige muilen 1" Een dame uit het publiek„Houd je bek!" (Gefluit, applaus). Do heer De Visser verwijt den soc.- dem. dat zij hebben geweigerd met de georganiseerde arbeiders (sprekers par tij) saam te werken „en nu janken zij om samenwerking". (Herrie). Troelstra heeft de arbeiders verraden en geknoeid met do „Treupen". Onder onbeschrijfelijk jumoer verlaat de heer De Visser het podium en hét wordt stil, toen de „Vredesvriend" aan het woord kwam. „Vredesvriend" is door de laatste oogenblikken droef gestemd, hij waande zich in pen arena! Hij beveelt zelfbe- heersching aan en waarschuwt, dat men niet met de psychologie van de massa moet spelen, want het is een spelen met vuur. De heer Troelstra antwoordt. Hij zal niet ingaan op de schimpscheuten van don heer De Visser. (Helsch spektakel). Do heer De Visser nadert het podium en waarschuwt, dat, als dc heer Troelstra schelden gaat, hij hem ook niet zal la ten spreken. Een onderofficier der ja gers stelt zich beschermend op he.t trapje naar het podium tusschen den heer De Visser en de bestuurstafel. (Onbeschrijfe lijke herrie is (Laarvan het gevolg. Van alle kanten wordt de onderofficier ge scholden. Hij moet het jand maar gaan verdedigen, de socialisten roepen het le ger te hulp enz. De onderofficier schreeuwt vuurrood daartegen in en maakt gebaren.) Door de herrie moet de heer Troetstra van het woord afzien. Te midden van het vreeselijk ge schreeuw hoort men den heer Drees met oen hamerklap de vergadering sluiten. Schreeuwend gaat men langzaam uit een, enkelen zingen socialistische liede ren, maar het gezang komt niet tot zijn recht. Brieven naar België. Voortaan worden geen brieven of brief kaarten naar Brussel of andere plaatsen in België, door tusschenkomst van het departement van buitenlandsche zaken verzonden. Men doet het beste de brieven op de gewone wijze op de post te bezor gen, met vermelding op het adres: over Aken. Voor het overmaken van geld blijft het ministerie van buitenlandsche zaken op den ouden voet zijn tusschenkomst ver teenen. Vrije geneeskunde. De beer T. P. van Dieren te den Haag, heeft aan H. M. de Koningin doen toe komen een tweetal portretten van een

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1914 | | pagina 2