Maandag 12 October 1914 29e Jaargang No. 10 De Groote Oorlog. „De Zeeuw" in ïVliliiair Tehuis en Kamp. Uitgave van de Naaml. Venn. LUCTOR ET EMERGO gevestigd te Goes. Hoofdbureau te Goes: LAN IE VORSTSTRAAT 219. Bureau te Middelburg: FIRMA F. P. DHU9J L. BURG. Drukkers: Oosterbaan Le Coinfre Goes. Van den Bondsring Serooskerke en omstreken van Jongel. Ver. op G. G. ont vingen we f2.50, waarvoor een ex. van „De Zeeuw" naar de militairen te Zou- telande gezonden zal worden, en een ander naar die te St. Kruis. Hartelijk dank! Bededagen. „De Heraut" schonk haar aandachtvaan een artikel in „De Telegraaf", waarin, naar aanleiding van den aandrang op de Regeering geoefend om evenals president Wilson een bededag uit te schrijven we gens der tijden nood, eenige onjuisthe- den geschreven staan. Zoo schreef „De Telegraaf", dat sedert de Frahsche om wenteling en de scheiding van Kerk en Staat, toen de gereformeerde religie niet meer den toon aangaf, de overheid in ons land als zoodanig geen bededag of dankuur meer uitgeschreven heeft. „De Heraut" toont aan dat dit mis gezien is. Na de Fransche Revolutie heeft de overheid nog telkens bededagen uitge schreven; bijv. in 1802, na den vrede van Amiens; en onder de Bataafsohe re publiek, Koninkrijk Holland en Napoleons bestuur werden ieder jaar dank- en be dedagen uitgeschreven. Na het herstel on zer onafhankelijkheid geschiedde dit nog herhaaldelijk bij elke belangrijke gebeurte nis (zie Kist Nederl. Bededagen en Bid- dagbrieven). Die uitschrijvingen geschied den bij Koninklijk Besluit, dus waren of ficieel. Nu wij deze belangrijke mededeeling van „Do Heraut" releveeren, herinneren wij aan nog een andere vergissing van „De Telegraaf", waarop het blad wijst. „De Telegraaf wijst op art. 66 der Dordt- sche Kerkorde hetwelk aan de kerk dein plicht oplegt oan de Overheid te bidden een biddag of dankuur uit. te schrijven, en merkt daarbij op dat de corresponden ten met de hooge Overheid aan dezen plicht nog niet voldeden. In deze rede neering nu is een gaping die de opmer king aan het adres der depütaten der geref. kerken voor de correspondentie met de Hooge Overheid tte niet doet. Immers in 1905 is door de Synode van Utrecht uit dit artikel het voorschrift door „De Tel." bedoeld uitgelicht. Het artikel luidt na deze revisie: „In tijden van oorlog, pestilentie, algemeene volks rampen en andere groote zwarigheden, waarvan de druk overal in de kerken gevoeld wordt, zal een bededag worden uitgeschreven door de Classe die daar toe door de laatste Generale Synode is aangewezen". Zoodat wilden depütaten een dergelijk! verzoek tot de Regeering richten, ziji bui ten hun boekje zouden gaan, want zon der bijzondere lastgeving van de Synode gaat en mag dit niet. De opmerking der antirev. pters blijft derhalve intact: Waarom heeft onze Over heid, in dit geval onze Kóningin met hare Ministers, nog geen roeping gevoeld een dergelijken bededag uit te schrijven? Zoo ooit dan was het er nu de aan gewezen tijd voor. De val van Antwerpen. Fen Belgische oorlogscorrespondent van „De Tijd", die het beleg en den val van Antwerpen heeft bijgewoond, seinde daar over gisteren uit Sas van Gent Zoodria het tegenhouden van de Duit- scihe invasie bij de Nethe niet slaagde, en de eerste forten van de buitenlinie ge vallen waren, werd het duidelijk, dat te gen de overmacht, den onwrdkbaren wil enhet werkelijk superieure en onweer staanbare zware geschut van de indrin gers, de benarde veste niet te houden zou wezen. Nog vóór het bekende ma nifest van den gouverneur verscheen, wa ren idoör de Belgische regeering in overleg met de Engelisehe- en dê Generale Sta ven maatregelen genomen, oni het Belgi sch© veldleger zooveel mogelijk ongerept teirug te doen trekken. Terecht hebben de EngeLschen begrepen (ik mag overi gens zeggen, zonder een geheim! te schen den, dat het hun ook door de Belgische regeering te verstaan werd gegeven) dat niet de geheele jongelingschap van Bel gië, waaruit later de toekomst van het land moet opstaan, prijs mocht gegtoven worden aan een vernietiging, die door den sterken insluitingsgordel der Diuit- schers onafwendbaar scheen. Reedis te veel offers heeft België betaald cun de gemeenschappelijke zaak te dienon, en noch Frankrijk, noch Engeland verlangen, VERSCHIJNT ELKEN WERKDAG. Abonnementsprijs Per 3 maanden fr. p. post Losse nummers ƒ1.25 „0.05 Prijs der Advertentiën 15 regels f 0.50, iedere regel meer 10 ct. 3-maal plaatsing wordt 2-maal berekend. Bij abonnement voordeelige voorwaarden. Familieberichten van 110 regels ƒ1. iedere regel meer 10 ct. dat ons kleine volk zich zal laten uit moorden en dat het doodbloede. Nog vóór de eerste troepten verplaatsin gen begonnen Duitschland kan de Bel gische troepen eerstdaags elders in het vuur verwachten hadden officieren en manschappen van de genie zich aan boord begeven der voornaamste schepten van de Duitsche handelsvloot, welke bij. het uitbreken der vijandelijkheden in de ha ven lagen en prijs werden verklaard. Zij werden afgezonderd en de machine kamers totaal onbruikbaar gemaakt door dynamiet-ontploffingen. Talrijke Duitsche ladingen werden ontruimd. In de stad zelf waren tijdig de schilderijen en kunst werken beveiligd, de staatsarchieven naar Ostende overgebracht enz. Eerst tijdens het bombardement werden de petroleum tanks, waarvan men ge tracht had enkele te ledigen, in brand geschoten, terwijl verschillende lichters en voorraden in de Schelde zijn vernietigd en de sluizen opgeblazen. Terwijl dit geschiedde en de stad zoo goed als geheel werd ontruimd, hadden bij de Nethe nog uit- en aanvallen plaats, welke den Belgen veroorloofden, nog en- kale uren den toestand te beheersohen, dank zij den steun der nog overgebleven forten van de buitenlinie. Duchtig hand haafden zich die van Oude God, Mortsel, Hohoken, Wilrijck en Eedeghem. Maar de aangekomen versterkingen veroorloofden dan opdringenden Duitsehers hun stel lingen vooruit te schuiven, en hun zwaar geschut wist ook de nog standhoudende bezetting der buitenforten tot machteloos heid te dwingen. Uitgeput, verkleumd, de hoofden verbonden met zwachtels en de klearen besaneerd met modder, zag men hen samen bij troepjes op' de binnenste verdedigingslinie terugtrekken. Twee com mandanten lieten hun onverdedigbaar ge worden versterkingen in de lucht vlie gen en vernagelden de onvervoerbare ka nonnen; van een ander werden de mu- nitiekameirs in brand geschoten; enkele handhaafden zich nog, geheel geïsoleerd, bolwerken van dappterheid, maar tenzij er nog een spoedig ontzet kon georgani seerd worden ook van hopeloozen te genstand. Ik spaar u de beschrijving van heroï sche episodes en van de helsche ge- tusschen de builen en binnenlinie gele verd zijn tusschen de Engelsche hulptroe pen (die lang niet zoo talrijk geweest zijn als men gemeend heeft) geholpen door het Belgisch fortenlegertje ien de felle Duitsche aanvallers, die, ik meet het erkennen, met doodsverachting' vech ten. Ondanks het zwarescheepsgeschut door de Engelschen aangevoerd, slaagden de Duitsehers er spoediger in, dan men Verwachtte, ook den binnengordel met een bres te forceoren. Al hebben krijgslisten, ontploffende mijnen en wolfskuilen bij de buiten en binnenforten duizenden man schappen gekost, generaal von Beseter had blijkbaar bevel, om tea- beveiliging van het Duitsche leger in Noord-Frank rijk, de vesting Antwerpen te nemen ten koste van welken bloedprijs ook. In de stad zelf zijn de nachten van gisteren en eergisteren het "verschrikke lijkste geweest, wat ik in dezen oorlog nog heb bijgewoond. De beschieting van Luik beteekende er maar een schijn en schaduw bij. Het is heelemaal geen tijd, om kritiek te oefenen op overheden, die met de beste gevoelens bezield warén en aan wier vastberadenheid niet mag, getwij feld worden, maar het was niet verstan dig, onder het krankzinnige voorgeven, dat de stad Cot den laats ten steen zou verdedigd worden, dat de blijvers water en zand gereed moesten houden enz., panieken en onverstandige uittochten te veroorzaken, welke bij beter beleid voor komen hadden kunnen worden. Dat de bevolking zoo spoedig mogelijk terugtocteie is in elk geVal een wensch, waarvan de vervulling nog* veel ellende kan Voorko men. Het zware en meedoogenlooze bombar dement heeft de stad niet zoo geruïneerd, dat zlij voor meer dan een honderdste ge deelte onbewoonbaar zou zijn. Dit zon der overdrijving. Zwaar en meedoogenloos is het echter gtowteest, en vooral de jongste nachten veroorzaakte het een furie van wanhoop onder de bevolking. Het eerst zijn getrof fen Borgerhout, Berohem,de Antwerpi- Bche staties, het Justitiepaleis, een paar kerken en kloosters, enkele sinjorenpar leizen en havenwerken. In den ergs ten nood begonnen de gevangenen hun cel deuren te rameien, daar enkele bommen het dak hadden doorboord. Zij huilden als krankzinnigen, en op last van den procu reur van het gerechtshof heeft toen de cipier de gevangenen in 'vrijheid gesteld, die briesend door de straten vloden, als of duivels: hen op de hielen zaten. En kelen maakten van de verwarring1 ge bruik om kleine plunderingen en dief stallen te ondernemen, die echter gewa penderhand werden onderdrukt. Ik moet hierbij opmerken, dat de ergen gevangenen reeds eerder naar een veilige bewakings plaats waren overgebracht. Gistermorgen zond de Duitsche be velhebber een vierden palementair, om de overgave te eistahen. Toen zij gewei gerd werd, maakten de Duitsehers onder een laatsten regen Van granaten alles ge reed voor de bestorming van de laatsfge- handhaafte stellingen. De overgebleven manschappen der bezeting en hulptroepen waren echter stillekens aan teruggetrok ken. Ook diê gemakkelijk vervcerbare ka nonnen werden stadwaarts gehaald in de richting van Booin. De laatste Engelsche verdedigers trokken over de noodbrug bij het hoofd van Vlaanderen, die zij achter hen met dynamiet opbliezen. Toen de Duitsehers tot den stormloop waren over gegaan, vonden zij de verdedigingslinie verlaten. Troepen cavalerie drongen het eerst de stad binnen en bezetten het stad huis, het postkantoor, de tijdelijk gebruikte gouvernementsgebouwen en oi'ficieele ge bouwen, de Groenplaats, de Keizerslei en de havenwerken. Onmiddellijk trachtten zij een noodbrug te slaan over de Schelde, en men kan verwachten, dat zij spoedig de teruggetïoepen troepen der bondgenoo- ten op de hielen zitten. Gisteravond is het Duitsch bestuur over de stad ingesteld. Van onze grens. 'Ie Esschen weigerden da Belgische spoorwegarbeiders dienst te doen, vertelt de „N. Rt. Ct." „De jeugdige stations chef wist geen raad meer met al dat spoorwegvolkje, dat zich ten deel© nog maar wonderlijke oorlogsmanieren had aangewend. Van de zeven wagons meel, vooral gekomen uit Antwerpen voor de duizenden arme vluchtelingen in de qna- rantainestallen, was nu niets meer over, omdat de kolonie hier op het emplace ment alles leeggehaald had en aan vrien den en kennissen uitgedeeld, waarbij heel wat was vermorst. Enkele hunner waren op losse machines na het verlaten Ant werpen gevlogen, waar nu uiteraard véél wordt geplunderd en in de entrtopöts had den ze van allerlei goede zaken buitge maakt. Ik verneem dat van een trouw gebleven, doch jeugdigen hoofdambtenaar der Belgische Staatsspoor, die met1 toen trcepje beambten op toen 1' c mr t'ef n ar de stad was gespoord om leeftocht te ha len voor de arme vluchtelingen; Antwer pen immers had zich voor het beleg ge ducht geproviandeerd, en er ligt dan ook een geweldige hotoveelheid levensmiddelen. Maar het troepje kerels had d© verzoe king niet kunnen weerstaan. Samen had den zij' in het entrepot ©en vat wijn van 140 L. leeg gedronken, toen hadden zij twee vaten op de machine geladen en de ingenieur had niets van hen gedaan kun nen krijgen. Zoo kwam er hier vanmorgen in een trein uit Esschen een bagagewagen mede; een paar Belgisch© machinisten en stokers vertelden, dat dito vol was met allerlei, dat zijl uit Antwerpsche loodsen hadden gehaaldwijn, champagne, havana- sigaxen, rijst, weet ik wat. Zij waren van plan door te gaan naar Amsterdam en verzochten den Nederlandsehen spoor wegautoriteiten om hun dien wagen daar heen na te willen zenden. De wagen is hier aangehouden. Dit zijn enkel© staal tjes, door zwakke broeders gepleegd, waarop ge nu natuurlijk vooral het heele corps niet moet aanzien." Uit Putte wordt dd. 10 Oct. gemeld: Hedennacht hebben de Belgen hier de laatste forten laten springen. Nu de Duit sehers in Antwerpen zitten, was verdere verdediging nutteloos. Bij het springen der forten zijn ver schillende kanonniers gedood en gewond. Een Duitsche automobiel met witte vlag verscheen hedenmorgen om 11 uur aan de grens om te melden, dat de Belgen weer konden terugkeeren naar Antwer pen. Velen keerden reeds huis waarts. Van de Zeeuwsche grens. Uit Terneuzen, dd. 11 October. (Aan de N. R. Ct.) De doorvoer van geïnter neerden houdt nog aan. In de aanvoer komt eenige kentering. Naar schatting zijner nu wel meer dan 15000 doorgeko men. Van bakkers en winkeliers is groote inspanning gevorderd om te voorzien in behcefte aan eetwaren. Daar tijde ijk rocd dreigt w.ordt van uit Rotterdam een! voor raad eetwaren door de autoriteitien aange voerd. Aan de grenzen is het nu een stapelplaats van groote massa's geweren en ander oorlogstuig. In de ambulances zijn heden nog verschillende gewonden aangebracht. Ik verneem dat de Duitsehers nog niet naar de zijde van Gent zijn doorgedron gen, zij' zouden daarin worden teruggehou den door troepen met Franschen en En gelschen in het front. Bezoekers aan Ostende melden dat daar heden nog schepen met troepentransporten arri veerden. (Jit Antwerpen. Baron von der Schuetz is tot gouverneur benoemd. Geen der forten is verdedigd, de mees te zijn platgeschoten nadat zij verlaten waren. De Duitsehers voerden geen be stormingen uit. In den nacht van Vrijdag op Zaterdag bliezen de Belgen achtereenvolgens de for ten Ertbrand, Brasschaet en Beirendrecht en om 7 uur 's morgens Stabroeck op. Baron von der Schuetz heeft bekend gemaakt, idat de burgers rustig terug kun nen keeren. Een gedeelte geeft daaraan gehoor, maar anderen vluchten nog, zoo dat de weg van Antwerpen naar Capel- len en Putte zwart was van vluchtende en terugkomende menschen, die elkaar kruisen. De parlementair der Duitsehers, die de forten kwam opeischen, kwam te laat, daar de forten reeds opgeblazen waren. Het fort Merxem is door de Duitsehers stukgeschoten en verlaten door de Belgen. De verwoesting van Antwerpen is be halve bij het Zuiderstation onbeduidend. De huizen in de Schoenstraat staan in brand. Duitsche soldaten helpen bij het blusschen. Een bom heeft de Lievevrouwekerk be schadigd. In Bed- en Ramstraat zijn hui zen stukgeschoten, maar de verwoesting is overdreven. Het paleis des Konings op de Meirplaats en het Centraalstation zijn onbeschadigd. Het hoofdkwartier der Duitsehers is met medewerking van don gemeenteraad in het Stadhuis gevestigd. Van het Oostenrijksch-Russische front. Zaterdag, aldus wordt officieel uit Wee- nen 'gemeld, hebben de Russen een storm loop op het Zuidelijke front van Przeinysl gedaan, die is afgeslagen. Daarna is de terugtrekkende beweging dier Russen al gemeen geworden. Zij hebben het Weste lijke front moeten ontruimen en onze rui terij is daar reeds de stelling binnengetre den. Vijf tot zes divisies Russische infanterie, die bij Lancut stand hielden, moesten naar de San vluchten. Verder is een di visie kozaktoen met een brigade infanterie ten oosten van Dymow teruggeworpen Onze troepen zitten de Russen overal op de hielen. Engelsche hulp te laat? Een onderofficier die in de forten van Namen was, naar Frankrijk uitweek en weer naar Antwerpen terugkeerde, gaf als zijlue meening te kennen dat de En gelsche hulp te laat gekomen is. Er was geen voldoende gelegenheid geweest voor het opstellen van het Engelsche zwaar geschut. Het vuur der Duitsche vuurmon den was overstelpend ton men was mach teloos daartegen. De troepen die over onze grens kwamen, waren van het leger af gesneden door het Noordwaarts trekken der Duitsehers, sedert zij de Schelde wa ren overgetrokken. De Belgische militai ren zien er afgemat uit, de Engelsche zijn frisscher. Velen zijn ook door de Duit sehers krijgsgevangen gemaakt. „N. R. Ct." Uit Antwerpen's geschiedenis. Hieronder volgen etonige der belangrijk ste data uit Antwerpen's geschiedenis. 1585 (17 Augustus). Na een beleg van 14 maanden wordt de stad door de Span jaarden onder den hertog van Parma veroverd en geplunderd. 1706 (5 Mei). De vesting wordt inge nomen door den maarschalk van Saksen. 1830 (27 October). Ingenomen door de Belgische opstandelingen, hoewel de cita del nog in handen van de Hollanders was, die van daaruit de is tad beschoten. 1832 (23 December). De citadel bele gerd door de Franschen en na een dap pere verdediging ingenomen. 1914 (9 October). De stad na een be schieting door de Duitsche belegerings troepen door deze ingenomen. Muziek gedurende den slag. De "„Berliner B o ersenciouriëri" drukt een brief af van den kapelmeester Franz Becker, van het Kaiser Franz-regiment der garde, een in Berlijn bekende figuur. De brief heeft den volgenden inhoud: Wij lagen na een langen marsch. bij G. in bivak en genoten van den aanblik van de dampende ketels goulasch en het vooruitzicht op een heelen nacht rust. Maar daar werden wij in eens geal armeerd, de voorposten waren in aan raking gekomenmet sterke Fransche strijdkrachten. Plotseling werd het leven dig in ons bivak en weldra was een heftig gevecht gaande. De Fransche ar tillerie vuurde uit gedekte stellingen, on ophoudelijk vlogen met scherp gefluit gra naten door de lucht, die met ontzettend glekraak uiteensprongen. De infanterie vuurde ook levendig, zonder evenwel de Duitsche posities in het duister preciest te ontdekken. Ik ging met mijn muzi kanten onder dekking vooruit tot ik ko lonel von K. trof, die mij opdroeg ook mijnerzijds deel te nemen aan dit helsche concert. Ik kroop met mijn mannen voor uit tot de voorste loopgraaf, liet daar de instrumenten uitpakken en speelde tot groot genoegen onzer mannen het sohoone lied: „O wie wohl ist mir am Abend". Na eenigen tijd, toen de maan, die tot dat oogenblik achter dikke wolkensluiersi gebleven was, in eens te voorschijn kwam om het slagveld met de springende gra naten lugubier te verlichten, begroetten, wij deze met het lied„Guter Mond, Die gehst so stille", waarmee de man schappen dadelijk instemden. Niet lang daarna deden de Franschen een storm aanval. Wij ontvingen hen toepasselijk: met „Puppchen, du bist mei® Augen- stern". Onze mannen schoten schitterend en de Franschen deinsden af. Wij bliezen, om hen te doen weten, wie wij waren, den lijfmarsch van ons regiment, den stormachtige®. Radetzkymarsch, e® toen kort daarop de zon bloedrood opging, besloten wij ons concert met het koraal,: „Wie schoen lenchtet der Morgenstern", en ook nu weer zong menigeen van de mannen met het geweer aan den schou der mee. Becker is een der volgende dagen mee strijdende onderscheiden met het ijzeren kruis. Een koene vliegtocht Een bewonderenswaardigton vliegtocht maakte op 1 October een Oostenrijksch stafofficier met zijn pilot naar de door de Russen belegerd© vesting Przemysl. Bij Dubiesko, een dagmarsch van de ves ting gelegen, kreeg de stafofficier de eer ste Russische troepen in het oog, een heele divisie cavalerie tegelijk, d:e direct op de machine begonnen te vuren. Het vliegtuig vloog ook over de artillerie,; maar het granaatvuur kon de snelle vlucht der machine niet volgen. De kartetsen sprongen meestal achter het vliegtuig en maar drie scherven doorboorden de draag vlakken. Een er van bleef 20 c.M. van de zitting des verkenners in bet houtwerk steken. De vestingwerken werden onder een hagel van projectielen overvlogen. Reeds zweefde d© reuze-vogel in een grooten cirkel boven de stad om de lan dingsplaats te zoeken. Trots het hevigste artillerievuur des vij'ands stroomde toch de heele bevolking op straat samen en de in machtige spiralen dalende vogel werd met onbeschrijfelijk gejuich inge haald, waartusschen de machtelooze scho ten van het vijandelijk geschutvuur als zware trommelslagen dreunden. Nitot al leen bracht de vogel bevelen voor d© bezetting maar ook .aan een grooten troost in den vorm van lang gemiste couranten. De geheele tocht tot aan de landing had juist een uur geduurd. Was reeds de tocht naar de vesting er een vol gevaren ge- geweest, de' tocht er uit naar de Oosten- rijksche liniën scheen welhaast toen onmo gelijkheid. Door buiig weer en sneeuwval dit tot 6 October uitgesteld worden, maar zelfs op dezen dag was het weer nog allesbehalve gunstig. Met bang gemoed zagen de bewoners de motodige vliegeniers zich van de eng begrensde- vlitogplaats in bijna loodrechte spiralen omhoog schroeven. Nauw was de machine boven de vestingwerken zichtbaar, of de Russen openden een zoo razend vuur, dat het ge bulder van het vuur zelfs het gtobrom des motors overstemde, dat andiers dö; vliegeniers tegen andere geluiden onge voelig maakt. Menigmaal was het vlieg tuig in een rookwolk van rondom ontplof fende projectielen gehuld, waarvan dei luchtdruk het niet zelden plots uit zijln baan perste en achtmaal doorboorden gra naatscherven de draagvlakken. Door den verrekijker kon men waarnemen welke ontzettende verliezen de regen van scher ven en projectielen bij het weer neer vallen in de rijten der dicht opeengepakt© Russen aanrichtte. Was nu het vliegtuig ook al triomfantelijk aan het bereik van het Russische vuur ontkomen, in de wilde sneeuwbuien, die al sedert weken over Galicië heenstormen, vond het een nog gevaarlijker vijand. Het voelde zich door windstooten op en neer gedrukt, door den witten sneeuwsluier been en toen de vliegeniers zich de sneeuw van bril en hoofdkap veegden bevonden ze zich ver uit den koers, zoodat ze diep moesten dalen om dien terug te vinden. Maar daar bij werd het vliegtuig door buien ook weer zoo heftig heen en weer geschud, dat bijl een scherpe stijging de benzine leiding afknapte en de verkenner de buis met de hand tegen het benzinereservoir moest aangedrukt houden. Trots al dezton tegenspoed bereikten de vliegers doornat,

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1914 | | pagina 1