IIONGH.
No. 9
Zaterdag 10 October 1914
39e Jaargang
eet
e
d e r ij
koop
id
id
ID
BBijfi getrouw.
De Groote Oorlog.
ijen te Goes,
delburg,
ZEH,
necht
nde Meid
e Meid
stbode,
Onder de Belgische vluchtelingen.
Antwerpen gevallen.
jelieer van A.
ig Groede met
lilTBOOMEH in
KRUISBESSEN,
RTE BESSEN.
HEESTERS,
OEN, enz. enz.
erngezond.
En beleefd uit
breide kweeke-
n.
nieuwe
UWER, Goes-
terugbezorging
VAN DUKE,
St. Joosland.
eldoorn,
oor kweekerij.
N bureau „De
18 Oct. en een
„Jukema", bij
e Grijpskerke,
it twee en met
benoodigd, bij
UCK,Souburg
rd Evertsen 6.
Krabbendijke.
Gapinge.
N EIJZEREN,
egSnwoordige,
DERGEM,
ooskerke (W.)
er
DERTSE,
Kamperland.
AARS,
Zoutelande.
evraagd een
enstplicht, en
ijk, bij D. DE
verskerke.
ERS, Seroos-
d. LINDE,
Koudekerke,
Mei
St. Joosland
Uitgave van
de Naaml. Venn. LUCTOR ET EMERGO
gevestigd te Goes.
Hoofdbureau te Goes:
LAN aE VORSTSTRAAT 219.
Bureau te Middelburg:
FIRMA F. P. DHUIJ - L. BURG.
Drukkers:
Oosterbaan Le Cointre - Goes.
VERSCHIJNT ELKEN WERKDAG.
Abonnementsprijs
Per 3 maanden fr. p. post
Losse nummers
ƒ1.25
„0.05
Prijs der Advertentiën:
15 regels ƒ0.50, iedere regel meer 10 ct.
3-maal plaatsing wordt 2-maal berekend.
Bij abonnement voordeelige voorwaarden.
Familieberichten van 110 regels ƒ1.
iedere regel meer 10 ct.
Vooral nu de mobilisatie zoo lang duurt
is het noodig, dat onze landweerman
nen en miliciens eikander opwekken tot
zelfoefening. Toen de mobilisatie pas uit
geschreven was, waren wij allen onder
den indruk. Er zijn toen wat tranen ge
schreid, wat zuchten geslaakt.
Onze jongelingen gingen goedsmoeds uit
naar de aangewezen veldposten of de
pots; doch er was vrees in aller hart
dat het een heengaan voor wie weet hoe
lang zou zijn, en met het uitzicht op
een mogelijken oorlog.
Den ernst des tijds besefte men aller
wegen. Dit bewaarde onze jongens en
mannen voor overmoed; drong ailen tót
getrouwe plichtsbetrachting; en hield den
kameraadschappelijken geest levendig. Zij
hebben ter wille van het vaderland veel
verdragen.
Nu is, naar 't schijnt, het oorlogsge
vaar, al is het er trouwens nog, voor
Nederland niet zoo groot meer. Dit heeft
groote verslapping en vertraging veroor
zaakt in menig opzicht. Er werd gebeden
in het openbaar, in de bedehuizen, in
vergaderingen, in bidstonden, en aan huis.
Gebeden vooral voor onze landszonen;
gebeden ook om afwending van het oor
logsgevaar; gemeenschappelijk, eenparig.
Nog wel wat veel bleef de bidstond tot
het eigen'kleine kringetje beperkt; doch
de ernstige wil tot verootmoediging was
bij Velen aanwezig. En wij mogen vertrou
wen, dat ook onze miliciens, die bidden
geleerd hadden, hun hart zoowel in 't ver
borgen als in de samenkomsten herhaal
delijk voor den Heere hebben uitgestort.
Nu echter bestaat er gevaar voor ver
slapping. Bij; hen die thuis bleven en
bij hen die in dienst gingen. De oorlog
komt niet; de dienst wordt eentonig; het
leven, vooral in de forten en redouten
is saai en vervelend; lectuur vloeit niet
meer zoo druk, en dat nog wel nu het
den afzenders geen cent kost, en de huis-
genooten aan den milicien wel twintig
brieven op een dag kunnen versturen zon
der gevaar voor strafport.
Deze, en vele andere overwegingen ma
ken den soldaat kregel, ontmoedigen hem
of doen hem uitzien naar vertier. Vindt
hij dit nu in de militairen tehuizen, waar
hem alle mogelijke genot en ontspanning
geboden wordt, dan is hij gewaarborgd
tegen zwaarmoedigheid en ongeduld. Heeft
hij den toegang in den familiekring van
vriend of geestverwant, of van den pre
dikant of den geestelijke, dan loopt het
met die rijzende bezwaren ook nog wel
los.
Maar nu zijn er in het fort, of in de
kazerne, of in het veld, jongelui, niet
van zijn richting, aardige jongens overi
genis, daar valt niets van te zeggen; maar
toch jongens, in wie bij1 welke krijgs
mansdeugd ook die hen siert, het eene
noodige, de vreeze des Heeren, die het be
ginsel der wijsheid is, gemist wordt.
Deze jongelui zijn voor onze Christen
miliciens hoogst gevaarlijk. Veel gevaar
lijker dan vloekers, spotters, vuilsprekers
en openbare dronkaards. Voor dergelijken
kunnen onze miliciens zich wachten; zij
kunnen hun uit den weg gaan. Maar die
beischaafden met hun aangenamen om
gang, opgeruimd humeur en verdraagzaam
karakter, die de gave hebben van inpak
ken en meesleepen, die zijn gevaarlijk.
Zij leiden onze jongens in, in de sfeer
van hun denken en belijden; zij hebben
gansch andere gedachten en meeningen
oVer Getzag en Gebed en Zondagsrust en
Ontspanning dan zij. Zoo licht leiden zij
onze jongens af van de beproefde waar
heid. Zij verslijten voor bekrompenheid
al de Schriftuurlijke opvattingen der ouden
omtrent Zondagsheiliging en eerbied voor
de Overheid, Kerkgang en Bijbellezing. Zij
heeten schijheiligheid onzen afkeer van
de hedendaagsche ontspanning, als daar
zijn Komedie, Bioscoop, Kansspel en der
gelijke. Wee, zoo onze soldaat zich laat
meesleepen op dat gevaarlijk spoor. Hij
begint met schoorvoetend volgen, met be
scheiden meedoen, doch hij eindigt met
vrijmoedig voorgaan en den toon aan
geven.
Zoo isl door toe te geven in het schijn
baar kleine menige milicien aan spel en
dans en nog enger© vermaken verslaafd
gieraakt. i
Wie die zijn eigen hart kent, zal den
steen durven opnemen, en werpen dien
op dezulken? Wij zullen de laatsten zijn.
Doch wel willen wij de eersten zijn om
onze jongemannen op 't gevaar van den
eersten slap te wijzten. Menigeen die met
goedevoornemens bezield in dienst ging,
die het „waak en bid'' betrachtte en zich
verre hield van het verboden©, is ten
slotte afgegleden op het spoor der onge
rechtigheid en in den maalstroom des
levens voor goed ondergegaan.
De vijand der menscbenkinderen heeft
door de verlokselen van den sterken
drank menigén jongeman voor altoos
krank gemaakt. Kent gij beklagenswaar
diger mensch dan een dronkaard? God
de Heer© alleen weet wat d© dronkaard
lijdt. De pijn vlijmt jn iedere zenuw, en
trilt door elke spier, en knaagt aan elk
heen, en brandt met allerlei vlammen,
en steekt met allerlei gif, en foltert hem
met allerlei martelingen.
Zoo denkt Talmage eïl over, de Ameri
kaan, die dit lijden in de hospitalen van
New-York en Philadelphia van nabij gezien
heeft.
Wat al slangen en adders, zoo klaagt
hij, kruipen er over zijn© door doodsangst
Verwrongen ledematen; wat al demonen
staan er 's nachts rondom zijn bedl Wat
al afschuwelijke geluiden verscheuren'
zijne ooien 1 Wat al ijselijkheden sner
pen ier door zijn ziel! Spreek van het
rad, spreek Van de Inquisitie, spreek van
den brandstapel, spreek Van den verplette
renden Jaggernaut, hij voelt zb al
len tegelijk.
In de ziekenzalen heeft deze prediker
ze waargenomen, die arme slachtoffers
van Satan, schreeuwende om drinken, en
in hunne vertwijfeling ten slotte zich de
nagels hunner vingers tot bloedens toe
afbijtende, smeekende hunnen verplegers
er door den dood maar een einde aan
te maken, en zoo die duivels van hen
weg te nemen.
Laten onze miliciens' zich vooral verre
houden van dien verleider. Laten zij ook
in de keuze van hun spel en hunne lec
tuur de grootste voorzichtigheid be
trachten. Alle spel, waarbij' geheel of
voor een deel de uitslag afhangt
Van het Lot of van het Geluk, of hoe
men dezen grilligen (af)god ook noemen
mag, is den Christen krijgsman ongeoor
loofd, derhalve ook bet Kaartspel, of wat
men in wereldsche kringen met ziekere
zoetsappigheid bestempeld als een kaartje
leggen. v
Daarom juichen wij ten zeerste toe dat
de vrienden onzer militairen overal ge
zorgd hebben voor de oprichting van
Christelijke Militaire Tehuizen. Daar vindt
onze soldaat alle middelen ter ontspan
ning, die inderdaad ontspanning Voor hem
zijn. Daar ademt hij in de Christelijk©
levenssfeer die hem herinnert laan de
ouderlijke woning, of ook Wel aan den
eigen haard, waar hij zijn roeping om
priester t© zijn in zijln huis, naar ver
mogen vervulde.
Daar blijft hij bewaard althans voor
uitbrekende zoriden, en wordt hij gestaald
tot den strijd tegen de zonde, die. de
bartvochtiigiste is van alle werkmeesters.
Die, erger dan Farao, zijne (hare) dienaren
geketend houdt in een hoogst afmattenden
slavendienst, en van geen ander betaal
middel weten dan den eeuwigen dood.
Jonge mannen, houdt uw wandel rein,
behoedt uw hart boven al dat te be
waren is, want daaruit zijn de uitgangen
des levens.
(Slot.)
Da avond van den 8en October was
een veelbewogen©, hebben we gezien.'
Meer dan ooit hebben we toen iets
Van de oorlogsellende geproefd.
Het aanschouwen van die menigten,
vluchtelingen, die niets meer het hunne
kunnen noemen, dan hun kinderen, hun
familie, zoo God die voor hen spaarde,
het grijpt u aan. Maar dat niet alleen;
ook het gedonder van het geschut en de
vuur- en rookkolommen boven het ter
rein van den strijd hebben de harten
van velen ontroerd.
We zouden nog vertellen van bet in
terview met een Belgisch indrustriëeli,
doch Vooraf nog enkele indrukken, op
gedaan op de wandeling van Vlake naar
Hansweert.
Na op 't perron met verschillende men-
ischen gesproken te hebben rsommi
gen volhardden vieisuft van schrik in
een hardnekkig 'stilzwijgen, anderen wa
ren daarentegen zeer spraakzaam na
hier een 'bemoedigend woord gesproken
te hebben en daar enkele aanbevelingen
voor hotels uitgereikt te hebben, was de
reis naar Hansweert, waar - naar men
ons zeidei ieder oogenblik schepen
met vluchtelingen aankwamen, i
'tWas 'n zwoele avond. Een drukkende
atmospheer, volkomen in overeenstem
ming met 'de gemoedsgesteldheid der men-
schen.
Anderzijds was 't 'n bitter contrast:
hier de verkwikkende nachtschaduw uitge
spreid over het vreedzame landschap' en
daar ginds even aan de overzijde van de
Schelde, de spookachtige lucht weerkaat
send den gloed van den grooten oor-
logsfakkel en de omtrek vervuld van 't
rommelen, zoemen en knetteren van het
vulkanische eigenschappen bezittende pro
jectiel. t
Onze avondstilte vloekt ermee. 1
Toch blijft de indruk van het pitto
reske stille avondlandschap; u slechts even
bij, want «ohuift daar niet een groep
vluchtelingen voorbij, in ononderbroken
stilzwijgen hun weg vervolgende, en moei
zaam de nog gauw bijeengegaarde eigen
dommen torsende,
tis 'ri droeve stoet
En zoo zijn er meer. Daar komt een
armelijk vrouwtje aan met een meisje
van 'n jaar of acht aan de hand; lang
zaam strompelen zij voort op' de lichten
van ginds station aan.
Waar dan verder heen?
De arme ziel weet het niet.
Hier dan, vrouwtje, n aanbeveling voor
het Steun-Comité in Goes. Dit briefje
geeft u maar, >en dan zal men u zeker
onderdak Verschaffen, terwijl vriendelijke
dames daar nog n lekker stukje brood
voor u hebben.
Nu had zij althans een doel; en in
het vooruitzicht straks behalve het voor
recht van een vriendelijke ontvangst te
gteniieten ook nog een stuk brood voor
haar en haar beschermelinge te krijgen,
Vervolgen zij. moedig haar weg.
Sedert veertien uur hadden zij gpen
eten gehad
Het Decauville-trammefje vervoert juist
het laatste „vrachtje van de sluis naar
Vlake, waar de trein nog even wacht.
Er zijn er nog genoeg;.aan Amswest, doch
ze hebben onderdak. Enkele honderd-
tallen in een rouzen-aaksohip; enkele' tien
tallen gevluchten op de in de haven lig
gende passagiersbooten.
Tot slot nog een en ander over het
gesprek, dat we met een Belgisch indu
strieel mochten Voeren. Hij was eigenlijk
een geboren Engelsehman, doch de jaren
hadden hem Belg in merg! en been ge
maakt.
Nu was de reis natuurlijk naar Enge
land, het land van groote beloften.
Nog even hing hij een beeld op van de
doorgestane angsten en bet drama Van den
uittocht, der Antwerpenaren onder dm
ontzettenden bommenhagel.
't Was alles zoo snel in z'n werk ge
gaan, dat men nauwelijks tijd had nog
een en ander bijeen te garen, en wat
onze zegsman en z'n familie bij zich
hadden, dat weinige was hun nogont
stolen.
Meer dan over de Belgische bootjes
sprak deze heer met lof over de behan-
delnig op de Hollandsche vaartuigen.
Tot het laatst toe eischten de Belgen
van hun vluchtend© landgenooten een
vracht van 15 a 20 francs, terwijl de.
booten van de „Telegraaf", om 'n voor
beeld te noemen, dien betelen dag om
niet vervoerden.
Ook onze Staatsspoor in dit ver
band zijl hieraan herinnerd vervoer
de de vluchtelingen kosteloos, en aan de
Brabantsch-Belgische grens reed men
met vele groote wagens de vluchtende
horden tegemoet, om de mienschen dan
nog een warm nachtleger te bezorgen.
Hoe de 'toestand in Antwerpen was?
Wel, tot nu enkele uren was er haast
geen vuiltje aan de lucht. De Antwerpe
naren wisten schier niets van het drei
gende gevaar.
Den vorigen dag hadden verschillende
menschen nog winterproviand ingeslagen.
Er was immers geen sprake van, dat
de Dutsers ooit in die stad zouden komen
De lichtzinnigheid werd ten top gedre
ven.
'tls onbegrijpelijk, doch 't is zoo.
Indien de thans verlaten stad, indien
de puinhoop konde spreken!
Er was mondvoorraad in overvloed.
Zóóveel, dat de prijzen bespottelijk laag
waren.
Trouwens, welke factoren bepaalden
hier de markt?
Varkens kon men om niet krijgen.
Koeien en ossen waren haast te geef;
ge boodt 50 of 60 francs, ge kondet ze
meenemen.
Kippen werden voor 50 a 60 centimes
verhandeld. Vruchtenvoor 'n appel
en 'n ei. Tien K.G. tomaten voor 30
centimes, zeven meloenen voor fr. 1,70.
De spraakzame Belg vertelde ons nog
interessante dingen, en kon ons ook nog
belangwekkende dingen laten zien. O. a.
een „pijl", zooals de Belgische vliege
niers die bij 50 tegelijk van uit hun zwe
vend toestel afschieten, 't Is 'n staafje
ijzer van ongeveer 15 c.M. lang, met een
scherpe punt en aan de andere zijde 'n
viertal gleufjes overlangs.
„Leelijke" dingen.
We mochten ook papieren noodgeld
zien, „zilverbons" zouden wij zeggen.
Er zijn merkwaardige papiertjes in
omloop, vertelde onze Belg.
In 1870, tijdens den Fransch-Duitschen
oorlog werden bons gedrukt," met de beel
tenis van Koning Leopold. Deze werden
toen evenwel niet gebruikt. Thans zijn
ze voor den dag gekomen en na ze van
een dagteekening voorzien te hebben,
heeft men ze laten circuleeren.
Zoo worden de Belgen nog eens aan
hun ouden koning herinnerd.
We hebben er reeds eerden op gewe
zen hoe ontnuchterd het Belgische volk
is geworden, nu het meer en meer den
waren toestand gaat inzien. Men kan
niet alle verhalen gelooven, vooral als
men spreekt van door Belgische kop
stukken gepleegd verraad. Niettemin is
het merkwaardig genoeg om te zien, hoe
dergelijk© geruchten hardnekkig stand
houden en schijlnbaar (of blijkbaar?) be
vestigd worden door weer andere Ver
halen.
Zoo zou de heer Mallinkrodt, een der
eerste Belgische geldmannen, van Duitsch-
land de toezegging gekregen hebben van
een benoeming tot gouverneur van Ant
werpen, indien het den Duitschers voor
spoedig gaat.
We laten dit natuurlijk geheel voor re
kening van onzen zegsman.
Eén ding staat vast en dat begrijpt
ieder dat indien België straks weer
onafhankelijk België wordt de industrie
tien, twaalf jaren achteruit is, de cultuur
'n eeuw.
In 1870 vestigde onze zegsman zich
te Mons (Bergen).
Goede affaires heeft hij gemaakt, ook
wel eens slechte, natuurlijk.
Thans gaat hij naar Engeland zoo
als hij het i n 1870 verlaten heeft, zonder
iets dat hij het zijne kan noemen.
Gisteravond reeds ontvingen wij! de tij
ding, dat Antwerpen door. de Duitschers
is genomen. 1
Van verschillende zijden kwam het gfeo-
te, het verpletterende nieuws in. Het moest
dus wel waar zijn."
Het groote Duitsche hoofdkwartier was
er ook spoedig bij en meldde reeds gister
avond i
Vanochtend zijn verscheidene forten van
da binnenlinie van Antwerpen gevallen*
Da stad bevindt zich sedert vanmiddag
in ons bezit.
De bevelhebber en de bezetting hebben
de vesting verlaten. Slechts enkele for
ten zijn nog door verdedigers bezet. Aan
het bezit van Antwerpen doet dat echter
niets af.
En de bevestiging bleef niet lang uit.
Aan de N. R. Ct. wfepd b.v. d.d. giste
ren uit Roosendaal gemeld: i r
„Toen ik Antwerpen hedenmorgen vteir-
liet, begonnen de Engelsohen in Weste
lijke richting af te trekken, nadat de Bel-
reeds voor waren gegaan. Vanochtend jon
den hevige ontploffingen plaats, Waar
schijnlijk veroorzaakt door he'll in id© lucht
laten Vliegen van forten.
De 5 petroleumtanks Warm gisterep
reeds in brand gestoken door de Belgiem
om te voorkomen, dat zie in Duitsehef
handen vielen. Gisteren den geheelen dag
stonden zij in lichte laaie. Gisterennamiid:-
dag werden alle lichters, met gfaan gela
den, om 'dezelfde reden tot zinken ge
bracht.
Evenzoo wterden gisteren verschillende
lichters tot zinken gebracht met d© bedoe
ling om den doorgang tot de Schelde
te belemmeren. De Rijkssluizien werden
opgeblazen. Hedenmorgen biji mijn ver
trek was de stad Vrijwel verlaten. Op de
straten zag men slechts havenbeambten
en enkele militairen.
De Belgen verlieten de stad in de rich
ting van Boom, terwijl die Engelseheml
over de pontonbrug bijl Tête de Flandre
de stad verlieten en daarna de brug'op
bliezen."
Van verschillende zijden wordt mede
gedeeld, dat in Berchem, de Voorstad'van
Antwerpen, tuSscben de Duitsche en Engelj-
sche itjrciepen een hevig bajonetgevecht
geleverd is. De Engelsch© infanteristelpl
zouden terug hebben moeten trekken. De
brand in Antwerpen duurt met groot©
hevigheid voort. Op de Eierenmarkt en
Handschoenmarkt staan de huizen i;ni
vlam en in de magazijnen van Nieuw-
Engeland is bet één Vuurmassa. Het
klooster in de Congo-straat is door bom
men getroffen. De daar aanwezig© zus
ters Franciskanessen zijn te voet tot Cu-
pelle gevlucht en van daar per trein hieir
naar toe.
In de kelders: van het gasthuis: aan
de Louisestaat, dat door bommen 'getroffen
is, zijn nog 150 gekwetsten, waaronder
ruim 100 Duitsche soldaten.
De Duitschers in Frankrijk.
De officieele Fransche mededeeling van
gistermiddag drie uur luidt:
De algemeene toestand'is onveranderd.
Op onzen linkervleugel is de ruiterij van
beide partijen nog steeds ten Noorden
van Rijssel en La Bassée in actie. Op
de linies, loopende langs de streken van
LensAtrechtBrayChaulnesRoye
en Lassigny wordt de strijd voortgezet.
In het centrum, van Oise tot Maas,
zijn slechts onbeduidende gevechten voor
gevallen.
Op onzen rechtervleugel, in Woevre,
is over het geheele front een artillerie
gevecht geleverd. In Lotharingen, de Vo
gezen en den Elzas is de toestand on
veranderd.
Het bombardement van Antwerpen.
Een N. R. C.-correspondent schrijft dd.
9 Oct. uit Roosendaal:
Ik ben vanmorgen tot nabij CalmphoUt
geweest. Op het oogenblik beschiet de
Duitsche artillerie de forten Schooten,
Schilde en 's-Gravel Wesel. Bij Contich
zijn gisterenavond de Duitsche troepen
achteruit moeten trekken tengevolge van
een uitval van Engelsche infanteristen
onder bescherming van het geschut van
de forten der binnenste sector 8, 7, 6 en
5 bij Wilrijck en Hoelcken.
De brand in het Zuiderkwartier van
Antwerpen heeft den geheelen nacht voort
geduurd; ook in de voorstad Berchem. De
zieken in de hospitalen in dit kwartier
zijn op schepen in de haven gebracht.
Beslist zeker kan ik u mededeelen, dat
in de haven geen enkele brand woedt op
het oogenblik.
Het aantal vluchtelingen uit Antwerpen
begint te minderen.
Volgens juist ontvangen bericht uit Es-
schen aan het steuncomité alhier zijn in
Esschen thans 15,000 vluchtelingen. Tel
kens komen nog treinen met vluchtelingen
te Roosendaal aan. Zoo juist vertrok een
trein met 1400 vluchtelingen, die voor
Haarlem bestemd waren.
Hier zijn hedenmorgen weer 5 Belgische
geniesoldaten binnengebracht. Verder 9
gekwetste soldaten.
In het pensionaat hier liggen thans 25
gewonde Belgische soldaten. Aan het sta
tion wordt in een der zalen een ambulance
in gereedheid gebracht, want volgens ont
vangen bericht komt er hedenmiddag een
trein met zieken en gewonde burgers aan.
Een Belgisch militair, die goed op de
hoogte is, deelt mede, dat men er zeer
voor vreest, dat de Duitsche troepen zul
len beproeven den aftocht van het Bel
gische veldleger naar de Fransche grens
door een voorwaartsche beweging te be
letten. De moed en volharding der En
gelsche 'soldaten wordt zeer geroemd.
Antwerpen staat op het oogen
blik onder bevel van een En-
gelschen hevelhebber.
Hedennacht om twee Uur is een trein,
die op het punt stond naar Esschen te
vertrekken, door een granaat getroffen.
Naar men beweert, moet een brug over
het kanaal van Antwerpen naar Turn
hout door de Belgische genie zijn opge
blazen.
Oostenrijk-Rusland.
Officieel wordt uit Ween en' meegedeeld
dat het vooruitdringen van de Oosten-
rijksche troepen de Russen heeft genoopt
hun vergeefsche aanvallen op Przeanysl,
welke in den 'nacht van 8 October hun
hoogtepunt bereikten en aan de storm-
loopende troepen enorme offers kostten,
te staken. Eergistermorgen is het artille
rievuur tegen de vesting zwakker ge
worden. De aanvaller begon gedeelten van
zijn troepen! terug te trokken.
Bij Lancut zagen onze vooruitdrmgeade
troepen zich geplaatst tegenovtgr een ster-