Maandag 38 September 1914 28e Jaargang De Groote Oorlog. lange vorststraat 219. BERICHT. Uit dB Pers. 1 i i r bi Uitgave van de Naaml. Vénn. LUCTOR ET EMERGO gevestigd te Goes. Hoofdbureau te Goes: Bureau te Middelburg: FIRMA F. P. DHUIJ - L. BURG. Drukkers: Ooatorbaan Le Cointre - Goes. Zij, die zich met 1 October e. k. op „De Zeeuw" abonneeren, ont vangen de tot dien datum verschij nende nummers gratis. Schade voor den landbouw. bi verband met het bericht, dat da Engelsc.be aegeering heeft besloten den invoer van suiker in Engeland uit Ne derland te verbieden, om al duig tegen te gaan, dat Duitsdie kooplieden via Ne derland hun product afzetten, stelt de Nederlander" den lezers voor ooigen, welk een ramp dit verbod voor ons land ten gevolge zou hebben, als het door", de Engelsche regeering zou worden gehand haafd. Het blad wijst eerst op het groote be laag, dat de suikerb-iebenverbouw vjooir ons heeft. „Ruwe beetwortelsuiker, de grondstof, waaruit, behalve uit ruwei vetsuiker uit de koloniën, de geraffineerde suiker wordt verkregen, wordt in Nederland gefabri ceerd in '27 beetwortefeuikerfabrieker. „De suikerbiet is voor den oogst rijp van af het einde van September, tot in den regel midden October, en uit het sap daarvan wordt dan in die fabrieken de ruwe beetwortelsuiker ten spoedigste be reid. Juist dus in de wintermaanden vindt een groot gedeelte der arbeidersbevolking ten- plattenlande bij het rooien den bie ten en in de suikerfabrieken werk ejrt brood. „Die fabrieken produceerden, bijv. in het werkjaar of, zooals. dit technisch heet, in de suikercampagne 1912'13 loopemde dus van October '1912 tot Ja nuari 1913 niet minder dan 242.149.500 K.G. suiker. „Maar van nog veel grooter belang dan in den strijd tegen de werkeloosheid, is deze nijverheid voor onzen landbouw. „Om eenig begrip te geven van de be- teekenis, die deze teelt heeft voor onzen boerenstand, herinneren wij er aan, dat de prijs gemiddeld bedroeg £11.70 per 1000 K.G. bieten, m.a.w. dat door deze cultuur jaarlijks ruim negentien millioen gulden aan onzen Land bouw, en aan wat daaraan annex is, ten goede komt. „Jaarlijks wordt hier te lande geprodu ceerd 250 a 300 millioen kilogram sui ker. „Die hoeveelheid is veel te groot voor da behoefte aan suiker in ons land. Zoo lang wij maar blijVen voortgaan een ac cijns te heffen van niet minder dan f27 pier 100 K.G. suiker, d.w.z. eene den .prijs drukkende 'belasting van f0.13!/2 per K.G., is er gieem denken aan, dat liét verbruik van suiker h. t 1. blijvend zal stijgen. Eerst dan, wanneer weer eeh,s aan het hoofd van het Departement van Financiën een Minister zal staan, die niet alleen zuiver als Fisc-usmensch optreedt, maar ook handelspolitisch is ontwikkeld, Zal- hier te lande mogelijk blijken, waf in Duitschland, België en Frankrijk reeds sedert jaren bekend is. Daar verlaagde men aanzienlijk den in verbonding tot den detailprijs veel te hoogen accijns, met dat gevolg, dat binnen enkele jamn de opbrengst aan belasting door grooter verbruik 'terne de vroegere inning1 ■overtrof. „In Nederland bedraagt de jaarlijksche ■consumptie pl.m. 16 K.G. suiker per hoofd of in totaal pl.m. 100.000.000 K.G. Daar nu de 'productie is pl.m. 250.000.000 K,.G. per jaar, kan een ieder begrijpen, dat onze suikerindustrie, dus zoowel beet- wortelsuiberfabrikanten als raffinadeurs, op den uitvoerhandel is aangewezen. Men kan er zich nu tevens althansi eenigs.- zins een denkbeeld van maken, welk een ramp het niet alleen voor die nijverheid, maar ook voor dan daarmede zoo nauw verbonden landbouw zou wezen, wanneer die uitvoer door 'maatregelen in het bui tenland zou worden belet". Onze suikerindustrie staat of valt dus met haren uitvoer. En nu is die uitvoer teor luim 88 pCt. voor Engeland be stemd. Wordt er nu niet meer uitgevoerd, al dus de „Ned.", dan hebben straks del fabrikanten geen geld, de boeren krijgen, dan niets en de arbeiders moeten ook "laar zien, dat ze aan hun loon komen. „Oppervlakkig beschouwd, ligt voor de Nederkndsche Regeering de oplossing teor de hand. Zij verbiedt eenvoudig den doorvoer van suiker'; Duitschland kan dan Seen suiker mee via ons land naar En- Seland uitvoeren en de puzzle is opge lost. VERSCHIJNT ELKEN WERKDAG. Abonnementsprijs Per 3 maanden fr. p. post Losse nummers ƒ1.25 0.05 Prijs der Advertentiën 15 regels ƒ0.50, iedere regel meer 10 ct. 3-maal plaatsing wordt 2-maal berekend. Bij abonnement voordeelige voorwaarden. Familieberichten van 110 regels ƒ1. iedere regel meer 10 ct. „De Nederlandsche Regeering heeft niet het recht den doorvoer van uit Duitsch land over ons land van den Rijn naar zee, al dan niet met overlading te ver bieden, want zij heeft-" zich dat recht bij het Rijntractaat laten ontnemen. „Toch is er wel eene oplossing te vin den, en die danken wij aan den suiker accijns". De „Ned." wijst er dan op hoe wij in elk geval kunnen controleeren, of de ten uitvoer bestemde suiker Ned. pro duct is. „Welnu, bij elke partij suiker, die wordt uitgevoerd met bestemming naar Enge land, en die werkelijk uitsluitend van Nederlandsche herkomst is, geve zij een attest, een „certificat d'origine" af. De Engelsche Regeering .heeft dan haar doel het weren der Duitsche suiker bereikt en de Nederlandsche Nijverheid en Landbouw blijven voor de ernstige ramp, die thans dreigt, bewaard. Dat geeft wat werk, dat geeft ;W-at moeite, maar tegenover het groote belang, dat voor landbouw en nijverheid op! het spel staat, speelt dat natuurlijk geen rol". ■wet, Maar zoo eenvoudig is de zaak toch Beknopt overzicht van den toestand. De telegrammen van de laatste dagen, niet zoo mager als in het begin van de vorige week, geven den indruk, dat de strijd in Frankrijk een buitengemfeen he vig. karakter draagt. Va,n beide zijden wordt dit' trouwens ondubbelzinnig bevestigd. Er speelt zich een moordtooneel af, als nog nimmer aanschouwd is. Het bee't nog wel eens, dat er tot dusver geen .groote veldslagen van veel belang zijn geleverd, doch hoe rijimft dit mét 'het feit, da,t alleen de Duitschers1 reeds ongeveer een half millioen jonge mannen, allen in de kracht van hun le ven, veiiören heeft. Dagelijks wordt moorddadig.gevochten. De groote, de wereldoorlog is tot dusver één heet slagveld geweest. Juist de omstandigheid, dat het blijft bij „voortdringen" en „terugwerpten", „vorderen" en „wijken", „stuiten" en „tot staan brengen" bevestigt het vermbedeln, dat de strijd ontzaglijk heet is. Volgens het officieele Fransche co-m- mhniquó zijn de F ranse hen Zaterdag tus- BChen de Oise en Soissons eenigszinfcl opgeschoten. Tusschen Soissons en Reim'-s was de toestand niet merkbaar gewijzigd. Va,n Reims tot Verdun geen nieuws. In Woevre waxeu de Duitschers er in geslaagd hij' St. Mihiel over de Maas te komen let wel, 'n bevestiging van Fransche zijdei doch hier en daar zijn z© ook weer teruggeworpen. In het Zuiden van Woevre bleven de Franschen voortdringen, (terwijl ook op den- linkervleugel jn Lotharingen en de Vogezen kleine succesjes te boeken vie len. Het Duitsche bericht Vormt een prach tige aanvulling met weinige tegenstrijdig heden. Wel 'n wondert Het groote hoofdkwartier meldde Zater dagavond „De vijand is ,met gebruik van zijjn. spoorwegen een uitgebreiden aanVaJ op den uitersten rechtervleugel van het Duit sche leger begonnen. Een hierbiji op Ba- paume (een fort, 20 K.M. ten Z.-W. van Kamerijk) oprukkende Fransche divisie is door zwakkere Duitsche strijdkrachten te ruggeworpen. 'Ook elders is de aanval tot staan gebracht. In het centrum van het slagfront is onze aanval pp. enkele plaatsen gevor derd. De aangevallen sperforten ten zuiden van Verdun zijn met vuren opgehouden. Onze artillerie is nu in gevecht gewikkeld met strijdkrachten, die de vijand op den westelijken Maas-oever heeft opgesteld". Gisteren is alleen een Fransch bericht uitgekomen, dat weer een goed beeld geeft van de hevigheid van den strijd. De Fransche ,en de Duitsche verster kingen liggen ,op verscheidene plaatsen! slechts enkele honderden meters van el kaar. De Duitschers spannen al hun krach ten in, doch blijkbaar niet met het ge- wenschte resultaat. Wanneer zij' niet spoe dig de oude prestaties kunnen doen gel den, hetzij door aanvoer van veirschq troepen, of door ©ventueele plotselinge verbetering van positie, dan zal Frank rijk spoedig van vijandelijke troepen ge zuiverd zijn. Als België dan maar niet des te scihrik- kelijker tooneel zal bieden! Tegen Rusland valt nog niet veel eer te behalen. De Russische generale staf althans deelt mede, dat het geecht bij Sopotsvkin en Dronskenhiky is geëindigd met een te rugtocht van de Duitschers en dat de vijand is voortgerukt ten Noorden van Osowiec, en is begonnen met de beschie ting van de vesting. Deze blijft evenwel met succes weer stand bieden aan het Duitsche belegerings- egschut. De Oostenrijkers slaan geen schitterend figuur; trouwens dit behoeft minder op zien te baren dan de tegenvallertjes van onze Oostelijke naburen. In Galicië hebben de Russen altijd volgens hun eigen zeggen Dembowieö bezet. Een groote vijandelijke strijdmacht is in aftocht van Przemysl naar Sanok (ongeveer 50 K.M. ten Z.-W. van Prze mysl). Ze werd bestreken door het vuur van onze artillerie en is op de vlucht geslagen (met achterlating van trein- en automobiel-parken. In (den bergpas van Uzsok (30 K.M. ten Z.Z.W. van Turk-a in de Karpathen op Hongaarsch gebied) hebben wij (een vijandelijke afdeeling verslagen, haar ar tillerie genomen en tal van gevangenen gemaakt. De Russen zetten de vervolging voort en zijn Hongarije binnengedrongen. De gevechten in Galicië worden geken merkt door een buitengewone heftigheid; vooral jn den bergpas waar de Hongaren een drietal stellingen hébben moeten ont ruimen en ten slotte tot een jammerlijken aftocht moesten overgaan. De Russen heb ben een geheele batterij genomen en ver scheidene gevangenen gemaakt. De ver volging wordt voortgezet. De verbindingen van Przemysl zijn alle afgesneden. De verdediging van'de plaats blijft een passief karakter dragen. "Deser teurs melden dat er ernstige onlusten onder het garnizoen zijn uitgebroken. Zooals gezegd, 'tzijn berichten uit Rus sisehe bron, niet vrij van eenzijdigheid dus. i. Toch opmerkelijk, dat de Duitsche en de Oostenrijksch-Hong-aareche generale sta ven zwijgen. Dit geeft ons aanleiding tot het vermoeden, dat hun inderdaad niet voor den wind gaat. Uit België. 'tls wel wat oud, doch te interessant, om 't den lezers te onthouden. Uit Ninove werd 22 dezer aan de Nieu we Gazet gemeld, dat er dien middag een botsing plaats had op den steenweg van Aalst naar Ninove. In het gehucht Doorn, zoo meldt het blad, kwam een compagnie Belgische vrij- willigers-wielrijders-verkenners, ten geta le van 200, bijna allen van Brusselsche herkomst, en onder bevel van kapitein commandant De V...„ de luitenants N...., De D.... en Dl..., in botsing met een veertig tal Duitsche wielrijders. Onze soldaten richtten onmiddellijk een automitrailleuze op den vijand, die op de vlucht sloeg en een doode, alsook een gekwetste achter liet. Zeven Pruisen werden gevangen ge nomen. Het lijk werd naar het doodenhuis van Ninove en de gekwetste naar het gasthuis overgebracht, de gevangenen wer den in een automobiel naar Geut ge voerd. Allen zijn gehuwd; twee van hen gaven zich vrijwillig over. Een burger, Edmond Heysselinckx genaamd, die op den drempel zijner woning stond, werd door een kogel in den wang getroffen. Zijn toestand is zoo bevredigend mogelijk. Bij; het binnentreden in Ninove waren de Belgische soldaten de eersten die men sinds den oorlog; te Ninove zag het voorwerp eener geestdriftige mani festatie vanwege de inwoners. Op straat was er niet een familie of ze bracht voedsel aan, alsook chocolade, bier, enz. Onze dappere jongens hadden geen han den genoeg om alles te aanvaarden. Het tooneeltje was waarlijk treffend. De deu ren der particuliere huizen werden wijd open gezet, om aan tafel de officieren en onderofficieren te ontvangen, welke er ,om zoo te zeggen werden binnenge sleept. Bij hun vertrek, rond 6 uren 'savonds, in bestemming voor O..., wer den er duizenden handen Uitgestrekt naar onze moedige soldaten. Rond 7 uren kwam ons het nieuws toe dat het overschot der gevluchte Pruisen een ontmoeting had met een Belgische patroelje, verscholen in een bietenveld te Iddergem bij Denderleeuw. Drie Duit schers werden gedood, een tiental ge wond. Juist zooals te Ninove werd er niet een Belgische soldaat gekwetst. Het ontslag van Generaal Beijers. De Zuid-Afrikaansche opper-bevelheb- ber generaal Beijers heeft, gelijk men reeds weet, ontslag1 glenomen uit de Zuid- Afrikaansche weermacht als protest tel gen den voorgenomen veldtocht tegen Duitsch Zuid-west-Afrika. „Indien", gtoo voegde hij er in zijn ontslagbrief bij', „de Unie (van Zuid-Afrika) wordt aangevallen zfullen Boer en Brit dit land zij aan zij (verdedigen. In zloo'n geval zal' ik het een groote eer en een groot Voorrecht ach ten mijn plaats aan het hoofd van de vordedigingsmacht van mijn vaderland in te nemen." In een brief, gericht aan generaal Smuts, minister van verdediging, geda teerd 15 September, Welke in de Engel sche bladen is opgenomen, zet hij de re den van zijn ontslag als volgt uiteen: „Het is u hekend, dat in den loop van Augustus ik u en generaal Botha monde ling meedeelde, dat ik had gemerkt, dat er kommando's naar (Duitseh Zuid-West- Afrika werden gezonden met het doel dat gebied te veroveren. Ik stond toen op het punt, mijn ontslag te nemen, maar hoorende, dat het Parlement bijeengeroe pen zou worden, besloot ik te wachten, hopende 'dat er een uitweg' uit de moei lijkheid zou worden gevonden. Tot mijn uiterste verbazing, echter bekrachtigde' het Parlement het besluit van de Wgeering, n.l. om Duitsch Zuid-west-Afrika te Ver overen, zonder eenige uittarting van de zijde van de Duitschers tegtenover de Unie. Het moet de regeering bekend zijn dat Verreweg de groote meerderheid van de Hollandsch sprekende bevolking; van de Unie het besluit afkeurt, dat wij de gpens overtrekken en dat twee bijeenkoms ten Van kommandanten, onlangs te Pre toria gehouden, daarvan welsprekend ge tuigden. Ik daag' de regeering; uit door een beroep op het Volk, zonder van dwang gebruik te maken, een anderen uitslag te Verkrijgten. „Het heet, dat Engeland aan den oor log deelneemt om de wille van reoh 'en gerechtigheid, teneinde de onafhankelijk heid van kleine volken te; verdedigen en om zich te houden aan verdragen, maar het fe& dat drie ministers Van het En gelsche kabinet ontslag hebben genomen, bewijst, dat er zelfs in Engeland een sterke minderheid is, die niet van de gerechtigheid van 'eien oorlog; met Duitsch land kon worden overtuigd. De geschiet, denis' leert ons ten slotte, dat telkens wanneer het hij zijn belangen past En geland bereid is kleine volken te bescher men, maar helaas weet de geschiedenis ook van voorbeelden, waarin de heilige rechten op onafhankelijkheid van kleine volken door datzelfde rijk zijn geschon den en verdragen piet zijn geacht. Ten bewijze daarvan behoef ik alleen te her inneren, hoe de onafhankelijkheid van de Z.-A. Republiek en den Oranje-Vrijstaat zijn geschonden en welk gewicht de Zandrivier-conventie in de schaal legde. „Het heet, dat de oorlog wordt gevoerd, tegen de barb aars oh h eid der Duitschers, Ik heb vergeven, maar niet vergeten al wat er aan barbaarsohheid in den Zuid- Afrikaanse hen oorlog in dit ons eigen land is bedreven. Met zeer enkele uit zonderingen waren alle boerderijen om te zwijgen van vele steden zoovele Leuvens, waar wij nu zoo Veel van hoo- ren. „Op dit kritieke oogenblik wordt er in het Parlement bekend gemaakt, dat de Engelsche regeering onze regeering ©em leening van 7.000.000 heeft verstrekt. Dat is zeer teekenend. Ieder kan daar het zijne van denken. „Bij- het ontbreken van rechtmatige g'rop- den voor inlijving apolitiek van de re geering, tracht gij indruk op het pu bliek te maken met te zeggen, dat de re geering inlichtingen heeft, waaruit blijkt, dat Duitschland heeft besloten, als hef de kans er toe krijgt, Zuid-Afrika in te lijven. Mijn bescheiden mieening is, dat dat zal worden verhaast, als wij Duitsch gebied binnenvallen zonder daartoe door de Duitschers te zijn getart. En wat dat zoogenaamde Duitsche inlijvingsplan be treft, dat is niets meer dan hef gevolg van den gewonen natiönalep argwaan, die hij zulke gelegenheden opkomt. De be weringen, in het Parlement geuit, dat de Duitschers reeds onze grens hebben ge schonden zijn ongegrond. Zie het rapport van het Informatiebureau, bevestigd door kolonel Maritz en zijn officieren, die op en bij de grens staan. Naar het schijnt verlangde de regieering ernaar, dat de Duitschers uit Zuid-west-Afrika over de grens zouden komen, en is zij daarin teleurgesteld, want tot dusverre heeft nog geen enkele soldaat onze grens overschre den, zooals gij zeer goed weet. Het bericht is volkomen juist, dat de Duitschers on langs onwillekeurig de gt-ens hebben over schreden en zij- daarvoor verontschuldi gingen hebben aangeboden. Wat er in Zuid-Afrika gebeure, de oor log wordt in elk geval in Europa beslist. Zegeviert dus Duitschland en besluit het ons aan te vallen, dan zal zelfs Engeland ons niet kunnen helpen. Maar wij zullen dan tenminste ©en heilig© en reine zaak hebben, wanneer wij ons land tot het uiter ste Verdedigen, indien wij n.l. -bannen onze grenzen blijven. W-o'rdeu wij intussobeh aangetast, dan zal ons volk als één man opstaan ter verdediging' onzer rechten. (Bovendien, ik ben overtuigd, dat .een kom- mando van 8000 Duitschers, dat nu ini het Duitsche gebied staat, niet zoo dWaasi zal zijn om een aanval op ons land te wagen."- Dan volgt wat wij in den aanhef aan haalden over wat Zuid-Afrika ztou doen, indien het werd aangevallen. .Verder (zegt Beijers, dat de Verdedigings- wet de burgerwacht ter verdediging van de Unie instelt, en hij acht het ,mief de 'wet in strijd om, krachtens een parliemente- besluit, door over de grens te trekken den brand aan te steken. Iets andere ware het, indien de vijand aanviel, dan kon hij tot in z-ijn land vervolgd worden. Gen. Botha, zegt Beijers vierder, her innert aan de hulp van Belgen en Fran schen na den Boerenoorlog, maar de Duit schers zijn niet achtergebleven en zijn ons altijd welgezind geweest. Waarom ze dan met moedwil tot vijanden maken? Na een hernieuwd proliets't biedt hij dan Zijn ontslag aan. „Want", zegt hij, „dit is voor mij; de eenige weg van trouw, plicht en eer tegenover ons yolk, waarvan gen. Botha sprak." (Wij herinneren den lezer dat het deze zelfde generaal Beijers is, van wien in het boek „Vechten pn Vluchten" (Nijghl en v. Ditmar, Rotterdam) blz. 173, ver meld staat, dat hij,' met 400 paarden- ruiters een (mislukten) aanval op een! Engelsch kamp deed, door twee kartets- kogels getroffen werd en hem zijn paard onder hem met een hom werd doodge schoten. De kogels werden echter door zijn bijbel, dien hij! steeds in zijn binnen zak droeg, verhinderd zijn borst binnen te dringen. De eene kogel drong (loor het Oude Testament tot hij Jeremia 6 vete 27, .waar hij uitging en de andere door het daghoekje, dat hij ook in dien zak had. Bij dien aanval had Beijers twee doo- den, onder welke, naar Beijers zelf rap porteerde, „een jonge Duitscher, die net eenige dagen te voren aanzoek gedaan had om op 's Generaals Staf te komen en zich in dit gevecht flink gedroeg,") Soldatenbrief door een Duitsch soldaat van het 74stei infanterie-'regiment, tiende corps, vanuit Noord-Frankrijk aan zijn vrouw geschre ven.: Lieve vrouw. Ik heb- eenige dagen door gebracht die met elke verbeelding spot ten. Ik had niet gedacht dat een mensch zoo iets kon doorstaan. Geen seconde is voorbijgegaan dat mijn leven niet in gpvaar was, en toch heb ik niet het minste letsel bekomen. Het was vree- selijk, het was gruwelijk. Maar ik ben gered voor jou en ons geluk, en ik be gin weer moed te krijgen, al ben ik nog zeer onder den indruk. God geve dat ik je weldra mag terugzien en dat deze gruwel Spoedig voorbij is, Niemand van ops kan iets meer doen, de menschelijke kracht is uitgeput. Ik zal trachten "je iets te. vertellen: Op 5 September werd 'bericht dat de vijand een positie innam bij St. Prix (noordoostelijk van Parijs). Het tien de corps dat een buitengewoon snelle onarsch verrichtte, viel natuurlijk Zon dag aan. Sterke hellingen voerden naar- hoogten die door een aanzienlijke macht werden bezet. Met onze zwakke afdeelin- gen van het 74s;te en 41ste regiment bereikten we de kam en kregen hevig artillerievuur, dat ons wegmaaide. Ech ter we kwamen in St. Prix. Nauwelijks waren we hier of we werden begroet met hevig geschutvuur en een felle fusillade van de vijandelijke infanterie. Onze ko lonel werd zwaar gewond hij was al de derde dien wij hadden. Veertien man werden rondom mij1 gedood.Op 7, 8 en 9 September waren we voortdurend onder granaat- en kartetsvuur eu leden we zware verliezen. Ik was in een huis dat herhaaldelijk geraakt werd. Hoe vaak idacht ik aan jou, lieveling, en wat jk heb geleden in dien vreese- 1 ijken slag, kan je je niet voorstellen, deze zware artillerie werd gebruikt vooï het beleg van Maubeugewij hadden haar dringend noodig, want de vijand had zijn zware kanonnen in stelling en beschoot ons hevig. Vier dagen lang was ik on der artillerievuurhet is de hel, maar daxr nog duizendmaal erger. In den nacht van den 9den -werd last gegeven tot den te rugtocht, daar het waanzin zou zijn onze stelling met onze weinige mannen te hou den en we den volgenden dag een vreese- lijke nederlaag konden verwachten. De Eerste en -Derde legers konden niet met ons aanvallen, daar wij te veel voorwaarts waren gerukt, i Het moreel was geheel en al gebroken. Ondanks ongehoorde offers hadden we niets bereikt. Ik begrijp niet hoe ons! leger, na drie groote plagen zeer ver zwakt, tegen een stelling werd gezonde- die de vijand sedert drie weken had vo<- bereid, maar natuurlijk ik weet niets- n- I

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1914 | | pagina 1