Maandag 38 September 1914
28e Jaargang
De Groote Oorlog.
lange vorststraat 219.
BERICHT.
Uit dB Pers.
1 i i r bi
Uitgave van
de Naaml. Vénn. LUCTOR ET EMERGO
gevestigd te Goes.
Hoofdbureau te Goes:
Bureau te Middelburg:
FIRMA F. P. DHUIJ - L. BURG.
Drukkers:
Ooatorbaan Le Cointre - Goes.
Zij, die zich met 1 October e. k.
op „De Zeeuw" abonneeren, ont
vangen de tot dien datum verschij
nende nummers gratis.
Schade voor den landbouw.
bi verband met het bericht, dat da
Engelsc.be aegeering heeft besloten den
invoer van suiker in Engeland uit Ne
derland te verbieden, om al duig tegen
te gaan, dat Duitsdie kooplieden via Ne
derland hun product afzetten, stelt de
Nederlander" den lezers voor ooigen, welk
een ramp dit verbod voor ons land ten
gevolge zou hebben, als het door", de
Engelsche regeering zou worden gehand
haafd.
Het blad wijst eerst op het groote be
laag, dat de suikerb-iebenverbouw vjooir
ons heeft.
„Ruwe beetwortelsuiker, de grondstof,
waaruit, behalve uit ruwei vetsuiker uit
de koloniën, de geraffineerde suiker wordt
verkregen, wordt in Nederland gefabri
ceerd in '27 beetwortefeuikerfabrieker.
„De suikerbiet is voor den oogst rijp
van af het einde van September, tot in
den regel midden October, en uit het sap
daarvan wordt dan in die fabrieken de
ruwe beetwortelsuiker ten spoedigste be
reid. Juist dus in de wintermaanden vindt
een groot gedeelte der arbeidersbevolking
ten- plattenlande bij het rooien den bie
ten en in de suikerfabrieken werk ejrt
brood.
„Die fabrieken produceerden, bijv. in
het werkjaar of, zooals. dit technisch
heet, in de suikercampagne 1912'13
loopemde dus van October '1912 tot Ja
nuari 1913 niet minder dan
242.149.500 K.G. suiker.
„Maar van nog veel grooter belang dan
in den strijd tegen de werkeloosheid, is
deze nijverheid voor onzen landbouw.
„Om eenig begrip te geven van de be-
teekenis, die deze teelt heeft voor onzen
boerenstand, herinneren wij er aan, dat
de prijs gemiddeld bedroeg £11.70 per
1000 K.G. bieten, m.a.w. dat door deze
cultuur jaarlijks ruim negentien
millioen gulden aan onzen Land
bouw, en aan wat daaraan annex is,
ten goede komt.
„Jaarlijks wordt hier te lande geprodu
ceerd 250 a 300 millioen kilogram sui
ker.
„Die hoeveelheid is veel te groot voor
da behoefte aan suiker in ons land. Zoo
lang wij maar blijVen voortgaan een ac
cijns te heffen van niet minder dan f27
pier 100 K.G. suiker, d.w.z. eene den
.prijs drukkende 'belasting van f0.13!/2 per
K.G., is er gieem denken aan, dat liét
verbruik van suiker h. t 1. blijvend zal
stijgen. Eerst dan, wanneer weer eeh,s
aan het hoofd van het Departement van
Financiën een Minister zal staan, die niet
alleen zuiver als Fisc-usmensch optreedt,
maar ook handelspolitisch is ontwikkeld,
Zal- hier te lande mogelijk blijken, waf
in Duitschland, België en Frankrijk reeds
sedert jaren bekend is. Daar verlaagde
men aanzienlijk den in verbonding tot
den detailprijs veel te hoogen accijns, met
dat gevolg, dat binnen enkele jamn de
opbrengst aan belasting door grooter
verbruik 'terne de vroegere inning1
■overtrof.
„In Nederland bedraagt de jaarlijksche
■consumptie pl.m. 16 K.G. suiker per hoofd
of in totaal pl.m. 100.000.000 K.G. Daar
nu de 'productie is pl.m. 250.000.000 K,.G.
per jaar, kan een ieder begrijpen, dat
onze suikerindustrie, dus zoowel beet-
wortelsuiberfabrikanten als raffinadeurs,
op den uitvoerhandel is aangewezen. Men
kan er zich nu tevens althansi eenigs.-
zins een denkbeeld van maken, welk een
ramp het niet alleen voor die nijverheid,
maar ook voor dan daarmede zoo nauw
verbonden landbouw zou wezen, wanneer
die uitvoer door 'maatregelen in het bui
tenland zou worden belet".
Onze suikerindustrie staat of valt dus
met haren uitvoer. En nu is die uitvoer
teor luim 88 pCt. voor Engeland be
stemd.
Wordt er nu niet meer uitgevoerd, al
dus de „Ned.", dan hebben straks del
fabrikanten geen geld, de boeren krijgen,
dan niets en de arbeiders moeten ook
"laar zien, dat ze aan hun loon komen.
„Oppervlakkig beschouwd, ligt voor de
Nederkndsche Regeering de oplossing
teor de hand. Zij verbiedt eenvoudig den
doorvoer van suiker'; Duitschland kan dan
Seen suiker mee via ons land naar En-
Seland uitvoeren en de puzzle is opge
lost.
VERSCHIJNT ELKEN WERKDAG.
Abonnementsprijs
Per 3 maanden fr. p. post
Losse nummers
ƒ1.25
0.05
Prijs der Advertentiën
15 regels ƒ0.50, iedere regel meer 10 ct.
3-maal plaatsing wordt 2-maal berekend.
Bij abonnement voordeelige voorwaarden.
Familieberichten van 110 regels ƒ1.
iedere regel meer 10 ct.
„De Nederlandsche Regeering heeft niet
het recht den doorvoer van uit Duitsch
land over ons land van den Rijn naar
zee, al dan niet met overlading te ver
bieden, want zij heeft-" zich dat recht bij
het Rijntractaat laten ontnemen.
„Toch is er wel eene oplossing te vin
den, en die danken wij aan den suiker
accijns".
De „Ned." wijst er dan op hoe wij
in elk geval kunnen controleeren, of de
ten uitvoer bestemde suiker Ned. pro
duct is.
„Welnu, bij elke partij suiker, die wordt
uitgevoerd met bestemming naar Enge
land, en die werkelijk uitsluitend van
Nederlandsche herkomst is, geve zij een
attest, een „certificat d'origine" af. De
Engelsche Regeering .heeft dan haar doel
het weren der Duitsche suiker
bereikt en de Nederlandsche Nijverheid
en Landbouw blijven voor de ernstige
ramp, die thans dreigt, bewaard. Dat geeft
wat werk, dat geeft ;W-at moeite, maar
tegenover het groote belang, dat voor
landbouw en nijverheid op! het spel staat,
speelt dat natuurlijk geen rol".
■wet,
Maar zoo eenvoudig is de zaak toch
Beknopt overzicht van den toestand.
De telegrammen van de laatste dagen,
niet zoo mager als in het begin van de
vorige week, geven den indruk, dat de
strijd in Frankrijk een buitengemfeen he
vig. karakter draagt.
Va,n beide zijden wordt dit' trouwens
ondubbelzinnig bevestigd.
Er speelt zich een moordtooneel af, als
nog nimmer aanschouwd is.
Het bee't nog wel eens, dat er tot
dusver geen .groote veldslagen van veel
belang zijn geleverd, doch hoe rijimft dit
mét 'het feit, da,t alleen de Duitschers1
reeds ongeveer een half millioen jonge
mannen, allen in de kracht van hun le
ven, veiiören heeft.
Dagelijks wordt moorddadig.gevochten.
De groote, de wereldoorlog is tot dusver
één heet slagveld geweest.
Juist de omstandigheid, dat het blijft
bij „voortdringen" en „terugwerpten",
„vorderen" en „wijken", „stuiten" en „tot
staan brengen" bevestigt het vermbedeln,
dat de strijd ontzaglijk heet is.
Volgens het officieele Fransche co-m-
mhniquó zijn de F ranse hen Zaterdag tus-
BChen de Oise en Soissons eenigszinfcl
opgeschoten. Tusschen Soissons en Reim'-s
was de toestand niet merkbaar gewijzigd.
Va,n Reims tot Verdun geen nieuws.
In Woevre waxeu de Duitschers er in
geslaagd hij' St. Mihiel over de Maas
te komen let wel, 'n bevestiging van
Fransche zijdei doch hier en daar
zijn z© ook weer teruggeworpen.
In het Zuiden van Woevre bleven de
Franschen voortdringen, (terwijl ook op
den- linkervleugel jn Lotharingen en de
Vogezen kleine succesjes te boeken vie
len.
Het Duitsche bericht Vormt een prach
tige aanvulling met weinige tegenstrijdig
heden. Wel 'n wondert
Het groote hoofdkwartier meldde Zater
dagavond
„De vijand is ,met gebruik van zijjn.
spoorwegen een uitgebreiden aanVaJ op
den uitersten rechtervleugel van het Duit
sche leger begonnen. Een hierbiji op Ba-
paume (een fort, 20 K.M. ten Z.-W. van
Kamerijk) oprukkende Fransche divisie is
door zwakkere Duitsche strijdkrachten te
ruggeworpen. 'Ook elders is de aanval
tot staan gebracht.
In het centrum van het slagfront is
onze aanval pp. enkele plaatsen gevor
derd.
De aangevallen sperforten ten zuiden
van Verdun zijn met vuren opgehouden.
Onze artillerie is nu in gevecht gewikkeld
met strijdkrachten, die de vijand op den
westelijken Maas-oever heeft opgesteld".
Gisteren is alleen een Fransch bericht
uitgekomen, dat weer een goed beeld
geeft van de hevigheid van den strijd.
De Fransche ,en de Duitsche verster
kingen liggen ,op verscheidene plaatsen!
slechts enkele honderden meters van el
kaar.
De Duitschers spannen al hun krach
ten in, doch blijkbaar niet met het ge-
wenschte resultaat. Wanneer zij' niet spoe
dig de oude prestaties kunnen doen gel
den, hetzij door aanvoer van veirschq
troepen, of door ©ventueele plotselinge
verbetering van positie, dan zal Frank
rijk spoedig van vijandelijke troepen ge
zuiverd zijn.
Als België dan maar niet des te scihrik-
kelijker tooneel zal bieden!
Tegen Rusland valt nog niet veel eer
te behalen.
De Russische generale staf althans deelt
mede, dat het geecht bij Sopotsvkin en
Dronskenhiky is geëindigd met een te
rugtocht van de Duitschers en dat de
vijand is voortgerukt ten Noorden van
Osowiec, en is begonnen met de beschie
ting van de vesting.
Deze blijft evenwel met succes weer
stand bieden aan het Duitsche belegerings-
egschut.
De Oostenrijkers slaan geen schitterend
figuur; trouwens dit behoeft minder op
zien te baren dan de tegenvallertjes van
onze Oostelijke naburen.
In Galicië hebben de Russen altijd
volgens hun eigen zeggen Dembowieö
bezet. Een groote vijandelijke strijdmacht
is in aftocht van Przemysl naar Sanok
(ongeveer 50 K.M. ten Z.-W. van Prze
mysl). Ze werd bestreken door het vuur
van onze artillerie en is op de vlucht
geslagen (met achterlating van trein- en
automobiel-parken.
In (den bergpas van Uzsok (30 K.M.
ten Z.Z.W. van Turk-a in de Karpathen
op Hongaarsch gebied) hebben wij (een
vijandelijke afdeeling verslagen, haar ar
tillerie genomen en tal van gevangenen
gemaakt. De Russen zetten de vervolging
voort en zijn Hongarije binnengedrongen.
De gevechten in Galicië worden geken
merkt door een buitengewone heftigheid;
vooral jn den bergpas waar de Hongaren
een drietal stellingen hébben moeten ont
ruimen en ten slotte tot een jammerlijken
aftocht moesten overgaan. De Russen heb
ben een geheele batterij genomen en ver
scheidene gevangenen gemaakt. De ver
volging wordt voortgezet.
De verbindingen van Przemysl zijn alle
afgesneden. De verdediging van'de plaats
blijft een passief karakter dragen. "Deser
teurs melden dat er ernstige onlusten
onder het garnizoen zijn uitgebroken.
Zooals gezegd, 'tzijn berichten uit Rus
sisehe bron, niet vrij van eenzijdigheid
dus. i.
Toch opmerkelijk, dat de Duitsche en
de Oostenrijksch-Hong-aareche generale sta
ven zwijgen. Dit geeft ons aanleiding tot
het vermoeden, dat hun inderdaad niet
voor den wind gaat.
Uit België.
'tls wel wat oud, doch te interessant,
om 't den lezers te onthouden.
Uit Ninove werd 22 dezer aan de Nieu
we Gazet gemeld, dat er dien middag
een botsing plaats had op den steenweg
van Aalst naar Ninove.
In het gehucht Doorn, zoo meldt het
blad, kwam een compagnie Belgische vrij-
willigers-wielrijders-verkenners, ten geta
le van 200, bijna allen van Brusselsche
herkomst, en onder bevel van kapitein
commandant De V...„ de luitenants N....,
De D.... en Dl..., in botsing met een veertig
tal Duitsche wielrijders. Onze soldaten
richtten onmiddellijk een automitrailleuze
op den vijand, die op de vlucht sloeg en
een doode, alsook een gekwetste achter
liet. Zeven Pruisen werden gevangen ge
nomen. Het lijk werd naar het doodenhuis
van Ninove en de gekwetste naar het
gasthuis overgebracht, de gevangenen wer
den in een automobiel naar Geut ge
voerd. Allen zijn gehuwd; twee van hen
gaven zich vrijwillig over. Een burger,
Edmond Heysselinckx genaamd, die op
den drempel zijner woning stond, werd
door een kogel in den wang getroffen.
Zijn toestand is zoo bevredigend mogelijk.
Bij; het binnentreden in Ninove waren
de Belgische soldaten de eersten die
men sinds den oorlog; te Ninove zag
het voorwerp eener geestdriftige mani
festatie vanwege de inwoners. Op straat
was er niet een familie of ze bracht
voedsel aan, alsook chocolade, bier, enz.
Onze dappere jongens hadden geen han
den genoeg om alles te aanvaarden. Het
tooneeltje was waarlijk treffend. De deu
ren der particuliere huizen werden wijd
open gezet, om aan tafel de officieren
en onderofficieren te ontvangen, welke
er ,om zoo te zeggen werden binnenge
sleept. Bij hun vertrek, rond 6 uren
'savonds, in bestemming voor O..., wer
den er duizenden handen Uitgestrekt naar
onze moedige soldaten.
Rond 7 uren kwam ons het nieuws toe
dat het overschot der gevluchte Pruisen
een ontmoeting had met een Belgische
patroelje, verscholen in een bietenveld
te Iddergem bij Denderleeuw. Drie Duit
schers werden gedood, een tiental ge
wond. Juist zooals te Ninove werd er
niet een Belgische soldaat gekwetst.
Het ontslag van Generaal Beijers.
De Zuid-Afrikaansche opper-bevelheb-
ber generaal Beijers heeft, gelijk men
reeds weet, ontslag1 glenomen uit de Zuid-
Afrikaansche weermacht als protest tel
gen den voorgenomen veldtocht tegen
Duitsch Zuid-west-Afrika. „Indien", gtoo
voegde hij er in zijn ontslagbrief bij', „de
Unie (van Zuid-Afrika) wordt aangevallen
zfullen Boer en Brit dit land zij aan zij
(verdedigen. In zloo'n geval zal' ik het een
groote eer en een groot Voorrecht ach
ten mijn plaats aan het hoofd van de
vordedigingsmacht van mijn vaderland in
te nemen."
In een brief, gericht aan generaal
Smuts, minister van verdediging, geda
teerd 15 September, Welke in de Engel
sche bladen is opgenomen, zet hij de re
den van zijn ontslag als volgt uiteen:
„Het is u hekend, dat in den loop van
Augustus ik u en generaal Botha monde
ling meedeelde, dat ik had gemerkt, dat
er kommando's naar (Duitseh Zuid-West-
Afrika werden gezonden met het doel dat
gebied te veroveren. Ik stond toen op
het punt, mijn ontslag te nemen, maar
hoorende, dat het Parlement bijeengeroe
pen zou worden, besloot ik te wachten,
hopende 'dat er een uitweg' uit de moei
lijkheid zou worden gevonden. Tot mijn
uiterste verbazing, echter bekrachtigde' het
Parlement het besluit van de Wgeering,
n.l. om Duitsch Zuid-west-Afrika te Ver
overen, zonder eenige uittarting van de
zijde van de Duitschers tegtenover de
Unie. Het moet de regeering bekend zijn
dat Verreweg de groote meerderheid van
de Hollandsch sprekende bevolking; van
de Unie het besluit afkeurt, dat wij de
gpens overtrekken en dat twee bijeenkoms
ten Van kommandanten, onlangs te Pre
toria gehouden, daarvan welsprekend ge
tuigden. Ik daag' de regeering; uit door een
beroep op het Volk, zonder van dwang
gebruik te maken, een anderen uitslag
te Verkrijgten.
„Het heet, dat Engeland aan den oor
log deelneemt om de wille van reoh 'en
gerechtigheid, teneinde de onafhankelijk
heid van kleine volken te; verdedigen en
om zich te houden aan verdragen, maar
het fe& dat drie ministers Van het En
gelsche kabinet ontslag hebben genomen,
bewijst, dat er zelfs in Engeland een
sterke minderheid is, die niet van de
gerechtigheid van 'eien oorlog; met Duitsch
land kon worden overtuigd. De geschiet,
denis' leert ons ten slotte, dat telkens
wanneer het hij zijn belangen past En
geland bereid is kleine volken te bescher
men, maar helaas weet de geschiedenis
ook van voorbeelden, waarin de heilige
rechten op onafhankelijkheid van kleine
volken door datzelfde rijk zijn geschon
den en verdragen piet zijn geacht. Ten
bewijze daarvan behoef ik alleen te her
inneren, hoe de onafhankelijkheid van de
Z.-A. Republiek en den Oranje-Vrijstaat
zijn geschonden en welk gewicht de
Zandrivier-conventie in de schaal legde.
„Het heet, dat de oorlog wordt gevoerd,
tegen de barb aars oh h eid der Duitschers,
Ik heb vergeven, maar niet vergeten al
wat er aan barbaarsohheid in den Zuid-
Afrikaanse hen oorlog in dit ons eigen
land is bedreven. Met zeer enkele uit
zonderingen waren alle boerderijen om
te zwijgen van vele steden zoovele
Leuvens, waar wij nu zoo Veel van hoo-
ren.
„Op dit kritieke oogenblik wordt er
in het Parlement bekend gemaakt, dat de
Engelsche regeering onze regeering ©em
leening van 7.000.000 heeft verstrekt.
Dat is zeer teekenend. Ieder kan daar
het zijne van denken.
„Bij- het ontbreken van rechtmatige g'rop-
den voor inlijving apolitiek van de re
geering, tracht gij indruk op het pu
bliek te maken met te zeggen, dat de re
geering inlichtingen heeft, waaruit blijkt,
dat Duitschland heeft besloten, als hef
de kans er toe krijgt, Zuid-Afrika in te
lijven. Mijn bescheiden mieening is, dat
dat zal worden verhaast, als wij Duitsch
gebied binnenvallen zonder daartoe door
de Duitschers te zijn getart. En wat dat
zoogenaamde Duitsche inlijvingsplan be
treft, dat is niets meer dan hef gevolg
van den gewonen natiönalep argwaan, die
hij zulke gelegenheden opkomt. De be
weringen, in het Parlement geuit, dat de
Duitschers reeds onze grens hebben ge
schonden zijn ongegrond. Zie het rapport
van het Informatiebureau, bevestigd door
kolonel Maritz en zijn officieren, die op
en bij de grens staan. Naar het schijnt
verlangde de regieering ernaar, dat de
Duitschers uit Zuid-west-Afrika over de
grens zouden komen, en is zij daarin
teleurgesteld, want tot dusverre heeft nog
geen enkele soldaat onze grens overschre
den, zooals gij zeer goed weet. Het bericht
is volkomen juist, dat de Duitschers on
langs onwillekeurig de gt-ens hebben over
schreden en zij- daarvoor verontschuldi
gingen hebben aangeboden.
Wat er in Zuid-Afrika gebeure, de oor
log wordt in elk geval in Europa beslist.
Zegeviert dus Duitschland en besluit het
ons aan te vallen, dan zal zelfs Engeland
ons niet kunnen helpen. Maar wij zullen
dan tenminste ©en heilig© en reine zaak
hebben, wanneer wij ons land tot het uiter
ste Verdedigen, indien wij n.l. -bannen onze
grenzen blijven. W-o'rdeu wij intussobeh
aangetast, dan zal ons volk als één man
opstaan ter verdediging' onzer rechten.
(Bovendien, ik ben overtuigd, dat .een kom-
mando van 8000 Duitschers, dat nu ini
het Duitsche gebied staat, niet zoo dWaasi
zal zijn om een aanval op ons land te
wagen."-
Dan volgt wat wij in den aanhef aan
haalden over wat Zuid-Afrika ztou doen,
indien het werd aangevallen.
.Verder (zegt Beijers, dat de Verdedigings-
wet de burgerwacht ter verdediging van
de Unie instelt, en hij acht het ,mief de
'wet in strijd om, krachtens een parliemente-
besluit, door over de grens te trekken den
brand aan te steken. Iets andere ware
het, indien de vijand aanviel, dan kon
hij tot in z-ijn land vervolgd worden.
Gen. Botha, zegt Beijers vierder, her
innert aan de hulp van Belgen en Fran
schen na den Boerenoorlog, maar de Duit
schers zijn niet achtergebleven en zijn
ons altijd welgezind geweest. Waarom ze
dan met moedwil tot vijanden maken?
Na een hernieuwd proliets't biedt hij dan Zijn
ontslag aan. „Want", zegt hij, „dit is
voor mij; de eenige weg van trouw, plicht
en eer tegenover ons yolk, waarvan gen.
Botha sprak."
(Wij herinneren den lezer dat het deze
zelfde generaal Beijers is, van wien in
het boek „Vechten pn Vluchten" (Nijghl
en v. Ditmar, Rotterdam) blz. 173, ver
meld staat, dat hij,' met 400 paarden-
ruiters een (mislukten) aanval op een!
Engelsch kamp deed, door twee kartets-
kogels getroffen werd en hem zijn paard
onder hem met een hom werd doodge
schoten. De kogels werden echter door
zijn bijbel, dien hij! steeds in zijn binnen
zak droeg, verhinderd zijn borst binnen
te dringen. De eene kogel drong (loor het
Oude Testament tot hij Jeremia 6 vete
27, .waar hij uitging en de andere door
het daghoekje, dat hij ook in dien zak
had. Bij dien aanval had Beijers twee doo-
den, onder welke, naar Beijers zelf rap
porteerde, „een jonge Duitscher, die net
eenige dagen te voren aanzoek gedaan had
om op 's Generaals Staf te komen en zich
in dit gevecht flink gedroeg,")
Soldatenbrief
door een Duitsch soldaat van het 74stei
infanterie-'regiment, tiende corps, vanuit
Noord-Frankrijk aan zijn vrouw geschre
ven.:
Lieve vrouw. Ik heb- eenige dagen door
gebracht die met elke verbeelding spot
ten. Ik had niet gedacht dat een mensch
zoo iets kon doorstaan. Geen seconde
is voorbijgegaan dat mijn leven niet in
gpvaar was, en toch heb ik niet het
minste letsel bekomen. Het was vree-
selijk, het was gruwelijk. Maar ik ben
gered voor jou en ons geluk, en ik be
gin weer moed te krijgen, al ben ik nog
zeer onder den indruk. God geve dat ik je
weldra mag terugzien en dat deze gruwel
Spoedig voorbij is, Niemand van ops kan
iets meer doen, de menschelijke kracht
is uitgeput. Ik zal trachten "je iets te.
vertellen: Op 5 September werd 'bericht
dat de vijand een positie innam bij St.
Prix (noordoostelijk van Parijs). Het tien
de corps dat een buitengewoon snelle
onarsch verrichtte, viel natuurlijk Zon
dag aan. Sterke hellingen voerden naar-
hoogten die door een aanzienlijke macht
werden bezet. Met onze zwakke afdeelin-
gen van het 74s;te en 41ste regiment
bereikten we de kam en kregen hevig
artillerievuur, dat ons wegmaaide. Ech
ter we kwamen in St. Prix. Nauwelijks
waren we hier of we werden begroet met
hevig geschutvuur en een felle fusillade
van de vijandelijke infanterie. Onze ko
lonel werd zwaar gewond hij was al
de derde dien wij hadden. Veertien man
werden rondom mij1 gedood.Op 7,
8 en 9 September waren we voortdurend
onder granaat- en kartetsvuur eu leden
we zware verliezen. Ik was in een huis
dat herhaaldelijk geraakt werd.
Hoe vaak idacht ik aan jou, lieveling,
en wat jk heb geleden in dien vreese-
1 ijken slag, kan je je niet voorstellen,
deze zware artillerie werd gebruikt vooï
het beleg van Maubeugewij hadden haar
dringend noodig, want de vijand had zijn
zware kanonnen in stelling en beschoot
ons hevig. Vier dagen lang was ik on
der artillerievuurhet is de hel, maar daxr
nog duizendmaal erger. In den nacht van
den 9den -werd last gegeven tot den te
rugtocht, daar het waanzin zou zijn onze
stelling met onze weinige mannen te hou
den en we den volgenden dag een vreese-
lijke nederlaag konden verwachten. De
Eerste en -Derde legers konden niet met
ons aanvallen, daar wij te veel voorwaarts
waren gerukt, i
Het moreel was geheel en al gebroken.
Ondanks ongehoorde offers hadden we
niets bereikt. Ik begrijp niet hoe ons!
leger, na drie groote plagen zeer ver
zwakt, tegen een stelling werd gezonde-
die de vijand sedert drie weken had vo<-
bereid, maar natuurlijk ik weet niets- n-
I