lienstbode
981
Maandag 31 Augustus 1914
98e Jaargang
ir Schelde.
.ING.
idiging,
gestaakt.
De Groot© Oorlog.
IUW
ib.—rotterd.
plaatsen.
(kerke.
De Zeeuw" in Militair
Tehuis en Kamp.
f 1.25
0.05
■HHEBHBHHBRZS-^HEECS
|erder wordt in
te Middelburg
oezicht op de
eid met de be-
ischte. Br. fr.
melden Dam
3nwoordige, zoo
Campveerschen
Side getuigschrif-
melden.
lenst
PERDAM
plaatsen.
M*)-
16 9,-10
Jid. 17 9,-10,30
Id. 18 8,8011,
r. 19 9,-11,—
Id. SO
W 21 10,-12,—
22 7,— 12,—
Ben. 23 7,3011,—
id. 24 8,-11,—
I. 25 8,30 11,—
er. 26 8,3011,—
27
|m 28 8,30 12
29 8,3012,—
le'n 30 9,—10,30
phter den datum
teehet tweede
totterdam.
ienst
914.
ftgezonderd des
vm. 7,15, van
van Rotterdam
erdam 7 uur.
[e.
enRoosendaal
tenterghem.]
jooor de schroef-
|hen Hansweert
ïikbare plaatsen.
i 11 n
-, nam. 3.40,6,35
4,10,7,05
4,49,7,35
5,09,7,55
Id.
verantwoorde-
dienstregeling).
lENTERGHEM.
toten.
suwsch Vlaanderen,
oerd.ï
verantwoorde
dat een Fransoh
telgen de komst
ndigde en dezen
d en strijdlust
oezeer de vlieg
den ook op het
i van goeden in-
«tuurbare lucht-
ijdiriiddel grooter
gtuigen. Van een
een vijandelijke
met hommen te
1 mogelijk wezen
in den huldigen
•rkenningSmiddel
r luchtvaartuigen
van den oorlog
wgd. Doch gelijk
is de krijg (reeds
Uitgave van
de Naaml. Venn. LUCTOR ET EMERGO
gevestigd te Goes.
Hoofdbureau te Goes:
lange vorststraat Ets.
Bureau te Middelburg:
f5kwia F. P. dhuij - l. BURG.
Drukkers:
Oosterbaan le Coirctre - Goes.
SS
Tan behoeve van de militairen zijn
abonnementen besteld- door:
Ds. 'J. H. D. te Breda; ds. P. J. S.
te .Goes (2 ex.); een onbekende te Ril-
land-Bath; twee jonge vrienden te Goes;
A. G. te Grijp,skerke; ipr. C. L. te Goes
H(2 ex.).
We hebben nog adressen.
Der Koninginne hei!!
Al pakken zich donkere onweerswolken
samen boven Haar, al heeft het onweder
zich in Haar nabijheid reeds ontlast; al
is Haar hart door droefheid overmand
en bezwaard, toch mag het Nederlandsohe
volk niet zwijgen, op dezen heuglijken
geboortedag van zijne geliefde Koninginne.
'Niet met vlaggen, niet met muziek,
niet met openbaar huldebetoon wenschf
Zij te worden begroet.
Het volk legt zich hierbij neer. Dooh
het gaat in de binnenkamer of in het
bedehuis, om den God van Nederland
en 'Oranje aan te roepen, Hem te smeeken
om heil voor zijn dierbare Vorstin; om
uitkomst voor Nederland; om schuldver
geving en verzoening voor Nederland en
Oranjeom vernieuwden zegen voor Va
derland en Vorstenhuis; en om verster
king tot in lengte van dagten van den,
innige» liefdeband welke deze beiden ver
bindt.
Doorvoer.
De Engelsche Minister van Handel heeft
in het Lagerhuis verklaard, dat versche
ping van'steenkolen naar Nederland is
toegestaan, mits wat ons uit Engeland
wordt geleverd niet is bestemd voor Duit
sche schepen.
Dit bedoelt een beperking van onzen
doorvoerhandel.
Het zal natuurlijk een groot verschil
Snaken of het doorgevoelde noch direct
noch indirect bestemd is voor het oor
logvoerende Duitsche leger, dan wel of
het daarvoor wel bestemd is. Op 't laatste
geval schijnt te worden gedoeld.
De Londenscfae zeerechtverklaring van
1909 geeft hier eenig licht. Zij onder
scheidt tussohen volstrekte en voorwaar
delijke contrabande, en heelemaal geen
contrabande.
Volstrekte contrabande zijn b.v. wa
penen, paarden, enz.; voorwaardelijke zijn
bijv. levensmiddelen, kleederen, enz.; is
zij bestemd, ook indirect, voor het le
ger, dan is zij contrabande; zoo niet,
dan is zij het niet. Heelemaal geen con
trabande, hiertoe behooren onder anderen
grondstoffen, enz.
Aangezien echter bij doorvoer in onis
land overlading geschiedt, kan dadelijk
geconstateerd worden, of contrabande
aanwezig is; zoodat de verklaring van
de Engelsche regeering geen ongerust
heid behoeft te baren, alleen tot voort
durende waakzaamheid vermag aan te
sporen.
Verademing.
■Dat op 31 Aug. en ook op andere
dagen ons volk, voorzoover het nog fier
is op den Christennaam zich naar de
kerken spoedt om zich te verootmoedi
gen in den gebede voor den Heere, is zeer
toe te juichen. De Heer zegt: „Ik maak
den vrede, en Ik schep het kwaad; Ik
de Heere doe al deze dingen. (Jesaja
457)". Daarom is bidden om den vrede
prijzenswaardig. Echter niet zondejr boete,
berouw en schuldbesef; een verbroken
hart en een verslagen geest. En met de
bede dat indien er verademing komt, ge
lijk er nu aanvankelijk eenige opluchting
intrad, het Christenvolk niet terugvalle
in de oude zorgeloosheid.
Hiervoor bestaat gevaar.
Het menschenhart is arglistig. En de
neiging om God van zich af te schudden,
wanneer het goed gaat, wordt ook in
den tegenspoed niet gedood. Daarom, trof
ons zoo de mededeeling uit Berlijn: „De
stemming hier wordt het best geken
merkt doordat verscheidene
schouwburgen weer begonnen
te spelefr". En „Het Volk", het blad
van „het volk", adverteert nog dagelijks
voor den Stadsschouwburg (Zondag
30 Aug. half 2) en „Grand Théatre",
iederen avond „de buikspreker" en andere
stukken van een „actueel programma".
Uit dergelijke publicaties spreekt .nog
niet het besef van noodzakelijken meer
deren levensernst, laat staan verootmoe
diging en bekeering.
Maar dat dan het Christelijk volksdeel
het voorbeeld geve, of, wilt gij, het Ko
ninklijke voorbeeld van ons Vorstenhuis
jvolge. ,Wi© weet worden anderen door
hun voorbeeld en wandel gewonnen!
X
•i*
VERSCHIJNT ELKEN WERKDAG.
Abonnementsprijs
Per 3 maanden fr. p. post
Losse nummers
Het zeegevecht bij Helgoland.
|De torpedoboot 1 87 werd bij mistig
weder in de Noordzee aangevalten door
10 Engelsche torpedojagers. De torpiedo-
boot weerde zich wat zij kon tegen de
overmacht, doch Engelsche kruisers stoor
den haar bewegingen. Een poging om
door de vijandelijke vloot heien te bre
ken, mislukte. Ze kreeg een schot, liï
de machinekamer. Men liet toen de boot
ontploffen om haai' niet prijs te geven aan
de Engelschen. De Engelsche schepen
vischten de overlevenden op, doch toen
efDuitsche schepen naderden om hulp te
bieden, verlieten de Engelsche schepen
het gevechtstooneel. k i
De Duitsche schepen pikten toen de
overlevenden op. Inmiddels was de klei
ne kruiser Ariadne op het gerucht van
den strijd naderbij gekomen en deze be
gon nu een vervolking van den aftrekken-
den vijand. Twee Engelsche pantserkrui
sers openden toen het- geschutvuur, met
het gevolg, dat de Ariadne een schot
kreeg in het ketelruim. Zij kon slechts
15 mijlen loopen. Een half uur verdedigde
de Ariadne zich nog eq bracht den te
genstanders schade toe. Haar achterschip
werd daarbij dn brand geschoten en de
voorste munitiekamers onder water gteziet.
vijand trok af. De Ariadne was ten on
dergang gedoemd. De bemanning kon het
'schip, na een hoch op den Keizer, in
goede orde Verlaten, en werd door twee
Duitsche oorlogsschepen opgenomen. Toen
verdween de Ariadne1 in de golven ten
gevolge van pen ontploffing in de achterste
kruitkamers.
Mijnen in de Noordzee.
Het Engelsche gezantschap in Den Haag
meldt heden het volgende:
Naar de Engelsche regeering verneemt,
is er gemeld, dat een IJslandsche trawler
op of omstreeks 26 Augustus op een mij'n
is ge loopen 25 mijl uit den mond van
de Tyne en gezonken. Ten minste één
buitenlandsch blad heeft verzekerd dal
het een Engelsche mijn was.
Ofschoon het leggen van mijnen dooi
de Duitschers de admiraliteit gedwongen
heeft zich het recht voor te behouden
evenzoo te handelten, blijft op het oogen-
blik de verzekering, reeds door de Engel-
scher egeering gegeven, dat er geen En
gelsche mijjnen zijn gelegd, volkomen'
juist. 1
De mijinen 'buiten de Tyne waren 30
mijl zeewaarts gelegd, niet als een onder
deel van eenige bepaalde militaire ope
ratie noch ook door Duitsche oorlogst
schepen, maar door Duitsche trawlers^
waarvan een aanzienlijk aantal met dit
werk schijnt te zijn bezig geweest. De
trawler, die men daarmede feitelijk beeft
bezig gezien, was de A. E. 24 Emden.
Het zou goed zijn, indien de moraliteit
van degenen die haar gelast hebben deze
te verrichten door neutrale mogendheden;
zorgvuldig werd overwogen.
Leuven.
Overheidspersonen uit Leuven verze
keren dat het schoone Leuvensche stad
huis en de boekerij van de universiteit,
verwoest zijn.
Bombardement van Mechelen.
Over het bombardement van Mechelen
door de Duitschers wordt nog gemeld, dat
het Donderdag veertig minuten heeft ge
duurd. De meeste openbare gebouwen
zijn beschadigd. De burgemeester en de
schepenen die juist ten stadhuize bijeen
waren, moesten in de kelders vluchten.
Toen het bombardement was gestaakt
verzocht de overheid de bevolking de
stad te verlaten en de uittocht, die "da
delijk begon, is in goede orde af'gdoo-
pen.
Tal van vluchtelingen hebben te Dufe
fel in de kerk den nacht doorgebracht,
onder hen veel geestelijken in burger-
kleieding.
Vrijdagochtend om acht uur werd de
beschieting hervat en tot den middag';
voortgezet. De laatste inwoners namen
toen ook de vlucht.
Onder de openbare gebouwen, die be
schadigd zijn behooren het stadhuis, de
St. Pieterskerk (die geheel vernield zijn),
het kantongerechtsgebouw, en de St. Rom-
houtskeik. Die toren van deze kérk staat
nog, doch het beroemde klokkenspel is
(vernield.
Die beschieting door de Duitschers is be
antwoord door de forten van Walhem en
ÏWiavier.
De Duitschers zijn Mechelen niet bin
nengetrokken. i
Oostenrijk verklaart den oorlog aan België.
De Oostenrijk-Hongaarsche gezant aan
het Belgische Hof, heeft telegrafisch op
dracht gekregen den Belgischen minisbeir
van Buitenland sche Zaken mede te deeten
dat Oostenrijk-Hongarije zich genood
zaakt ziet de diplomatieke betrekkingen
met België' af te breken.
In de toelichting zegt Oostenrijk, dat,
daar België na weigering van de her
haaldelijk door het Duitsche Rijk gedane
eischen, om zijn militairen hijstand aan
Frankrijk en Engeland" te onthouden, wel
ke beide landen aan Oostenrijk, den oor
log hadden Verklaard, en aangezien het
feit, dat, zooals vas'gesteld is, Oosten
rijk-Hongaarsche. staatsbeambten in Bel
gië ten aanschouwe van Belgische autori
teiten een behandeling' hebben moeien on
dergaan, welke zelfs met de eerste
eischen van menschelijkheid in strijd zijn,
zelfs indien bedreven tegenover onderda
nen van een vijandelijken staat niet te
billijken, heeft Oostenrijk zich genood
zaakt gezien deze maatregelen te nemen
en beschouwt het zich van af dit oogen-
blik in (staat van oorlog met België.
De Oostenrijk-Hongaarsche gezant heeft
order gekregen België met het personeel
van de Oostenrijk-Hongaarsche legatie te
Verlaten. De belangen van Oostenrijk-
Hongarije zijn toevertrouwd aan den ge
zant van de Vereenigde Staten. Tevens
werd door de Oostenrijk-Hongaarsche re-
gieering den Belgischen gezant te Weenen
diens paspoort ter hand gesteld.
Leuven is niet meer.
Fen N. R. C.-correspondent meldt d.d.
29 Augustus, omtrent de verwoesting van
Leuven
De onderscheiden tegenstrijdigheden
weglatende, meen ik het volgende als de
ware jt oe dra ch t van zaken te kun
nen mededeelen
Dinsdagavond circa 11 uur, terwijl de
stad door betrekkelijk weinig troepen land
weer en linie wa,s bezet, en lange colonnes
proviand en een munitietrein door de
stad trokken, werd plotseling uit een huis
tegenover het (station, waar het kwar
tier van den stadscommandant en de
staf gevestigd was en dus veel militairen
aanwezig waren, geschoten. Spoedig daar-
op^ klonken andere schoten uit de nabij-
zijnde huizen, welk schieten zich in een
oogenblik van huis tot huis en van straat
tot straat voortplantte. De D ui sche
soldaten vielen in niet te tel
len menigte. Velen werden gewond.
De paarden voor de treinwagens welden
gedood of sloegen op hol. Een algemeene
verwarring volgde. Duidelijk zag ik de
schoten van een machinegeweer door de
spiegelruiten van het station. Bij1 onder
zoek bleek dat een machinegeweer op de
derde verdieping vagi een 'tegenover het
station gelegen hotel' was opgesteld. Juist
wa.s een militaire trein uit Luik, met
bestemming naar Brussel aangekomen en
ontladen. Een sectie artillerie werd uit
den omtrek (Van Brussel gerequireerd. Het,
was onmogelijk tie weten, wie de schul
digen waren en precies te weten uit wel
ke huizien de schoten kwamen. Daarom
drongen 'de soldaten de huizen binnen
en ontspon zich hier en daar een ver
woed straatgevecht, Iedere bewoner die
gewapend gevonden werd of Verdacht
werd te hebben geschoten werd onmiddel
lijk neergelegd. Dat hierbij ook veel on
schuldig bloed werd vergoten, spreekt
vanzelf, doch de tijd ontbrak om alles
nauwgezet en nauwkeurig te onderzoe
ken. De bewoners wier onschuld bl$ek,
ouden, 'zieken en kinderen, ten deele ook
de Vrouwen moesten hunne woningen ver
laten. Inmiddels wierp de artillerie voort
durend granaatkartetsen in de stad, die
spoedig op verschillende plaatsen brand
(veroorzaakten. Andere huizen werden met
benzine gedrenkt en aangestoken.
In dit stadium was ik bij! het station
aangekomen en dk was getuige van het
wegbrengen van een vierhonderdtal En
gelsche en Schotsche soldaten en hoog
landers in hun eigenaardige dracht,
i Een langer verblijf' bij het station acht
ten de officieren, met het oog op het
gevaar en daar ziji de verantwoordelijk
heid niet durfden op zich te nemen, Voor
mij onraadzaam. Een nieuwe beschieting
uit andere, nog "intact gebleven huizen,
werd verwacht.
Daar naderden onder sterk escorte twee
groepen gjjizlelaars, mannelijke en vrou
welijke, ieder ter sterkte van vijfhonderd
menscben. Zij werden bij' het station op
gesteld B'ijl ieder sct dat op
Duitsche militairen werd afge
vuurd, 'zouden er t i e n worden g e f u s i 1-
leerd. Hier hielp geen klagen of wee-
nen. He goeden moesten het met de kwa
den ontgelden en werkelijk werd nog Irae-
nig soldaat uit een hinderlaag neerge
legd.
De nacht viel in en akelig: verlicht
te de brandende gloed den omtrek.
Versterkte posten werden uitgezet. Tal
loos waren de patrouilles die de stad
doorifcruisten. Terwijl ik' met een officier
stond te praten, knalden er schoten 'in
onze nabijheid. Een gearresteerd inwo
ner werd in mijn nabijheid gefusilleerd.
Van slapen geen sprake.
Losgerukte paarden, loeiende koeten,
verschrikt door het knetterend neerval
len van balken en het donderend geraas
van instortende gevels en huizen, daar-
tusschen het vallen van schoten. Het bij
wonen van zooveel ellende en kommer
maakte ieder rust nemen onmogelijk.
Koud en kil was de nacht, dien ik in
betrekkelijke veiligheid doorbracht.
Tegen het aanbreken van den dag trok
ken de soldaten er op uit om machtig
te worden, wat nog niet door brand was
verwoest.
Ik zag veel lijken liggen van inwoners.
Ik telde er een twintigtal. Ik zag' veel
geestelijken naast elkaar met het ge
zicht naar den grond, een eind verder
een grijsaard, waarnaast een stokoude
vrouw. Zouden zij zich, van niets kwaads
bewust, en zich beschut door den ouder
dom wanend, op straat hebben gewaagd?
Wat verder weer het lijk van een pries
ter. De soutane bemodderd en bevuild
door bloed. 'Afschuwelijk was de aanblik
van die onbegraven dood en. Het hart
krimpt bij het aanschouwen van een tafe
reel, waar de islechtste menscheliijké
hartstochten hoogtij' vieren. i
De ooirzéak van de vreeselijke gebeurte
nissen, die ife Leuven plaats hadden,
wordt door de Duitsche militairen, waar
van ik vele officieren sprak, toegeschre
ven aan de houding der geestelijkheid,
die de bevolking Volgens hun zeggen had
diets gemaakt, dat de Duitschers de ne
derlaag zouden hebben ge'eden en in Vol
len aftocht, waren. Vast staat dat den
dag voor mijn aankomst in den omtrek
van Brussel een gevecht heeft plaats ge
had. Een officier die daaraan deelnam,
trof ik in het brandende Leuven.
Hij beweerde met de grootste Stelligheid,
dat de Vijandelijke aanval zegevierend was
afgeslagen en door een overmacht ver
pletterd, hoewel drie divisies tegenover
hen Stonden, bestaande uit Engelsche troe
pen.
De bafeekenis van Japan's ingrijpen.
De militaire wedewerker van de „Ti
mes" wijst er op dat het aandeel van
'Ja,pa.n in den oorlog zal bestaan in de
eerste plaats in de verdrijving van de
Duitschers uit Kiao-tsjau, in de tweede
plaats in het schoonvegen der oostelijke
•zeeën van Duitsche kapers. „Dat is het
werk van een goed jen betrouwbaar vriend,
en wfe kunnen er zeker van zijto. dat dit
werk zal worden gedaan met alle gron
digheid en bekwaamheid die de militaire
actie van onzen bondgenoot kenmerken."
De „Petit Parisien" weet te vertellen,
dat de Japansche gezant te Rome de
mogelijkheid heeft doen uitkomen, dat
Japan ook in de krijgsverrichtingen in
Europa zou ingrijpen door de uitzending
van een eskader naai' de Adriatische Zee.
Of dit bericht echter juist is zal de toe
komst moeten leeren. In Engeland zelf
schijnt men een optreden in dezen geest
nog niet te verwachten.
Wat echter vooral een voordeel is van
Japan's ingrijjpen in het conflict zet de
medewerker van de „Times" uiteen. Het
belangrijkste resultaat van Japan's deelne
ming aan den oorlog tegen Duitschland
acht deze Engelsche schrijver, dat Rus
land nu in staat is de legercorpsen uit
Siberië, te gebruiken voor den dienst in
Europa. Rusland heeft, zegt hij, een kwart
mdllioen soldaten in Oost-Azië, Turkestan
niet medegerekend, en bijina al deze troe
pen zijn nu gemobiliseerd en worden naar
Polen gezonden.
Zoo brengt Rusland een reusachtige
macht in zijn westelijk gebied bijeen en
daar volk en vorst vastbesloten zijn te
winnen, mteent de medewerker van de
„Times" dat Rusland's actie een beslis-
senden invloed moet hebben op het eind
resultaat van den oorlog.
Het Duitsche veldtochtplan.
In de „Daily Chronicle" vinden wij
een erkenning van de misrekening der
bondgenooten ten aanzien van het Duit-
sch evteldtochtplan tegen Frankrijk. Uit
gaande van een officieuse mededeeling
in de Temps, dat het grootste deel van
het Fransche leger oorspronkelijk naar
de grenzen van Elzas-Lotharingen was
gezonden, omdat vandaar de groote aan
val verwacht werd, stelt de bizondere
correspondent der Daily Chronicle te Pa
rijs, G. H. Perris, de vraag, hoe het mo-
lijfc is, dat Frankrijk zijn noordergrens
betrekkelijk zoo- weinig beschermd kon
laten, 'en boe, ook na den inval van de.
Duitschers in iBelgië, (noch te Londen,
noch te Parijs «ten Duitsche' opmarsch naar
Frankrijk werd verwacht, zóó als thans
wordt volbracht. De schrijver wijst er
dan op dat de door 't Duitsche leger ge
kozen weg van Keulen over Aken en
Brussel door de Dender-vallei' blijkbaar
al lang tevoren was bepaald en dat dit
Prijs der Advertentiën:
15 regels 0.50, iedere regel meer 10 ct.
3-maal plaatsing wordt 2-rnaal berekend.
Bij abonnement voordeelige voorwaarden.
Familieberichten van 110 regels f 1.
iedere regel meer 10 ct.
veldtochtpïan in alle bizonderheden moet
zijn uitgewerkt geweest toen er nog nie
mand aan een oorlog dacht. De oorlog
is plotseling gekomen en met een schijn
baar onbeduidend voorwendsel begonnen.
Iedereen stond er verbluft van. Toch
hadden de Franschen als goede militai
ren vooruit moeten zien en, zoo zal men.
nu achteraf zeggen, moeten voorbereid)
zijn op hetgeen thans gebeurt. Dat zij
dit niet zijh, is slechts hieraan toe te
schrijven dat zij en met hen de En
gelschen nooit hadden kunnen denken
dat Duitschland er toe zou overgaan om1
België te vernietigen ter wille van zijn
veldtochtplan tegen Frankrijk. Men had)
ten hoogste op het schenden van. de
uiterste oostelijke grenzen van België ge
rekend, maar niemand kon verwacht
hebben dat Duitschland door de Weste
lijke vlakte van België heen zou trekken.
Het drama te Canne.
leder onzer heeft een gevoel van af
grijzen niet kunnen onderdrukken bij de
treurige feiten in Canne aan onze grens
voorgekomen, schrijft „De Maasbode".
Daar heeft een woeste bende de ijzeren
tucht van hef Duitsche leger met voeten
getreden, moord en doodslag begaan zon
der reden.
Men herinnert zich de feiten. Een mi
litaire fourageerwagen was omgevallen.
De brooden vielen over den weg. Onge
lukkig viel er ook een schot, dat doos-
een dronken soldaat gelost "Was, maar
aan de bevolking geweten werd. Als ra
zend hakten en schoten de soldaten, de
huizen binnendringend, er op: los, en de
notaris Dericks, daar vertoevende, en de
echtgenoote des burgemeesters werden de
eerste slachtoffers. De mare van deze
schrikkelijke feiten drong door tof over
de grens. De autoriteiten namen de daad
zaken op en onderzochten ze in loco,
hoorden d e getuigen, en stelden al deze
feiten op papier. Alles werd bevonden,
zooals de getuigen opgaven, de wagen
lag er nog, zelfs het brood, de vernielde
huizen toonden de sporen van het ruwe
optreden.
Daarna werd eene klacht ingediend bij
den bevelhebber te Aken, waarheen ook
de getuigen gingen. Na lezing doorzag
deze hooge militair de waarheid der aan
klacht, schreef onmiddellijk een kort be
vel en spoedig zaten allen, aanklager^
en getuigen, met officieren in militaire
auto's en met spoed ging het de euvel-
daders achterna, waarvan men direct wist,
dat zij bij .Tongeren waren. De compag
nie, die haar wagen miste, was de schul
dige compagnie. Werkelijk ontbrak bij'
ééne de wagen. De ter plaatse gevonden
equipementsstukken phsten bij de man
schappen. Toen begon het verhoor der
aangetreden compagnie. Eerst een hard
nekkig loochenen, maar de getuigen haal
den diegenen er uit, die in die schrik
kelijke uren hun zooveel angst en wee
dom bezorgd hadden. Het uur der wrake
was aangebroken. Langzamerhand werd
er met stukken en brokken bekend. De
feiten spraken luider dan de IogentaaJ.
Ten slotte werden 14 Pruisen uit het
verre Oosten op' zij .gezet in afwachting
van hun vonnis.
Nu kon geen macht of geweld hen be
schermen. Zij werden naar krijigsreoht
schuldig bevonden aan moord en plunde
ring en in het bijzijn der getuigen dood
geschoten. Dat was het einde van het
drama van Canne. De daders ontvingen
hun gerechte straf.
Belgisch nieuws.
De Belgische pers bevestigt thans de
inneming van de forten van Luik, alsook
het bericht, dat generaal Leman, de dap
pere verdediger dezer vesting, als krijgs
gevangene naar Maagdenburg is vervoerd.
Er wordt op dit oogenblik gevochten
rondom Mechelen. Bijzonderheden betref
fende de hiér geleverde: gevechten ont
breken echter. Mejn verwachtte, dat het
bij Mechelen tot een treffen met de Duit
schers zou komen, want onze troepeml
lansiers, jagers en artillerie waren geheel
op den strijd voorbereid.
Het Zwitsersche consulaat alhier be
vestigt nog eens de verklaring, dat Zwit
serland in dezen oorlog een strikte neu
traliteit zal blijven betrachten. i
In. Kortrijk en Gent en in het overige
West- en Oost-Vlaanderen was heden
ochtend alles rustig.
Wat door de Duitschers te Leuven met
de 77 gijteela.ars is gedaan, is tot op dit
oogenblik nog niet bekend.
Rector Ladeuze van de Leuvensche uni
versiteit zou zich onder (hen bevinden.
De oorlogsverklaring van Oostenrijk-Hon
garije aan België is eerst heden hier bekend
gemeakt, met het antwoord, dat de Belgische
regeering er op gegeven heeft.
De toestand te Brussel is kalm. De
bezetting der stad bedraagt thans nog
zesduizend man.