27:5 Vrijdag 21 Augustus 1914 28e Jaargan SC De Europeesche Oorlog. De verwoesting van Tongeren. Zuid-Beveiandsche Brieven. O. Uitgave van de N&amL Venn. LUCTOR ET EMERGO gevestigd te Goes. Hoofdbureau te Goes: LAKGE VORSTSTRAAT 218. Bureau te Middelburg: FERJWA F. P. DKUIJ L. BURG. Drukkers: Ccsterbsen Le Cointre Goes. VERSCHIJNT ELKEN WERKDAG. Abonnementsprijs Per 3 maanden fr. p. post Losse nummers ƒ1.25 0.05 Prijs der Advertentiën 15 regels ƒ0.50, iedere regel meer 10 ct. 3-maal plaatsing wordt 2-maal berekend. Bij abonnement voordeelige voorwaarden. Familieberichten van 110 regels ƒ1. iedere regel meer 10 ct. Turf in je ransel. Nu onze miliciens van het 11c eenigen tijd in Den Haag gelegen hebben, en daar den grenadiersmarsch met bovengenoem de» titel hebben gehoord, zij nog eens herinnerd dat deze marsch indertijd door een Russische grootvorstin (men weet dat het Wurterntoërgsche vorstenhuis met het Russische Huis Romanow verwant is) in Wurtemherg is „geïntroduceerd" gewor den. Ook Prinses Sophie van Wurtemherg nam er natuurlijk kennis van, en toen deze de verloofde van Kroonprins Willem, later Willem III, Koning der Nederlanden, was geworden, was het aan haar te dan ken, dat de marsch, die ten onzent zoo populair geworden is, naar Nederland werd overgebracht. De marsch behoort onder anderen ook tot de muziek, welke de Fransche troe pen gewoon zijn te spelen. Alleen de woor den verschillen natuurlijk. Geen uitstel. In sommige gemeenten wil men de Unie- collecte uitstellen. Dit wordt door den secretaris van de Unie, den heer R. Derksen te Zeist, ont raden. Gaarne sluiten wij ons bij zijn advies aan. Wanneer wij uitstellen, bijvoorbeeld voor zes maanden of korter, dan beloopt men toch de kans dat de collecte minder opbrengt; en stellen wij nog' langer jut dan bederven wij het weer voor de vol gende Unie collecte. De menschen gaan dan allicht zeggen dat we pas geweest zijn of dat ze al betaald hebben. Ook is er gevaar, dat uitstel afstel wordt. Dat, wanneer het zoo laat in 'het jaar gaat worden, de 'locale comité's be sluiten de collecte maar heefemaal niet meer te houden. Zulks tot schade van de plaatselijke vrije school en voor de Unie. Het beste is, n u de collecte te doen doorgaan. Hef meerendeel der geefsters en gevers zullen om de tijdsomstandighe den 'him gift wel niet of althans niet be langrijk verminderen. Doorgaan, in 't geloof dat de Heer© God ook nu harten en handen zal ope nen voor ons Chr. onderwijs in 't be lang van de kinderen onzes volks. Dit komt ons voor de weg te <zijh. Het verhaal van ooggetuigen. Fen onzer redacteuren, in Noord-Bra bant zijnde met het oog op de talrijke Belgische vluchtelingen, die naar ons land trekken, om het veege lijf in veiligheid te brengen, beroofd als ze zijn van huis, have en goed, 'had gisteravond een on derhoud met een gezin uitt Tongeren. Na dwaaltochten per fiets langs de Hol- landsch-Belgjsche grens in gezelschap; van enkele Zuid-Bevelandsche heeren, kwam hij des avonds te half tien uur op' het station te Breda aan. Over de reiserva ringen morgen meer. Het verhaal van de Verwoesting van Tongeren, op'getee- kend uit den mond van ingezetenen, is echter te belangwekkend en te actueel, dan dat we de plaatsing er van zouden uitstellen. 'Op het station trof ik dan aan een oude dame, haar dochter met twee kin deren, .misschien resp. vier en ander half jaar oud, en haar zoon, een twin tigjarigen jongeman. Een tneurigen aan blik bood deze vluchtende groep, niet zoozeer gehukt onder armoede, als wel onder den invloed van de ontzettende gebeurtenissen van de laatste dagen. Daar zaten de rampzalige lieden. De vertwijfeling sprak uit hun gelaat. Ner veus lachend deden zij hun vreeselijke verhalen. Het oudste jongetje drukte zich tegen z'n grootmoeder aan, bang van de Hollandsche soldaten, die om hen ge schaard stonden, met innig medelijden vervuld op het hooren van hun ontzet tende ervaringen. De kleine had een al te droeve herinnering bewaard aan den soldatenrok. Laten wij de jonge vrouw aan liet woord „In Tongeren waren sedert verschei dene dagen vele Duitschers doorgetrok ken, zonder dat er ongeregeldheden wa ren voorgevallen. De inwoners Ijleven kalm en ook de Duitsche militairen be itoonden zich een voorbeeld van welwil lendheid. Bij proclamatie van den Com mandant was aangekondigd, dat alle wa pens seffens moesten worden ingeleverd ten stadhuize. Wij hadden nog een oude karabijn, een verroest en gansch on bruikbaar ding, en leverden het wapen natuurlijk dadelijk in. We waren bang, dat de soldaten het later mochten vin den, en ons daarvoor mochten straf fen". „Ja, vertelde de jongeman, ik had al een Duitsche pas, om de dorpen in den omtrek te mogen bezoeken". „Dinsdagochtend was het uit met de rust. Plotseling' verscheen een achttal uh- lanen, weldra gevolgd door enkele of ficieren van zeer hoogen rang, in een zeer schoone auto. Ze reden snel de stad in, om temidden van de Duitsche troepen stil te houden. Op een soort cornet werd toen een airtje gespeeld en juist toen het uit was, begon een vreeselijke schietpartij. Hon derden schoten werden gelost. Men schoot maar in het wilde weg. Vervolgens wer den kle bewoners uit hun huizen gehaald. Ook hij ons helden een paar soldaten aan. „.Bald heraus", brulden zij en zetten mijn broer de revolver op de borst. „Han den hoch" klonk het en hij moest met de handen omhoog in de kamer blijven staan. Ik wilde m'n kinderen, die nog te bed lagen, kousjes en schoentjes aandoen, doch men maande tot spoed, onder be dreiging ons anders 'te zullen doodschie ten. M'n man, hij is leeraar aan het Atheneum, was kort te voren naar een café gegaan. Hij had slechts twee francs op zak. Ik heb niets meer van hem gehoord. Ook m'n oudste kind, 'twas pas 10 jaar, ben ik in de Verwarring kwijt geraakt, en zie ik wellicht nooit weer. Ik zeide den soldaten, dat ik toch niet al m'n kinderen kon dragen. M'n broer nam toen een der kinderen op den arm. De andere hand moest hij omhoog houden. Zoo werden we naar huiten gedreven. „Handen hoch" klonk het wederom en zoo hebben we van half negen tot half elf met de handen omhoog in de straat tegen een muur gestaan. We hoorden, dat de deken van de stad niet meer in bet land der levenden was. „Du bist ein Schweinhund" hadden de Duitsche soldaten gezegd en zonder pardon was hij neergeschoten. We Vernamen, dat de stad ontruimd moest worden, omdat, naar men be weerde, Vanuit de huizen op de soldaten geschoten zou zijn. "tls zeker niet waar, zeide ons 'de vrouw, doch plrotesteeren mocht ni^t hel pen. Hier en daar werden enkele mannen uitgezocht onder beschuldiging van te heb ben geschoten. Kort daarna zijn zij ge fusilleerd. Met een groot gezelschap' werden we toen voortgedreven, aan beide zijden be waakt door soldaten. In de richting Maastricht ging het. Toen we buiten de stad gekomen wa ren mochten we even omkijken. Welk een vreeselijk schouwspelOp vier plaat sen was onze ^tad in brand gestoken. De vlammen sloegen hoog op uit de da ken. Nooit zal ik dit vergeten.'1) Toen we anderhalf uur geloopen had den, werden we aan ons lot overgelaten. Daar stond een groote militaire wagen. Dat is een kanon, zeide men ons, en nu zullen we straks op jullie gaan schie ten. Scheer je weg! We waren geheel Verzoend met de ge dachte aan den dood, en gaarne wilden we samen sterven. Er was echter geen kanon, en we moes ten loopen, almaar loopen! Nu geluk kig niet meer met de handen omhoog. M'n oude moeder kon vroeger haast niet loopen. Alleen naar de kerk aan den overkant van onze straat, doch nu is ze meegeloopën, uren ver. Ja, nu kon ik wèl, zeide de hoog bejaarde wouw. Het moest nu! Eindelijk kwamen we te Maastricht aan. Gelukkig we hadden er nog een vriendin wonen, daar zijn we nu een paar nachten geweest. Maastricht, Vertelde ons de jongeman, is vol vluchtelingen. De stad kan ze op- mogelijk bergen, zoodat ze naar de om liggende plaatsjes gebracht moesten wor den. Hoe de behandeling er is? O, ze is admirabel. De menschen zijn allen zoo goed voor ons. Nu gaan we naai' Brugge, waar m'n zuster woonde. Waar zij zich thans bevindt weten we niet. Haar man was onder dienst, bij de garde civique (burgerwacht). Hij had z'n geld bij zich, zoodat m'n zuster mis schien rondzwerft zonder eenig geld. Nu, zeiden we, in Brugge is het wel veilig. Ja, antwoordde de Vrouw op- droeven toon, in Tongeren heette het ook veilig. We dachten, dat de Duitschers geci viliseerde lieden waren". Ook het kostbare kabinet van Romeinsche oudheden van den heer Huibrechts, opzichter Tan weg en werken, verbrand, volgens de N. R. C. Zoo eindigde ons onderhoud. De vluch telingen zouden per trein naar Vlissingen gaan, om den volgenden morgen de Schel de over te steken en per tram naar Brug ge te gaan, naar veiliger haven. Weet ging er een week voorhij. En het was een goede week. De korenoogst is geheel of bijna geheel af geloopen. Voor al het laatste kwam goed en droog bin nen. Hier en daar werd zelfs al heel wat gedorscht en straks eten we brood van het nieuwe koren. Voor Zuid-Beveland is er overvloed, zoodat er voor de groote steden nog wel wat over is. Be regeering zorgde, dat er voor de armen geen al te zware tijd kan aan breken en stelde van vele artikelen de prijzen vast. De militaire overheid ging daarin voor en zo'o 'kan er' wat worden verdiend en kunnen toch niet enkelen zich verrijken ten koste van de massa. Of de regeering niet de macht heeft om ook de rente van geleend geld te bepalen, weet ik niet. Maar m.i. was dit evenzeer noodig als van de prijzen der waren. Eenerzijds zou men zeggen, dat al het geld vast ligt in buitenlandsche effec ten, want e'r is niet aan het noodigfe geld 'fte komen, maar anderzijds krijgt men den indruk: er moet. toch nog al wat zijn, want andere zou het tegen 8 pet. en hooger niet te leenen wezen. Van een enkelen kassier op Zuid-Beve land hoorden we, dat door hem dadelijk alle aanvragen werden voldaan. Of hij toen nog tegen hooge rente geld kon uitgeven, valt te betwijfelen, maar zijn zaak zal het vertrouwen hebben van ve len. Als iemand om zijn eigen geld bij' den kassier komt, is het zeker zeer onbeschei den om te vragen, waarvoor hij het noo dig beeft. Als hij er ook een 10 of 12 procent van trekken kon door het van de bank te nemen, zo dat voor hem toch geen kwaad zijn, als het door an deren mag gedaan worden. Dat velen, die van hun rente moeten le ven, nu in de moeite zitten valt te begrij pen. Alles kan echter best terecht komen. Niemand heeft b.v. in den oorlog tusschen Japan en Rusland een cent van zijn Rus sische coupons te kort gehad. Maar nu kan uit den aard der zaak geen goud uit de oorlogvoerende landen naar Amster dam gezonden worden en moet de uitbe taling der .coupons wel tijdelijk door de kassiers en effectenhandelaars gestaakt worden. Wie echter naar het woord der Schrift heeft gehandeld, heeft zijn geld niet al leen in buitenlandsche effecten belegd. Prediker 11'2 zegt toch„Geef een deel pan zeven, ja, ook aan acht, want gij! weet niet, wat kwaad op de aarde wezen zal." De Christen-rentenier zal zich dus wel licht wat moeten bekrimpen, maar houdt nog velerlei inkomsten over. Er is in de laatste dagen van verschil lende zijden al zooveel raad gegeven, dat het zeker alles beter gaan zal in de volgende dagen, als ten minste al de goede raad wordt opgevolgd en e e n ieder het leere betrachten, zijn naaste lief te hebben als zich zeiven. Ik lees van vele plaatsen nog van bid stonden, van geregelde bidstonden zélfs, maar van Zuid-Beveland niet meer. De nood is nog groot; laat men dan ook hier in het bidden niet vertragen. De Duitschers voor Antwerpen? De oorlogscorrespondent van de ^Maas bode" seinde gisteravond aan zijn blad: Heden heb ik geprobeerd om per tram van de Nederlandsche grens via Beren- drecht en Stabroek in Antwerpen te ko men. De tram reed echter niet verder dan Ossendrecht. (grens). Te voet heb ik toen een tocht gemaakt tot Berendrecht tot midden in den forten- gordel van Antwerpen. Rondom Antwerpen waren overal ver sperringen aangebracht. Er waren hoornen neergeveld en over de wegen gelegd, terwijl daartusschen prikkeldraad was aangebracht. In Stabroek en Capelle waren verschil lende huizen, die het uitzicht belemmer den, tegen den grond gehaald. In de nabijheid van de forten is men met koortsachtigere ijver bezig nog ver sterkingen op te werpen. ALGEMEEN IS MEN VAN MEENING, DAT DE DUITSCHERS SPOEDIG VOOR ANTWERPEN ZULLEN STAAN. Verschillende boeren en burgers uit de omliggende Belgische dorpen maken reeds aanstalten om te vertrekken, of wel naar familie in Nederland, of wel naar Ant werpen. j Antwerpen is vanaf hedenmiddag ge sloten. Naar men zegt, mag niemand de stad verlaten. Alles duidt er op, dat de Duitschers in de stad verwacht worden. DE BELGEN HEBBEN TUSSCHEN LEUVEN EN DIEST* DEN SLAG VER LOREN. i Met ieen kolossale overmacht hebben de Duitschers door de Kempen een om trekkende beweging gemaakt en den op- marsch ten Zuiden van Turnhout gefor ceerd. Het Belgische leger, dat zich tot dan toe dapper verdedigd had, moest wil de het niet ingesloten worden terug trekken, na een verschrikkelijken slag, WAARBIJ DUIZENDEN BELGEN EN DUITSCHERS SCHIJNEN GEVALLEN TE Z.JIN. IN ANTWERPEN ZIJN HEDENNQHT VOLLE TREINEN MET GESNEUVEL DEN EN GEWONDEN AANKOMEN. Toen het Belgische leger voor de tac tiek der Duitschers en hunne overmacht moest terugtrekken BEZETTEN DE DUIT SCHERS DIEST EN LEUVEN EN LAG BRUSSEL OPEN. Men zegt in Brussel dat de Belgische ministers en staatsministers besloten heb ben hedennacht om 1 uur 'het hoofdkwar tier naar Mechelen en vervolgens naar Antwerpen te verleggen en HET VELD LEGER TE DOEN TERUGTREKKEN BINNEN DE VESTINGLINIE VAN ANT WERPEN. Het heele Belgische leger, behalve de troepen bij1 Dinant, trekt zich binnen de linie van Antwerpen terug. Deze schikking stemt overeen met de verdedigingsplannen die sedert 1859 zijln opgemaakt. Van uit Antwerpen hoopt nu het Bel gische leger eventueel hulp te verleenen] aan de Engelsche en Fransche legers. .Waar die legers zich thans bevinden is niet bekend. In België is (men |ten zeerste verontwaar digd over bet uitblijven van de hulp dei' Franschen en Engelschen, DIE BEL GIË, ZOO ZEGT MEN, SMADELIJK IN DEN STEEK HEBBEN GELATEN. MEN IS VAN MEENING, DAT DE FRANSCHEN HET BELGISCHE LEGER WILLEN OP OFFEREN OM DE DUITSCHERS ZOO LANG MOGELIJK TEGEN TE HOUDEN. De strijd bij 'Leuven (moet verschrikkelijk geweest zijn. Men yertelt, dat de ver liezen der Duitschers en Belgen ontzet tend zijn. Naar men zegt, zijn niet min der dan 10.000 gewonden in Antwerpen aangebracht. De aftocht van het Belgische leger naar Antwerpen verliep normaal. Aan de Maaslinie. De bladen deelen een paar treffende episodes mee uit de eerste dagen van den strijd aan de 'Maaslinie. Toen de tegenstand te Luik lang ge noeg geduurd had en de concentratie van het Belgische veldleger voltooid was, trok de derde idivisie uit de stelling"Luik terug. Voor de dekking van die beweging was o. a. een sterke cavalerie-afdeeling aange wezen. Daar dit regiment een uiterst ge vaarlijke stelling moest innemen en zich zelf beschouwde als een verloren post, besloot de kolonel de standaard te ver branden. Het was een oogenblik van diepe ontroering al die mannen, gereed den dood in te gaan, afscheid nemend van dit symbool, dat zij niet in 's vijands handen wilden laten vallen bij hun laat ste rit. Een ander cavalerie regiment staat er- [gens opgesteld, gereed ten aanval te rijden. Plotseling komt een ruiter aanrennen bij zijn nadering herkent men de blau we en roode uitmonstering. Het is een Fransch dragonder, de eerste soldaat van de verbonden troepen, dien het regiment te zien krijgt. En spontaan juichen de Belgische ruiters den Franschen wapen broeder toe. De dragonder galoppeert naar den kolonel en overhandigt hem een be richt. Terwijl de officier leest, stijgt de Franschman af en stelt zich zwijgend op naast zijn paard. Dan stijgt ook de Belgische kolonel af, stapt op den dra gonder toe en drukt hem met warmte de hand het volgend oogenblik wor den de gelederen verbroken en de rui tere verdringen zich om het voorbeeld van hun chef te volgen. De Koningin te Antwerpen. De „Nieuwe Gazet" schrijft: De koningin en haar kinderen zijn bin nen onze muren: Zij zijn welkom in de Scheldestad. Antwerpen kan in vredestijd wel eens gedacht hebben aan de gevaren van zijn positie als laatste bolwerk der Belgische Onafhankelijkheid. Op dit oogenblik nu het gevaar er werkelijk is, nu denkt het maar alleen meer aan de eer, die aan het gevaar verbonden is. De Koning staat aan het hoofd van de troepen en deelt, als de eerste soldaat de beste, in al de verschrikkingen en de ontberingen van het oorlogsveld. Hij vertrouwt aan Antwerpen thans het liefste toe wat hij bezit: zijn vrouw, die door onze gewonde soldaten als een heilige wordt vereerd en zijn kinderen kan ge rust zijn: Zij zijn veilig in ons midden. Heel Antwerpen betrekt de wacht rond om hen, het paleis op de Meir, zooals het er nu staat, met zijn ramen gloeiend van licht, is als het hart van Antwer pen geworden, waarin al het bloed der Scheldestad warm en bruisend te zamen stroomt. Het gevaar is er, maar de nood nog niet. Nog in verre niet. Maai-, moest ooit de nood aan den man komen ook de hóógste nood dan zullen, met hun geëerbiedigde vorstin in hun midden, de Antwerpenaren tot den laatsten man en de laatste vrouw zich het vertrouwen van de natie waardig toonen. De stelling van Antwerpen. Uit, de weinige berichten, welke de Bel gische bladen daaromtrent bevatten, blijkt, dat met groote kracht gewerkt wordt, om de belangrijke stelling van Antwerpen zoo krachtig mogelijk te maken. Deze stelling, die een omtrek heeft van 105 K.M. geldt voor de sterkste van Euro pa. De laatste jaren heeft het parlement groote bedragen toegestaan voor de mo derniseering van de vesting. Een gedeelte der werken kan gedekt worden door inun daties. Van groot belang is natuurlijk de toevoer van levensmiddelen enz. langs de Schelde. De militaire autoriteiten hebben aan de bevolking bekend gemaakt, dat de stel ling Antwerpen thans zoo is toegerust, dat zij een langdurig beleg kan doorstaan. De Antwerpsche bladen stellen de bur gerij gerust door te herinneren aan de schitterende belegering van Antwerpen in de zestiende eeuw. De Duitschers in Brussel. Men schrijft dd. 20 Augustus aan „de Maasbode" „Het is t.hans een voldongen feit. De Duitschers zijn in Brussel I Hedenmor gen elf uur kwamen de eerste troepen ca valerie bij de Leuvensche poort de stad binnen. De burgemeester was de Duitsche troepen tegemoet gegaan. Het was een pijnlijk oogenblik, toen bij hun aankomst de witte vlag omhoog werd gehouden, ten teeken, dat bescherming der stad ge vraagd werd. Toen de Duitsche troepen waren gena derd, trad de commandeeren.de officier naar voren, die zich met den burgemeester op vriendelijke wijze onderhield. De of ficier gaf de absolute verzekering, dat de stad geen leed zou geschieden, in dien de inwoners niet tot vijandelijkheden overgingen. Wel stonden de Duitschers daar als overwinnaars en deden alsof zij heer en meester over België waren, nu zij de hoofdstad waren binnengetrokken, doch het is niet onmogelijk, dat zij bedrogen uitkomen. Immers, de terugtocht van de Belgen geschiedde slechts op hooger hevel. 'Men besloot slechts hiertoe uit stra tegische doeleinden. Nu de Belgen zich meer met de Franschen en Engelschen concentreeren, zullen zij versterkte posi ties gaan innemen, waartegen de Duit schers wel hun hoofd kunnen stooten. Reeds ging het gerucht, dat de Franschen en Engelschen bij Leuven met de Duit schers slaags waren geraakt, doch geen bevestiging kwam hiervan in. De Belgische generale staf heeft zich naai1 Mechelen teruggetrokken, waar zich ook de koning bevindt. Het is zeker, dat toen de Duitschers gisteren Leuven be zetten, zij direct zwaar geschut in het veld brachten en vast besloten schenen de stad te bombardeeren. De Belgen besloten hunne stellingen prijs te geven. De achterhoede bleef te Leuven om den aftocht te dekken en geraakte Slaags met Duitsche voorposten, waarbij bloedige gevechten ontstonden. Men scheen gistermiddag zelfs tot het prijsgeven van Brussel te hebben beslo ten. Men kon dit tusschen de regels van het officieele communiqué doorlezen. Gisteravond kreeg de burgerwacht bevel de wapens in de leveren. Alle barrica den, die om de stad waren opgeworpen, zijn opgeruimd. Officieren van de burger wacht werden naar Gent gezonden, en hoewel allen woedend waren, gehoorzaam,- den zij aan het" bevel. Officiëele Engelsche inlichtingen. Van officieele Engelsche zijde wordt het volgende overzicht verstrekt van den toe stand ter zee.

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1914 | | pagina 1