Binnenland. Zuid-Bevelandsche Brieven. Uit de Pers. der stad. De villa's rond de stad zijn gesloopt. De groote winkels op de boule vards zijn gesloten en het havenbedrijf ligt stil. Duizenden hebben zich als vrij willigers aangeboden en het stadsbestuur zorgt voor de achtergebleven betrekkin gen. De uitgewezen Duitschers werden per trein naar Esschen vervoerd en moesten vandaar per wagen of te voet naar Ro- zendaal. De stemming in Elzas- i Lotharingen. Het stijgend vertrouwen te Metz in de veiligheid der in de spaarbanken inge legde geldsommen en in de strijdvaardig heid van het leger Wijkt uit het toene men der inleggingen in Spaarbanken: de beide laatste dagen alleen werd er voor 110.000 Mark ingebracht. De „Metzer Zeitung" zegt, dat er een voortreffelijke .stemming van plicht en trou,w heerscht onder de oude inheemsche reservisten en landweermannen in Lotha ringen: deze zekerheid had zij gekregen op1 gTond van verschillende informaties. De Belgische bladen wijzen er met trots op, dat door critici indertijd is be Weerd, dat de stelling Luik niet langer dan 24 uur stand zou houden en dat zij nu drie dagen heeft stand gehouden. Wan neer echter de voorpostenschermutselin- gen zijn overgegaan in een ernstigen aan val, in hoeverre dus deze berekening juist is, kunnen wij niet beoordeelen. De Duitsche militaire schrijver Gene raal von Sauer, heeft onlangs een ver metele theorie ontwikkeld over de snelle Vermeestering van forten. Den plotselin- gen aanval predikt hij, plotseling, maar voortgezet, een aanval die dag en nacht duurt, een zondvloed van aanvallers moet de vesting verzwelgen. Steeds moet de aanval worden hervat om in korten tijd de bezetting uit te putten. Deze methode eischt buitengewoon veel slachtoffers, maar dat weegt volgens Sauer niet op tegen het verlies aan tijd, dat een geregeld beleg met zich brengt. Uit de berichten zou men zeggen, dat de Duitschers tegen Luik inderdaad de bovenbeschreven methode niet zonder suc ces hebben gevolgd. De Japanneezen hebben indertijd deze methode ook in toepassing gebracht te gen een van de forten van Port-Arthur en verloren daardoor bijna een heele di visie. -Het gevecht bij Luik. Het twaalfde en negentiende regiment der Belgen is geheel weggevaagd. Tach tig Belgische lanciers versloegen driehon derd Duitsche huzaren. Men kon echter niet verhinderen, dat de Duitschers de stad binnentrokken. Nog eenmaal werden ze afgeslagen doch daarna drongen ze Luik binnen. De politie spoorde intusschen de opge wonden bevolking tot absolute kalmte aan. De Duitschers bezetten daarna de open bare gebouwen. Het overige deel der Duitsche troepen macht trok in Zuidelijke richting de aan rukkende Franschen tegemoet. IN DE BUURT VAN LEUVEN MOE TEN 80.000 FRANSCHEN GELEGERD ZIJN. De Belgische bezetting der stad heeft zich teruggetrokken De commandant der vesting weigerde de citadel aan ,de Duitschers over te ge ven, zooals de burgers eischten. STAPELS LIJKEN WERDEN OP KAR REN UIT DE STAD VERVOERD. De aanblik ris ontzettend. Geweldig groot is het aantal Duitschers dat bij de belegering der stad is gedood. DE FORTEN BLIJVEN ZONDER OP HOUDEN VOORTSCHIETEN. Donderdag werd gedurende de beschie ting een wapenstilstand van drie uren toegestaan, namelijk van 3 uur 's middags tot 6 urn- 's avonds. Daarna werd de strijd met hernieuwden moed hervat. De inwoners van Luik verscholen zich vol ontsteltenis in de kelders hunner hui zen. Alle ruiten der huizen zijn in stukken gesprongen. De Rue Régence is voor het grootste deel vernield. DE BURGEMEESTER VAN LUIK HEEFT AAN KONING ALBERT VER ZOCHT, DAT DE CITADEL ZJCH ZAL OVERGEVEN OM DE STAD TE SPAREN. W el kom. Dr. Kuyper is eergisterenavond uit Mün- chen te 's Gravenhage in welstand te ruggekeerd. Briefwisseling met Duitsch- land. Naar ons is medegedeeld, kunnen zij, die met Duitschland correspondentie yoe- ren, alleen op ontvangst van him schrij ven rekenen, als zij in de Duitsche taal gestelde briefkaarten verzenden. Voor de briefwisseling uit Duitschland met ons land geldt hetzelfde. Amerikaansohe reizigers. Op aanvraag van den Amerikaanschen gezant in Den Haag komt daar ter stede een Amerikaansch schip met 2i/2 miljoen dollar aan goud om Amerikaansche rei zigers te steunen bij hun terugkeer naar hun vaderland. Heden vaart van Rotterdam een boot ivoor Engelscihe en Amerikaansche passa giers naar Harwich. De Amerikaansche reizigers worden in de Engelscihe havens niet als vreemdelingen beschouwd. De S. D. A. P. en de internatio nale toestand. „Het Volk" van gisteravond bevat aan het hoofd van het eerste blad de vol gende mededeeling: Het partijbestuur vergaderde gisteren avond met de redactie van „Het Volk" ter beraadslaging over den internationa len toestand. Uitvoerige besprekingen veer den gehouden mede naar aanleiding van het. aTtikelHolland's positie, in „Het Volk" van Woensdagavond. Hoewel waar- deerend de wijze, waarop overigens in deze buitengewone moeilijke omstandig heden ons partij-orgaan wordt geredigeerd, verklaarde, in aansluiting met de ver klaring gisteren door Troelstra namens de Kamerfractie gegeven, het partijbestuur zich zoo goed als eenstemmig tegen de slotbeschouwing van bedoeld artikel en voor de handhaving zonder meer van Nederland's strikte neutraliteit om de door het internationaal kapitalisme aangestich- ten oorlog buiten onze grenzen te hou den. Het bleek trouwens, dat ook een be langrijk deel van de redactie het niet met het artikel eens was, terwijl de schrij ver zelf verklaarde, dat. zijn beschou wing volstrekt met de strekking had om aan te sporen het standpunt van de neu traliteit te verlaten. Onze onzijdigheid. Wij hebben, zegt de „N. R. Ct.", reeds een 'misverstand opgehelderd, dat in Bel gië is ontstaan door het bericht uit Maas tricht, dat 5000 vluchtende Duitschers daar door waren getrokken en, van eten voorzien, naar Aken waren doorgezonden. Men schijnt in België gedacht te hebben, dat dat Duitsche soldaten waren. Geheel ten onrechte natuurlijk; het waren mon- combattanten, vermoedelijk Duitsche of Duitsch sprekende inwoners van België. Al wie er van de Duitsche gewapende macht over onze grens komt, wordt ge vangen genomen en ontwapend ge lijk reeds geschied is en zoo gaat het met al wie er behoort tot de gewa pende macht Van welke andere oorlog voerende partij ook en ons onzijdig grond gebied betreedt. De onzijdigheid legt ons daartoe den onafwijsbaren en trouwens algemeen erkenden plicht op. Tot ons leedwezen vernemen wij, dat er in België, maar dan toch zeker niet in verantwoordelijke kringen, aan getwij feld wordt of wij tegenover de Duitsche troepen, die zich in de nabijheid van onze grens op Belgisch gebied bevinden, dien plicht wel ten volle nakomen. Een volstrekt ongegronde twijfel natuurlijk. Wat ook onze gevoelens mogen zijn in dezen vreeselijkën oorlog, de neutra liteit die wig -moeten handhaven en bo vendien het hoogste landsbelang dwin gen ons, daaraan geen uiting te geven en ons te bepalen tot verdediging van onze grenzen tegen welke schending ook. Voor de vastberadenheid, waarmede de Belgen zich tegen de schending van hun grondgebied verweren, hebben wij, het spreekt van zelf, eerbied. Beschrijving Zilverbons. Wettig betaalmiddel. Serie Koninkrijk der Nederlanden Zilverbon. Een gulden. Groot Twee en een halve gulden. Vijf gulden, wordt ter betaling aangenomen door de Nederlandsche Bank en aan alle Rijks kantoren. v Inwisselbaar in zilver na aankondiging. 1914, De Minister van Financiën. Geregistreerd De Agent van het Ministerie van Fi nanciën. i Het namaken of vervalschen van zil verbons met het oogmerk om die als echt en onvervalscht pit te geven of te doen uitgeven, wordt gestraft met gevan genisstraf van ten hoogste negen jaren. Gemeentel ij ke geldbiljetten. De gemeenteraad van Amsterdam heeft besloten tot de instelling van gemeente lijke wisselkantoren en de uitgifte van biljetten van f 1 en f 2.50, gedekt door de gemeente. B. en W. van Rotterdam hebben hier toe, voor het geval de regeeringsmaat- regelen geen tijdige uitkomst geven, even eens maatregelen genomen. De economische zwarigheden. De eergisteravond in Den Haag gehou den conferentie van het departement van Landbouw, waaraan deelnamen de Mi nisters van Landbouw en van Justitie, de Presidenten van de Nederlandsche Bank en van de Ned. Handelmaatschappij, van de verschillende Effectenvereenigin- gen, talrijke kooplieden, industrieelen en vertegenwoordigers van den middenstand, duurde tot laat in den avond. Het doel en de werking van het Ban kiers-Consortium werden nog eens uit voerig uiteengezet. Men kwam tot overeenstemming ten aanzien van den middenstand, voorname lijk vertegenwoordigd door den heer J. S. Meuwsen. Besloten werd te trachten coö peratieve vereenigingen te stichten, die voor crediet bij het Bankiers-Consortium in aanmerking zouden kunnen komen. De heer Van Aalst verklaarde zich ten slotte bereid, zijn hulp daartoe te ver kenen. Vrijwilligers. In verband met den grooten toeloop van adspirant-vrijwilligers voor den mili tairen dienst is de maatregel tot het voor onbepaalden tijd aannemen van personen van 17 tot 50 jarigen leeftijd, tot nader order buiten werking gesteld. Treffend Koninklijk voorbeeld. Naai- de „Rotterdammer" uit zeer ver trouwbare bron verneemt, stapte H. M. de Koningin Donderdag te Scheveningen uit haar Koninklijk rijtuig. Ze Sprak eenige vrouwtjes aan, die op de straat stonden. Eén klopte zij op den schouder en vroeg haar of zij ook een zoon onder de wa pens had. Op het bevestigend antwoord zeide H. M.„Bid dan maar veel voor hem, ik bid dezer dagen ook veel voor mijn volk De Landstorm? Wie zijn de Landstormplichtigen? Zij zullen na de Landweer en de lich tingen Van '14 en '15 aan de beurt komen, om het vaderland te yerdedigen. Op dit «ogenblik behooren tot den landstorm in het algemeen gezegd alleen de personen, geboren in a. het jaar 1878, die tot 1 Aug. 1913 bij de landweer hebben gediend; b. het jaar 1885, die bij de bereden korpsen hebben gediend en op 1 Aug. 1913 Wegens geëindigden diensttijd uit den dienst bij de militie zijn ontslagen; c. het jaar 1888, die bij de zeemilitie hebben gediend en op 1 Aug. 1913 wegens geëindigden diensttijd uit den dienst bij de zeemilitie zijn ontslagen; d. fret jaar 1894, die na 23 Mei 1913 van den dienst bij de (militie zijn vrij gesteld, hetzij wegens broederdienst, hetzij wegens aanwezigheid van in hetzelfde jaar geboren broeders of half broeders, hetzij tijdelijk of voorgoed we gens kostwinnerschap of wegens het verkeeren in een bijzonder geval, alsmede zij, tiie in 1913 aan de loting van de mi litie hebben deelgenomen en niet zijni aangewezen om daarbij te worden inge lijfd. De onder de bedoelde personen worden, zoo zij voor den dienst onge schikt zijn, terstond ontslagen. Van de personen, genoemd onder a, b en c, kan zoowel gewapende als on gewapende dienst worden gevorderd van die, vermeld onder d, alleen ongewapen de dienst. S. S. en N. C. S. Thans worden weer ijl- en vrachtgoede ren, zoomede levende dieren, yoor zoo ver wagens beschikbaar zijn, in binrnen- landsch verkeer ten vervoer aangenomen. Lang is het geleden sedert ik mijn vorigen brief schreef. Men maakt vaak plannen, maar vol voert ze niet, of ook: men houdt niet vol. Veel is in den tijd, die tusschen den vorigen brief en dezen verliep, gebeurd, veel veranderd maar de briefschrijver leeft nog en is, naar hij meent, dezelf de gebleven. Toentertijd bestond het vrijzinnig- democratisch orgaan „De Zeeuw- sche Courant" en dit blad wou graag met mij aan den strijd, maar strijdvoe- ren was mijn doel niet, en is het nog niet, daar het niet ligt op den weg van een briefschrijver. Gaarne wil ik later op een en ander uit vroegere brieven terugkomen, zoo de Heere wil en wij leven; maar nu niet. Er is maar één ding, waarover men denkt en spreekt en dat isHoe zal het ons land gaan in deze dagen van oor log rondom? Als we zien, hoe plotseling de oorlog in Europa uitbrak, dan mogen wc ons wel eens bepalen bij wat Jakobus zegt in hoofdstuk 41315. Allerlei plannen mogen we maken f maar dan ook alleen in de vreeze des Heeren, naar den regel in Zijn Woord ons aangewezen. Als we ons oor te luisteren leggeni bij dat Woord, dan zullen we nu ook weinig verschrikt zijn, want daar wor den ons de oorlogen aangekondigd. Tot heden zitten wh hier op Zuid-Be veland betrekkelijk zeer rustig. Wel werd in het Zuiden een klein stuk verklaard in oorlogstoestand te verkeeren, maar yre hebben geen groote garnizoensplaatsen- met kazernes, we liggen vrij tusschen de andere deelen van Zeeland in. Onze rust wordt 's nachts alleen wat gestoord door bet vredig doorsnorren der mailtrednen en het scherpe gefluit der stoombooten, maar daar wennen we zoo aan, dat ons nu, in den laatsten tijd, de stilte doet opschrikken en we ons gaan verbeelden allerlei nare geluiden te hooren en daar bovenuit een hevig kanongebulder. Het doet het vaderlandsche hart goed te zien, hoe op den eersten oproep onzer Koningin de jongeling, ouders, vrienden, verloofden, liruid zelfs, verbet om dade lijk zijn garnizoensplaats op te zoeken; hoe de echtgenoot vrouw en kroost in 's Heeren hoede aanbeval en uittrok naar de plaats in zijn zakboekje aangegeven, zonder verder te weten, waar hrj binnen 24 uren wezen zou. De 31e Juli '14 is een onvergetelijke dag in onze geschiedenis, onvergetelijk om de eenheid en .gehoorzaamheid, die hij zien deed. Zoo gaarne had ik gezien, dat dien 3 listen Juli 's avonds alle militie- en land weermannen met de hunnen, ja met allen in de verschillende kerkgebouwen waren samengekomen om een half uur slechts samen te bidden en een goed woord en goeden raad te ontvangen. Hoe zouden onze jongelingen en mannen daardoor geestelijk gesterkt hebben kunnen zijn. En laat ons nu ook niet alleen bidden (dit wordt zeker veel gedaan), maar voor al .pok werken voor de geestelijke noo- den van ons leger, opdat er zij levens moed en, zoo de Heere het leven vraagt in Zijn voorzienig bestel, ook stervens- geuade. Over veel zou ik nog willen schrijven, maar ik wil nu dezen brief eindigen. Wat nog geen week is, lijkt ons een maand of langer, omdat ons zooveel voor bijgegaan is. Zij dit onze Vaste grond in de week, die voor ons ligtDE HEERE REGEERT. In den Heer gerust. Hebt ge u ooit kunnen voorstellen, vraagt Adam in de Jongelingsbode, nat zoo, zoo snel en zoo ontzettend, de on (rendering van het maatschappelijk le ven zou komen, tengevolge van een oor- 'og, die er nog niet eens i s? De bekende sein ijver Norman Angell in zijn boek over den komenden oorlog heeft er iets vii voorspeld, maar we waren in de laatste tientallen van jaren zoozeer onder den indruk eener inderdaad krachtige vredes-pnopaganda, dat men aan de rea liteit van een werkelijk algemeenen oor log nauwelijks geloofde. Als er van „wereldoorlog" gesproken werd, dacht men aan een toekomstfanta sie, en de romans die sommigen, H. G. Wells vooraan, daarover hebben gedicht, werden als interessante verbeeldingen be en als iniets meer. En nu, nu blijkt dat de schrijvers hun oorlogen veel ver der in de toekomst hebben gesteld dan de Werkelijkheid is, nu staan we, wie weet? aan den vooravond van een we- reldcatastrophe, die heel ons maatschappe lijk leven, nationaal en internationaal, uit zijn voegen rukken kan, indien God 't niet genadiglijk verhoedt. Wij menschen zien geen uitkomst meer uit de verwarring, onze eenige hoop is op het wonder des Hee ren, Wiens machtige arm ook nu niet is verkort. Behaagt het den Almachtige, Zijnen wil te doen in de verschrikkingen van den strijd, dan zullen wij hebben te buigen ten stil te zijn, en te zeggen: Va der, Uw wil geschiede. Beteekent dit, dat wij niet diep treuren zouden over de rampzaligheden van het oogenblik, dat wij ons zouden mogen ver heugen in de daden van den oorlog, in de overwinning of de nederlaag? Dat wij niet zouden mogen toornen tegen de zon den der volken en der vorsten, die drijven tot dezen rampzaligen strijd? Geenszins. Ook voor Nederland, zeker, is leen oogenblik der verootmoediging aan gebroken, maar Gode zij dank, wij hebben tot het scheppen van dezen droe- van toestand niet medegewerkt. Wij heb ben geen ver.overings- of 'annexatie-gedach ten gekoesterd: wij hebben daartoe mis schien meer gedaan dan eenig ander land, door met alle Mogendheid, die zich daar toe bereid verklaarde, een algemeen ar- bitragetractaat af te sluiten. Had het van Nederland afgehangen, onze Residentie zou een vredes-hoofdstad geworden zijn. Ik voor mij heb de illusie, dat dit m o g e 1 ij k zou kunnen wezen, echter nimmer gekoesterd. De verkeerdelijk ge bruikte naam „Vredespaleis" heeft in dezen tot heel wat verwarring van denk beelden aanleiding gegeven. Maar toch had ik mij den invloed der Vredes-bewe- ging jgrooter voorgesteld, evenals de soci aal-democraten zich den invloed hunner beweging grooter hebben gedacht. Nu erkennen ook zij, dat die beweging niet nog niet, zeggen ze sterk genoeg is om een oorlog tegen te houden. Sterker nog: Duitsche sociaal-democraten hebben verklaard dat zij het vaderland zullen, verdedigen, zij hebben, in hun hoofdor gaan de „Vorwarts" den goeden invloed van 's Keizers vredelievende politiek er kend. Trots die politiek is het thans Duitschland, dat tegen Rusland de wape nen opneemt, echter, men houde dit wel 5n 't oog nadat overduidelijk is gebleken welk een valsch spel Rusland in dezen heeft gespeeld. Vanwaar die ont zaglijke, stille kracht, die machten, waar onder Vorsten en regeerders bukken, van waar de rampzalige waan, die op eenmaal een volk bevangen kan, dat het n u oorlog voeren moet? Gelooven 'wij nog aan den Duivel? Ge- lóoven wij aan Satans helsche macht? Zoo ja, dan is de verklaring niet moeilijk te vinden. In den oorlog toch openbaart zich de 'macht van den Booze op het schrikkelijkst, waarin men doodt, wie men niet haat, waarin men vernielt wat tot het leven van duizenden noodig is. Ontzettende vraag die zich thans aan alk volk, aan elk individu opdringt: zul len wij ondergaan of staande blijven? De draaikolken der wereld zijn rondom ons, de 'bandjir van het geweld bruischt over Europa henen, misschien straks nog daar buiten: Wie zal bestaan voor dat gericht? Ln de grootste smarten Blijven onze harten In den Heer gerust 'k Zal Hem nooit vergeten, Hem mijn Helper heeten, Al mijn hoop en lust. De neutraliteit van Nederland. Onderstaand artikel ontleenen wij aan de „Midd. Crt."c Van „gezaghebbende militaire zijde" wordt aan de „Vliss. Crt." het volgende medegedeeld In deze dagen van angstige spanning is het alleszins te begrijp en dat aller- wege groote ongerustheid heerscht. Toch gelooven wij, en wij meenen dit nader te kunnen aantoonen, dat er in ons land allerminst reden voor deze ongerustheid behoeft te bestaan, en zeer zeker niet te Vlissingem. Wat is toch het geval. De opmarsch van het reusachtige Duitsche leger is natuurlijk reeds jaren lang tot in de al lerkleinste bijzonderheden door den Duit- schen generalen staf uitgewerkt, daarbjj is, zooals vanzelf spreekt, niets vergeten. Wie eenigzins op de hoogte is van wat reeds bij de manoeuvres Van de intendance gevergd wordt, kan zich allicht indenken hoe enorme voorbereiding noodig is om zoo'n reusachtig leger behoorlijk te voe den en vooral ook wat gevorderd wordt voor de four ageering van de paarden. In dit veldtochtsplan nu kan als een maal de opmarsch is begonnen en reeds tweemaal 24 uren heeft geduurd, niets hoegenaamd meer veranderd worden, om de eenvoudige reden dat wraar de een maal uitgegeven bevelen allen als een bus in elkaar- passen, de schromelijkste mistastingen tengevolge zouden hebben en (als gevolg daarvan een geheel leger in de pan gehakt zou kunnen worden. De opmarsch van het leger door Bel gië zal dan ook wel reeds jaren een fait accompli geweest zijn, zoodat dit arme land wat reeds het geval is ongerechtvaardigd in den strijd betrok ken wordt. Voor leen schending van onze neutrali teit door Duitschland behoeft dan ook niet gevreesd te worden: het overschrij den van onze grenzen komt, zooals dui delijk blijkt, niet in het Duitsche veld tochtsplan voor. Was dat werkelijk het geval dan zou dit reeds lang geschied zïjm Nu is het misschien wel eens mogelijk dat aan de grenzen een ontmoeting kan plaats hebben met een Duitsche pa trouille, doch de eigenlijke armée zal ons land rechts laten liggen. Welk gevaar staat ons nu van En gel- sche zijde te duchten Wij zouden zeggen absoluut niet het minste gevaar. Engeland verklaart den oorlog aan Duitschland omdat liet dé Belgische on zijdigheid niet eerbiedigt. Zou nu Engeland zelf gaan doen wat het. aanleiding geeft naar de wapens te grijpen en dus onze neutraliteit gaan schenden Doch bovendienhet is niet noodig. Engeland weet dat als het hier troe pen zou willen ontschepen wij ons daar tegen moeten verzetten. Aannemende dat dit verzet tengevolge zou hebben dat de troepen toch konden worden ontscheept, dan zouden de Engelsche troepen naar België kunnen wandelen, want ons spoor- wegmaterieel zou dan reeds lang naar Brabant zijn overgebracht. In België: O stonde en Zeebrugge en in Frankrijk in Calais. Duinkerken enz., kan- Engel and zooveel troepen ontschepen als het wil, waar him vrienden hen met open armen zullen ontvangen. Treinen staan bij massa's gereed en in enkele dagen kan het leger zich hij het' Franscbe en Belgische voegen, terwijl het over ons land weken ,zou duren. Onze slotsom is na deze uiteenzetting dan ook geen andere als dezeNederland zal van den geheelen oorlog geen ge vaar behoeven te duchten. De economische gevolgen laten we na tuurlijk geheel buiten beschouwing. Zoover de, beschouwingen van den blijk baar zeer deskundigen schrijver in de „VI. Crt.": We willen hieraan échter, naar aan leiding van vaak gehoorde besprekingen nog leen enkel woord toevoegen over het vooruitzicht op een poging van Engeland om zijin expeditie-leger te vervoeren over de Wester Schelde naar Antwerpepn. Ook 'daardoor zou onze neutraliteit ge schonden worden. Maar o.i. is de kans daarop zeer gering. Ten eerste door de veel makkelijker gelegenheid die Enge land nu heeft om zijn troepen op de zooveel dichter bij gelegen kust van België en N. Frankrijk te landen. En ten tweede door het gevaar dat een vaart op de Wester Schelde oplevert door de wegneming der betonning en het leggen van mijten. Engeland zou er misschien reden toe hebben als bijv. geheel België behalve Antwerpen door de Duitschers mocht worden bezet, en het er dus om te doen zou zijn Engelsche troepen binnen de ves ting Antwerpen te brengen. Maar daar zijn we nog heel ver vandaan. Men zal zich herinneren dat er juist over die vraag, of Nederland in zulke omstandigheden de doorvaart van Engel sche transportschepen over de Wester Schelde mag toelaten, veel geredetwist is. We weten niet welk standpunt onze regeering thans tegenover die kwestie inneemt. 1 We spatieerden hier het woord thans. Als Engeland zelf de aanvallende partij was geweest, zou o. i. een toestemming tot zulk een doorvaart niet gegeven kun nen worden, zonder ernstig gevaar dat Duitschland ons den oorlog verklaarde omdat wij zelf dan onze neutraliteit op gaven. Maar de omstandigheden zijn wel an ders geworden, nu Duitschland zelf be gon zoo brutaal de verdragen te schen den door de Belgische neutraliteit zon der eenige reden aan te randen. Het is voor ons land een zaak van groot belang, of wij Zuidwaarts een onafhanke lijk België hebben dan wel een door Duitschland onderworpen staat, waardoor wij |ten Oosten en (ten Zuiden door Duitsch land werden ingesloten. We herhalen dat we niet weten hoe onze i-egeering thans die zaak beschouwt. Maar we zouden ons kunnen voorstellen dat zij geen heftig verzet biedt, wanneer in het hierboven aangegeven uiterste ge val Engelsche troepen overgang over de Wester Schelde vroegen ter ondersteu ning van België. Het vooruitzicht dat Duitschland nog zal trachten te Vlis singe®. voet aan Tal

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1914 | | pagina 2