WE, HlMlS, Vrijdag 31 Juli 1914 38e Jaargang maar slim E, ECHT. EERSTE BLAD. fie, De Broeders van St. Jan. larsjes, ird, P tveulen, necht cnecht, mdster, stbode, ster, ode o. 355 f 1.25 0.05 Dit nummer bestaat uittwee bladen F e u i IS e t o n. Buitenland. Oostenrijksch-Servische Oorlog. •icht dat hij beft geopend en aanver- nd, e Nieuwdorp. lam en spoor, yuburg. lliiyuiiui; eiland, Bigge- Oostkapelle. iEBOOM Gz. 3.50 M. bij [20 M., breed lishoeckstraat rnke, Seisweg. huur erhouden ien, staande arden 1 Sep- amperland. skerke. TSE, Ritthem Sd rtsdijk. hrift van tij- agd OSCH—Hel- Middelburg, iwoordige. ven letter R, ddelburg. „tober nde Meid os Hengst- 3REEL Az,, shuis. Adres elburg. ;nst .-ROTTERD. plaatsen. I. ezonderd des vm. 7,15, van dam vm. 8.45 lam 7 uur. Uitgave van de Naaml- Venn. LUCTOR ET EMERGO gevestigd te Goes. Hoofdbureau te Goes: LANGE VÓRSTSTRAAT 219. Bureau te Middelburg: FIRMA F. P. DHUIJ - L. BURG. Drukkers: Oosterbaan Le Cointre - Goes. VERSCHIJNT ELKEN WERKDAG. euw Abonnementsprijs Per 3 maanden fr. p. post. Losse nummers Prijs der Advertentiën 15 regels /0.50, iedere regel meer 10 ct. 3-maal plaatsing wordt 2-maal berekend. Bij abonnement voordeelige voorwaarden. Familieberichten van 110 regels ft. iedere regel meer 10 ct. Het socialisme loochent het bestaan van Geel den Almachtige, Schepper, Wetgever en Rechtervan Zijne ordinantiën en wet ten. Het verwerpt alle begrip van zonde, in Schriftuurlijken zin genomen. Het kent eigenlijk maar ééne zonde: de instelling Van den privaten eigendom. Neem, zoo leest het, de ellende weg, en de menschen zijn beter geworden. Niet de zonde is de oorzaak der ellende, maar de ellende is de oorzaak dei' zonde f Het socialisme verwerpt natuurlijk ook de verlossing door Christus en hope op den hemel. Niet de Christus maar Marx te de Messias, die het. slangenzaad van kapitalisten en geloovigen den kop ver treden zal, en den socialisten den socia- listischen hemel op aarde brengen zal. Het lacht om de fijne stumperds die den hemel hiernamaals zoeken. Hieruit volgt, dat socialisme en religie principieel lijnrecht tegenover elkander staan. Zij staan tegenover elkander als vuur en water, zooals trouwens letterlijk door een zijner voornaamste tolken is geconstateerd(Bebel, Christenthum und Socdalismus, Seite 167). Troelstra sprak het uit in „Het Volk" van 19 Nov. 1900, „dat de social is1-" t s c h e w ij s b e g e e r t e niet ver- eenigb'aar is met een of ander Theo logisch stelsel, d.i. met een of anlj d e r e n Godsdienst". Vandaar dat gespot van sommige soc. geschriften met den Godsdienst. Misschien is dit lin de laatste jaren minder .ge worden; doch dan is dit niet omdat het beginsel en het. standpunt van de so ciaal-democratie is veranderd, maar om dat de taktiek harer aanhangers eenigszins is verzocht met het oog op de enkele Christen-Socialisten die zich bij de S. D. A. P. hebben aangesloten. Overigens heel groot is die verande ring niet; dat heeft Enka op den jong- ste.n Pinksterdag wel ondervonden. Bebel die, naar hij zelf eens schreef, den hemel gaarne aan de musschen en aan de engelen overlaat, gaf van zijn revolu tionaire meening blijk toen hij schreef in zijn „De Vrouw en het Socialisme": „Het zijn niet de goden die de men schen hebben geschapen, maar het zijn de menschen die de goden en God maken". Nu is dit, voorzoover het de moderne eai, helaas ook sommige orthodoxe ,,on- geloovigen" betreft, zeker waar, doch de opmerking .komt hier uit een andere bron voort. Hier is de spot met het ge loof aan het woord, gelijk dit bij de Duit- scihe socialisten in proza en zang. her haaldelijk geschiedt. Zoo onder meer in hun Kerstmis-marseillaise, waarin de „sage" van den geboren Heiland wordt ingeruild voor den waren Verlosser die Socialisme heet. En in hun Goeden-Vrij- dagszang waarin sprake is van den Na- zarener die weg moet, omdat de zanger Door L. PENNING. (Nadruk verboden). 75) „Ik wil al de broeders gaarne persoon lijk ontmoeten," zei de de Grootmeester op vriendelijfcen toon; „gij zijt beiden uit Nederland, de lage landen aan de zee, en nog maar kort op dit eiland vergunt mij, u hartelijk de hand te mogen druk ken." Het was voor de broeders een verheu ging, kennis te mogen maken met aen ge- duchten krijgsoverste, wiens roem in de vier winden werd uitgebazuind, en wiens heldenmoed slechts geëvenaard werd door den ootmoed, die zijn daden kenmerkte. „Uit Haarlem? Of uit Warfum? Zoo, van ,s Hoeren Loo. Ik ken den Komman- deur persoonlijk; een voortreffelijk man, die u beiden als goede krijgsknechten van Christus aan mij heeft aanbevolen in tien brief, dien ge aan mijn secretaris hebt overhandigd." En deze man, die de ontzaglijke verant woordelijkheid droeg, om Rhodes tegen een overstelpende macht van vijanden te verdedigen, zette zich rustig bij hen ne- ©vengoed als hij „Gods Eengeboren Zoon" (is). Dit geschiedde zegt Troelstra („Het Volk" 8 Febr. 1902) „in de vlegeljaren van de sociaal-democratie". Morgen bren gen, zij doen het nog wel. Laat v. d. Goes maar eens uit zijn slof schieten; en Wibaut, en Gerhard en Fortuyn; en laat Enka maar eens luisteren naar Men- dels en Duys Wanneer zij haar beklag doet over de te weinige respect van de sociaal-democratische heeren voor haar „godsdienst". Het is nog niet zooveel jaren geleden, dat een sociaal-democraat te Halle open lijk verklaarde, „dat de naam van Je zus hem evenveel waard tvas als de drekf uit Gen gootsteen". Bovendien het zwijgen van de S. D. A. P. over den godsdienst, gesteld zij' kon het zoover brengen dat zij over den godsdienst zwijgen kon, beteekent niet dat zij haar vijandschap jegens den Gods dienst heeft afgelegd. Gelijk het liberalisme met behulp van de neutrale school gepoogd heeft den Godsdienst uit te roeien, predikt ook nog het socialisme den kruistocht der we tenschap en der school tegen de kerk en de religie. In 1904 op den socialistischen partij dag te Halle, werd het onomwonden uitge sproken „Den godsdienst kunnen wij slechts hiermee te lijf gaan, dat wij den godsdienst van den enkele kalmpjes godsdienst la ten, maar hem wetens on a p aan brengen. De school moet tegen over de kerk gemobiliseerd worden, de schoolmeester tegenover den paap; een juiste opvoeding- zet de re Ti gie vanzelf op zij'. „Onze partij is een partij der weten schap. De wetenschap staat vij andig '(tegenover "de religie inaar zij kan en wil 3e religie niet ver pletteren. De wetenschap zorgt voor g o e- de scholen; dat is het beste mid del tegen de religie". De S. D1. A. P. moge in haar program schrijven, dat zij de religie als een pri vate zaak beschouwt, zij doet dit slechts zoolang tot de gelegenheid komt om, naar Liehkneoht het eens heeft uitgedrukt, „het met den Godsdienst klaar te spelen". Onze slotsom is: niet de taktiek, maar het beginsel der sociaal democratie zij onze maatstaf te harer foeoordeeling. Laat ons in een volgend nummer zien of zij als zoodanig niet is de consekwen- tie van het liberalisme, oftewel de. vriji- zinnigheid. Verantwoording. Van den geachten president der Anti revolutionaire Kamerclub ontvingen wij onderstaand schrijven Geachte Redactie, Naar aanleiding van uw artikel „Op Zondag?" in het nummer' van 28 Juli, voor de toezending waa'ftv'an ik u dank zeg, zij het mij vergund u op te merken, dat de vraag of wij (mr. Rutgers en ik) de vergadering van het stakend tramper soneel zouden bijwonen door ons ernstig' is overwogen der: als een vriend bij zijn vrienden. Hij sprak over de verwarde toestanden in (de Westersche Christenheid en over de maatschappelijke en kerkelijke beroe ringen met een degelijkheid en zaakkennis, alsof 'hij een hooggeplaatst staatsdienaar in Frankrijk, Bourgondië of Duitschland was 'geweest, en had hij hun harten niet overmeesterd in de kerk door zijn man- hafte taal, dan zou hij bet thans hebben gedaan door zijin minzaamheid. Het speet den broeders, dat de Groot meester zoo spoedig heenging, en met den geharnasten voet op den grond stam pend, zeide ridder Gerardus nadrukkelijk: „Bij Sint-Joris bij zoo'n krijgsheld is Musih Pacha maar een ketellapper Broer, wat zeg jij er van?" H o o f d s t u k XXI. Doch broeder Gerardus vergiste zich. Musih Pacha was een dapper krijgsman, een schrander veldheer, en de rechter hand van den geduchten sultan Mahomet II, die drie werelden voor het geweld van zijn heldenarm deed beven. Reeds voorlang had de Sultan zijn maatregelen genomen, om het kleine eiland Rhodes, dat hem een doom irr" het oog was, te overmeesteren, en zijn legers wa ren over den Hellespont naar Klein-Azië getrokken, naar de havens, die recht dat wij niet anders konden dan deze vraag bevestigend beantwoorden, gezien den toestand van liet oogenblik, na wat in de vergaderingen van Zaterdagavond en Zondagnacht was voorgevallen; dat door mij, 'aan wien de hoofdbesturen hadden verzocht in de vergaderingen een voorstel tot opheffing der staking na mens die besturen'4e verdedigen, de ver klaring werd afgelegd,dat wijl niet aan deze vergaderingen z.*tden hebben deel genomen, indien de nood ons' er niet toe drong dat naar onze overtuiging uitstel van of.afwezig blijven op deze vergaderingen niet anders tengevolge zou hebben gehad dan een groot getal slachtoffers en voort zetting der staking. Ik .vertrouw dat deze verklaring u Vol doende zal zijn, waar het mij niet moge lijk is u thans een uitvoerig relaas te geven van den stand van zaken. Het komt mij voor, da,t de vraag wat anderen zouden hebben gedaan bezwaar lijk is te beantwoorden, temeer wanneer men van de feitelijke omstandigheden niet op de hoogte is. Laat mij u echter de verzekering geven, dat het. ook ons heel wat aangenamer zou zijn geweest, indien wij Zondag j.l. met onze mannen van de Protestantsch Chris telijke Organisatie een godsdienstig sa menzijn hadden kunnen houden, gelijk een week tievoren, toen Ds. Brummelkarnp en ondergeteekende. tot hen, die in zop moeilijke omstandigheden waren, het woord mochten richten. Hoogachtend, Uw dw. dn. C, v. d. VOORT VAN ZlJP.j Den Haag, 30 Juli 1914. Ondanks deze toelichting, voor welke wij dankbaar zijn, meenen wij ons. stand punt te moeten handhaven. Aangenomen. De Goesche gemeenteraad heeft het Voorstel van het dagelijksch bestuur in zake de vereeniging van scholen R en C en van school A met de Meisjesschool, vervormd tot een Mulo-school aangeno men. Er is in de pers nogal tegen dezen maatregel geapostelcl. De „Goesche Cou rant" kalm, het Volksblad" eenigszins heftig, gaven den toon aan van het verzet, een schrijver in de „"Goesche Crt.", als ware hij een profeet, kwam ter elfdejr ure voorspellen, dat het openhaar onder wijs gevaar liep, en een spreker in de Prins vertelde er bij, dat een der auto riteiten de bevordering der bijzondere school op1 het oiog had. Het was te 'voorzien, dat het verzet op de stevige argumenten van de toe lichting op het voorstel van B. en W. onverbiddelijk zou afstuiten; en geen der vrijzinnige raadsleden, die het voorstel wèl gezind schenen, zich door de motie van de tweehonderd meeting-menschep zou laten intimideeren. Ons laat deze uitslag koud. Wij hebben het plan van den beginne toegejuicht als zijnde in het belang van de gemeentelijke schatkist en tevens van het bij de regeling betrokken on derwijs; voor de bijzondere school za gen jvij ei' hoegenaamd geen heil in. Er zijn scherpe woorden, gewisseld. Er is een eerste-rangs-spreker ter be strijding ovelr geweest. tegenover Rhodes lagen. Die opeenhoo- ping van vele troepen was natuurlijk wel in staat geweest, de argwaan der Christenen gaande te maken, maar het gerucht verbreidde zich, dat de Sultan was .gestorven, en deze troepen slechts dienst deden, om biji de troonsverwisseling elke muiterij in de Klein-Aziatische ge westen onmiddellijk te onderdrukken. De Grootmeester echter liet zich niet verschalken. Hij gaf bevel aan de be woners van het eiland, met hun havei en goed binnen de mimen der stad te komen; hij liet de oogsten binnenhalen, al waren ze 'nog niet rijp, en de bosschen omkap pen, terwijl het hout in de stad werd opgestapeld, om bij' de verdediging dienst te tinten. Hij! legde beslag op alle vreemde schepen iii de haven van Rhodes, en voerde het vee binnen de stad, -om den voorraad van vleesch te vermeerderen; hjj liet da beide kerken Sint-An toni© en Sint-Maria, die vlak hij' de stadspoorten lagen, afbreken, opdat er zich geen vij and zou kunnen nestelen, en versterkte den berg Tilerme, die de stad beheersohte. Reeds tien tweeden dag ontbrandde de strijti. De Turken hadden drie kanonnen in (de tuinen der Sint-Antoniekerk opge steld, ten begonnen van hieruit den Sint- Nioolaastoren te bombardeeren. Er ging een smartkreet op uit de bevolking, die als een kudde verschrikte schapen bijleen Zeker nuchter Franschman zou er van gezegd hebben, het voorstel verdiende n i ce t excès d' h o n neur, ni ce 11e i n- dignité. Hetgeen zeggen wil: noch de zakelijke, noch de persoonlijke bestrijding waven noodig geweest. 'Ons .dunkt, de heer Groenewout, men zegt, dat hij per auto Goes verliet, zal bij zijn heengaan, nuchter de „zaak" nog eens overwegend, allicht evenzoo er over gedacht hebben. Oorlog aan den oorlog.' Deze kreet kan men dezer dagen alom hooren. Wanneer men nagaat onder welke om standigheden naar het verderf zaaiende zwaard _wordt gegrepen, moet men der gelijke wanhoopskreten want het zijn de wanhoopskreten van een verdrukt ge- geslacht alleszins billijken. De Standaard" schreef zoo terecht: „Wat hen (de vredesvriendeil) vooral op 't pijnlijkst treffen moet, is wel, dat we kans loopën een wereldbrand te zien uitslaan, zonder dat eerst het uiterste is beproefd om 't „vrede dool* recht" te doen zegepralen, ja zonder dat zelfs de voorslag is overwogen om langs scheids rechterlijken weg het bange conflict uit de wereld te helpen. „We geven toe, het geldt hier een zéér moeilijke en teedere aangelegenheid. Oostenrijk heeft recht op volle voldoening en bevrediging, nu wel vast staat dat de draden van het gruwelijk complot in Servië uitloopen; maar niet mag voorbij gezien, dat de Donau.-Mdnarchie reeds voorlang Servië als tot wanhoop* gedreven heeft; en in geen geval gaat het aan, dat Oostenrijk, zich totaal niet bekomme rend om de vreeselijke gevolgen, aan stonds met eischen kwam, welke feite-i lijk een knakken zijn van Servië's zelf standig volksbestaan". Als men daarnaast legt de verklaring van Keizer Frans Josef met al die schoone woorden, enthousia'stische uitroepen en van .Godsvertrouwen overvloeiende gedeel ten, dan moet ons wel de verzuchting1 van het hart, dat het met het recht en do gerechtigheid op aarde toch nog treu rig gesteld is. Op velen heeft dit manifest clan ook een pijnlijken indruk gemaakt. Onder deze omstandigheden moet ieder weldenkend mensch den oorlog aan den oorlog verklaren, en het ware te wén- schen, dat het geschiedde ook. Duitschland en Rusland. Reuter verneemt van betrouwbare zij de, dat de vraag' van Duitschland om trent de Russische mobilisatie gisteren te Petersburg is gesteld. Aan de Russische Regeering wercl ge vraagd, wat met de mobilisatie werd be doeld; ten tweede of zij tegen Oosten rijk was gericht; en ten derde, of Rus land bereid was om de mobilisatie te doen eindigen. Zoo spoedig mogelijk werd antwoord verzocht. De Fransehe pers vernam echter uit Petersburg, dat aan Rusland is mede gedeeld, dat Duitschland zou mobiliseeren, liep, terwijl de Johanniter-kanonnen wei nig 'konden uitrichten tegen een artillerie, die. de krachtigst© was tér wereld, en door een ondoordringbar en wal van schanskorven en scbermdaben werd ge dekt. Gelukkig, dat bij dezen droeven tegen valler, een tegenwicht werd gevormd door het. overloopen van den ingenieur Gioro uit het Turksche kamp! Het gaf een al- gemeene blijdschap, dat zoo'n bekwaam en kundig man de gelederen van den vijand verliet; hij was trouwens een Christen, ien verklaarde, aan den Groot meester, dat hij evenals Mozes liever met het volk Gods kwalijk wilde behan deld worden, dan voor een tijd tie genie tingen van het Turksche Hof te smaken. Broeder Clementinus, die hem herhaalde malen sprak, was verrukt door zijin ijver voor de goede zaak, en werd in zijn gun- gunstige meening versterkt, toen de Tur ken .niet nalieten, door brieven, aan af geschoten pijlen bevestigd, de Christenen voor dezen man te waarschuwen. Doch broeder Gerardus was minder ge rust en de Hongaarsche ridder haalde de schouders op. En een paar' weken later, toen êr een hooge galg op de muren was opgericht, zeide de Hongaarsche ridde, opgericht, zeide de Hongaarsche ridde, die met broeder Clementinus voorbij kwam: „Herkent gij den schelm, die daar aan indien de gedeeltelijke mobilisatie in RuS- richt had een nieuwe bijeenkomst plaata| op het Elyisée. Sasonof heeft geantwoord) dat de Russische mobilisatie niet kon| worden gestuit. Te Petersburg is een Keizerlijke oekase verschenen, waarbij de mobilisatie zteelj sterk wordt uitgebreid. Artsen, paarden] en wagens worden opgeroepen. De oekase roept onder de wapenende reservis ten van 23 geheele gouvernementen en, van 71 districten van andere gouverne1 menton; een deel der reservisten van 9 districten en 4 gouvernementen; de re servisten voor de vloot van 64 districten begrepen in twee Russische en een Finsch gouvernement; de kozakken uit het Don- gebied, Koeban, Teuk, Astrakan, Oren- burg, Oeral, voor zoover ze met verlof zijn, en een overeenkomstig aantal re serve-officieren, artsen, paarden en wa gens. Hiertegenover staat dat; zijn de geruch ten juist, te Potsdam in een conferentie door de Duitsche regeering niet besloten is tot mobiliseering over te gaan. Maar de militaire conferenties duren voort. Er kunnen derhalve nog verrassingen vol gen. Duitschland houdt zich opi 't oogen blik rustig. Maar welk soort rus't zal 't'zijn? Die van den verzadigden leeuw) die. zich neervlijt ter rust of van den Hoerenden tijger die zich gereed houdt den tegens,tander te bespringen? Gisteren drukte te Berlijn de heerschen- de politieke spanning onmiskenbaar haaït stempel op 'het Berlijnsobe straatleven. Voor het paleis van den Rijkskanselier verzamelde zich gedurende de zitting van den Ministerraad, een groote menigte, die de Ministers, welke het paleis verlieten, stil en eerbiedig begroette. t Van de beurs kwam het gerucht, dat het legerkorps te Koningsberg was ge^ mo.biIis.eexd, doch men hechtte aan dit gerucht niet veel waarde. Ook Unter den Linden verzamelde zich een groote menigte, die echter blijkbaar, vertrouwen had in den verderen loop del gebeurtenissen. Te Parijs. Gisteren was aldaar tot 5 uur de in druk in de wandelgangen der Kamer te eenenmale pessimistisch. Sedert is een merkbare verbetering in de stemming in getreden, veroorzaakt door de berichten van directe besprekingen, die thans tus- schen Berlijn en Petersburg zijn begon nen. De Minister van Binnenl. Zaken ver klaarde openlijk in de wandelgangen, dat de toestand beter was dan men voorgaf en dat men het oogenblik mocht voorzien, waarop de besprekingen zouden gaan in de richting van een gunstige beslissing. Hij voegde er bij„Wij hebben van de zijde van Duitschland be richten gekregen, welke w ij niet durfden hope n." Allicht is dit bericht tevens afbeelding van den toestand in geheel Frankrijk. Im mers in Parijs klopt het hart der natie. Alleen mag gevraagd, hoe komt men daar op eenmaal zoo gerust? Te Berlijn is men het niet. Gisteren althans luidde het aldaar van officieels zijde „De toestand is heden minder gunstig dan gisteren, in plaats van beter zooals hij had kunnen zijn. De mobiliseering van Rusland heeft het vredeswerk der Euro- peesche diplomaten bemoeilijkt, er kan echter nog niet worden gezegd, dat deze arbeid is gestaakt. Wanneer echter in het eind touw bengelt, Broeder? Dat is - Gioro de verrader, die deze stad den Turk in handen wilde, spelen, maar onze Groot meester heeft er spoedig een einde aan gemaakt." De Hongaar riep dit hard, om goed verstaan te worden, want het gedreun van het Turksche geschut, dat op den Sint- Nicolaastoren was gericht, weerklonk als de donder boven de stad, en werd tot op tien mijlen afstands gehoord. Broeder Gerardus, die juist van den wal kwam, ontmoette de heide mannen op het marktplein, en riep met opgewonden gebaren: „Hoor nu dat gebulder eens aan. Tegen die vuurmonsters is niets be stand ze schieten alles tot hinters en flinters." In den omtrek heerschte de grootste opschudding; men zag vrouwen, de zui gelingen op den arm en de kinderen aan de rokken, voortijlen, om een beschutte plek te vinden, terwijl de noodklok met haar angstig geklep de lucht vervulde. De drie broeders snelden voort naar den bedreigden toren, totdat zij; bij een groep schippers bleven' staan, die met groote belangstelling het vernielingswerk gadesloegen, dat door de Turksche vuur monden 'werd aangerioht.- J (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1914 | | pagina 1