Vrijdny 34 «luis 1914 No. 349 8e Jaargang EERSTE BLAD. Cit nummer bestaat uit tweebladen. Buitenland. Binnenland. (hm.); Uitgave van de Naaml. Venn. LUCTOR ET EMERGO gevestigd te Goes. Hoofdbureau te Goes: LANGE VORSTSTRAAT 21©. Bureau te Middelburg: FÜRPJÏA F. P. DHÜ1J - L. BURG. Drukkers: Oosterbaan Le Cointre Goes. Be Kaagsche staking. In verband met de Tramstaking schrijft „Het 'Vaderland" (unie-liberaal) Last hebben alleen de werkwilligen, en wij betreuren het, zooals wij het altijd betreurd hebben, dat de stakers niet inzien, dat de vrijheid van staken niet spoedig algemeen erkend gal wor den, als de vrijheid van werken daar niet tegenover staat, en dat „posten" en pesten" maar al te vaak synoniem is schreven wij reeds elders. Dat on der „werkwilligen" door ons alleen verstaan worden de mannen van het personeel, die niet mee staken, maar niet de jongelui die bij wijze van sport en uit yacantieverveling Voor wagen bestuurder of conducteur spelen ijs mis schien geen overbodige mededeeling. Alzoo een liberaal blad, dat loyaal de tak'tiek afkeurt om werkwilligen als „on derkruipers" te vervolgen, te hoonen of te molesteeren. Dat is, dunkt ons, het juiste standpunt. Maar nu is er nog iets dat haakt. „Het Vaderland", en blijkbaar de anti revolutionaire Kamerleden, die den neus. in deze quaestie staken, meenen geen pardon te mogen geven aan de jonge lui van goeden huize die de stakers ver vangen. Wanneer met die vervanging spel of sport of nekking eener actie voor lots verbetering bedoeld wordt, dan heeft ver zet daartegen, mits niet in den „meest gebruikelijken" vorm onze sympathie. Doch hoe nu, wanneer de staking, ge lijk een inzender in genoemd blad be weert, in werkelijkheid niets anders is dan eén machts-quaestie Afschaffing Joch van het fooienstelsel zou het personeel niet weinig achteruit zetten, daar het geen loonsverhooging zou kunnen vergen of krijgen, die het gemis der fooien vergoed de. De loonquaestie is dan ook slechts een voorwendsel: de zaak waar het om gaat is de vraag, of de H. T. M. voortaan naar de pijpen zal moeten dansen eener socialistische vakvereeniging, die zich jus- schen haar en haar personeel heeft in gedrongen; dus meent deze inzender. En is dit zoo, dan is het optreden van ge noemde jongelui ook meer een poging! om de belagers hunner klasse het is ook hier weer een klassenstrijd 1 - te bestrijden. Het is jzaak dat men goed uitkijke, alvorens onvoorwaardelijk ook deze sta king goed te keuren en te steunen. „De Nieuwe Courant" schreef ai dat de sympathie van het publiek vermin dert, nu de bemoeiingen van B. en W. en de toezegging van hooger loon, en betere arbeidsvoorwaarden met 1 Octo ber door de stakers zijn genegeerd. Ook „Het Vaderland" beoogt, dat „deze sta king, die aan ons allen groot ongerief en aan duizenden groote schade berok kent, door haar te langen duur bezig is de gympathie te verspelen, die ze oor spronkelijk had" Twee liberale bladen die, hoe ook de staking goedgezind, waarschuwen tegen de alles- of-niets-taktiek van sommige leiders. Of moet weer, net als in Almelo, het motief der staking van de loonquaestie worden verlegd naar de erkenning der organisatie Waarom dit laatste motief dan niet terstond naar voren geschoven? Frankrijk. De vierde dag van het proces-Caillaux overtrof alle andere in dramatische span ning, felheid en emotie. In geen jaren heeft men zulk een dramatisch tafereel voor het gezworenenhof gezien als giste ren gedurende het getuigenis yan mevT. Gueydan, de eerste vrouw van den heer Caillaux, en voor het eerst was het niet Caillaux, die de overwinning behaalde. De triomf van het gezin Caillaux iis ge stuit, nog niet gekeerd, maar voor een dag tot stilstand gekomen. De afloop van het proces zal er misschien niet door veranderen, men acht nog steeds vrij spraak of een veroordeeling jot twee jaar gevangenisstraf met toepassing van de voorwaardelijke invrijheidsstelling zeer wel mogelijk, maar het was toch een oogenblik van diepe vernedering, dat èn Caillaux èn mevrouw Caillaux hadden te doorstaan. i Het getuigenverhoor liep hoofdzakelijk over de vraag of mevrouw Gueydan in VERSCHIJNT ELKEN WERKDAG. Abonnementsprijs Per 3 maanden fr. p. post. f 1.25 Losse nummers 0.05 Prijs der Adverientiën 15 regels /"0.50, iedere regel meer 10 ct. 3-maal plaatsing wordt 2-maal berekend. Bij abonnement voordeelige voorwaarden. Familieberichten van 110 regels f 1. iedere regel meer 10 ct. derdaad aan verschillende personen de intieme brieven van Caillaux ter publi catie heeft aangeboden. De journalist Vervoort verklaarde, dat hij in 1911 mevrouw Gueydan gesproken had, die hem toen gevraagd had of hij een liefdesgeschiedenis wilde publiceeren, waarvan de stof zou worden geleverd door brieven van den heer Caillaux. Later had zij tegenover Vervoort dit aanbod herhaald. En om te bewijzen, dat de bewuste brieven inderdaad nog onder haar berusting waren, had zij er hem allerlei intieme bijzonderheden uit het echtelijk leven van Caillaux uit mede gedeeld. Vervoort had haar geantwoord, dat geen enkel blad zoo iets zou willen publi ceeren. Na Vervoort kwam mevrouw Gueydan, onder algemeene belangstelling van het aanwezige publiek, zelf getuigenis afleg gen. Haar getuigenis maakte een even pijn lijken als dramatischen indruk. Vooral mevrouw Caillaux, de indringster, werd door haar niet gespaard. Nog dramatischer werd het, toen men tot de kwestie van de intieme brieven kwam, waarvan mevrouw Gueydan de foto's bij zich had. Na ernstige incidenten gaf zij de brie ven aan mr. Labori, die diep bewogen door dat kolossale bewijs van vertrou wen, dankte voor zulk een eer. Onder groote ontroering werd de zit ting toen geschorst. Men had den indruk, dat mevrouw Gueydan zoowel den heer Caillaux, maar vooral de huidige me vrouw Caillaux heeft willen komen ver nederen en zich zelf rechtvaardigen te gen den laster, die er inderdaad sedert geruimen tijd over haar verspreid is, maar dat zij toch eigenlijk nog wel innige ge voelens voor Caillaux heeft en daarom de brieven niet in het openbaar door den president heeft willen doen lezen, maar ze aan mr. Labori ter hand heeft gesteld, hetgeen voor Caillaux natuurlijk een groote geruststelling, is. Dit laatste gebaar van mevrouw Gueydan, dat over geven van de brieven aan mr. Labori, maakte zulk een mooien en goeden in druk, dat de advocaten een soort ovatie brengen aan mevrouw Gueydan. Oostenrijk-Hongarije. Een incident met Servië kan haast niet meer uitblijven. Het spande reeds lang de jongste vorstenmoord was aan die spanning niet vreemd doch nu zal het tot daden komen. De eerste daad is, dat de Oostenrijksch- Hongaarsche gezant te Belgrado gisteren avond om zes uur aan de Servische regeering een verbale nota heeft over handigd, houdende de eischen der O.-H. regeering. Antwoord wordt verlangd vóór Zaterdag 25 Juli te zes uur 's avonds. Een ultimatum duis. De bewuste nota bevat o.a. het vol gende we ontleenen aan de „N. Rott. Courant" De geschiedenis der laatste jaren, met name de droeve gebeurtenissen van den 28sten Juni hebben het bestaan aange toond van een beweging in Servië, waan van het doel is bepaalde gedeelten van de Oostenrijkscjh-Hongaarsche monarchie los te scheuren. Deze beweging, die onder de oogen der Servische regeering is ontstaan, heeft over de grenzen van Servië gevolgen ge had, bestaande in daden van terroris me, een reeks van aanslagen en moor den. Wel verre van de in de verklaring van 31 Maart 1909 op zich genomen verplichtingen te vervullen, heeft de Ser vische regeering niets gedaan om de be weging te onderdrukken. Zij heeft het misdadige drijven van verscheidene te gen de Oostenrijksch-Hongaarsche monar chie gerichte vereenigingen, de teugef- looze taal in de perts, de verheerlijking der plegers van aanslagen en de deel neming van officieren en ambtenaren aan de beweging tegen Oostenrijk-Hongarije ge duld. Zij heeft verder een 'ongezonde pro paganda in het openbaar onderwijs toe gelaten en ten slotte alle betoogingen,, welke de Servische bevolking tot haat tegen de monarchie en tot verachting barer instellingen konden verleiden, toe gestaan. Deze houding der Servische regeering! duurde nog voort op het oogenblik, dat de gebeurtenissen van 28 Juni de ge- heele wereld de vreeselijke gevolgen dier houding hebben getoond. Uit de bekentenissen der misdadige aan- leggers van den aanslag van 28 Juni blijkt, dat de moord te Sarajewo te Bel grado ite voorbereid, dat de moordenaars de wapens en bommen, waarmede zij uitgerust waren, hebben gekregen van Ser vische officieren en ambtenaren, die tot de vereeniging Narodna Obrana behoor den, dat 'ten slotte de misdadigers en hun wapens 'door bemiddeling van Ser vische grens autoriteiten naar Bosnië zijn gezonden. De genoemde uitkomsten van het on derzoek veroorloven fde keizerlijk-konink lijke regeering niet langer, een houding van afwachtende lankmoedigheid aan te nemen, die zij sedert jaren heeft be waard ten aanzien van die intrigues, wel ker middelpunt Belgrado- is en van daar uit naar Oostenrijk-Hongarije overgeplant zijn. Deze feiten leggen de keizerlijk-ko ninklijke regeering 'den plicht op, eert einde te maken aan die intrigues, welke een voortdurende bedreiging voor de rust van de monarchie vormen. In verband daarmede ziet de regee- ring zich genoodzaakt, van de Servische regeering de officieele verzekering te ver langen, dat zij de tegen Oostenrijk-Hon garije gerichte propaganda, dat wil zeg gen, alle bewegingen, welker einddoel is, van de monarchie gebieden los te scheu ren, die haar toebehooren, veroordeelt en dat de Servische regeering zich ver bindt, deze misdadige, terroristische pro paganda met alle middelen te onderdruk ken. Albanië. 't Klinkt al te mooi, om waar te kunnen zijn. Hoort maar. Uit Durazzo wordt d.d. 22 Juli aan de „Frankfurter Ztg." het volgende ge seind: Nadat gisteren 300 Roemenen zijn aangekomen, is het vrijwilligerscorps plm. man sterk. Het corps bestaat iiit Duitschers: 7 offi cieren, 50 manschappen, Oostenrijkers: 5 officieren en 60 man; Roemienein: 6 offi cieren en 350 man, dan zijn er nog 20 andere manschappen. Deze troep is goed geoefend en goed bewapend. De artillerie bestaat nu uit vijf batterijen ieder van vier stukken. Men venvacht dat de mbret nu bevel tot oprukken zal geven. Aan de troepen werd eergisteren de soldij uitbetaald. In de staatskas moet nog ongeveer een half millioen zijn, ter wijl Roemenië drie millioen zou toe-ge zegd hebben. De vrijwilligers dragen grootendeels dezelfde uniformen. Daar de rebellen bet verlangen van de zaakgelastigden dei' groote mogendheden niet ihebbben ingewilligd en niet willen onderhandelen in een kustplaats of op een schip, zijn de besprekingen afgebro ken. Men vreest een nieuwen aanval op Durazzo. De vorst moet van d-e gunstige gelegenheid gebruik maken en zich niet laten intimideeren door pessimistische ho velingen, baatzuchtige diplomaten en ei genwijze journalisten. Langer dralen zou Vel eens (den aftocht van het internationale escader tengevolge kunnen hebben. Uit het Zuiden van Albanië zijn gun stige berichten ontvangen. De weg Va- lonaBerat is vrij'. Niet waar, klinkt het niet een weinig ais een bespotting na de alarm-eerende berichten van verleden week, toen de vorst als het ware in zak en asch zat. We hopen het beste voor hem, doch we vreezen voor onze officieren, dat de toe stand minder gunstig is, -dan hierboven ge schetst Marie Amelie baronesse von Godin schrijft in de „Voss. Ztg." over de gru weldaden, die in Epirus door de Grieken worden gepleegd. Duizenden vrouwen, kin deren en grijsaards, zegt zij, werden in het gebergte tusschen Gorytza en Valona vermoord. Bij Rerat wierp een vrouw haar zuigeling en haar eenjarig zoontje in het water, wijl zij ze redden wilde van de martelingen der Grieken. De Nederland- sche majoor, die Gorytza verdedigde, ver haalde aan de schrijfster, dat hij 112 lijken van vrouwen en kinderen met af gesneden keel had gevonden, en geheele reeksen kinderen, die door de Grieken aan de voeten waren opgehangen en die zoo den langzamen marteldood rhoesten sterven. - Geen wonder^ dat de ontzette bevol king naar Valona vluchtte. Alle dorpen in die streek, die anderhalf jaar lang tegen, de Grieken werden ver dedigd, zijn nu veroverd en gebrand schat. Duizenden Albaneezen zijn dak loos. Hongerlijdend en wanhopig legeren zij op de zandvlakten om Valona. Het zijn meerendeels vrouwen en kin deren. De Vorst van Albanië. De heer G. Simons, oorrespondent van de „Telegraaf" te Durazzo-, doet thans in dit blad een boekje open over den Vorst van Albanië en diens gemalin. Hij schrijft „Het schijnt tijd te worden om het scherm op te halen. In mijn brieven zweeg ik over den Vorst en de Vorstin van „Durazzo". De Vorst leek me niet belang wekkend genoeg om er over te schrijven en van de Vorstin hoorde ik onaange naamheden, die ik toen liever verzweeg. Nu (echter een Reu ter-telegram bericht, dat kapitein Fabiu-s zijn ontslag heeft ge nomen, wijl de "Vorst van Durazzo zich onaangenaam heeft uitgelaten over zijn werk en luit.-kol. Thomson niet meer onder die levenden behoort, acht ik mij genoodzaakt over de twee majesteiten de dingen te zeggen, die noodzakelijk zijn. De Vorstin is een nicht van den Koning van Roemenië. Aan het Roemeensche Hof was zij zeer gezien en men kende haar eerzucht en trots. Toen dan ook de post van Vorst en Vorstin van Albanië te Londen gecreëerd werd, solliciteerde zij naar de bewuste betrekkingen. Het spreekt van zelf, dat oom Carol haar aanzoek ondersteunde en kort daarop vernam de wereld, dat de Prins von Wied en de Prinses de „job" in Albanië gekregen had den. Keizer Wilhelm heeft den Prins meer malen afgeraden om naar Albanië te ver trekken. Doch de Prinses von Wied bleef op haar standpunt staan en zoo beleefde men het in Duitschland, dat de naam Von Wied verbonden werd aan Albanië. Geien sterveling in Duitschland koester de eenig vertrouwen in de capaciteiten van Wilhelm von Wied. Groote en kleine bladen beschouwden de heele affaire als een „farce". Doch niemand had verwacht, dat een Duitsch officier, die men tot Vorst van Albanië benoemd had, reeds bij den eersten aanval der rebellen het hazenpad zou kiezen. Welke uitvluchten men ook gezocht beeft, dat men ook verzonnen heeft om die vlucht i'n een ander daglicht ,te "stellen, -een feit is en blijft het, dat de Vorst van Albanië jammerlijk de vlucht heeft genomen, terwijl de Nederlandsche officieren van de Albaneesche gendarmerie met mannenmoed het land verdedigden. Men herinnere zich even de houding van kapitein Sar, die met een troepje van 50 Iman 6 uur lang te Schiak stand hield tegen een overmacht van rebellen en den nutteloozen opofferingszin van majoor Roelfsema, die met 200 ongedisciplineerde menschen, waarvan de helft direct op de vlucht sloeg, een uitval waagden om kapitein Sar te redden. Hier een anecdote over de houding van den M'bret. Nadat kapitein Sar 36 uur in touw geweest was, zonder ©en seconde slaap, zonder eten, werd hij door de re bellen als onderhandelaar naar Durazzo gezonden. Hij kwam bij den M'bret in den konak, om verslag te brengen van zijln tocht en de voorwaarden der rebellen. Hoewel kapitein Sar doodmoede was, liet de „koning" hem 11/2 uur lang in zijn „hooge" nabijheid staan, zonder er een seconde aari te denken, den dood-moeden officier een stoel aan te bieden. Ik -schreef reeds begin Juni uit Du razzo, dat dr. Reddingius een Albaneesch dokter naar Italië gestuurd had om ver bandmiddelen, chirurgische instrumenten, draagbaren voor gewonden, bedden enz. te laten halen. Hij had hem uitdrukkelijk last gegeven alles mede te brengen. De uitval kon eiken dag plaats vinden. Er was absoluut niets in Durazzo om een groot aantal gewonden te verplegen. De Albaneesche dokter keerde terug zonder iets mee te hebben gebracht1 Reddingius ging daarop naar de Vorstin van Albanië en raadde haar Uitdrukkelijk aan, den dok ter onmiddellijk naar Italië terug te sturen en alle benoodigdheden mede te laten brengen. Trots al zijn pogingen weigerde de Vorstin den dokter te laten vertrekken. Een ander staaltje van de me-nschlie- vendheid dezer vorstin moet ik hier mel den. De Oostenrijksche marinedoctoren 'wiisten dat er een uitval zo-u plaats vlint den. 's Nachts lieten zij: tegenover het kleine hulpho-spitaal rechts van den konak en in den tuin, ©en verplaatsbare barak opslaan met 18 veldbedden, 's Morgens ■om 10 uur wSs .'alles gereed. Drie ge wonden ,die op den grond lag-en in bet hospitaaltje, had men reeds een plaats ge geven in de barak. Tegen half elf ver scheen de vorstin om een bezoek te bren gen aan de gewonden. Zij zag de barak en was ten hoogste vertoornd, dat men deze zonder haar te raadplegen in haar tuin had opgeslagen. Ik moet uitdrukkelijk vertellen, dat men in het paleis niets van de barak zien kon. Zij gaf het bevel onmiddellijk de barak te doen verwijderen, trots de pogingen der doctoren en dei boosheid van dr. Reddingius. Luit.-kolonel Thomson vertelde mij: De prins zegt niets of stommiteiten. De prinses staat meestal achter hem, trekt hem aan z'n jas en fluistert hem de woorden toe die hijl moet zeggen1 Hij is een slappe man. Iedereen heeft vat -op hem. Hij verandert 20 maal van opinie, wanneer hij 20 verschillende raadgevers bij zich krijgt. Ik moet trachten een over wegenden invloed op h-em te krijgen1 Kapitein Fabius had den terugslag van een der kanonnen tegen zijn rechterknie gekregen. De knie was zeer dik opgezwol len en Fabius liep als een kreupele langs den weg. Dr. Reddingius had hem bevolen rust te nemen. Fabius zei de, dat dit onmogelijk ging. Hij krakte voort en bleef in touw. 's Nachts moest hij naar de batterij. Hij 'kon ternauwernood loopen. Strompelde toch naar het paleis en vroeg aan den hofmaarschalk Von Trotha of hijl de brick mocht gebruiken om hem naar de kazerne! te brengen. De heer v. Trotha weigerde uit naam van den vorst. Onmiddellijk na den dood van luit.- kolonel Thomson, verschenen er nieuwe raadgevers op de vlakte. Een daarvan, een gewezen Oostenrijksch officier, wist zich in 't vertrouwen van de vorstin te dringen en via haar bij Willem. De be wuste officier deed dienst als vrijwilliger en stond onder het commando der Ne derlandsche hoofdofficieren. Hij raadde den koning aan oml teen der kanonnen! opj een boot te plaatsen en op deze wijze de opstandelingen te beschieten. Het plan was reeds door Thomson afgekeurd en onzinnig genoemd. Fabius vernam dit plan 's avonds en hoorde, dat men reeds bezig was 'het kanon in te schepen. Trots zijn pro-test .gebeurde dit. Den volgenden dag vernam hij, dat de koning op aanraden van denzelfden officier 4 nieuwe kanon nen bij Skoda besteld had zonder een oogenblik met de Nederlandsche officieren daarover te spreken. Ofschoon -de Nederlandsche officieren reeds 4 maanden te Durazzo waren en eiken dag him leven veil boden voor de zaak van den vorst, had hij hun nog geen enkele uitnoodiging toegezonden, ter wijl de marine-officieren van de Italiaan- sche, Oostenrijksche en Engelsche oor logsbodems met invitaties overladen wer den 1 De volgende anecdote geeft het beste beeld van den dapperen vorst van Al banië. Luit.-kolonel Thomson was gesneu veld. Majoor Kroon was 's nachts uit Ales- sio naar Dimazzo gekomen om het bevel' over te 'nemen. Majoor 'Kroon ordonneerde, dat de Malissoren en Mirditen 's morgens om 2 urn- present moesten zijln. Zooals ik uitvoerig mededeelde en seinde, kwa men de kerels eerst 's morgens. 6 uur. Rukten toen, gedrevten door hun bisschop pen, tegen Rastboel op. Majoor Kroon stuurde een estafette naar den vorst en liet hem vragen om de achterhoede te leiden, of met hèm, Kroon, in de voor hoede te vechten tegen de rebellen. Ma joor Kroon kreeg geen antwoord1 De prins bleef thuis1 Hij kwam tegen 11 uur bij de batterij van Fabius en vernam later, dat de colonne Kroon terug was geslagen. Het schitterende voorbeeld van luit.-kol. Thomson scheen geen invloed op den dapperen vorst van Albanië te hebben uitgeoefend." Tenslotte dringt de heer Simons er op aan, dat de Nederlandsche Regeering gene raal De Veer zal opdragen om de Ne derlandsche officieren in Albanië van hun verbintenis 'te ontslaan en naar het vader land te doen terugkeeren. De staking te Zaandam. Een gebeurtenis, die zeker wel een uni cum mag heeten in de geschiedenis van de stakingen in Nederland, heeft zich gisteravond te Zaandam afgespeeld. Daan zijn, op last van den bui ge mee ster, den heer K. ter Laan, een veertigtal Duitsche werkwilligen gekomen om te werken in het houtbedrijf, over de grens geleid, aan gezien hunne papieren niet in orde waren. De Duitschers waren geleverd door een firma te Blankesse bij Hamburg, in op dracht van den Bond van Werkgevers in het Houtbedrijf. Zij zouden biji een twee tal firma's aan den arbeid gaan. Haagsche tram staking. Naar de „Avondp." verneemt is er he denochtend een conferentie te verwach ten tusschen de directie en een commit si© uit hel stakende personeel. Zoowel aan de 'zijde van de directie der H. T. M. als aan die der stakers zou men overtuigd zijn, dat vandaag de staking za.1 eindigen. De Koningin in Twente, Over het bezoek van H. M. de Ko ningin aan Goor wordt nog gemeld: Omstreeks 9 uur kwam H. M. de Ko ningin met haar gevolg per auto aan. In het dorp .werd druk gevlagd, terwijl!

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1914 | | pagina 1