NIEUWSBLAD TOOR ZEELAND i\o. 313. 1914. Vrijdag 13 Juni 38e Jaargang. CHRISTELIJK- HISTORISCH F e u i 13 e t o n. De Broeders van St. Jan. Staten-Oeneraal Binnenland. VERSCHUNT ZESMAAL PER WEEK F. P. D HUI!, te Middelburg. PRUS DER ADVERTENTIÊN LEDEREN WERKDAG DES AVONDS. Prijs per drie maanden franco p.p. 1.25 Enkele nummers0.05 UITGAVE DER FIRMA'S OOSTERBAAN LE COINTRE, te Goes EN van 15 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent. Familieberichten van 1—10 regels ƒ1.—, iedere regel meer 10 cent. Zij, die zich met 1 Juli op „DE ZEEUW" abonneeren, ontvangen de tot dien datum verschijnende nummers GRATIS. Arm modernisme! Ds. K. Vos, doopsgezind predikant te Middelstum, schrijft in „De Hervorming" een opwekkend woord aan de liberalen om vooral op Hemelvaartsdag opënlucihtmeei- tingsl te onganis-eëten. En wel op dezer# grond dat hij aan de Hemelvaart niet niet gelooft', en er op gesteld is dat de Hemelvaartsdag een gewone dag of een uit gaansdag wërdt. Want zoo schrijtflt hij: „Want alles, wat geschieden kan om dezen dag als godsdienstigen dag in den grond te boren, moet worden toegtee juicht. Het is dan ook de laa.tste jaren voor mij iets geweest, dat ik met klim mende verbazing aanzag, dat mijn vrij zinnige collega's den Hemelvaartsdag gingen maken tot iets! extra's voor het vrijzinnig godsdienstig leven. Hemel vaartsdag is kort en goed: een Room- .s'che feestdag, een herinnering1 aan het 'grofste bijgeloof. D:at de Roomschie Kerk het Hemelva-aPfegeloof in stand houdt is begrijpelijk, maar dat nu nog onder protestanten dit geloof voortleeft, isi een droevig bewij's, hoe taai en hardnekkig, heit bijgeloof voortleven blijft al'si een baast onuitroeibaar onkruid. Ons stre ven behoort er op te zijn gericht, dat deze dag niet langer onder de algemeen erkende Christelijke feestdagen ivordf geteld, dat dezie dag een getwone week dag wordt' als 'andere Donderdagen. Mis schien zal iemand willen tegenwerpen, dat men meent door de meetings het vrijzinnig godsdienstig leven fie bevor deren. Tegenover d^mogelijik te behalen winst staat echter het groote verlies1, dat men daardoor het bijgeloof in de band werkt. Daarom is 't beter op den Hemelvaartsdag pleiz-ierreisjés te orga- niseepen of mede :tie werken aan poli tieke meetings en doet men geen van beiden, laat dan op dien dag toch uw Zondagsche jas in uw kleejnenkast." Welk een 'taal van dezen vrijzinnige! Doch zeg, lezer, is zij! toch niet minder weerzinwekkend dan die van de moderne predikanten, welke op! dien dag in „gods dienstige meetings" voorgaan, ofschoon zij evenmin ais ds. Vos iets van de Hemeli- vaa;rt gelooven? Tot hen zegt ds. Vos teirecht Zal mijn stem weerklank vinden? Zal onder" mijn vrijzinnige collega'sl het 'neseï ontwaken, dat' hoe eerder een einde komt aan viijzinnig-godSdiensfge meetings op Hemelvaartsdag', hoe be- 'tietp het is? Misschien zal uit den kring van hen, die aan deze meetings .mee- dooi L. PENNING. (Nadruk verboden). 40). Evenwel, het was vandaag de eerste Mei. Efraim. had zich een aardig plekje uitgezocht in den. hoek van de taveerne, bij de tapkast. Waar hij de k-ositbaarhe- den, die hij in zijn sterke bruinleererf tasch mededroeg, had uitgestald. En als er nu 'maar koopers kwamen, zou alles wel schikken. „Hé jonkman koop eens iets van Efraim den Jood! Kent ge mij niet? Ik woon te Harderwijk, dicht bij de Visch- poort, en verleden week ben ik nog op den Huize van Speulde geweest, waar de Jonker een mooie reliek van mij kocht: uit den tijd van Nehemia, die voor de schoone jonkvrouw Hildegard van Leuvenum was bestemd. Na ik mag niet gezond zijn, als het niet waar is. Is dat uwe welbeminde, jonkman? Zij 'heeft zin in den tand van Goliath ja, ik zie het, jonge dochter. Kleur er maar niet om het geeft niets, want het is een betamelijk verlangen. Ge zult hem goedkoop hebben vandaag, deden, 'ge'zegd worden: „maar wijl spre-; ken in het geheel niet over Hemelvaart, en dujs wat bezïwaar is er tegen, dat wij algemeen-religieuze toespraken op dien dag houden?" Daarop antwoord ik: dit bezwaar te er (tegen, dat gij daardoor de groots menigte in den waan houdt, als of gijzelf in dien Hemelvaartsdag! nog iets bijzonders ziet Inderdaad het ronde zeggen van ds. Vos dcet minder onweldadig; aan dan de vage oraties- zijner even ongelooviga doch niet minder eerlijke collega's. Mogen beiden, èn de eerlijke èn de minder eerlijke predikanten zich nog bs- keeren van de dwaling huns wegs. Schrijver dezes hooide als knaap eens een modernen predikant van den kansel heel banaal in een Hemelvaartspreek de onmogelijkheid van de Hemelvaart ver heerlijken, nog Wel het dierbaar Schrift woord er hij dat vleesoh en bleed het Koninkrijk der Hemelen niet zal ingaan. JaTen later- als journalist las hij met g'roote slichting van dienzelfden modernen, doch nu tot den Heere bekeerden (eme- ritusj-predikant, meer dan ieen geschrift waarin 'deze rekenschap gaf Van zijn geloof in den lichamelijk teil hemel gevaren Hei land. Bedoelde prediker was ds. E. Snellen. Moge 'tds. Vos gaan als hem. En waarom zou dit niet kunnen! Het is dezelfde Geest die in de harten wterkt, en den oprechten juist gaat het licht op 'in de duisternis. Een pendant. Bij wijz e van tegen hanger op het laffe stukje dat de „Goesch© Courant" schreef aan het adres 'van dominee de Visser, volge hieronder wat het liberale week blad „Thorbecke" schrijft aan het adres van dominee Talrna Het schijnt vrij stellig dat de oude minister van Landbouw weder het pre dikambt zal aanvaarden. AV-el behoeft dit niet te heteekenen, dat hij daarom de politiek voor goed prijs geeft maar het bewijst eens! te meer, dat oude liefde niet roest. Begrijpelijk, vooral in een man als Talma, die de prediking van den gods dienst steeds met volle toewijding heeft uitgeoefend. Begrijpelijk te meer, wanneer men een dozijn jaren lang heeft medegeholjpen aan een vermenging van godsdienst en politiek, waarbij de godsdienst tot staat kundig instrument wordt verlaagd. Daf moet, wie evangeliedienaar is in trouwe', in har t en nieren, op den duur "wel tegen de 'borst stuiten. Daarom prijzen wij het in Talma, dat hiji de eenvoudige toga van den ptedi- omdat het de eerste Mei is zie daar, jonkman, voor zeven Vlaamsche grooten. En er zijn er maar drie meer van; de anderen weg, door de zee verzwolgen weet ik het." Maar Eibert was niet erg toeschiete lijk, en vasl beraden het hoofd schuddend, antwoordde hij: „Neen, koopman dat is niets voor mij, hoor. Als ge zaken wilt doen, dan moet gij' bij den heer Kelnaar zijn kijk, daar treedt hij juist binnen." „Eerwaarde, mag ik u iets verkoop- pen? Ik heb uw vader zaliger, die te Nijmegen woonde, nog gekend; veel za ken met hem gedaan, en altijd spot goedkoop ver onder de markt. Ik heb hier een merkwaardig overblijfsel, Eerwaarde zie hier, een stukje van het ezeh knnebakken klein maar rein. waarmede Simson driehonderd Fili stijnen te morsel sloeg; hier een echt antiek stuk draad uit het touw, waar mede Delila die valsche vrouw hem liet binden; en hier nog een spaander uit de ark van Noach." „Van wie is die tand?" „Van Koning Zedekia." „Neen maar," fluisterde Judith haar verloofde in 't oor: „dat is ook mooi. Daar net 'noemde hij Goliath." ,,'t Is waar", zeide Eibert met jpen ernstig gebaar: ,,'t is waar. Ik kan er ka.nt verkiést hoven den met goud be- stikten rok van het Kamerlid. Hij' zal, goed democraat die hij is, voor de min-gegoeden licht meer kunnen doen 'als herder ©ener gemeente, dan hij als Minister vermocht. En een herv nieuwde studie van wat er in het volk leeft kan hem geen kwaad doen, mocht hij ooit wéér tot de taak van regeeren geroepen worden. Om er dan nog van te zwijgen, dat, wie de eére Gods të ve'rhoogen zoekt, daartoe eerder gelegenheid heeft in het bedehuis dan in het Parlement. Talma's plaats is op den kansel. Dat hij' die plaats verliet, was een vergissing. Hem Van de dwalingen zijns weg's ge nezen te zien, kan ook den paganist t'ot Vreugde strekken. Déze schrijver noemt zich paganist. Ze ker een reflex op de „paganistische fac toren", waarop in 1901 van de ministefsr tafel gewezen werd. Het is dan ook wel een paganistische factor die in lbovenV staand geschrijf voor den dag komt. Alweer niet gelukkig. „De Rotterdammer" klaagt dat de mi nister van binnenlandsohe zaken niet ge lukkig is met de Imigenrrestersbenoeminr gen. Wij' hebben ook al gemeend dat te moeten opmerken. In Zeeland zijn er wel een paar gepasseerd die dit kunnen be wijzen. Ook buiten Zeeland schijnt de minister geen rekening te houden met de politieke gezindheid der meerderheid Van de bevol king. 'S'leeuwijk en De Werken kreeg een li béralen burgemeester in de plaats van den antirevolutionairen. Meerkerk, Nie-uw- land en Leerbroek dito, schoon daar hij; de stembus de verhouding Rechts tot Links 285 en 223 wais hij de laatste Kamerver kiezing. En in heide genoemde gemeenten was ondef de sollicitanten een hoogst bekwa me antirevolutionair. Leerdam zag zijn liberalen burgemeester naar Leerbroek vertrekken. Misschien krijgt dit nu Wel een rechtschen. Laat ons eens opletten. Tweede Kamer. Loonen voor Zondagsar- beid. Gebazel. Dr. De Visser had er moeten zijn Hoe zal de houding der Ka mer zijn 'tWas; te voorzien, dat artikel 10 van het ontwerp Stuwadoorswet ook stof zou opjagen. dat niet bij laten zitten zeg Efraim." „Ja", zeide de reliekhandelaar, met de vingers de relieken rangschikkend: „maar niet allen tegelijk als 't u blieft welk reliek begeert u, jonkman?" „Ik begeer niets", antwoordde Eibert op vasten, nadrukkelijken toon, „maar ge behoort u voor vergissingen in acht te nemen, die de schromelijkste gevol gen kunnen hebben. Gij1 hebt u daar net tegenover Zijn Eerwaarde vergist ge ducht vergist, met dien tand daar," en hij wees met den doornstok naar den tand in kwestie. Eibert kon zich nauwelijks goed hou den bij de onbegrijpelijk koelbloedige hou ding van den Jood; hij' dacht aan bedrog, en ging op driftiger toon voort: „Ge spraakt zoo even van den tand van Goli ath, en nu is het de tand van Zedekia Jood, hoe moet ik dat rijmen?" „Vriend," zeide Efraim met onver stoorbare kalmte: „wie was Goliath? Was hij' niet de Koning der reuzen? En Zedekia was hij niet de Koning vaa Juda? Ik vraag u in trouwe: Kan dit de tand van Goliath zijn? Weet gij dan niet, jonkman, dat elke tand van Goliath drie pond Vlaamsch woog?" Eibert kon er weinig op antwoorden; hij werd volkomen overschreeuwd door de zeggingskracht van den geleerden re liekhouder, en was blijde, dat de koojj- Dit bepaalt n.l., dab Zondagsarbeid tus- schen Zaterdag 12 u. n.m'. en Maandag! 6 u,. v.m. niét dan met bijzondere vergun ning mag worden Verricht en op de daarbij gestelde voorwaarden, welke vergunning; door den minister voor een heel jaar kan woirden verleend voor alle of Voor sommige werkzaamheden aan bepaald aangewezen zeeschepen of voor bepaalde werkzaamheden aan de zeeschepen, die voor het verrichten van die werkzaamhe den van een bepaalde inrichting gëbïtuik maken. Overigens kan slechts- verg'unnir|g| Worden verleend voor ieder bijzonder gie- val' door de autoriteiten, wanneer bijzon dere omstandigheden den arbeid op Zon dag noodzakelijk maken. De heeiien Van der Voort van Zijlp en S-piekman hadden heiden een amendement voorgesteld, om itjen dezë het onfwePp Talma te herstellen, dat verhoogd Zon- dagsloon voorschreef, terwijl de heer Diuy- maer van Twist er in een amendement] de 'voorkeur aan 'gaf, dat de vergunning| voor Zondagsarbeid alleen gegeven zou worden voor elk bijzonder geval door het districtshoofd of door ©en ambtenaar, aan gewezen doop den minister. 'tls niet ons voornemen, om aan alle redevoeringen, die er in de'zse kwesjtó© gehouden zijn, aandacht te wijden. Een 'enkel woord lechter over den roein- ru'ohtigen afgevaardigde voor Rotterdam. III, den unie-liberalen Eerdmans, en zijn farizeistisch betoog. De uitdagende nonj- sens, dien ,hij' in de Kamer o-pstapeldei doet ons sterk herinneren aan z,'n reli- gieuse en politieke redevoeringen van de laa.tste maanden, welke redevoeringen ©enig In haar soort waren. Van 'n eigOn- aarigd isootrt n.l'. „Die rechtsche partijen aldus Eeid,- „mans, beweren zich te baseeren op „God-s Woord", 'jie:tg;een letterlijk niietjl „spreekt van den Zondag; maar van den „Sahbath-dag, die de zevende is;, maa!r| „men heeft nu 'eenmaal aangenomen, daf „de Zondag daapvoor in de plaats is ge treden. Op den rustdag wordt alle aap „heid verboden, zelfs arbeid door zoon „of doch;tër, -os- of ezel..'." Doch .genoeg hierover. Men ziet hoe hoe d-ez-e „theologische toonaangevër" zich van z'n taak als volksveltegenwoordi- gër kwijt. ,We lez-en niet, dat hij belli voorbeeld van het kalf in de puf er nog bijgehaald heeft. Hoe het zij- gelukkig maar, dat aan z'n „preek" niet 'te veel eer hewezem is. D-a meestien bewaarden wijselijk hef zwijgen er toe; en wat het praotische gedeelte betreft, werden 'zijn opgeblazen argumenten zonder veel moeite afgebro ken. Jammer, dat dr. J. Th. de Visser, die vanavond met -een groote meerderheid van 'stemmen in 'de Kamer gebracht wordt, niet een paar dagen vroeger op' het klis man zich opnieuw tot den geestelijke wendde. „Vijftien Vlaamsche grooten maar, eer waarde heer Kelnaar toe, koop den tand." j De geestelijke stond daar, met den krans over den zwarten halskraag, ter wijl een breede glimlach zijn welgedaan gelaat plooide, toen hij' zeide: „Efraim, ik ben een arme geestelijke denk daarom." „Vijftien Vlaamsche grooten maar, Eer waarde vijftien onnoozele grooten." ,,'t Is niet voor niemendal en is hij' wel echt, Jood? Bedriegt ge me niet?" „Eerwaarde I" „Zwijg! Ik geef tien grooten, en daar mee uit!" i Doch Efraim behield zijn taaie bedaard heid, en na een lang gescharrel, waarbij de Jood op een kruik van het beste Hamburger bier trakteerde, werden zij het dan toch ten langen leste voor twaalf volwichtige Vlaamsche grooten eens. Den geheelen dag door heerschte er in Putten een luidruchtige vroolij'kheid, en dit rumoer bepaalde zich niet tot de kom van de gemeente, maar strekte zich ver over de grenzen er van uit. Van alle kanten w-aren de bezoekers toe gestroomd, en de kelnerij, ten Noorden van hel dorp gelegen, kreeg er ruim s'en gekomen is. Wat zou hij hem ge troefd hebben, dien renegaat 1 Dan 'zou de heer de Visser «de taak hebben kunnen overnemen van den jeugdigen mediöu's', Scheurer, den jongen jurist, Rutjgers, en den ouden, sinds circa 30 jaren emeri tus-theoloog Brummelkamp, wier leer als Christenmannen hen noopte de laster taal van een Eerdmans aan de kaak te stellen en iedëre valsche beschuldiging af te wij'zën. Den ganschen dag is er over dézelfda kwestie zwaar 'geboomd, zoodat de mi nister des middags met z'n antwoord nog niet gereed gekomen is en de avond er ook nog gedeeltelijk mee- gjevuld is-, Zoo- Veel is echter wel duidelijk geworden, dat de heër Tiieub thans tot goenerleii con cessie ibePeid is. Het amendem-ent-de Geer, dat Voo'r Zondagsarbeid -een zeker percen tage hoven 'het gewone loon wil voorschrij ven, was! ni-et van zijn gading, terwijl! zijn principieele bezwaren voldoende zijn om ook het amendement Van der Voort van Zijp onaannemelijk te verklaren, „Hoe zal de houding der Kamer zijn ondër deze nieuwe krachtproef vraagt de overzichtschrijver van „de Maasbode". Als een deel dep Katholieke afgevaardig den 'tweer noodig acht te bukken, zooalsl bij de kwestie dier arheidsboekjets', dan valf het amendement. Blijven zij stand houden en -verloochenen verder 'de socialisten hun amendement niet, dan hëreikt de Minister door [zijn „onaannemelijk", gebaseerd ten zooveèlsten male op gezochte gronden, alleen, dat hij het ontwerp in-i trekken moet. Dan beeft hij deor zijhj peeks van krachtproeven het ontwerp! ge nekt. Hij is e!r dan ten volle voor ver antwoordelijk." Ja, hoe ;zal de houding der Kamer 'zijn? Intusschen is onze vreess voor het lot dët amendementen grooter dan de vrees] Voor het lot van het géheale ontwerpt ook al speelt Treub met dit laatste ge waagd spel. Vandaag Zou er gestemd worden. im Het verslag der Staatscom missie voor evenredig kiesrecht. Met machtiging der Koningin is thans openhaar gemaakt het verslag der Staats commissie voer evenredig Kiesrecht. De commissie, die in 'n half jaar haar taak volbracht, heeft in 3 wetsontwerpen haar stelsel voor evenredig kiesrecht voor Tweede Kamer, Provinciale Staten en Gemeenteraden belichaamd en een afzon derlijke regeling voor verkiezing van da leden der Eerste Kamer naar een even redig stelsel ontworpen. Voor de rechtstreeks gekozen verte gea- schoets haar deel van. Deze kelnerij gaf aan Putten trouwens een zekere vermaardheid, en nog altijd bleef St. Meinwerk, de vrome zoon van een Gelderschen voogd, die vijf eeuwen geleden in de Duitsche stad Paderborn een klooster had gesticht, bij de voor naamste dorpers in eervolle gedachtenis. Hij was het immers geweest, die aan genoemd klooster een vorstelijke schen king had gedaan uit zijn Veluwsche goe deren terwijl deze schenking een afzon derlijk bestuur met een vasten zetel in de kelnerij had noodzakelijk gemaakt. Het was voor Eibert en Judith een dag vol verheuging; zij wandelden samen, door hiet dichte lommer beschut, naar den Uuthof, en toen zij moede werden, zetten zij zich neder in het gras: op een stil, eenzaam plekje, niet ver van den Hertogelijken burcht Schoonerbeek, waar twee beken zich met elkander ver- eenigden. Zij luisterden naar elkander en naar het gemurmel van het water; toen stonden zij op en keerden terug naar Putten, waar Eibert in de taveerne op den hoek van de dorpstraat met de houding van een geboren edelman twee boterhammen met twee haringen en twee bekers wijn bestelde. i .(Word! vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1914 | | pagina 1