VOOR ZEELA
180. 1914.
Zaterdag 3 Mei
38e Jaargang.
GHRISTELIJK-
HISTORISGH
VERSCHIJNT ZESMAAL PER WEEK
F. P. OHUIP, te Middelburg.
PRIJS DER ADVERTENTIËN
van 15 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent.
Familieberichten van 1—10 regels ƒ1—, iedere
regel meer 10 cent,
Dit nummer bestaat uit twee bladen
Staferc-Generaa!
1EDEREN WERKDAG DES AVONDS.
Prijs per drie maanden franco p.p. f 1.25
Enkele nummers0.85
UITGAVE DER FIRMA'S
OOSTERBAAN LE COINTRE, te Ooea
EN
Voorzooveel het koloniale
vraagstuk aanbelangt, belijdt
zij dat de baatzuchtige neiging
van onze staatkunde, om de
koloniën voor de kas van den
staat of van den particulier
te exploiteeren, dient plaats
te maken voor een staatkunde
van zedelijke verplichting
en dienvolgens in de lijn,
herhaaldelijk door antirevolu
tionaire staatslieden, wier
inzicht op be3tudeering der
quaestie gegrond was, aange
geven, alle belemmering voor
de vrije prediking van het
Evangelie dient opgeheven;
bij het lager onderwijs bet
bijzonder initiatief van het
Europeesch bestanddeel aan
vankelijk dient gesteund
tegenover het Mohameda-
nisme bet Christelijk karakter
der natie niet verloochend
en zoo de politieke als sociale
en oeconomische verhouding
in overeenstemming gebracht
worde niet den eisch der
Christelijk-bistorische begin
selen.
Art. 18 van „Ons Program."
Ve voorstelling der Grondwet als zou
den onze Koloniën een deel van het Rijk
uitmaken,wordt door de antirevolu
tionaire partij! verworpen. Een natie is
product van het bestel Gods, en niet van
de Staatkunde. Ieder volk leeft zijn eigën)
leven, en is onvatbaar om met eenigi
ander volk in eenig organisch verband
gebracht te worden.
In de praktijjk wordt al 't pogen om
het toch te doen bespot. Niemand denkt
er aan om verband te zoeken bijvoor
beeld tusschen een Zeeuw en een Da-
jakker, of een Groninger en een Atjehneeü
te sluiten in eenzelfde keurslijf. Dat is|
een vinding van de oude heidensche we-
reldveroveraars en van de Napoleons der
vorige eeuwdoch de toepassing er van
is d oor den Heere in den loop der tijlden
verijdeld. Maar wel belmoren de Kolo
niën aan het Rijk en worden als zoo
danig door onze Koningin bestuurd, na
mens haar door gouverneurs en lagere
ambtenaren.
In het ontwerp-Grondwetsherziening gaf
minister Heemskerk ten vorigen jare dan
ook een betere lezing van artikel 1 den
Grondwet. M are door den ongunstigeil
afloop der jongste Kamerverkiezingen het
rechtsche kabinet niet tot aftreden ge
dwongen, dan zou ïn de herziene Grond
wet, natuurlijk behoudens goedkeuring
door de beide Kamers der Staten-Gene-
raaJ, artikel 1 geluid hebben„Het grond
gebied van het koninkrijk der Nederlan
den omvat het grondgebied in Europa
en dat van de Koloniën".
Bij deze formuleering wordt gehuldigd
het feit, dat de landen van Javanen, Bat-
takkers, Papoeaas, enz. geen domeingoe
deren zijn, en ook geen private bezit
tingen van de Kroon. Het Rijk is de
souvereme bezittel'. En 'tis dan ook krach
tens dit souvereine bezit alleen dat de
taten-Generaal hunne controle ook over
het beheer dezer koloniën hebben uit te
strekken.
Daarom is dan ook het beheer der
Kolomen geheel afgescheiden van de Riifcs-
huishouding in het Moederland.
Van meer belang is. echter de vraag
wat naar antirevolutionaire beginselen het
Rijk met zijne koloniën doen mag. Onze
koloniën toch zijln nu sedert jaren door
het Rijk geëxploiteerd; dat wil zeggen
er is op' allerlei wijze van gehaald en
pit getrokken wat maar kon. Ambtenaren
en particulieren, ledig er heen getogen,
keelden in den regel vol terug; vrucht
i) Het koninkrijk der Nederlanden omvat het
grondgebied in Europa, benevens de koloniën
3D bezittingen in andere werelddeelen. (Artikel
1 der Grondwet.)
van het exploitatie- oftewel uitz'uigstelse!1,
met name op den Javaan toegepast.
Dit stelsel is echter, gelukkig, veroor
deeld. De toepassing er van gaat lang
niet zoo gemakkelijk meer.
Van antirevolutionair standpunt is hpt
steeds veroordeeld, wijl het zonde is, te
gen het achtste gebod, dat niet alleen
stelen en rooven verbiedt, hetwelk die
Overheid straft, maar ook alle looze stuk
ken. en aanslagen, waarmede wij onztes
naasten goed denken aan ons te brengen.
En ook van liberaal standpunt is dit
standpunt van ouds tegen de conservatie
ven 'bestreden. Van Hoëvell, en na hem
Fransen v. d. Putte hebben steeds voor
het echte liberale standpunt, niet exploi
teeren, maar civiliseeren, pal gestaan.
Keuchenius waagde er in 1866 zijjn be
staan, ja ganscih zijn toekomst aan, toen
hij in zijn bekende motie, de staatkunde
van het conservatieve kabinet aan den
schandpaal sloeg, en het bedrijf van den
minister Mijier afkeurde, die in zijn be
grooting tal van verbeteringen in libe
ralen en antirevolutionairen zin vastlegde,
doch toen het op uitvoering van het be
loofde aankwam, zijh. begrooting in den
steek liet en zich benoemen liet tol; gou
verneur-generaal van Ned.-Indië.
Zijne motie, fel bestreden door de con
servatieven, werd met behulp der libe
ralen aangenomen; doch het strekt tot
eeuwige schande voor het toenmalige con
servatieve kabinet, dat het een koninklijke
beslissing uitlokte, niet slechts tot Ka
merontbinding, maar ook tot ontslag van
Keuchenius als waarnemend vice-presi
dent en lid van clen Raad van Indië;
zoodat bij, op gevordenden leeftijd, in
het doodende Indische klimaat, zich weer
moest gaan toeleggen op de advocatuur,
en de tot staatsman als geknipte hoogst
bekwame man weer moest gaan peute
ren in wetboeken, en zich verliezen in
cijfers en andere kleinigheden, waarin de
advocaat-procureur zich beeft te veii'dim
pen.
Ook nog in 1890, toen Keuchenius, ein
delijk dan toch, nog als minister van
koloniën, gelegenheid mocht vinden, zijjn
denkbeelden in praktijk' te brengen, zijn
het de liberalen geweest, die helm heb
ben weerstaan, niet omdat hij tegen de
exploitatie van den Javaan gekant was,
maar omdat hij de beschaving van den!
Javaan wenschte te bevorderen Mji het
licht van Gods Woord en met steunbie-
ding aan de Zending. Een politiek, door
de liberalen van toen, behoudens een en
kele gelukkige uitzondering, weerstaan, en
waarop een hunner mi', v. Royen in
de Eerste Kamer, alvorens de begrooting
van den minister te verwerpen den scheld
naam „godsdienstwaanzin" toepaste.
Keuchenius is toen als minister heenge
gaan, doch reeds in de naaste toe
komst heeft het liberalisme hem gelijk
gegevenzijln stelsel is door de opvolgende
liberale ministers overgenomen en gehand
haafd. Een hunner vooral, de bekende
minister Cromer, ging zoo mogelijk nog
verder dan bij.
Wel heeft het liberalisme, met het so
cialisme in bond, bij de jongste Kamer
verkiezingen met groot geschreeuw ge
tracht een andere staatkunde voor In
dië te bevechten, een poging waarin het
door den tegtenwoordigen minister van
koloniën, Pleyte, dapper werd gesteund;
doch na het optreden van het tegenwoor
dige liberale kabinet is alles gebleven
gelijk het was, en wordt de staatkunde'
van Keuchenius, en van De Waal Male-
fijt en Idenburg door den vrijzinnig-demo
craat Pleyte, krachtig voortgezet en voor
gestaan,.
De lezer vergeve ons deze uitweiding'.
Zij kwam ons noodig voor in dit verband,
teneinde te doen uitkomen, dat de anti
revolutionaire opvatting van onze kolo
niën, In Ons Program aanbevolen, de
I juiste is. En Wel deze, dat het Stelsel
van exploitatie meer en meer moet plaats
maken voor het stelsel van voogdij. En
dan wil dit laatste niet zeggen, dat de
Nederlandsche regeering partij moet trek
ken van der volken onmondigheiddoch
veeleer ze uit dezen toestand heeft op j
te heffen, lmn goed te hunnen voordeel©
te belieeren, en hen zoo te doen rijpen
voor de periode van mondigheid, waarin
zij kunnen komen tot zelfbestuur, gelijk
dit in Zuid-Afrika voor Indië en Canada
wordt toegepast door de Engelsche 're
geering.
Het stelsel van exploitatie heeft z.ijh
triomfen gevierd in hef cultuurstelsel
van graaf Van den Bosch, een stelsel
dat alleen de schatkist des Rijks, en indi
rect den geldbuidel der ambtenaren op
het oog had. Het berustte op den regel
van gedwongen cultuur en gedwongen
prijs. De .inlander werd verplicht te ver
bouwen op zijn velden wat het gouver
nement verlangde, en een prijs te vragen
dien het gouvernement geven wou. Hier
kwam de hooge belasting, landrente, bijl,
welke voor twee vijfden in mindering
kwam, voorzoover de inlander vrijwil
lige gedwongen cultuurdiensten op 's Rijks
domein wou verrichten; terwijl de pï'ijis,
nauwelijks een vierde der waarde, hem
ter hand gesteld werd lil schier waarde-
looze koperen munt.
Bij de koffiecultuur staat dit zoo, dat
elk in dienst gesteld gezin 650 koffie-
boonen, soms meer dan tien palen van
zijn woning verwijderd, te planten, te ver
zorgen, te plukken, en de vrucht er van
te bereiden had. (Een paal is een groot
kwartier I) Een arbeidstaak, die op 170
dagdiensten beslag lei en betaald werd,
bij een opbrengst van 140 katcies, en een
loon van f4 a 14 per picol met f 12
a f 19niettegenstaande, naar een even
redig' (d'.ag'geld van 50 cent, de dooi' het
Rijk verschuldigde som voor dien arbeid
niet minder dan f 80 zou beloopen 'hebben
dus 4 maal m.eer.
Dit stelsel is gelukkig van de baan.
Toch blijft het stelsel der gedwongen culL
tuur Voortwoekeren. Langzaam maal' zei-
ker zal het evenwel verdwijnen, even
als dat van de heerendiensten, hetwelk
wel feeds in 1873, door aanneming van 't
voorstel van het toenmalige antirevolu
tionaire Kamerlid, yoor Amersfoort, ;jhr.
v. Loon, in beginsel ten doode is opge
schreven, doch in menige streek nog lood
zwaar op de bevolking is blijiven druk
ken.
Ook de .opiumpacht, hier en daar door
opium-regje vervangen, blijft een stelsel;
dat in Indië v'oor goed diende te worden
geweerd.
Overigens zij| met dankbaarheid vastge
steld, dat de verbeteringen in zake het
koloniaal beheer vermeerderen. De Zen
ding, ook de .Medische Zending', ook het
onderwijis. op de Zendingsscholen wor
den door het gouvernement, gewaardeerd
en gesteund.
Toch blijft er nog veel te doen. Ons
Program somt enkele dier noodzakelijke
verbeteringen op, namelijkeen beter be
lastingwezen, strenger gedisciplineerde po
litie, beter recht, krachtiger defensie, een
machtige vloot, kolonisatie, financieela
steun, met name voor Suriname, meer
dere rechtsveiligbeid, meerdere rechtsze
kerheid vooir Indische ambtenaren bij hun
overgang tot het Christendom; in 'talge
meen verheffing der menschelijke persoon
lijkheid, teneinde den inlander, den kolo
nist, den koelie op te heffen. In 't algemeen
verdubbeling van ijver, opdat onze kolo
niën ons niet leenmaal door een 'buitenland-
schen mededinger (denk aan Japan!) wor
den afhandig gemaakt. Versterking van het
besef van Neerlands dure roeping om
zijn koloniën voort te leiden op den weg
der Christelijke beschaving, echter zon
der inbreuk te maken op de vrijheid van
den mohammedaan.
Een stem uit het verleden.
De Centrale Anti-Revolutionaire Jües-
vereeniging in het district Enkhuizlen heeft
haar zilveren feest gevierd en den voor
zitter van het Centraal Comité van A.-R.
Kicsvereenigingen uitgenoodigd daarbij
een woord te spreken.
Da'. Kuyper heeft hieraan voldaan, en
heeft, gelijk men dit van hem gewoon
lis, gulle en goede woorden gezegd.
Vooral doet het goed, dat hij een tee-
der exnstigen toon aansloeg, een toon
die misschien in onze kringen Wel eens
te weinig gehoord wordt.
Dr. Kuyper wij volgen hierl het ver
slag van „De Standaard" „herinnen-
de aan de geloofskrachten, het biddend
leven van de mannen, met wie de Heere
heim in 1869 in aanraking bracht, man
nen als Groen van Prinsterer, Elout van
Soeterwoude, Mr. Keuchenius, Straatpre
diker Esser, en de mannen van de Vrien
den dei' Waarheid. Ja deze broeders werk
ten ook wel, maar hem trof en ontroerde
het gebedsleven dezer mannen, het ;wa*
ren echte bidders, mannen aan wie het
l,e zien was, dat het hen om de eero
Gods te doen was. En als Dr. Kuyper
die tijden vergeleek met de tijden, die We
thans d oorleven, dan meende hij vooral
bij de jongeren wel eens iets te bespeu
ren, dat op achteruitgang wees. En daar
om dit ernstig; [woord, om niet alleen
te werken, maar ook en vooral de kracht
te zoeken in "het gebed. Ja, er is wel
reden voor: in de dagen van Groen za
ten we in de klem, en nur hebben we
reeds 3 Christelijke ministeries achter ons,
maar toch, als het gebedsleven verflauwt,
missen w© een geducht wapen in den
strijd. De Heiland ging ons daarin voor:
Hij bleef zelfs den nacht over in het ge
bed. Denk aan De Ruyter vóór den slag,
aan een Willem van Oranje".
Wij meenden deze beschamende opwek»
king aan de Enkhuizer broederen meeg'e-
geven, ook onzen 'lezers te moeten voor
houden.
Het getal slinkt, van die ouderen on
der ons, welke zich nog den strijd van
Groen van Prinsterer herinneren, die zel1-
ven den hangen schoolstrijd sindis 1857
hebben meegemaakt, en met verdubbelde
kracht sinds 1878 leerden strijden, die
medewerkten aan het Volkspetitionnement,
mee de Unie Een school met d e m
B ij b e 1 hebben opgericht en gesteund,
en in bidstond of godsdienstoefening troost
en sterkte zochten Voor de bittere te
leurstellingen onze partij en het gansclie
Christenvolk in kwader jaren dan de te
genwoordige bereid.
Nu zijh deze ouderen weer wel dooi'
jongeren vervangen. Doch de vraag blijft
gewettigdevenaren deze jongeren hen
in geloof en in kracht van belijden, in
teederheid des levens, en in het oefenen
van gemeenschap met God? Kwijnt heft!
gebedsleven nu niet meer dan toen Waar
is. de saambinding, het onderling vertrou
wen, de bescheidenheid waarmee toen de
een den ander uitnemende!" achtte dan
zichzelf? Wordt er 'nu wel evenzooveel
gebruik gemaakt van het recht om in
den nood de toevlucht te nemen tot den
Heere onzen God
En is in menigen kring allicht op meeir
dan een niet het woord van toepassing::
hoe kunt gij gelooven, gij die de eer van
anderen neemt, en de eere die bij God
is niet zoekt?
Dr. Kuyper heeft inderdaad een goecl
en waar woord gesproken. Een profetisch
woord, dat te gereeder ingang vindt, nu
hij van zichzelf getuigde', naar de tacJu
tig te gaan en een dergelijk woord nu
niet tie mogen inhouden, omdat hij er
anders wiel eens niet meer de gelegenheid
voor krijlgen zou.
Moge dit goede woord ook onder ons,
Zeeuwen, een goede plaats gevonden heb
ben.
Wij danken God, dat Hij- ons nog zoo
vele bidders (en bidsters) heeft doen be
houden. Zij zijn de kurken waarop de,
natie drijft. Maar alwie den Christuë
belijdt, alwie zegt rechtzinnig, orthodox,
antirevolutionair, Calvinist, Christelijk te
zijn, dient zich er van te' doordringen,
wat dit in heeft. Het drijVe hem tot
ootmoedig gebed.
Hel gebedsleven is een geducht wa
pen in den strujrdHet was het geheim
van de reuzenkracht, door onze vroegere
(en hedendaagsche oudste) voormannen
in den strijcl tegen het ongeloof ontwik
keld.
To onthouden cijfers.
,,De Standaard" brengt nogmaals do
cijfers in herinnering, waarmee wij bij
de stembus sinds 1897 zijn vooruitge
gaan.
In 1901 stond het Rechts 237,796,
Links 190,828. Meerderheid voor Rechts
47,768 kiezers. Vrucht der actie was heB
kabinet Kuyper.
In 1905 klom de Rechlsche meerderheid
van 48000 op 70000, toch kwam Rechts
in de minderheid (5248) en het kabi
net-De Meester trad op.
In 1909 ging het surplus van Rechts
nogmaals naar hoven en bedroeg, 87000.
Hef was onder liet kabinet-Heem skeïtkl.
In 1913 behield Rechts nog zijn meer
derheid onder de kiezers. Junks haalde
387,718, maar Rechts kreeg de 419,124.
Een meerderheid althans nog van 31,406
aan Rechts. Toch kwam Links met een
meerderheid van 55 tegen 45 in da Kamen-,
en het m.inisterie-€ort trad op.
Alzoo „regeert" en „regeerde" telkensl
een kabinet van Links; uit de minder
heid. Gevolg van een nog altijd onge-
rechtige districtsindeeling.
Maar de meerderheid van Rechts was
dan toch onder de kiezers met 50000 ach
teruitgegaan sedert de verkiezingen van
1909.
Voor een kleiner deel gevolg van een
groolere toeneming van Linksche (sooialjst-
tisohe) kiezers hij een afneming van heli
getal Rechtschen.
Maar voor een gpooter deel gevolg; van
het overgaan van Rechtsche stemmen op
candidaten van Links.
Een overloopen dat een scherpe aan-'
klacht is 'tegen de beginsellosheid, (iets
anders dan beginselloosheid!) van een
deel der Rechtsche kiezers; en een schul
dig verzaken van Christenplicht en Christ-
tenroeping.
In al onze kiesvereenigingen is deze
droeve kwestie ter sprake geweest. Moge
van een en ander een steviger organi
satie de vrucht zijn, en een ernstig: po
gen om nu reeds' weer op kiezersteelt te
gen 1916 bedacht te zijn.
Tweede Kamer.
Hoe zal ons belastingbiljet
er uit zien De Tweede
Kamer een Rekenkamer.
Satis verborum
'tWas gisteren weer een geoij'fer er*
een gereken van belang'. De heele dag
was er weer mee gemoeid.
Wie zal zeggen, waar het eind blijft 1
Nu moet erkend, dat 'teen zeer gewich
tige zaak is te bepalen hoe ons belas*
tingbiljet er straks zal uitzien. Of ïsi
'tden lezer geheel en al onverschillig?
Hoezeer de Rijksinkonistenbelasting m
aanleg bedoeld is, als de eenige belasting
op het inkomen, zal' ernaast toch eert
vermogensbelasting blijken bestaan, bet
ter een afzonderlijke belasting' op1 hof
inkomen uit vermogen. Deze surtaxe op
het inkomen uit vermogen, deze eigan-
zungssteuer, heeft de taak de rijiksinkom-
stenhela.sting' nog meer in overeenstem!"
ming te brengen met het beginsel de®
draagkracht.
Tot dat doel dient ook reeds de pro
gressie, welke in bet, tarief van heffing;
voor de inkomstenbelasting zelf is voor
gesteld.
Ter oriënteering diene, dat' het oop
werp nu voorstelt, om van een inkomen
van 650 gulden f 1.25 te heffen. Verder
over elke 50 gulden boven 650 gulden
1 gulden belasting meer. Van 1500 gul
den af 'wordt elke 100 gulden belast met
2 gulden, dus 2 procent. Van 2000 gulden
af wordt het meerdere belast met 3 pro
cent, van 10.000 gulden af het meer
dere met 4 procent, van 20.000 gulden,
af het meerdere met 5 procent.